Canon (7): Tim Krabbé en schaakcuriosa

Toen Tim Krabbé in 2009 het boekenweekgeschenk schreef, werd hij in de media omschreven als ‘schrijver, wielrenner en schaker’. Als romanschrijver is hij vooral bekend met De Renner (1978) en het twee keer verfilmde Het Gouden Ei (1984). Over het wielrennen wisten journalisten ook wel wat te melden, maar het schaken werd nauwelijks belicht. Krabbé (geboren 13 april 1943) zei zelf in sommige interviews dat hij rond 1970 tot de sterkste twintig schakers van Nederland behoorde. Dat klopt, in 1967 en 1971 plaatste hij zich voor het Nederlands kampioenschap, waarin hij tiende en elfde werd. In het toernooi van 1967 won hij van Hein Donner. Ook speelde Krabbé in B-groepen van Hoogovens- en IBM-toernooien.

Zijn plaats in deze canon verdient hij met zijn rol als beschrijver van schaakcuriosa. Dat deed hij in het tijdschrift Schaakbulletin in de jaren zeventig en in de boeken Schaakkuriosa (1974), Nieuwe Schaakkuriosa (1977) en Chess Curiosities (1985). Dat laatste is geen vertaling, maar een nieuw boek. Samen met Alexander Münninghoff schreef hij in 1972 het boek Fischer, een mooi, helder boek over Bobby Fischer en de geschiedenis van het wereldkampioenschap. Samen met Max Pam stelde hij in 1987 het boek De Koning samen, de monumentale bundel artikelen van Donner. In 1986 verscheen ‘De man die de Babson task wilde maken’, over de worstelingen van een probleemcomponist.

Krabbé schreef zeven jaar lang de schaakrubriek voor het Algemeen Dagblad, totdat die rubriek werd opgeheven. Hij had al heel vroeg een website: www.xs4all.nl/~timkr. Het Engelstalige deel over schaakcuriosa wordt wereldwijd geroemd.

Wie zegt dat Tim Krabbé de grootste publicist van schaakcuriosa is, doet hem eigenlijk nog tekort. Als hij er niet geweest was, dan zou er uiteraard wel over grappige fragmenten en curieuze partijen worden gepubliceerd, maar je zou kunnen zeggen dat Krabbé van schaakcuriosa een zelfstandige discipline heeft gemaakt, net als bijvoorbeeld probleemschaak en eindspelcompositie. Hij stelde de kaders, de definities, de regels. Als een schaker opgeeft in gewonnen stelling, zeggen mensen: dat is de ‘ultieme blunder’, zo noemt Tim Krabbé het. Een gevleugelde uitdrukking bij zo’n gebeurtenis is ook: ‘Stuur het naar Tim Krabbé’. Dat geldt bijna als een plicht. Naast de ‘ultieme blunder’ is de ‘winnende wandelkoning’ een favoriet thema van Krabbé, die het definieerde als ‘de koning van de winnende partij die op de andere helft van het bord komt op het moment dat de tegenpartij naast de koning nog minstens drie stukken heeft, waaronder de dame’. Andere thema’s zijn bijvoorbeeld rokades in het eindspel, de langste serie opeenvolgende schaakjes en de meeste promotiezetten per partij. Op de site staan de thema’s op een rijtje.

Krabbé componeerde zelf ook problemen en studies. In deze link www.xs4all.nl/~timkr/chess/prb.html schrijft hij daar enthousiast over. Zijn ‘mat in 22’ (diagram 10) is zijn favoriete compositie en het thema ervan, de ‘Zwickmühle’, is een van zijn favoriete thema’s.

De laatste jaren vult Krabbé de site nauwelijks meer aan. Schrijven (buiten het schaken) en wielrennen vindt hij op dit moment belangrijker. Daar hoeft niemand om te treuren, Tim Krabbé heeft al een schatkamer aan schaakcuriosa ingericht.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.