Voor een handleiding zie ook deze link van de NbsV.
In mijn eigen partijen heb ik me ook wel eens mat laten zetten. In een straalverloren stelling vond ik dan liever het snelste mat voor mijn tegenstander, dan op te geven. Zo had ik dan toch het gevoel ergens aan bijgedragen te hebben. Mijn meest recente helpmat was tegen Smerdon bij het Batavia toernooi. Hij had mijn dame al gewonnen en dreigt nu ook mijn paard te winnen.
De enige zet die wit de gelegenheid geeft in 1 zet mat te zetten is 1.Pg8. Na 1..Tg3 was het mat. Overigens leert de ervaring dat het sportief gevonden wordt als je je tegenstander mat laat zetten, als het mat dichtbij is, tenminste.
Maar mijn mooiste helpmat in een echte partij stamt uit 2005. Ik speelde tegen de Chinees Wang Rui.
Ook hier sta ik straalverloren en vind ik een mooi matje: 1.Te3 c1P#.
Bij gecomponeerde problemen moet er een unieke oplossing zijn (tenzij anders aangegeven), en moet elk stuk een functie hebben. Bovenstaande stellingen hadden een unieke oplossing, maar niet elk stuk had een functie voor het helpmat. Laten we als oefening maar eens naar een echt helpmatprobleem kijken.
Deze opgave heeft 5 versies. De dame op a6 kan vervangen worden door een pion, loper, paard of toren, en dan is er nog steeds een helpmat in 2. In een helpmat probleem begint zwart, en op de 2de zet van wit is het mat.
Bij een helpmat is het vaak handig om eerst een matbeeld te verzinnen, en pas daarna te bekijken of en hoe dit bereikt kan worden. Pc1,Ta2;Ka3,Db4 is een matbeeld, maar dan staat wit schaak. Het spiegelbeeld Pc5,Ta4; Ka3,Db2 is een serieuze kandidaat. De zwarte dame kan b2 maar op 1 manier bereiken: 1.Df6 Pc5 2.Db2 Ta4. Merk op dat hier een andere notatie gebruikt wordt, daar zwart begint.
Met de toren op a6 kan b2 niet bereikt worden, dus moeten we opzoek naar een ander matbeeld.
Pc1,Tb3; Ka3,Ta4 is een matbeeld, maar dan staat wit schaak. Het spiegelbeeld met de toren op a2 is niet te bereiken. Na wat puzzelen zie je dat Pd3,Ta1;Ka3 en toren op de a-lijn ook mat is. Dit kan maar op 1 manier: 1.Tb6 Tb1 2.Tb3 Ta1#
Met de loper is het waarschijnlijk dat de koning en loper naast elkaar moeten staan. Deze is waarschijnlijk het makkelijkst te vinden. Na 1.Lc4 Pe1 2.La2 Pc2 staat het mat.
Met een zwart paard op a2 zou het ook mat zijn, maar het paard kan dat veld niet zomaar bereiken in 2 zetten. Hij kan wel naar a4, en daar is het mat ook niet lastig te vinden: 1.Pc5 Pc1 2.Pa4 Tb3#
De pion kan ook naar a4, maar dan kan de witte toren niet meer naar b3. Zijn er nog andere matbeelden met de pion op a4? Met de toren op b2 en het paard op c4, maar dat kan niet in 2 zetten bereikt worden. De oplossing ligt niet helemaal voor de hand. Door bovengenoemd matbeeld een rij naar boven op te schuiven lukt het mat wel. Daarvoor moet er wel goed samengewerkt worden: 1.a5 Tb3+ 2.Ka4 Pc5#
WS#6
Composers: Z. Zilahi (1956)
Bron: Solving in Style door John Nunn
De oplossing is enigzins paradoxaal, maar ik doe toch een poging om een logica te beschrijven die tot de oplossing kan leiden. De zwarte koning staat midden op het bord en heeft nog veel vluchtvelden. Hij moet dus eigenlijk nog dichter naar de damevleugel toe, maar de witte dame staat op d6. Zwart zou kunnen wachten totdat wit zijn dame wegzet, maar dit kan niet omdat deze dame gepend staat. Het heeft wat doorzettingsvermogen nodig om te kijken wat er gebeurd als de witte dame wordt geslagen. 1.Dxd6 Kb5 en nu kan de zwarte koning richting de damevleugel: 2.Kd5 Pc3#. Erg paradoxaal, want beide partijen werken samen om de zwarte koning zo snel mogelijk mat te zetten, en het blijkt dat het hiervoor nodig is om de witte dame te slaan!
