Anand bereikt met wit weer vrijwel niets
De tiende partij in de tweekamp tussen wereldkampioen Viswanathan Anand en Boris Gelfand is wederom in een teleurstellende remise geëindigd. Het lukte Anand opnieuw niet om enig vat te krijgen op het spel van zijn taaie opponent. De Israëliër blijkt veel persistenter te zijn dan vooraf gedacht.
Degenen die op voorhand dachten dat Anand er wel even overheen zou walsen, komen bedrogen uit. Iedereen wist wel dat de wereldkampioen een tijdlang met een vormcrisis kampte. Maar insiders dachten dat hij het beste van zijn spel zou bewaren voor deze tweekamp. Dat blijkt allerminst het geval. Anand speelt futloos, hij oogt vermoeid. Ook lijkt zijn secondantenteam het te moeten afleggen tegen het team van Gelfand, dat zich meer dan uitstekend geprepareerd blijkt te hebben. De voormalige Wit-Rus heeft tot dusver vrijwel elke opening naar zijn hand weten te zetten.
Zo ook in de tiende partij. Waar vrijwel iedereen zou verwachten dat Anand opnieuw voor 1. d4 zou kiezen, omdat hij daarmee de voorlaatste witpartij had gewonnen, ging hij weer voor zijn geliefde 1. e4. Het kamp Anand heeft in de tussentijd geen adequaat antwoord gevonden op de verrassende Svesnikov die Gelfand eerder in deze match van stal had gehaald. Want op zijn 2… Pc6 koos Anand voor 3. Lb5, de Rossolimovariant. Waarschijnlijk in een poging om Gelfand te verrassen, maar de Israëliër blijkt aan alles gedacht te hebben. Zelfs het wat obscure 5. b3 heeft men in de voorbereiding meegenomen. Zwart maakte de stelling vrijwel gelijk door snel dames te ruilen. Alleen de fijnproevers zagen een marginaal wit voordeeltje. Een speler als Ulf Andersson zou erop kicken om urenlang te gaan peuteren om een stelling met een wat betere pionnenstructuur naar zijn hand te zetten. Zelfs als hele horden mensen niet zagen waarom hij in een dooie remisestelling nog zat te schaken, ging hij in zijn goede tijd door totdat de tegenstander helemaal murw gespeeld was. “I am slightly likely better”, liet hij zich wel eens ontvallen als men na afloop vroeg wat hij toch in die stelling zag.
Anand daarentegen zag er geen heil in om zijn tegenstander heel lang aan de tand te voelen, hoewel hij het voordeel van het iets betere paard tegen de wat slechtere zwarte loper had verworven. Reeds op zet 25 gingen de stukken weer terug de doos in.
Nog twee partijen te gaan en dan breken de tiebreaks aan. Zou Anand in zijn laatste witpartij zijn slag willen slaan misschien? Hanteert hij dezelfde matchtactiek als Tigran Petrosian ooit had? Die wiegde zijn tegenstander in slaap, sloeg een keer genadeloos toe en produceerde over tien partijen negen remises.
Laten we hopen dat er toch nog wat vuurwerk komt!
Anand, Viswanathan – Gelfand, Boris (tiende partij)
1. e4
Anand kiest ineens weer voor 1. e4. Dat mag toch een verrassing genoemd worden. Hij won de vorige partij met 1. d4. Het is gebruikelijk in een tweekamp dat de tegenstander het lek eerst mag repareren, maar waarschijnlijk vond Anand dat er aanvankelijk weinig problemen voor zwart waren in die partij.
1… c5
En Gelfand kiest uiteraard weer voor het Siciliaans.
2. Pf3 Pc6
En opnieuw op de tweede zet … Pc6. Zijn geliefde Najdorf laat hij nog even in de ijskast staan, waarschijnlijk omdat hij denkt dat Anand daartegen tot de tanden gewapend zal zijn.
3. Lb5
Geen 3. d4, dus ook geen Svesnikovvariant, maar de Rossolimovariant.
3… e6
Het is ongetwijfeld een kwestie van smaak, maar 3… g6 is de meest gespeelde zet hier.
4. Lxc6
Anand kiest voor het spelen tegen de zwarte dubbelpion. In het Duits is de term doppelcomplex geïntroduceerd door Nimzowitsch. Die schreef voor om soms een loper tegen een paard te ruilen om vervolgens de voorste van de dubbelpion later in het middenspel te gaan belagen. Hij kreeg veel aanhangers in de opening (het Nimzo-Indisch) die naar hem genoemd is. Ook voor wit een kwestie van smaak. Kasparov deed vroeger liever 4. O-O.
4… bxc6 5. b3
Een interessante benadering van de stelling. Wit doet een poging om pion c5 te verzwakken en daartoe heeft hij later de zet La3 nodig. 5. d3 Pe7 6. De2 is ook voorgekomen in partijen van Anand, zowel met wit als met zwart.
5… e5!?
