Olympiade: heren zesde, dames twintigste
De beide Nederlandse teams zijn op de Olympiade met een overwinning geëindigd. De heren versloegen Argentinië met 3-1, de dames Australië met dezelfde cijfers. Voor de heren betekent dit dat ze (met een beetje Zwitsers geluk) ze op de zesde plaats zijn geëindigd (met evenveel matchpunten als maar meer SB dan Vietnam en Roemenië), waardoor de vijf spelers van het team de A-status van het NOC krijgen. De dames hadden voor de laatste ronde nog hoop op de B-status (eerste zestien), maar de gedeeld vijftiende plek was daarvoor niet genoeg omdat ze op SB op de twintigste plek eindigden.
In het mannentoernooi was ook de strijd aan de top spannend. China, Rusland en Armenië stonden na de voorlaatste ronde bovenaan. Terwijl China verloor wonnen Rusland en Armenië hun laatste match, waardoor het om de SB-punten ging. Daarvan hadden de Armenen er een stuk meer, zodat zij voor de derde keer sinds 2006 winnaars zijn van de Olympiade.
Nederland kon het met de indeling slechter treffen dan Argentinië, de nummer 29 op rating. Vooral op de topborden had Nederland een ratingoverwicht en dat werd snel in punten omgezet, allereerst door de kopman:
Peralta – Giri
1. d4 e6 2. c4 d5 3. Pc3 c6 4. e3 Pd7 Zo houdt zwart de optie van een Stonewall open.
5. Ld3 dxc4 Toch maar op de Slavische manier, daar heeft Anish meer ervaring mee.
6. Lxc4 b5 7. Ld3 a6 8. Pf3 c5 Het is vrij ongebruikelijk dat dit met het paard nog op g8 gespeeld wordt. Wit kan daarom d5 doen, maar dit levert niet veel op.
9. d5 exd5 10. Pxd5 Lb7 11. Le4 Pe7 12. Pc3 Pc6 13. a4 b4 14. Pe2?! Nu komt wit in de problemen, het paard had naar voren moeten gaan.
14… Pf6 15. Ld3 Pa5 Zo komt zwart meteen al tot actief spel. Meteen 15…c4 was trouwens ook goed speelbaar. 16. O-O c4 17. Lc2 b3 Nu heeft wit de lastige keuze: loper op b1 of op h3 zetten. Allebei de velden zijn niet echt aantrekkelijk.
18. Lf5 g6 19. Lh3 Pe4 20. Ld2 Ook een rare, zeker als je weet dat er een loper op g7 gaat komen. Na 20.Dd4 Dxd4 21.exd4 valt het nog wel mee voor wit, de loper kan ergens heen en b2 is niet makkelijk aan te vallen.
20… Pxd2 21. Pxd2 Lg7
22. Tc1?
Probeert een tactische oplossing te vinden voor de problemen, maar in plaats daarvan wordt het einde versneld.
22… Lxb2
23. Txc4 O-O!
Vooral niet 23…Pxc4 24.Pxc4 met aanval op beide zwarte lopers. Nu dreigt zwart wel op c4 te slaan.
24. Tb4 De7
25. Tb6?
Beter is 25.Txb3 Pxb3 26.Pxb3, al heeft zwart dan goede winstkansen.
25… Tfd8
Maar nu zou wit willen dat hij er slechts met kwaliteitsverlies vanaf komt.
26. Pd4 Lxd4
27. exd4 Txd4
28. Dc1 Dd8
29. Dc5 Txd2
Op 30.Dxa5 wint Td6 groot materiaal. 0-1
Ook Loek van Wely wist vrij snel te winnen.
24…Pxf3+?
Met de kennis van nu zal de Argentijn spijt hebben van het offer, zeker omdat zwart helemaal niet slecht staat als hij bijv. a6 en b5 voorbereidt. Maar ik kan me heel goed voorstellen dat het moeilijk was voor hem om op zijn handen te zitten, want het offer ziet er op het eerste gezicht kansrijk uit.
25. Dxf3 Lxg4 26. Dh1 h4 27. Pf5!
De weerlegging. Wit geeft een derde pion voor het stuk in ruil voor een blokkade op de witte velden.
27… Lxf5 28. exf5 Dxf5
Na 28… g4 29. Ld3 g3 30. Pe4 Dh6 31. Tf3 zijn de pionnen ook geblokkeerd. Wit gaat dan verder met Tg1, Tff1, f6 en De4.
29. Le2!
Maar nu krijgt zwart helemaal niet de kans zijn pion naar g3 te spelen.
