Koninginnendag
De spelling van de Nederlandse taal kent één bijzonder kwestieuze regel: die van de tussen-n. De hoofdregel luidt aldus: “Schrijf -en- als het eerste deel van de samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat uitsluitend een meervoud op -(e)n heeft.” Een voor de hand liggend voorbeeld is: “koninginnensoep”.
Die regel kent een aantal uitzonderingen. Er wordt geen tussen-n geschreven als het eerste deel van de samenstelling verwijst naar een persoon of zaak die uniek is in zijn soort. Voorbeelden: “zonneschijn”, want er is maar één zon, en “Koninginnedag”, want wij hebben maar één koningin.