Vlissingen 2: een boeiend topduel
In het middengedeelte van het toernooi in Vlissingen worden traditioneel de duels tussen de toppers en de subtoppers uitgevochten. Dit gaf drie 2600plus-spelers gelegenheid om zich naar de top van de ranglijst te spelen: Postny en Landa (met een onderlinge remise) en onze landgenoot Jan Smeets staan met 5.5 uit 6 bovenaan. Hun voornaamste concurrenten volgen op een half punt: Naiditsch, L’Ami en Seirawan. Verrassend genoeg heeft ook Christopher Brookes (2056) 5 punten: weliswaar is zijn gemiddelde tegenstand een stuk lager dan die van de grootmeesters, maar een TPR van 2495 is toch erg knap, en een IM-norm ligt binnen de mogelijkheden.
In de zesde ronde waren er twee topduels. De remise tussen Postny en Landa had niet zoveel om het lijf, maar dat valt niet te zeggen over het duel tussen Erwin L’Ami en Arkadij Naiditsch. De Duitse supergrootmeester ging er met zwart vol voor en onze landgenoot deed met hem mee, zodat na twintig zetten het bord in brand stond. Paardvorken, stukken die hingen, een gedekte vrijpion op e6, diverse offers…. uiteindelijk eindigde de partij in remise, wat een terechte uitslag was. Hieronder de analyse.
Erwin L’Ami – Arkadij Naiditsch
1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pc3 c5 Waarschijnlijk een teken dat Naiditsch op winst speelde. De Benoni is op hoog niveau licht dubieus, maar wel een geschikt wapen als je een scherpe stelling wilt krijgen. 4. d5 exd5 5. cxd5 d6 6. e4 g6 7. Ld3 Lg7 8. h3 Pbd7 Wie de theorie goed kent kan met 8… 0-0 9.Pf3 b5 remise maken. Er is bijvoorbeeld een variant die leidt tot een eindspel van twee witte torens tegen een zwarte dame met allebei f, g en h. Daar is Naiditsch vandaag niet op uit. 9. Pf3 a6 10. O-O O-O 11. a4 Wit staat iets beter hier, o.a. omdat de loper op c8 moeilijk te ontwikkelen is. Met 11…Te8 en 11….Ph5 is hier veel ervaring opgedaan, de Duitser kiest voor een ongebruikelijk plan. 11… h6 12. Lf4 Pe8 13. Dd2 g5 Alle witte stukken staan gezond, de meeste zwarte stukken staan passief, en nu ook nog zo’n gat op f5 achterlaten…. inmiddels staat wit dus duidelijk beter. 14. Lh2 Tb8 Om een keertje b5 te doen, maar hoe krijg je dat ooit er doorheen zonder een pion te verliezen?
15. Pd1!? Het net genoemde probleem is meteen opgelost voor zwart. Op zich is de zet niet slecht, maar de keuze was hier in een scherpe stelling met voordeel (de tekstzet) of een relatief rustige stelling met voordeel (door b.v. een toren te ontwikkelen). De keuze van Erwin is moedig, maar volgens Captain Hindsight niet verstandig. 15… b5 16. axb5 axb5 17. Pe3 Nu dreigt Pf5, waardoor het zwarte antwoord min of meer gedwongen is. 17… c4 18. Lb1 Pc5 Een paard op f5 kan zwart nu gewoon slaan (meteen het probleem van de loper opgelost), maar nu is zwart wel de controle over e5 kwijt. 19. e5 Met als pointe dat wit na 19…Pb3 20.Dc2 vanwege de matdreiging op h7 geen toren verliest. 19… f5! Anders staat zwart gewoon erg slecht. Nu dreigt Pb3 weer. Wit kan een gedekte vrijpion op e6 krijgen, maar daar kan zwart omheen spelen. 20. Pd4 Leidt tot een interessante stelling, maar objectief gezien was 20.Db4 beter. 20… f4
21. Pc6 Dc7 22. Pxb8 Dxb8 23. e6 Wit kon niet goed het paard wegzetten omdat dan 23…Pb3 24.Dc2 Lf5 komt. 23… fxe3 24. Dxe3 Dc7 Er dreigde 25.Dxc5, al had zwart ook een pion kunnen meesnoepen met 24….Lxb2 25.Ta2 Pa4. 25. Lg6 De7 26. Lxe8 Zonde van de loper, maar Erwin zal zich zorgen gemaakt hebben om zijn d-pion, die zwart met Lb7 en Pc7/Pf6 dreigde te winnen. 26… Txe8
27. Kh1? Soms is het goed om in een scherpe stelling een rustige zet te doen. Soms ook geef je daarmee gewoon een tempo weg, zoals nu. Beter was 28. Ta5, dat dreigt tenminste iets. 27… Lb7 28. Ta7 Df8? De pion op b2 was gratis, met een makkelijk plan daarna: promoveren. 29. Txb7 Hiermee lost wit het probleem van de potentiele dames op. Houdini vindt trouwens 29.f3 een fijne, een zet die weinig mensen zullen begrijpen. 29… Pxb7 30. Db6 De7 31. f4 gxf4 32. Txf4 Tf8 33. Dxb5 Txf4 34. Lxf4 Pc5 35. Dxc4
Drie pionnen voor een stuk (zwart kan b2 slaan, maar h6 hangt dan), da’s genoeg natuurlijk, zeker met zo’n pion op e6. Inmiddels is het dus weer zwart die de remise moet zoeken. 35… Dh4 36. De2 Dxf4 37. e7 Dc1+ 38. Kh2 Zwart heeft geen eeuwig schaak, en daarom maar 1 zet. 38… Le5+ 39. Dxe5 dxe5 40. e8D+ Kg7
Tijdcontrole gehaald, en wit zal het meest tevreden geweest zijn, want hij kan zonder veel risico op winst spelen. In het voordeel van zwart spreekt dat de witte koning niet erg veilig staat, en dat de stelling zelfs na dameruil meestal remise is (omdat de witte koning voorlopig ver van het strijdtoneel staat). 41. Dxe5+ Kg6 42. d6 Dc4 42…Pd7 was nauwkeuriger, als wit het paard wint is het eeuwig schaak. 43. b3 Db4 44. De8+ Kg7 45. De5+ Kg6 46. d7 Pxd7 47. De8+ Kf6 48. Dxd7 Db8+ 49. Kh1 Dxb3 Maar dit eindspel hoeft zwart ook niet te vrezen. Dame-eindspelen waarbij de verdedigende koning de (potentiele) vrijpion tegenhoudt zijn normaalgesproken remise. 50. Dd6+ Kg7 51. De5+ Kg6 52. h4 Dd1+ 53. Kh2 h5 54. Dg5+ Kh7 55. Df5+ Kh6 56. Df6+ Kh7 57. Df3 Dd6+ 58. Kh1 De5 59. g3 De1+ 60. Kh2 Dd2+ 61. Dg2 Dxg2+ Goed gezien, zelfs het pionneneindspel is remise. Het is niet eens moeilijk, de zwarte koning hoeft alleen maar tussen e5 en f5 te pendelen totdat wit een keer g4 doet of Kg4 toelaat. 62. Kxg2 Kg6 63. Kf3 Kf5 64. g4+ 1/2-1/2
…weliswaar is zijn gemiddelde tegenstand een stuk lager dan *dat* van de grootmeesters…
‘dat’ moet ‘die’ zijn (verwijst immers naar ’tegenstand’, een ‘de’-woord)
Aangepast. Dank voor de opmerking.