Idealisme in de Noordzee
Als je de Engelse opening (1. c2-c4) pareert met de Hollandse verdediging (1. … f7-f5) speelt het gevecht zich af op de Noordzee. Ernst Timmer (1954) geeft in zijn nieuwste roman elk hoofdstuk naast een gewone titel een schaakzet mee, die tezamen de Noordzee-opening vormen, een zelf ontwikkelde schaakopening waarmee hij van tijd tot tijd een tegenstander verschalkt.
Het begint zo. 1. c4 f5 2. Pc3 Pf6 3. Dc2 g6 4. e4 fxe4 5. Pxe4 d6. Nog niet veel aan de hand, zou je zeggen. Zwart speelt wellicht loper f5. Het pionnetje op d2 weet nog niet waar hij heen wil. Maar er is aan beide kanten nog flink verzet mogelijk. En verzet is precies wat de hoofdpersonen, Henriët (Jet) en Maguire, in Timmers boek met elkaar verbindt.
Maguire bij de IRA, waarvan de jarenlange strijd door Timmer uitmuntend beschreven wordt vanuit het perspectief van de Ieren zelf. Jet als onstuimige dwarse meid die in de jaren 70 gaandeweg radicaliseert en zich bekommert om het leed en het onrecht in de wereld.
Als een kroniek van het idealisme uit die tijd geeft Timmers boek heel wat herkenningspunten voor de vijftigers van nu, maar ook zicht op een bijzondere periode in het recente verleden. Een periode waarin de wereld nog maakbaar leek en idealen binnen handbereik. Waarin iedereen met een links hart sympathie voelde voor de grote verzetsbewegingen. Niet zozeer voor het handelen (Rote Armee Fraction, Baader-Meinhof, het Palestijnse verzet en de Molukkers) als wel voor het opkomen tegen de rechtse onderdrukking. Timmer geeft deze `verzetshelden’ een gezicht, en alleen daarom al is zijn boek lezenswaardig. Maar het is ook een boek voor liefhebbers van de Nederlandse taal. Het is knap wat Timmer met eenvoudige zinnetjes voor elkaar krijgt.
“Wat tel jij zoal?” vroeg Johan. “Niets”, antwoordde Henriëtte. “Ik ben geen teller.”“Jij bent een noemer”, zei Joost. “Jij noemde ons gesprek een voetbalgesprek. Toen kon Johan het gesprek tellen. Zonder noemer geen teller.”Johan legde zijn hand op de schouder van Henriëtte. “Samen zijn we een deling.” Henriëtte pakte de hand en wierp hem `m met een krachtig gebaar van zich af. “Volgens mij heet dat een breuk.”
In zijn stijl doet Timmer soms denken aan Krabbé. Compact en heerlijk recht door (de Noord-)zee. Daarbij pakt het verhaal je in deze fraaie vertelling direct vanaf de eerste bladzijde. Het is een mooie parel aan Timmers ketting die in 1989 begon met Het waterrad van Ribe (bekroond met een Gouden Ezelsoor) en nu, via de verhalenbundel Mallen (1993), De stille omgang (1998; genomineerd voor de LIBRIS Literatuurprijs), Zwarte ogen (2003 genomineerd voor de Gerard Walschap Literatuurprijs) en Gierzwaluwen (2007), uitkomt bij deze Noordse sage. Een sage overigens die, net als de Noodzee-opening, tot een verrassend en abrupt einde komt: wit speelt 6.Ld3? om de druk op g6 te verhogen en zwart tuint er met open ogen in. 6. … Pxe4 7.Lxe4 Pd7 8. Lxg6 hxg6 9. Dxg6 mat.
Uitgever: Prometheus, Amsterdam
Prijs: € 19,95
ISBN: 9789044616774