HDC Media schaakrubriek 20 augustus 2011
Johan Hut
Hoe groot wordt Jorden van Foreest?
Twee weken geleden begon deze rubriek met een opsomming van buitenlandse topschaaksters die zich in Nederland hadden gevestigd. Het ging alleen om het recente verleden, maar het was wel aardig geweest als ik ook Katy van der Mije had genoemd.
Als Alexandra Nicolau werd ze in 1940 geboren in Boekarest. Ze werd zes keer vrouwenkampioen van Roemenië en scoorde op drie Olympiades maar liefst 80 procent op het eerste en tweede bord. Dat leverde haar land twee keer de zilveren medaille op. Twee keer werd ze zevende op wat je het WK-kandidatentoernooi kon noemen. In Nederland won ze twee keer het Danlontoernooi voor vrouwen (Amsterdam/Emmen) en vijf keer de vrouwengroep van het Hoogovenstoernooi. Toen ze in 1974 besloot het arme Roemenië te verlaten, was Nederland een logische keus. Ze had wel veel meer toernooien gewonnen, maar dat was in andere Oostbloklanden. Ze trouwde met een Nederlandse man en nam haar tweede voornaam Ekaterina aan, afgekort tot Katy (in het begin Cathy). Als Katy van der Mije werd ze nog vijf keer kampioen van Nederland. Het niveau van de jaren zestig haalde ze niet meer, maar als we die Roemeense periode meetellen kunnen we zeggen dat Katy van der Mije met Fenny Heemskerk en Zhaoqin Peng tot de drie Nederlandse vrouwen behoorde die de wereldtop aankonden. In 1973 stond ze op de vijfde plaats van de wereldranglijst. Katy van der Mije woont in Haarlem en schaakt nog steeds, bij Het Spaarne.
Van Alina l’Ami schreef ik dat ze op recente toernooien opgewassen was tegen meesters en grootmeesters. Wat ik net had gemist, was dat ze in juli zelfs een grootmeesternorm had gescoord. In een open toernooi in Spanje scoorde ze tegen grootmeesters 2,5 uit 5 en tegen meesters 2,5 uit 3. Het gaat hier om een norm voor de algemene grootmeestertitel, wat gemakshalve vaak ‘bij de mannen’ wordt genoemd.
Op basis van Elo-ratings is Elina Danielian (geboren in 1978) op dit moment de sterkst schakende vrouw in Nederland. Zij komt uit Armenië en woont sinds een paar jaar met een Nederlandse man in Groningen. In 2010 werd ze tot grootmeester benoemd. Zij en Zhaoqin Peng zijn de enige twee vrouwen in Nederland die die titel dragen. Danielian speelt net als l’Ami voor de FIDE onder haar oorspronkelijke nationaliteit. Dat betekent dat ze op landentoernooien (zoals de Olympiade) alleen voor respectievelijk Armenië en Roemenië mogen spelen en bovendien niet aan het Nederlands kampioenschap mogen deelnemen. Als je in Nederland woont, is Nederlander worden voor de FIDE een eenvoudige formaliteit, die niets met paspoorten te maken heeft.
Met grote regelmaat duiken er in Nederland jonge schakers op die als ‘de nieuwe Jan Timman’ worden gezien, zoals de twaalfjarige Jorden van Foreest uit Groningen. Zijn Elo-ontwikkeling is vergelijkbaar met de recordjagers Daniël Stellwagen, Wouter Spoelman en Robin van Kampen op die leeftijd. Het is een bekende naam, zijn betovergrootvader jonkheer Arnold van Foreest was officieus kampioen van Nederland in 1889, 1893 en 1902. Ook diens broer jonkheer Dirk werd drie keer kampioen. De kleine Jorden speelde vorige week in het Atlantistoernooi in Groningen een grappige partij in de stijl van de negentiende eeuw. Zijn voorvaderen zouden trots op hem zijn.
Mellema-Van Foreest
1.e4 e5 2.Pc3 Pf6 3.Pf3 Pc6 4.a3
Wit hoopt een bekende variant van zwart te spelen met a3 als extra zet. Subtiel, maar hij had beter zelf het initiatief kunnen houden.
4…d5 5.Lb5 Pxe4 6.Pxe5 Dg5 7.Pxc6 Dxg2 8.Tf1 a6
Dit is allemaal eerder gespeeld, met verwisselde kleuren. Wit heeft echter niets aan zijn extra zet a3.
9.Pxd5
9…axb5 10.Pxc7+ Kd7 11.Pxa8 Kxc6 12.d3
Dit is fout. In bijna alle gevallen werd hier 12.a4 (maar dan voor zwart, dus a5) gespeeld. Zwart kan dan met 12…Lg4 13.f3 Lh3 de kwaliteit terugwinnen, maar dan blijft wit (na De2 en dameruil) een paar pionnen voor.
12…Lg4 13.f3
13…Lh3
Hier miste Van Foreest een kans die hij beslist had moeten zien. Als je het matbeeld met Te8 herkent, kom je vanzelf op 13…Pg3 14.hxg3 Lb4+. Je kunt wit niet pijnlijker op de nutteloosheid van zijn extra zet a3 wijzen dan door botweg een loper op b4 te zetten.
14.De2 Dxe2+ 15.Kxe2 Lxf1+ 16.Kxf1 Pf6 17.a4
En nu lukte het wit zijn paard uit de hoek te halen en nog een tijdje een pion voor te blijven, maar Van Foreest slaagde er toch heel knap in de partij te winnen, in 48 zetten.