Ronde 4: In groep 1 twee remises, in groep 2 winnen de mannen
In groep 1 hielden de koplopers Peng en Cramling elkaar in evenwicht. In een aangenomen damegambiet stelde Cramling zich met wit bescheiden op. Even leek het erop dat Peng voordeel zou behalen. Achteraf was Peng niet te spreken over 18…f6: ‘Ik had de witte pionnenstelling moeten vastleggen met b7-b5-b4’. Na dit kritieke moment volgden enkele speldenprikken in tijdnood, maar het evenwicht werd nooit verbroken.
Van der Sterren en Olafsson kregen net als in ronde 1 een Nimzo-Indische stelling op het bord, nu met Van der Sterren achter de witte stukken. Met7. … b6 speelde Olafsson een variant ‘uit de vorige eeuw’, populair gemaakt door Paul Keres in de 50-er jaren. Van der Sterren was na afloop teleurgesteld dat zijn geheugen hem in de steek had gelaten: ‘Vroeger wist ik me al die varianten moeiteloos te herinneren!’. In een poging hem te troosten, stelde Olafsson dat junior Robin van Kampen waarschijnlijk het systeem in zijn geheel niet kende. Van der Sterren offerde een pion voor initiatief, maar Olafsson counterde goed. Na 21….Pc5 moest het zwarte paard worden geruild om te voorkomen dat het op d3 de witte stelling zou domineren. Daarna haalde Olafsson met 24…f6 alle venijn uit de stelling. Van der Sterren dacht hem nog even nerveus te maken met 25. Dd7, maar Olafsson gaf geen krimp en antwoordde a tempo. Na een geforceerde afwikkeling, eindigde de partij in zetherhaling. Commentator Arno Bezemer prees teamgenoot Van der Sterren, die zijn partij na afloop aan het publiek toelichtte. ‘Olafsson scoorde in eerdere partijen met deze variant 3 uit 3. Dus je hebt het met remise prima gedaan!, aldus Bezemer.’
In groep 2 waren de partijen levendiger. Van Kampen verraste Sočko in een Siciliaanse Draak door voor 9.g4 te kiezen, een zet die hij niet eerder had gespeeld. Socko’s reactie was niet adequaat. Ze probeerde via zetverwisseling in de hoofdvariant te komen, maar daar had Van Kampen op gerekend. Hij speelde het ijzersterke 13. a3 en stond binnen twintig zetten twee pionnen voor, plus een half uur in bedenktijd. Winst was daarna eenvoudig. Een teleurgestelde Socko was onder de indruk van Van Kampens openingskennis: ‘Ik had het Frans kunnen proberen, maar ook daarin heeft hij van alles klaarliggen.’
Conquest stond tegen Arakhamia-Grant na de pionnen-opstoot 13… d5 en 17…f5 duidelijk beter, maar de witte stelling bleek niet zo gemakkelijk te kraken. Toen Arakhamia 24.Lf2 speelde, dat 24…e4 toeliet, in plaats van het veel sterkere Te1, kon een opgeluchte Conquest met een kwaliteitsoffer en koningsaanval de partij beslissen.