De Telegraaf schaakrubriek 12 november 2011
Hans Böhm
Het sterkste schaakland op het lopende Europese kampioenschap voor landenteams is Rusland. Hun ploeg bestaat uit louter wereldtoppers: 1.Peter Svidler (Elo 2755) 2.Alexander Grichuk (2750) 3.Sergei Karjakin 2760 4.Alexander Morozevich (2760) 5.Ian Nepomniachi (2730). Hun laatste man staat hoger op de wereldranglijst dan de nummer één van de meeste landen. Dit toernooi wordt verspeeld volgens het Zwitserse systeem en dat houdt bijna altijd in dat de laatste ronde allesbeslissend is in een groot deelnemersveld. In de slotronde moet je niet tegen een heel sterk land komen, dan kun je als een baksteen in de ranglijst zakken. Dus begon Nederland aan de ene kant in de derde ronde met plezier tegen Rusland, aan de andere kant hield iedereen natuurlijk het schakershart vast.
P. Svidler – A. Giri, na 20.d6
Svidler, zesvoudig kampioen van Rusland, winnaar van de laatste World Cup, liet zijn laatste zet vergezeld gaan van een remiseaanbod. Dat geeft ook aan hoe Anish Giri inmiddels in de achting is gestegen. Zwart heeft geen enkel probleem (dankzij die koning op h8), hij kan rustig 20…Lxd6 21.Lxd6 Dxd6 22.Lxh7 Db4 doen en het staat volkomen gelijk.
L. Van Wely – A. Grichuk, na 20.b5
En wit bood remise aan. Grichuk, al teamlid van de winnende Russische Olympiadeploeg in 2000 en 2002, en alle volgende vier Olympiades tot 2010, dacht geruime tijd na. De stelling kan nog alle kanten op na 20…Pc-b4 21.Pd4 Kh7 22.Td1 f5 maar de latente kracht van Lg2 en de zwakte van pion c7 deden hem twijfelen. Omdat de borden 3 en 4 kansrijk voor Rusland waren en tevens het papieren krachtsverschil groter, werd het aanbod in overleg met de captain aangenomen (het enige moment dat je officieel mag praten tijdens een team-partij).
S. Karjakin – J. Smeets, na 39…Tc1
Belangrijk moment voor wit en dat precies op de veertigste zet. Hij moet inschatten hoe 40.c7 Pxc7 41.Tc8 afloopt. Gaat zwart voor kwaliteitsverlies met 41…Pxb5 42.Txc1 e5 of voor de penning met 41…Tc5 42.Pxc7 Tc3. Het voelt beide remiseachtig aan en daarom besloot Karjakin tot een andere speelwijze: de mataanval!
40.Pd6 g5 41.h5 Pe7 42.Pf7 Pg8 43.Td6 e5 44.Kf3 Pe7 45.Td8 Pg8 46.Tc8 g6!
De enige manier om los te komen. Zwart moet niet bang zijn voor het openmaken van de zevende rij.
47.Tc7 gxh5 48.Td7?!
Wit heeft ook andere zetten. Hij kan slaan op e5 of g5 en ook 48.Ke4 Ph6 49.Pxe5+ Kg8 50.Pf3 biedt spel alhoewel zwart ook direct een vrijpion kan maken met 50…h4! Het lijkt hoe dan ook allemaal net te kunnen voor zwart.
48…Kg6 49.c7 Kf5 50.Pd8 Tc3+ 51.Kg2 h4 52.g4+!?
De h-pion is net zo gevaarlijk als de c-pion en zwart kan van de weeromstuit een mataanval overnemen! Bijvoorbeeld 52.gxh4 gxh4 53.Tg7 Ph6 54.Pb7? h3+ 55.Kh2 Pg4+.
52…Kxg4 53.Pb7 Kf5 54.Tg7 Ke6
Dat kan nu, zwart heeft inmiddels genoeg pionnen en hoeft stukverlies niet meer te vrezen.
55.Pd8+ Kf5 56.Pb7 Ke6 57.Pd8+ Kf5 en remise.
D. Stellwagen – A. Morozevich, na 37…Lc4
Zwart heeft het loperpaar en hoe meer de stelling open komt hoe sterker dat paar wordt. Wit moet oppassen. Stellwagen doet het goed
38.Pg6 Ld4 39.Pf4 Ke7 40.Pe2! La7 41.Pc3 e3 42.fxe3 Lxe3 43.Pxa4 Lxd5 44.Pc3 Kf7 47.Lb4 Ke7?
Soms blijven we te lang aan het paargevoel hangen. Zwart heeft meer praktische kansen na 47…Lxb4 48.axb4 Ke7 49.Pd4 Lxh5 50.Pf5+ Kf6 51.Pxd6 Ke5. Nu gaat er te veel van het bord.
48.Lc3 Lxh5 49.Lxg7 Le8 50.Pxd6 Lxd6
en remise omdat ook de laatste pion verdwijnt.
Al met al een verdiend gelijkspel tegen het machtige Rusland!