29… Lh6 30. Tg1 Kh8 31. Pe4 Tad8 32. Ld3
En nu is wit klaar om materiaal te winnen: Pxc5, Lxf4 met Pxg5, of Lc2 benevens Pxg5 zijn dreigingen.
32… Dh7 33. Lxf4 exf4 34. Pxg5 Dg7 35. Kc2! Lxg5 36. Tfg2
Wit wint het stuk terug en heeft dan een winnende aanval. 1-0
Toch was het nog wel spannend, want de laatste twee borden waren in de problemen. Sokolov kreeg met zwart uit een Spaanse opening een soort Koningsindische stelling, maar dan zonder witveldige lopers (en zonder aanval). Het was min of meer prijsschieten voor tegenstander Felgaer, maar Felgaer wist er niet doorheen te komen en in de diagramstelling heeft zwart genoeg tegenspel:
maar als je dan 30…Tf4? speelt vraag je erom. Een vraag waarop gelukkig niet het juiste antwoord kwam, zodat het alsnog remise werd en Nederland de matchpunten binnen had.
Ook Jan Smeets, met wit tegen Mareco, had het niet makkelijk. Na een Siciliaans die in het Engels overging stond hij de hele tijd wat minder. Jan offerde een pion voor activiteit, en daarna nog een pion om dames te ruilen. In het eindspel kon zwart echter niet zijn beide pluspionnen houden, en het toreneindspel met een enkele pluspion bleek remise. 3-1 dus!
Persoonlijke resultaten Nederlandse heren.
Ook bij de dames was het aan kop spannend. China en Rusland stonden na tien ronden bovenaan, waarbij China een voorsprong op SB had. Beide teams wonnen de laatste ronde, waarna opeens bleek dat Rusland veel meer SB had. De tweede keer goud voor de Russen dus.
Nederland was 17e geplaatst, ze eindigden 15e, 20e op SB, dus ongeveer volgens verwachting. Veruit de beste prestatie werd door Lisa Schut geleverd met 8,5 uit 10, qua bordpunten zelfs een van de beste prestaties van de Olympiade. Lanchava en Peng waren helaas wat minder goed in vorm. Lanchava was daarom de laatste ronde reserve, terwijl mevrouw Aronian zout in Peng’s wonden wreef:
Peng had in de opening al kunnen winnen. Na dat gemist te hebben bleef ze de hele tijd wat beter staan, maar in de diagramstelling is het voordeel weg. Wellicht hierdoor teleurgesteld en/of gefrustreerd lette ze even niet goed op.
59. Lb2?? Txc4+ 60. bxc4 Txb2 61. Tb3 Txb3 62. Kxb3 0-1
Gelukkig wonnen de andere Nederlandse dames wel. Lisa Schut kreeg een Franse ruilvariant tegen zich en speelde dat agressief met o.a. 9…g5. Ze miste later een mooie winst met 34…Ph1! en in een eindspel met paard tegen loper had ze eerst geen voordeel, maar nadat het witte paard op een dwaalspoor raakte, raakte het opgesloten en kon Lisa een handtekening onder een 1 zetten. Anne Haast stond de hele tijd wat beter, maar ze wist maar niet door te drukken. Pas toen haar tegenstandster onnodig een kwaliteit offerde met 45…exf4 kreeg ze groot voordeel en het eindspel tikte ze goed uit. Arlette van Weersel kreeg pas na de eerste tijdcontrole voordeel, en toen haar tegenstandster op zet 45 de beste verdediging miste (zij had wel een kwaliteit moeten offeren) ging het hard. Arlette had met 6 uit 8 overigens ook een goed toernooi, Anne scoorde volgens rating.
De laatste mode is dat de toeschouwer ook kan meekijken wat het schaakprogramma, in dit geval Houdini, er van "vindt".
Iedere blunder wordt onmiddelijk duidelijk. Maar wat mij opviel is dat Houdini tamelijk simpele eindspelen nogal pover beoordeeld. Ik zag een aantal niet al te moeilijke toreneindspelen waar Houdini enkel pionnen telde en wit/zwart een voordeeltje van 0,8 gaf, tot de Tablebases werden ingeschakeld. Dan is +/- 0,8 ineens mat in zoveel. Karjakin-Volotikin. Een ongelijk loper-eindspel van Aronian wist Houdini pas juist te beoordelen nadat Aronian de juiste zetten speelde. Dit is geen kritiek op Houdini, Fritz weet het ook niet altijd in dit soort stellingen.
Dat is me ook vaak opgevallen, het is een relatieve zwakte van de engines. Voor een commentator meestal niet zo’n heel groot probleem gelukkig, zulke beoordelingsfouten zijn meestal wel te herkennen (da’s moeilijker bij rekenfouten die door computers gemaakt worden).