Canon (11): De broers Van Foreest

 

Het eerste Nederlands kampioenschap werd gespeeld in 1909. Voor die tijd werden wedstrijden gespeeld die later zijn omgedoopt tot ‘onofficiële kampioenschappen van Nederland’. De Nederlandse Schaakbond (later koninklijk) werd in 1873 opgericht met als voornaamste doel jaarlijks zo’n wedstrijd te organiseren. Fameuze winnaars waren Christiaan Messemaker (drie keer) en Adolf Olland, die ook drie keer won en bovendien in 1909 de eerste officiële kampioen werd.

Erbovenuit sprong jonkheer Dirk van Foreest (1862-1956). Hij werd niet alleen beschouwd als de sterkste Nederlandse schaker van de negentiende eeuw, maar zelfs als de eerste echt sterke schaker. Voor hem hadden schakers eenvoudige stijlen en konden ze zich niet meten met de internationale grootheden. In 1945 verscheen een boekje met de beste partijen van de toen bejaarde Van Foreest. In het voorwoord schreef mr. G. Oskam: “Hadden uitmuntende spelers vroeger slechts plaatselijken invloed gehad, Van Foreest was een landelijke beroemdheid, die over geheel Nederland heerschte; overal verrezen schaakclubs en steeg het spelpeil.” Het Nederlandse schaakleven begon pas goed met Van Foreest, vond Oskam. Max Euwe schreef in hetzelfde boekje: “Zijn stijl en vindingrijkheid zijn van dien aard dat men zonder aarzeling kan vaststellen: met wat meer en geregelder practijk zou hij tot de vooraanstaande schaakmeesters van de wereld hebben behoord. Zijn stijl is allround, met een tikje voorkeur voor het agressieve. Behalve in het combinatiespel muntte hij ook in het eindspel uit.”

Waarom kreeg Van Foreest dan niet meer praktijk? Hij won de bondswedstrijden in 1885, 1886 en 1887, rondde toen zijn studie af en werd huisarts, veertig jaar lang in het Noord-Hollandse dorpje Oosthuizen. Hij speelde nog wel landenwedstrijden, maar verder alleen correspondentieschaak. Ook was hij probleemcomponist. Volgens Hans Bouwmeester en Bert Kieboom in het negende Prismaboekje was hij geen bijzondere componist, maar wel eentje die er aandacht aan besteedde in een periode dat het probleemschaak in Nederland kwijnend was.

Na zijn pensionering in 1928 vestigde Dirk van Foreest zich in Bussum. Dat was een idee van zijn broer Arnold, omdat Dirk geen stadsmens was en Bussum het enige dorp was met een sterke schaakclub. Voor BSG speelde hij van 1928 tot 1943 (dus tot op hoge leeftijd) nog zeventig partijen, de meeste in de hoofdklasse, met een score van vijftig procent.

Ook broer Arnold van Foreest (1863-1954) was een sterke schaker. Hij won de bondswedstrijden in 1889, 1893 en 1902. Daarnaast maakte hij furore als bestuurder. Hij was medeorganisator van het eerste internationale schaaktoernooi in Nederland, Amsterdam 1889, het eerste toernooi dat de latere wereldkampioen Emanuel Lasker buiten Duitsland speelde. Arnold van Foreest was een jaar voorzitter van de Nederlandse Schaakbond (1906-07), wat broer Dirk van 1893 tot 1896 was geweest. Hij verwierf nogal wat erelidmaatschappen, waaronder dat van de Nederlandse Schaakbond, en werd ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Op dit moment zijn er in Groningen twee jonge broers Van Foreest die in de Nederlandse  top staan: Jorden en Lucas. Jonkheer Arnold was de opa van hun opa. Jorden werd in 2016 op zeventienjarige leeftijd kampioen van Nederland, een half punt voor Loek van Wely.

Partijen van Dirk van Foreest:

 

Partijen van Arnold van Foreest:

 

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.