Belevenissen van een arbiter: Schaken aan zee
Een collega bracht mij die zondagavond naar het station van Beverwijk. Nog eenmaal keek ik om en zag de contouren van de Moriaan en het verlichte paviljoen op de dorpsweide in de verte verdwijnen. Het was weer mooi geweest in Wijk aan Zee. Het Tata Steel Chess Tournament 2011 zat er weer op. Een nieuwe naam maar met de oude gewoontes die het toernooi zo uniek maken. Met de nieuwe naam kwam er ook een nieuw styling voor de aankleding van de zaal. Het harde donkerblauw en rood had plaats gemaakt voor het zachte zeeblauw. Je waande je op het strand in de branding, omringd door de kalme zee en blauwe lucht met op de achtergrond de schoorstenen van de oude Hoogovens vaag zichtbaar.
Volgend jaar een laagje strandzand op de vloer maakt het geheel allemaal nog levensechter! Het was een lust voor het oog om te zien en optisch toonde het ruimer dan met de oude aankleding. Ook bij de twee andere locaties van het toernooi, café de Zon en het paviljoen op de dorpsweide, was het nieuwe aangezicht te bewonderen. Een flinke verbetering was ook het zitmeubilair voor de amateurspelers in de zaal: met – uiteraard blauwe – stof beklede stoelen in plaats van harde rode kunststof zittingen.
Zittend in de auto vroeg ik mij af wat ik kon vertellen over aparte voorvallen tijdens dit toernooi. Ik kwam al snel tot de conclusie dat dit eigenlijk nihil was! 16 dagen volop strijd aan de borden en er is niets noemenswaardig gebeurd! Alles bij elkaar opgeteld kom ik tot een aantal gespeelde partijen van ruim 4800! En dan reken ik nog niet de diverse simultaanseances mee die verspreid over die 16 dagen gehouden werden. Hoe kan dit? Gedragen de schakers zich gedisciplineerder? Stralen de arbiters zo veel meer gezag uit? Dit laatste lijkt mij niet aannemelijk, want met de nieuwe naam hebben wij ook nieuwe jacks gekregen. De onopvallende zwarte fleecetruien van Corus zijn ingeruild voor de al even onopvallende – en niets zeggende – blauwe trainingsjacks met witte biezen langs de mouwen van Tata. Nu nog een joggingbroek er onder en we kunnen als Tokkies naar de camping! Nee, dit moet beter. Volgend jaar een fris blauw colbertje met een mooie grijs getinte broek en dan zal je zien dat de schakers je zelfs niet meer aan durven te kijken tijdens een conversatie bij een geschil!
Terug naar de realiteit. Eigenlijk niets te melden dus. Al was daar wel tijdens de dagvierkampen een wat oudere schaker die het niet goed kon vinden met de digitale klokken. "Het zijn net vrouwen van plastic", vertrouwde hij mij toe. Ik ben eigenlijk vergeten te vragen wat hij vond van de voor hem oude en vertrouwde Gardéklokken. Dat antwoord had ik graag van hem willen horen.
Er was ook nog een remiseclaim van Jan Smeets, die beweerde tegen de Chinees Wang Hao in de 11e ronde van de Grootmeestergroep A drie keer dezelfde stelling te hebben bereikt. Arbiter Cor Roet wees de claim na reconstructie van de partij resoluut af. De stelling was wel drie keer voorgekomen maar niet met dezelfde speler aan zet! Ja, ook daar moet je naar kijken! Jan keek wat beduusd maar dorst niet tegen te sputteren. Cor Roet gaf een tijdvergoeding aan Wang Hao, zette de klok weer aan en liep met een blik vol zelfvertrouwen in zijn nette blauwe pak met Tata stropdas terug naar zijn bureau….
De Grootmeestergroep C herbergde dit jaar een Westlandse vertegenwoordiger. Jan Willem de Jong streed voor wat hij waard was in het toernooi over 13 ronden. “Het was heel mooi om mee te maken maar wel heel erg zwaar. Iedere dag zat er weer een ander kanon tegenover je”, verzekerde hij mij. “De laatste twee ronden ging het licht dan ook volledig uit bij mij. Ik zat er helemaal doorheen!” Maar vlak daarvoor, in de elfde ronde, speelde hij zijn beste partij van het toernooi, waarvoor hij beloond werd met de ‘Piet Zwart’ dagprijs (een geldprijs van 100 euro) in groep C. Hij maakte korte metten met de Duitse grootmeester Sebastian Siebrecht. Hieronder volgt de partij met commentaar van de meester zelf!
IM Jan Willem de Jong NLD (2437) – GM Sebastian Siebrecht GER (2439)
Tata Steel Chesstournament 2011 Ronde 11 Wijk aan Zee 28.01.2011
1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pf3 Pf6 4.Pc3 e6 5.e3 Pbd7 6.Ld3 Ld6 Dit is wat ongebruikelijk. Meestal gaat zwart verder met 6…dxc4 om daarna met b5 een tempo te winnen. Ik had me overigens niet voorbereid op deze variant. Siebrecht speelt namelijk van alles.
7.e4 dxe4 8.Pxe4 Pxe4 9.Lxe4 Pf6 Dit is minder nauwkeurig. Beter 9..0-0 en 10..h6 (om het klassieke Lxh7 voor altijd uit de stelling te halen)
10.Lc2 c5 11.0-0 h6 12.La4+ Zwart treuzelt met de rochade, wit kan profiteren.
12..Ld7 13.dxc5 Lxc5 14.Pe5 Wit heeft inmiddels onaangename druk, dit komt mede omdat wit alle spanning handhaaft.
14…De7
15.b4! Een erg sterke zet, ik voelde meteen dat dit de beste zet moest zijn, alleen het doorrekenen van de varianten kostte veel tijd. Het idee is dat wit met tempo ook nog de toren in het spel brengt.
15…Lxb4 Op 15..Ld6 volgt 16 Pxd7 Pxd7 en 17 c5. De penning wordt dan erg vervelend.
16.Tb1 0-0-0 Op 16…Td8 zou c5 volgen met stukwinst.
17.Pxd7 Pxd7 18.Db3 a5 19.a3 Pc5 Zwart kan nog net voorkomen dat hij meteen materiaal verliest. De witte aanval is echter moordend.
20.Dc2 Lc3 21.Dxc3 Pxa4 22.Dxa5 Pc5 23.Da7 e5 Zwart had hier met Dc7 en b6 de ergste schade kunnen beperken. Ook dan staat wit gewonnen, maar moet hij nog wel werken in het eindspel.
24.Le3 Pa6 25.c5 Pb8 26.c6 De koningsstelling wordt opengegooid. Het mooie is dat zwart totaal geen tegenspel heeft. Dat speelt altijd erg prettig
26..Pxc6 27.Da8+ Vooral geen 27 Tfc1?? vanwege 27…Td1! en zwart wint!
27..Kc7 28.Txb7+ Kd6 29.Td1+ Pd4 30.Tb6+ 1-0 Wit geeft de volgende zet mat.
Soms lijken partijen als vanzelf te spelen.