de Volkskrant schaakrubriek 31 december 2011
Gert Ligterink
Groningen koestert talent met familietraditie
Het is mogelijk dat de Groningse schaakgemeenschap zich met evenveel zorg en liefde over de 12-jarige Jorden van Foreest zou hebben ontfermd als hij Henk Jansen had geheten. Toch mag de sterkste Nederlandse speler in zijn leeftijdscategorie zich gelukkig prijzen met zijn achternaam. Talent is mooi, talent en de juiste naam is beter.
De betovergrootvader van Jorden is jonkheer Arnold van Foreest, die in de periode 1889-1896 driemaal kampioen van Nederland werd en zo het voorbeeld volgde van zijn broer Dirk, die tussen 1885 en 1887 ook driemaal de nationale titel veroverde. De broers Van Foreest waren sterke schakers én sterke mensen. Allebei werden ze ruim negentig jaar oud.
Natuurlijk is het op dit moment volstrekt onvoorspelbaar of Jorden in de voetsporen van zijn voorgangers zal treden. Maar in Groningen doen ze hun best hem te stimuleren. Sipke Ernst verzorgt zijn trainingen, sponsor hotels.nl betaalt de reizen naar buitenlandse jeugdkampioenschappen en in het traditionele kersttoernooi is dit jaar een begin gemaakt met een serie trainingsmatches.
In de afgelopen week speelde Van Foreest vier partijen tegen Hans Ree. Het is de bedoeling dat in de komende jaren andere oud-kampioenen van Nederland tegenover hem zullen zitten. Mocht zijn talent zich pijlsnel ontwikkelen, dan zou over een paar jaar een match tegen Anish Giri kunnen worden overwogen.
Op het moment waarop deze rubriek wordt geschreven zijn de eerste twee partijen van de tweekamp achter de rug. Buitengewoon hoogstaand kon het vertoonde spel moeilijk worden genoemd, maar dat deerde de Groningse toeschouwers niet. Tot hun genoegen bleef de door velen gevreesde oorwassing uit en wist hun oogappel zich heel behoorlijk te handhaven. De tweede partij was spannend:
Ree – Van Foreest
Groningen 2011
1. c4 c6 2. Pf3 d5 3. b3 Pf6 4. Lb2 Lf5 5. g3 Pbd7 6. Lg2 e6 7. 0-0 Ld6 8. d3 0-0 9. Pbd2 Dc7 10. Tc1 Lg6 11. cxd5 exd5 12. Ph4 Le5 13. d4 Ld6 14. Pxg6 hxg6 15. e3
Ik vermoed dat Ree in zijn jonge jaren zonder aarzeling gekozen zou hebben voor 15. f3 om zo snel mogelijk e2-e4 te spelen.
15 … a5 16. a3 Dd8 17. Te1 Te8 18. Dc2 De7 19. a4 La3 20. f3
Wit probeert alsnog e2-e4 door te zetten, maar nu is zwart op tijd om de juiste tegenmaatregel te treffen.
20 … Lxb2 21. Dxb2 c5! 22. Lf1 Tac8 23. Kf2
Logisch lijkt 23. Lb5, waarna wit 23 … cxd4 24. Dxd4 Txc1 25. Txc1 Dxe3+ 26. Dxe3 Txe3 27. Tc7 zeker niet hoeft te vrezen.
23 … g5 24. g4 Dd6 25. Kg2 cxd4
Tijdens de partij was ik het eens met commentator Hans Böhm die deze zet afkeurde en het rustige 25 … b6, gevolgd door 26 … Te7 en 27 … g6 voorstelde. Misschien hadden we ongelijk, ook voor de gespeelde zet valt veel te zeggen.
26. Dxd4
Niet 26. exd4? Pf8, gevolgd door … Pf8-e6.
26 … Pe5
Ook nu kwam de manoeuvre … Pd7-f8-e6 zeer in aanmerking.
27. Lb5 Pc6 28. Lxc6 Txc6 29. Tc3 Txc3 30. Dxc3 d4
31. Dd3?
Wit staat zeker niet beter na 31. Pc4 dxc3 32. Pxd6 Td8 33. Pc4 Td3 34. Kf2 Pd5, gevolgd door 35 … Pb4. Maar de tekstzet blijkt na zwarts antwoord een veel slechtere keus.
31 … Pd5! 32. Pe4
Niet 32. Dxd4? Pxe3+.
32 … Db4! 33. Tc1 Pxe3+ 34. Kf2 Da3
Sterker is 34 … Db6 (35. Pxg5? Dh6), waarna wit zonder compensatie een pion minder heeft.
35. Te1 Db2+?
Met 35 … Db4 36. Tc1 Db6 kon zwart op het juiste pad terugkeren.
36. Te2 Dc1?
En nu had zwart zelfs kunnen verliezen. Na 36 … Da1 37. Te1 Db2+ is het remise.
37. Te1?
Na 37. Dxd4 Pd1+ 38, Kg2 Tc8 39. Dd3 is zwarts paard verdwaald en zijn stelling plotseling hopeloos verloren.
37 … Dc7?
Na 37 … Dc6 kon zwart weer op winst spelen.
38. Dxd4 Pc2
Een blunder zonder fatale gevolgen. Tot eeuwig schaak leidt 38 … Pxg4+ 39. fxg4 Df4+.
39. Pf6+ gxf6 40. Txe8+ Kg7 41. Dd8 Dxh2+ 42. Kf1 Dh1+ 43. Kf2 Dh2+
Remise. Wit heeft geen keus, na 44. Kf1 Dh1+ 45. Ke2? De1+ 46. Kd3 Pb4+ 47. Kc4 Dc1+ loopt hij mat of verliest hij de dame.