Kinderlijk spel
Picasso heeft wel eens gezegd dat hij op vierjarige leeftijd al kon tekenen als Rafaël, maar dat hij zijn hele leven moest ploeteren om te leren schilderen als een kind. De uitspraak schetst voorbeeldig wat er met de kunsten in de 20e eeuw gebeurde. De techniek raakte op de achtergrond. Alles ging enkele nog om expressie. Vooral in de beeldende kunst werd het usance om zo maar wat aan te rotzooien (Karel Appel), maar ook in de literatuur (James Joyce, Finnigan’s Wake) en de podiumkunst (van punk tot performance art) zijn talloze werken gerealiseerd waarvan de gewone man niets anders kan zeggen dan “Dat kan mijn kleine zusje ook”.
Ook schaken heeft allerlei kunstzinnige aspecten. Zonder creativiteit en inspiratie komt een grootmeester niet ver. Maar nog veel belangrijker is de techniek: zuivere kennis over allerlei type stellingen en diep inzicht in nog veel meer trucs.