HDC Media schaakrubriek 13 augustus 2011
Johan Hut
Anton Rosmüller heeft lol in Vlissingen
In het Hogeschool Zeeland Toernooi in Vlissingen worden bijna alle ronden ’s avonds gespeeld, terwijl dat doorgaans bij zomertoernooien ’s middags is. De bedoeling hiervan is, dat de deelnemers overdag op het strand kunnen liggen. Deze formule trekt dus schakers die een vakantie met een toernooi willen combineren. De trouwe deelnemer Anton Rosmüller mag je daar niet toe rekenen. Nou ja, hij heeft in augustus wel vakantie, maar hij heeft altijd vakantie.
De 64-jarige Rosmüller ging in zijn jeugd naar het seminarie, omdat hij priester wilde worden. Die opleiding verruilde hij voor een studie psychologie, maar na acht jaar zette hij er een punt achter en ging tussen de hippies op Ibiza leven van eenvoudige baantjes. Schaken deed hij er ook, Rosmüller werd open kampioen van de Balearen. Na vijf jaar kwam hij terug in Nederland, nam wat baantjes aan via een uitzendbureau, maar besloot dat groepsnormen en autoriteit strijdig waren met zijn levensopvatting. Hij meldde zich bij de Sociale Dienst in zijn woonplaats Utrecht en heeft sindsdien een bijstandsuitkering. Aanvankelijk wilde de gemeente hem aan de sollicitatieplicht houden, maar Rosmüller beweert dat hij nu geregistreerd staat als ‘anders actief’. Behalve schaker in het tweede team van Paul Keres (Utrecht) is hij dichter en zanger. Een van zijn vele dichtbundels heet ‘Stront ben jij’ en het titelgedicht luidt: ‘Stront ben jij – en ik trap er – steeds weer in.’ Met dit soort gedichten houdt hij leesvoorstellingen in de hele stad. Een van zijn cd’s met liedjes heet ‘Nooit van de Dom gesprongen’, geïnspireerd op Herman Brood. Rosmüller vindt zichzelf minder heldhaftig dan Brood, vandaar de titel.
In Vlissingen scoorde Rosmüller vorige week vijftig procent, precies zoals zijn ratingverwachting aangaf. Scores interesseren hem niet, het gaat hem om de creatie. Daarom was hij gelukkig met de overwinning op een Duitse meester, een spectaculaire partij die zijn vele Utrechtse fans in extase bracht. Het commentaar is deels gebaseerd op dat van Dimitri Reinderman op Schaaksite.nl.
Rosmüller-Henrichs
1.d4 Pf6 2.c4 g6 3.Pc3 d5 4.cxd5 Pxd5 5.Db3 Pxc3 6.bxc3 Lg7 7.Pf3 0-0 8.La3 b6 9.e3 c5
Dat wilde wit met La3 tegenhouden, maar na 10.dxc5 bxc5 11.Lxc5 Dc7 staat zwart goed.
10.Td1 Dc7 11.Le2 Pc6 12.d5 Pa5 13.Dc2 e6 14.c4 Te8 15.Lb2 Lxb2 16.Dxb2 Lb7
Reinderman geeft aan dat zwart eerst Pb7-d6 had moeten spelen om de pion te blokkeren.
17.d6
Je moet je altijd afvragen of zo’n pion sterk is of juist zwart. Als zwart Dc6 en Tad8 zou kunnen spelen, is de pion zwak, maar dat kan niet omdat wit intussen Tg1 en Pe5 speelt.
17…Dd8 18.h4 f6 19.h5 e5
Een belangrijke fout. Als zwart de zaak met g5 dicht houdt staat hij lelijk, maar lijkt hij de zaak nog wel te kunnen redden.
20.hxg6 hxg6 21.Ph4 Kg7
22.Pxg6
Dit offer kost wit bijna niets, zullen we zo zien.
22…Kxg6 23.Lh5+ Kg7 24.Lxe8 Dxe8
Zwart heeft licht materiaal voordeel (loper en paard tegen toren) maar zijn koning staat op de tocht, wit heeft een extra pion die zwart ook nog eens lastig bezighoudt en zwarts stukken staan op de verkeerde vleugel. Van een offer is dus eigenlijk geen sprake.
25.d7 Dg8 26.Dc2 Td8 27.Df5 Lxg2
Een merkwaardige zet, want nu moet je ook naar Tg1 kijken, maar Th4 is beter en zou toch komen.
28.Th4
Als je de partij in de computer invoert, vertelt die dat 28.Td6 tot mat in vijf leidt. Dat is echter geen reden deze eveneens winnende zet af te keuren.
28…Kf7 29.Th7+ Dxh7 30.Dxh7+ Ke6
Als zwart nu ook nog Lc6 en Txd7 mag spelen, moet wit nog wel even aan de bak. Die kans krijgt hij echter niet.
31.f3
Zwart geeft het op. Wit dreigt met Kf2 de loper te winnen en die gaat na 31…Lxf3 32.Dh3+ ook verloren.
Het toernooi was sterker bezet dan ooit, met elf grootmeesters onder wie de wereldtoppers Arkadij Naiditsch en de sinds kort weer actieve Yasser Seirawan. De Rus Konstantin Landa won het toernooi met acht uit negen. Beste Nederlanders op de gedeelde vijfde plaats waren Twan Burg, Jan Smeets en Edwin van Haastert.