de Volkskrant schaakrubriek 2 april 2011
Gert Ligterink
Een ereplaats in het kabinet van de ware schaakunst
Twee jaar geleden schreef Dirk Jan ten Geuzendam in het tijdschrift Matten een mooi artikel over de kennismaking van Nederland met Judit Polgar tijdens het OHRA-toernooi in 1989. Met de heldin van die onvergetelijke zomer keerde hij terug naar de spectaculaire partijen, waarmee het toen net 13 jaar oude Hongaarse meisje de harten stal van de toeschouwers. Zo groot was de belangstelling voor haar prestaties dat het publiek soms in de gang moest wachten voor het naar binnen kon.
Met een vleugje weemoed liet Polgar zich opnieuw meenemen naar het eerste hoogtepunt van haar carrière. Met glinsterende ogen speelde ze haar overwinningen na op ervaren grootmeesters als Ree, Hulak en Azmaiparashvili: `Dat was echt schaken, het ging allemaal zo soepel … Maar zo onbevangen kun je tegenwoordig, nu iedereen met de computer werkt en alles checkt, niet meer spelen.’
Nee, de vlotte, natuurlijke aanvalsstijl van haar eerste toernooien heeft Polgar achter zich gelaten. Ze werd een topgrootmeester, die niet meer tegen Ree of Hulak speelde maar tegen Kasparov en Anand. Noodgedwongen paste ze zich aan. Scherpe openingen maakten plaats voor een veel degelijker repertoire en offercombinatie werden eerder uitzondering dan regel.
Acht jaar geleden bereikte Polgar de toptien van de wereldranglijst nadat ze achter Anand als tweede was geëindigd in het Corus-toernooi. Inmiddels is ze gezakt naar de 50ste plaats. Tot verdriet van haar vele fans zien we haar zelden meer in de elitetoernooien.
Op dit moment speelt Polgar mee in het EK-toernooi in Aix-les-Bains. Na een acceptabel begin raakte ze in de zesde ronde uit koers door een vreselijke nederlaag tegen de Oostenrijker Ragger. Goed voor haar humeur was die tegenslag niet, maar ze nam op geweldige wijze wraak. In de stijl van haar jeugd speelde ze een dag later tegen de Georgiër Pantsulaia een partij die een rondreis door de wereld zal maken.
Mocht u lang geleden voor het laatst uw schaakbord uit de kast hebben gehaald, stof het dan nog eenmaal af en geniet van een partij die een ereplaats verdeint in het kabinet van de ware schaakkunst.
Pantsulaia – Polgar
Aix-les-Bains 2011
1. c4 e6 2. Pf3 Pf6 3. g3 d5 4. Dc2 c5 5. d4 cxd4 6. Pxd4
Wits vorige zet loste zwarts openingsproblemen op en na deze zet staat zwart al beter. Sterker was 6. cxd5 Pxd5 7. Pxd4.
6 … e5 7. Pb3 Pc6 8. Lg2 Pb4 9. Dd1 dxc4 10. P3d2 Lf5 11. Pa3 b5!
Misschien staat zwart ook beter na het kalme 11 … Tb8 12. Pdxc4 Dxd1+ 13. Kxd1 Td8+, maar dit kwaliteitsoffer is veel energieker.
12. Lxa8 Dxa8 13. Pf3
13 …Pd3+!
Om wits koning vast te houden in het midden van het bord, verhoogt Polgar de inzet tot een volle toren.
14. exd3 Lxd3
Dreigt 15 … Lb4+ 16. Ld2 De4+ en mat.
15. Pxb5 Lb4+ 16. Pc3 0-0 17. Tg1 Pe4 18. Ld2 Td8 19. Tc1
Gedwongen. Er dreigde 19 … Lxc3 20. bxc3 Pxc3 21. Lxc3 De4+ 22. Kd2 Le2+.
19 … Pxc3 20. bxc3 La3 21. Le3 Lxc1 22. Lxc1 Tb8
Nog steeds staat wit een stuk voor, maar wat moet hij? De toren op g1 doet niet mee en de andere stukken zijn gebonden aan de verdediging van de koning. Polgar voert de druk rustig op.
23. Pd2 Dd5 24. Da4 a5 25. Dd1
Bij gebrek aan betere zetten. De volgende zet is listig. Zwarts koning krijgt een luchtgat en wit wordt verleid tot een ernstige fout.
25 … h6 26. Df3?
26 … Tb1! Wat een schitterende zet. Na 27. Pxb1 valt wits dame en het is mat na 27. Dxd5 Txc1.
27. Kd1
Taaier is 27. Dd1 Ta2, maar ook dan kan wit op den duur de druk niet weerstaan. Met de manoeuvre … Ta1-a2-c2 verovert zwart de c-pion, waarna wits lamgelegde stelling instort.
27 … e4 28. Df4 Ta1 29. Db8+ Kh7 30. g4
Heel mooi is de variant 30. Db2 Tb1! 31. Pxb1 Lc2+! 32. Kxc2 Dd3 mat
30 … Dd7 31. De5 e3!
Omzeilt de laatste klip. Na 31 … Da4+ 32. Pb3 cxb3? (32 … e3 wint) 33. Df5+ geeft wit eeuwig schaak.
32. fxe3 Da4+ 33. Ke1 Txc1+ 34. Kf2 Txg1
Wit geeft op.