Glasvezelschaak
Schaakbeeld 69
Glasvezelschaak
zaterdag 22 oktober 2011
Glasvezelschaak: ontiegelijk veel sneller dan snelschaak! Bij mij in de buurt liggen de trottoirs overhoop voor de aanleg van een glasvezelkabelnet. Over de karakteristieke oranje kabels in de lange smalle gleuven huppelen nu al de pionnen, achterna gezeten door paarden en lopers, glimlachend gadegeslagen door koningen en dames. Het glasvezelnet betekent wel het einde van het schaakverenigingsleven!
Voordat tot de aanleg van dit netwerk werd besloten, was er een voorlichtingsavond. Ik ga nooit naar dergelijke bijeenkomsten, maar deze keer wel. Daar werd ik getroffen door een filmpje waaruit zou blijken dat we in de toekomst nooit meer naar de dokter hoeven te gaan. Zo iets als de journaallezer en “onze correspondent in New York”, die niet naar elkaar toegaan maar elkaar op het beeldscherm zien en horen. Daarbij is er overigens altijd een ergelijk verschil tussen de snelheid van het beeld en van het geluid. Maar dat gaat allemaal anders worden. Als ik de dokter nodig heb, zo werd ons verteld, stel ik mij digitaal met hem in verbinding. Wij horen elkaar en zien elkaar op onze beeldschermen. Ik mag “A” zeggen (of is het “a” zeggen?) en de tong uitsteken zonder de deur uit te moeten. En de dokter blijft ook gemakkelijk achter zijn bureau hangen, de schoenen uitgetrapt (want dat zie je toch niet). Hij zegt dat ik lekker een paar dagen in bed moet blijven. Geen enkel bezwaar!
Vervang nu de dokter door “mijn tegenspeler”, en vervang het bureau van de dokter door schaakbord en stukken, en de contouren van het schaakleven van de nabije toekomst worden zichtbaar. Waarom zou ik nog door weer en wind naar de clubavond fietsen? Wij nemen plaats achter onze beeldschermen. De wedstrijdleider deelt ons digitaal in. Dan verschijnt de mij toegedachte tegenstander in beeld. In clubtrui, dat wel! Wij gaan eerst allebei koffie halen, – dat blijft onveranderd -, en nemen dan weer plaats achter het scherm waarop inmiddels een bord met de stukken is geplaatst. Als je een tegenstander treft tegen wie je liever niet de hele avond zit aan te kijken, manipuleer je je beeldscherm zodanig dat je alleen het bord en de stukken ziet. Met glasvezel heb je allebei meer speeltijd: de zet van de ander wordt sneller uitgevoerd dan wanneer je op de fysieke uitvoering van een zet zit te wachten. Je hebt geen clublokaal meer nodig.Dat kan een aanzienlijke kostenbesparing betekenen. De contributie gaat scherp omlaag.
Er is één probleem: de controle op het eerlijk spelen. Iedereen kan een tweede p.c. of laptop naast zich zetten met een oersterk schaakprogramma. Buiten beeld uiteraard. Nou denk ik eerlijk gezegd dat dit niet zo’n vaart zal lopen. De Schaakbond heeft vast wel een aantal nerds binnen zijn gelederen die daar iets op vinden. Zelf zou ik het in elk geval niet wagen. Wanneerr ik plotseling een partij op topniveau zou spelen, ben ik onmiddellijk verdacht. Sinds wanneer speelt hij zo sterk? Moet wel een onder zijn bureau weggemoffelde laptop zijn! Een schorsing of royement hangt als een dreigend zwaard boven mijn hoofd. Misschien kan ik toch maar beter naar de clubavond gaan. De meesten komen niet verder meer dan hun beeldscherm.
Maar in een of ander afgetakeld schaaklokaal zitten nog een paar veteranen live achter een echt bord met echte stukken te schaken. Bij een kaarsje, want de penningmeester van de club heeft al tijden geleden het licht laten afsluiten. Het gaat er vinnig aan toe, totdat eerst de een en dan de ander in een oudedagsslaapje is weggedommeld. Terwijl zij daar vredig zitten te dutten valt een vlag, als eerbetoon voor deze laatsten van de echte schakers.
Tekst Cas Aubel
Foto’s Frans Drummen