Dimitri Reinderman

Op zijn veertigste werd hij zomaar kampioen van Nederland. Een uitschieter? Een eendagsvlieg? Nee, Dimitri Reinderman had al een schaakcarrière achter de rug die imposant was te noemen… en kleurrijk.

Dimitri Reinderman (Hoorn, 12 augustus 1972) kon zich als jeugdspeler al meten met de sterkste leeftijdsgenoten van de wereld. Bij het Europees jeugdkampioenschap in 1991 in Arnhem werd hij gedeeld derde, samen met Vladimir Kramnik. Pas een jaar later werd hij Nederlands jeugdkampioen. Bij het EK (in Sas van Gent) werd hij dit keer gedeeld tweede en bij het wereldkampioenschap gedeeld derde. Een wereldtopper in de dop, zo leek het.

In 1995 kreeg Reinderman een wildcard voor het Nederlands kampioenschap, ‘vanwege de duidelijk opgaande lijn van de laatste tijd’. Het werd een groot succes, hij werd derde in een zeer sterk veld en scoorde zijn eerste grootmeesternorm. Zijn tweede norm scoorde hij eind 1996 in Groningen. De derde, het Hoogovenstoernooi van 1998, was het beste resultaat in zijn carrière.

Reinderman speelde in de B-groep, als achtste op rating. Maar hij won de ene na de andere partij en scoorde acht punten uit tien partijen. Rustam Kasimdzjanov had echter nog een punt meer. In een historische slotronde versloeg Reinderman de Oezbeek in een mooie aanvalspartij. Het leverde hem de vierde plaats op op de Nederlandse ranglijst en een uitnodiging voor de A-groep van 1999, tussen de sterkste schakers ter wereld.

Tegen Kasparov, Kramnik en Anand kon Reinderman niet op, maar met diverse resultaten bevestigde hij wel zijn positie als nummer vier van Nederland. Zo werd hij, na een paar slechte NK’s, derde in 1999 na een serie spectaculaire winstpartijen.

Dimitri Reinderman tijdens het VAM-toernooi in Hoogeveen, 1999. Foto: Johan Hut

Reinderman had wel de naam dat er altijd iets aan de hand was. Te laat komen omdat hij in de verkeerde trein zat, dat soort (vaak aangedikte) verhalen en hij verfde zijn haar in rare kleuren. Bovendien had hij – ongebruikelijk voor een topschaker – een goede baan bij een internetprovider, in een tijd dat nog lang niet iedereen internet had. Na zijn enorme succes in Wijk aan Zee 1998 stemde zijn baas wel in met een halvering van zijn dienstverband naar twintig uur per week.

In Nederland ging hij minder spelen, omdat de financiële noodzaak er niet was en het buitenland leuker was. Toen zijn werkgever in 2007 werd overgenomen door een ander bedrijf en Reinderman zijn baan kwijtraakte, ging hij weer meer schaken. Een comeback wilde hij dat niet noemen, hij was al die tijd toch semiprof gebleven. Datzelfde jaar won hij het Cultural Village Tournament in Wijk aan Zee, wat hem terugbracht bij wat toen het Corus-toernooi heette, al was het in de C-groep. In 2008, op zijn eerste NK sinds 2002, werd hij gedeeld tweede achter Jan Smeets. Zijn stijl was veranderd, zei hij in een interview. Geen spectaculaire aanvalspartijen meer, maar solide partijen vanuit een goede verdediging.

Reinderman won veel weekendtoernooien, in 2012 het Hogeschool Zeeland Toernooi in Vlissingen en in 2013 het Nederlands kampioenschap. Die Nederlandse titel moest er een keer van komen, mag je na dit alles zeggen.

Behalve topschaker is Dimitri Reinderman trainer en schrijft hij toernooiverslagen met analyses hier op Schaaksite. Verslagen over zijn eigen prestaties vallen op door openhartigheid en zelfkritiek.

2 Reacties

  1. Avatar
    Lucas 29 maart 2014

    Een goed verhaal, maar het lijkt nog niet compleet. Een keer de trein missen, dat is toch niet zo opmerkelijk? Maar het grootste nog niet opgehelderde mysterie is wel waarom een speler met zo’n grote staat van dienst door de KNSB stelselmatig werd en wordt gepasseerd om Nederland te vertegenwoordigen op de olympiade of het Europees Kampioenschap. Wat zit daar toch achter?

  2. Avatar
    Wheel 29 maart 2014

    Haarkleur.

    Zodra je wat afwijkt van de grijze muisstandaard, ben je al snel een paria

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.