De eerste keer
Er is altijd een eerste keer. Als er geen eerste keer is, dan is er niets. Frappant is dat het geheugen van al die eerste keren maar weinig beschikbaar stelt aan de bezitter van dat geheugen. Mijn eerste keer in de tram, naar het strand, naar school, naar het werk, Ik weet er niets meer van. Er zijn wel eerste keren die wel blijven hangen: solliciteren bijvoorbeeld, de dienstkeuring ook. Die laatste mag eigenlijk niet genoemd worden omdat het geen eerste keer is, maar een enige keer. Een enige keer laat zich gemakkelijker herinneren. Een eerste keer is alleen maar een eerste keer als er ook een tweede keer komt. Zo zijn de eerste kus en de eerste innige aanraking wel oproepbaar. Maar zouden toch wel dominant in geheugen staan als het enige keren waren geweest.
Helaas is het zo dat een eerste keer naarmate er meer keren komen het gevaar loopt vermengd te worden met een andere keer. De eerste keer fietsen zal mij ook altijd bij blijven. Er waren geen fietsen met zijwieltjes en ouders hadden ook geen tijd om zich daar mee in te laten. Fietsen leerde je van je vriendjes. Nadat ik in het Papaverhof (populaire speelstraat omdat er weinig doorgaand verkeer was) wankelend en slingerend op gang was gekomen knalde ik tegen een muurtje op. Remmen met een terugtraprem en de bocht nemen met een behoorlijke snelheid was op dat moment nog een kunst die ik niet beheerste. De eerste keer dat ik een externe schaakwedstrijd speelde, zal ik ook nooit vergeten.lees verder…