HDC Media schaakrubriek 17 december 2011
Johan Hut
Mooi eerbetoon aan Max Euwe
Vorige week vierde het Max Euwe Centrum in Amsterdam zijn 25-jarig jubileum. Na het overlijden van Euwe in 1981 werd het idee geopperd om een standbeeld voor hem te laten maken. Henk Wille (voorzitter KNSB) en Leo Diepstraten (schaakhistoricus) meenden echter dat Euwe liever geëerd had willen worden met een ontmoetings- en studiecentrum. Het kwam er in 1986 en verhuisde in 1991 naar de huidige plek, nabij het Leidseplein, aan een plein dat bij die gelegenheid tot Max Euwe Plein werd gedoopt. Het centrum huisvest een indrukwekkende bibliotheek (tienduizend schaakboeken), maar organiseert ook tal van activiteiten, waaronder simultaans op het plein, trainingsmatches voor jonge spelers en een schaakkaravaan langs Amsterdamse basisscholen. In zijn boek ‘Mijn schaken’ schreef Hans Ree: “Zonder de bibliotheek van het Max Euwe Centrum zou ik mijn beroep als schaakschrijver niet goed kunnen uitoefenen.” Euwe zelf zou apetrots zijn geweest op de bibliotheek, maar waarschijnlijk nog meer op de promotionele activiteiten. Overigens staat er inmiddels ook een standbeeld van Euwe op het plein.
In de KNSB-competitie wordt na iedere ronde een schoonheidsprijs uitgeloofd, gesponsord door uitgeverij New in Chess. In de eerste twee ronden greep Anne Haast (De Stukkenjagers, Tilburg) er beide keren maar net naast. De juryleden Hans Ree en Herman Grooten schreven toen: “Als ze in de derde ronde weer een mooie partij aflevert, geven we haar de prijs volgens het aloude principe van het straatvoetbal: drie corners penantie.” Gebeurt toch niet, zullen ze gedacht hebben, maar nadat Haast in de derde ronde de Rotterdamse meester Martin Martens op indrukwekkende wijze van het bord schoof, had de jury een probleem. Er was namelijk een mooiere partij die ze wilden belonen. Bovendien was Grooten niet objectief, hij is teamgenoot en (samen met zijn vrouw Petra Schuurman) trainer van Haast. Nou ja, verzuchtte hij op de KNSB-site, we kunnen haar altijd nog een oeuvreprijs geven op een daartoe geëigend moment.
De achttienjarige Anne Haast had nog nooit van Martens gehoord. Om commentaar gevraagd voor deze krant: “Na afloop van de partij heeft Herman (Grooten) mij verteld wat Martin Martens allemaal bereikt heeft in zijn loopbaan. Natuurlijk is het nooit erg om na een winstpartij te horen dat hij zich bijvoorbeeld een keer voor het Nederlands Kampioenschap had weten te plaatsen.”
Haast-Martens
1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 a6 5.c4 Pf6 6.Pc3 Dc7 7.a3 d6 8.Le3 b6 9.Le2 Lb7 10.f3 Pbd7 11.0-0 Le7 12.Tc1 0-0 13.b4 Tac8 14.Pb3 Db8
De Siciliaanse opening is overgegaan in wat een drierijensysteem wordt genoemd. Zwart wacht zeer geduldig op witte acties, die hij dan op het juiste moment met b5 of d5 moet beantwoorden.
15.Kh1 Ld8 16.Dd2 Lc7 17.Lg1 Tfe8 18.Tfd1 Tcd8 19.Da2 Da8 20.c5 bxc5 21.bxc5 d5
Geheel volgens voornoemde regel.
22.exd5 Pxd5 23.Pe4 Pe5 24.Dc2 f5 25.Pd6
Een pionoffer, waarvan de Rotterdamse teamleider Ton de Vreede op Schaaksite.nl schreef dat zwart na een tijdje zijn problemen oploste en dus met een pion meer gewonnen stond.
25…Lxd6 26.cxd6 Txd6 27.Pc5 Lc8
Haast: “Ik ben het zeker niet eens met de Rotterdamse teamleider. In mijn ogen was mijn pionoffer correct, ik kreeg in ieder geval genoeg compensatie voor de pion. Het is na het wat passieve 27…Lc8 lastig voor zwart om zijn stelling bij elkaar te houden.
28.Da4 Ted8 29.Lf2 Pg6 30.Lg3 e5
Nu ontstaat de penning van Pd5, maar 30…f4 is een lelijke zet. Veld e4 komt dan vrij voor het witte paard en zwarts e-pion wordt dan wel een heel erg achtergebleven pion.
31.Lc4 Kh8 32.Le1 Lb7
Hier was 32…Pf6 (tijdelijk ontpend) waarschijnlijk beter.
33.Pxb7 Dxb7 34.La5
34…Tb8
Volgens zijn teamleider verloor Martens per ongeluk een kwaliteit, maar hier was 34…T8d7 niet mogelijk vanwege 35.Lxd5 Txd5 36.Txd5 en zwart gaat ten onder vanwege zijn zwakke onderste rij.
35.Db3
Het zwarte paard staat opnieuw gepend. Materiaalverlies is hier onvermijdelijk.
35…Dxb3 36.Lxb3 Pge7 37.Lc7 Pxc7 38.Txd6 Txb3 39.Td7 Pg8 40.Tdxc7 Txa3 41.T7c5 Te3 42.Kg1 f4 43.T1c4 h6 44.Te4 Txe4 45.fxe4 Pf6 46.Txe5 Kg8 47.h3 g5 48.Kf2 g4 49.Ke2 h5 50.Ke3 Kf7 51.hxg4 hxg4 52.Tf5
Zwart geeft het op. Hij verliest eerst de f-pion, dan de a-pion en de rest is eenvoudig.