WS#7
Composers: S. Eberle (1960)
Bron: Solving in Style door John Nunn
De zwarte koning heeft een goede verdediging en de witte dame staat gepend. Het is niet zo makkelijk om de witte dame te ontpennen. De koning kan naar a1, maar dan staat de dame gepend door de loper. De dame kan dan over de diagonaal spelen, maar dan kan de zwarte loper haar pakken. Er zijn dus verschillende soorten penningen bij een dame:
De dame kan niet naar voren omdat ze over de diagonaal gepend staat (a8-h1)
De dame kan niet schuin omdat ze verticaal gepend staat (b3-b1)
De dame kan wel schuin, maar wordt dan gepakt
De dame kan wel recht, maar wordt dan gepakt
De sleutel van deze oplossing is door eerst de dame te bevrijden en dan te zorgen dat het stuk dat de dame normaal gesproken zou kunnen pakken, te pennen. Als eerst moeten beide koningen opzij om de dame te ontpennen. 1.Kg1 Ka1. De witte dame zou naar d4 kunnen, maar dan wordt deze gepakt door de loper. Door de dame ertussen te zetten op g7 met 2.Dg7 wordt de diagonaal geblokkeerd door de dame, die zelf gepend staat. Daardoor is 2..Dd4 mat.
Paaspuzzle #7
Composers: P. Takács
Bron: Solving in Style door John Nunn
Deze opgave vereist enige verbeelding en 2 oplossers waren gestuit op een fata morgana.
1. (zwart begint in een helpmat) Da6 La8 2.La7 b7 3.Kc6 b8D is geen mat omdat zwart zijn dame er nog tussen kan plaatsen.
1.Lc7 Lxa8 2.Ld8 b7 3.Kc6 b8D is incorret omdat wit schaak staat. De oplossing bevat wel een aftrekschaak, maar op een iets andere manier: 1.Da6 La8 2.Dc8 b7 3.Kc6 bxc8P#. Een opgave die tevens enige hardnekkig vereist!
Paaspuzzle #8
Composers: Sigmund Herland
Bron: Solving in Style door John Nunn
In deze opgave maken we kennis met een typisch matbeeld in een zelfmat. Als wit met 1 stuk moet matzetten, gebeurt dit vaak aan de rand, en dan heeft de zwarte koning blokkade stukken nodig. Het helpmat is in 5 zetten, en dat is het minimaal aantal zetten dat wit nodig heeft om te promoveren. Om op h8 mat te kunnen geven met een damepromotie moet de koning op h6 staan en de toren op g6 en een loper of toren op g5. Omdat zwart moet uitkijken niet met schaak te promoveren, moet hij op c1 promoveren met een loper en die op g5 zetten. Dit idee kan slechts op 1 manier uitgevoerd worden: 1.c1L h4 2.g1T h5 3.Tg6 h6 4.Lg5 hxg7 5.Kh6 gxh8D
ONOK 2014 A
Deze opgave gaat mijn pet te boven, maar ik zal toch een poging doen om uit te leggen hoe je zo’n opgave oplost. Je moet proberen een matbeeld te vinden en dan te ontdekken of je die stelling kan bereiken. Bijvoorbeeld de zwarte koning op e3, de witte koning op g4, en dan de velden d2,e2,f2 bezet door zwarte stukken en de zwarte pion op h2. Of de zwarte koning op f4, de witte koning op f6, en dan uiteindelijk Pg2 mat. Dit lukt helaas ook niet. Ik heb zelf niet serieus overwogen om de koning op de eerste rij mat te zetten. Misschien met de koning op d1, en dan ingesloten door eigen stukken. Met enig gepuzzel zou je dan tot de conclusie kunnen komen dat er een matbeeld is met een zwarte Kd1, Td2, De1, Pc1 en dan een witte Kf3 en Pe3. Vervolgens is het niet al te lastig om te ontdekken hoe je zover kan komen: 1.Pxd3 Pg2 2.De1 f4 3.Td2 Kf3 4.Kd1 e4 5.Pc1 Pe3#.
De koning moet midden op het bord matgezet worden, dus moeten alle omringende velden ofwel geblokkeerd worden door een zwart stuk of gecontroleerd worden door een wit stuk. Vooral de witte velden zijn lastig te bestrijken, maar met een paard op e5 zou van de witte velden alleen nog e6 ontbreken. De toren geeft schaak over de d-lijn en de loper moet de zwarte velden bestrijken, maar staat momenteel gepend. Het blijkt allemaal net te passen door de toren via f6 naar e6 te brengen, wat tegelijkertijd de penning opheft. 1.Tf6 Ld6 2.Te6+ Pe5#. Een krachtige laatste zet die het schaak opheft en tegelijkertijd mat zet. Voor de tweede oplossing moet er wat verder gezocht worden, want met de koning op d5 is er geen tweede mat nodig. Misschien staan de pionnen op g4 en g5 er toch niet voor niets? In dat geval moet de koning waarschijnlijk matgezet worden op e6. Hiervoor moet f7 geblokkeerd worden door de toren en e7 gecontroleerd worden door de witte loper: 1.Tf7 Lf6 2.Ke6 Pf4#. Hier zien we ook waar de pion op b6 toe dient, anders was 2..Pc6# een nevenoplossing.
WS#15
Composer: ?
Bron: 10th European Chess Solving Championship Igalo
De diagonaal h1-a8 moet geopend worden. De toren kan momenteel nog niet weg, maar daarna kan wit de diagonaal onderbreken, kan de toren weggezet worden en moet wit matzetten op de 2de zet. In de 4 oplossingen wordt de toren op 4 verschillende velden door vier verschillende stukken geslagen: