Kansloze nederlaag De Pion Roosendaal tegen Fischer Z (2C)
De wedstrijd van 11 februari tegen Fischer Z in Amsterdam werd met vertrouwen tegemoet gezien. Weliswaar waren Stefan Colijn en Jan van Mechelen verhinderd hetgeen een forse aderlating betekende, maar ook zonder hen hadden wij nog een stevig ratingoverwicht. Donderdag voor de wedstrijd meldde David Du Pont dat hij op de dag van de wedstrijd moest werken. Gelukkig was Pim Eerens als supersub meteen bereid in te vallen.
Gelet op de voorspelde parkeerproblemen bij de speelzaal van Fischer Z, het befaamde Café Batavia dat zich tegenover Amsterdam CS aan de Prins Hendrikkade bevindt, besloten we met de trein te gaan. Dat was een waagstuk gezien het ellendige beeld dat in de afgelopen vorstperiode van de dienstverlening van de NS was ontstaan. Wonder boven wonder verliepen zowel heen- als terugreis perfect en stipt op tijd. Andy Baert sloeg de waarschuwingen over de Amsterdamse parkeermoeilijkheden in de wind en betrad rond kwart voor één met zijn twee passagiers Stefan en Thierry breed lachend het café. Hij had zijn auto zonder enig probleem kunnen stallen in de parkeergarage in dezelfde straat! Dat wel à raison van 5 euro per uur, maar de kosten van een treinkaartje zijn zelfs met 40% korting ook niet mis (23,20 euro p.p.).
Al met al een duur uitje voor de club. We waren vast besloten daar een goed resultaat tegenover te zetten.
Helaas pakte dat geheel anders uit. Fischer Z heeft een team van veertigers en vijftigers met veel ervaring. Onze sympathieke gastheren stegen collectief boven zichzelf uit en gaven ons geen schijn van kans. Hierna zal blijken dat de eindstand van 5,5 – 2,5 (helaas) geenszins geflatteerd is.
Het eerste onheil tekende zich af op bord 6, alwaar Pim Eerens met zwart tegen Robbert van ’t Kaar in een strategische opening ogenschijnlijk licht positioneel voordeel verkregen had. Het vervelende van de desbetreffende opening is, dat als zwart even niet oplet, het ook meteen grondig fout kan gaan. Pim miste een goede mogelijkheid op actief winnend spel, waarna zijn tegenstander een niet te pareren aanval kreeg. Gezegd moet worden dat Robbert het voortreffelijk afspeelde.
Op bord 4 had Ludo Tolhuizen met zwart niets bereikt tegen Maarten Veldt, mede door de saaie openingsopzet van wit. De analyse van Ludo was: als hij niets doet, kan ik ook niets doen. Het resultaat laat zich gemakkelijk raden.
De volgende tegenvaller voltrok zich op het derde bord. Andy Baert speelde met wit tegen een Siciliaanse Draak van Herman Neufeglise. Hoewel uw verslaggever geen kenner van dat soort openingsvarianten is, kwam het mij voor dat het witte koningspaard, dat op b3 belandde, aldaar het natuurlijke veld voor de enigszins zwevende witte loper van c4 blokkeerde. En dat brak Andy in een zeer complexe fase van het middenspel op. Zwart speelde actief, de gerbuikelijke witte pionnenstorm op de koningsvleugel kwam niet echt van de grond, en zwart won daarna eenvoudig.
De gifbeker was nog lang niet leeg. De enige jongeling van de zestien spelers, Bart Peeters, was op bord 8 gekoppeld aan een van zijn concurrenten voor de topscorerspositie in klasse 2C. Frans Smit begon heel sterk met 1. c4! en liet daarop vele uitstekende zetten volgen. Bart verloor in het middenspel een pion en wat hij ook probeerde, zijn tegenstander hield alles onder controle en gaf onze man geen enkele kans. En zo stond het al 3,5 – 0,5.
De overige partijen gaven geen hoop op zelfs maar één matchpunt. Op het tweede bord had Thierry Penson met zwart in een gesloten Siciliaan een rokende puinhoop overgehouden, die hij met de moed der wanhoop verdedigde. Bram van Dijk had in het verre middenspel enkele pluspionnen en een oersterke loper, doch Thierry wist toch nog enig tegenspel te ontwikkelen. Plotseling hoorde ik terwijl ik zelf druk bezig was een slechte stelling overeind te houden, dat het remise geworden was.
Teamleider Charles Kuijpers had met wit op bord 7 tegen Niels Bouton lange tijd het bekende niet al te grote voordeel. Na de eerste elf zetten, die hij in twee minuten op het bord bracht, verzonken beide spelers regelmatig in diep gepeins. Tot zet 28 stond het ongeveer gelijk, maar onder druk van de klok begonnen beide spelers suboptimale zetten te produceren. Op zet 39 lokte Charles een enorme blunder van zijn tegenstander uit die deze fout ook prompt beging. In plaats daarvan had Niels met Pxg3 de partij in zijn voordeel kunnen beslissen. Beide spelers hebben die zet gemist. Met een simpele combinatie vanaf zet 40 kon Charles afwikkelen naar een eenvoudig gewonnen eindspel.
De stand was dus 4-2, maar er was geen hoop voor De Pion. Op bord 5 had Robert Schuermans in een Franse partij tegen Jos Teeuwen vele pogingen gedaan om actief spel te krijgen, zonder veel resultaat. Robert had in het middenspel weliswaar een sterke loper op d6, maar zoals gebruikelijk in het Frans speelde zwart daaromheen en kwam via de c-lijn binnen. Kwaliteitsverlies luidde het einde van wit in. Ondanks manhaftig verzet moest Robert uiteindelijk het punt aan zijn opponent laten.
Als laatste was Stefan Docx op het eerste bord bezig tegen Casper Blaauw. In een Ben-Oni gaf zwart zijn zwartveldige loper op tegen een paard, waardoor wit voordeel leek te hebben. Stefan leek er met een tijdelijk pionoffer doorheen te gaan, maar Casper verdedigde zich actief en vindingrijk. Lange tijd probeerden beide spelers ijzer met handen te breken hetgeen hun niet lukte.
En zo eindigde ons uitstapje naar Amsterdam na een langdurig verblijf in Café Batavia in een grote zege voor de gastheren, die -ik kan niet helaas anders zeggen- volledig verdiend was.
1. Casper Blaauw (2255) – Stefan Docx (2356) rem
2. Bram van Dijk (2038) – Thierry Penson (2197) rem
3. Herman Neufeglise (2069) – Andy Baert (2151) 1-0
4. Maarten Veldt (2122) – Ludo Tolhuizen (2154) rem
5. Jos Teeuwen (2076) – Robert Schuermans (2076) 1-0
6. Robbert van ’t Kaar (2065) – Pim Eerens (2112) 1-0
7. Niels Bouton (2022) – Charles Kuijpers (2001) 0-1
8. Frans Smit (2095) – Bart Peeters (1969) 1-0