Open Nederland’s Kampioenschap te Dieren
Wat vliegt de tijd! De laatste keer dat ik aan het ONK deelnam was eind jaren 70. Ik geloof dat ik toen met onder andere Karl Schubert, Gerhard Bisschoff, Armand Hendricks, Noël Ruyters de locale camping onveilig maakte.
Na ampel beraad besluit ik ongeveer dertig jaar later wederom deel te nemen aan dit toernooi. Vanwege privéomstandigheden laat ik het toernooi in Pardubice links liggen en zoek ik mijn toevlucht tot het toernooi nabij de Hoge Veluwe. Mijn residentie is deze keer niet de camping in Dieren noch de locale herberg of hotel.
Mijn toevluchtsoord is ditmaal een fraaie woning in Bilthoven.
In alle rust kan ik mij hier voorbereiden op het loodzware kampioenschap. De reistijd van bijna één uur focust mij op de wedstrijd van de dag. Verder ben ik afgezonderd van alle schaakfanatici die de camping en de Dierense binnenstad onveilig maken.
Gezien mijn positie in het deelnemersveld waren mijn schaakaspiraties vrij eenvoudig: haal 50% en speel goede partijen.
Black is ok!
In 1988 publiceerde Andras Adorjan het boek Black is OK! Een serieuze schaker zoals ik, kon een glimlach niet onderdrukken toen de Hongaar dit pretentieus boekwerk lanceerde. Hilarisch zijn de reacties wanneer Adorjan jaren later met de opvolger “Black is still OK” zijn stelling bevestigt. Met "Black is OK forever" besluit Adorjan zijn trilogie. Ik zal nu met groot respect over Adorjan spreken. De grote meester heeft alsnog gelijk gekregen. In mijn eerste zeven ronden van dit ONK won steeds de zwartspeler. Sipke Ernst herkende dit fenomeen en vertelde in al zijn eenvoud de oplossing van dit probleem: De witspeler begint en heeft daarom statistisch gezien de grootste kans om als eerste een fout te maken!
In eerste instantie laat ikzien hoe de titelhouders hun punten incasseerden. Waar zij erg goed in zijn, is het volgende: geduldig zijn en goede zetten blijven doen! Lees verder…