In principe is dit nog geen nieuwtje, maar wel op het hoogste niveau. Het lijkt erop dat Gelfand in bijna elke partij Anand weet te verrassen. Dat is helemaal knap gezien het feit dat hij 2… Pc6 is gaan spelen en Anand degene was die nu voor de Rossolimo heeft gekozen. De meer gespeelde mogelijkheid 5… Pe7 6. Lb2 Pg6 7. h4 h5 8. e5 kwam onder andere voor in de partij Adams-Shirov, 2003.
6. Pxe5 De7 7. Lb2 d6 8. Pc4
8… d5
Ik weet niet of Gelfand op de hoogte was van de theorie; in elk geval is deze zet pas het echte nieuwtje. De zet ziet er logisch uit. Zwart wint ruimte en hij kan zelfs de loper van b2 insluiten met … d5-d4, hoewel hij daarmee wel veld c4 zou opgeven. 8… Dxe4+ was slechts eenmaal voorgekomen en wel in de partij Shaposhnikov-Bocharov, 2001.
9. Pe3 d4
Inderdaad gaat zwart voor deze optie. Je zou toch denken dat hij wellicht problemen zou kunnen krijgen in het eindspel vanwege de potentieel zwakke pion op c5, en het sterke veld voor wit op c4. Maar weldra zal blijken dat Gelfand het allemaal onder controle kan houden.
10. Pc4 Dxe4+ 11. De2 Dxe2+ 12. Kxe2
Er is in korte tijd een eindspel ontstaan dat in principe wit de kansen zou moeten geven. De pionnenstelling is star en dat komt de witte paarden ten goede. Hij streeft een opstelling na met bijvoorbeeld d2-d3, het damepaard naar d2 en later wellicht Lb2-a3, misschien zelfs ooit Pc4-b2-a4 met druk op c5. Niettemin vormt het gebrek aan ruimte voor wit ook een factor van betekenis.
12… Le6 13. d3 Pf6 14. Pbd2 O-O-O
Zwart wil zijn koning graag op de verzwakte damevleugel houden en hij dreigt nu snel een toren naar e8 te spelen, waarna het de vraag is wat wit met zijn koning aan moet. De volgende zet is daarom min of meer gedwongen.
15. The1 Le7
Zwart voltooit eindelijk zijn ontwikkeling. Op 15… Te8 zou wit nu keurig kunnen vervolgen met 16. Kf1 waarna al zijn stukken harmonieus (blijven) staan.
16. Kf1
16… The8
Deze zet werd enigszins bekritiseerd door GM Naiditsch. Hij is een specialist in dit systeem, er staan de nodige partijen van hem in de database met de b3-opzet, zoals waar Anand in deze partij voor gekozen heeft. Naiditsch suggereerde voor zwart de mogelijkheid om snel op te rukken met zijn h-pion om h2-h3 van wit uit te lukken. Dat zou hem de gelegenheid geven om met … g7-g5-g4 tegenspel op de koningsvleugel te ontwikkelen. Ondertussen vond Naiditsch dat wit een sterk plan heeft met a2-a3, loper omspelen naar d2, een toren naar b1 en dan b3-b4 om lijnen te openen op de damevleugel. Het lijkt mij een wat paradoxaal plan. Wit lost namelijk daarmee de zwarte dubbelpion op, maar daar staat dan waarschijnlijk tegenover dat wit na bijvoorbeeld … cxb4, terugnemen met de loper op b4 het zwarte loperpaar onschadelijk kan maken. Ook dat lijkt imaginair, want zwart zou in zo’n geval kunnen antwoorden met … c6-c5. Ik kan me wel voorstellen dat de b-lijn een probleem zou kunnen worden voor zwart. Al met al niet duidelijk hoe het spel dan zou zijn verlopen.
17. La3
Deze zet kan evenmin de goedkeuring wegdragen van de hierboven genoemde Naiditsch.
17… Pd5 18. Pe4
Eindelijk is het wit gelukt om de zwakke pion op c5 onder vuur te nemen. Het blijkt allemaal nog wat tegen te vallen.
18… Pb4
Deze verdediging had Gelfand voor ogen.
19. Te2
Het is allemaal heel bescheiden wat wit hier heeft. Gelfand heeft zijn defensie goed voor elkaar, want met de volgende min of meer geforceerde zettenreeks, houdt hij het nadeel binnen de perken.
19… Lxc4
Op het oog lijkt het vreemd om de mooie loper in te leveren, maar hij wil graag de zet … f5 uitvoeren. Een direct 19… f5?! gaat om tactische redenen niet goed voor zwart. Na 20. Pg3 Lxc4 heeft wit twee achtereenvolgende tussenzetten: 21. Lxb4 cxb4 22. Pxf5 met de dubbele dreiging Pxe7+ en bxc4 waarna wit een kostbare pion heeft gewonnen. Niet makkelijk te zien dit alles.
20. bxc4 f5 21. Lxb4
Nu moet wit ook een loper voor een paard inleveren, want uiteraard faalt 21. Pd2? op 21… Pxc2. Daarbij komt 21. Pg3 nauwelijks in aanmerking. Het paard staat hier miserabel. Het kan na 21… g6 ook nauwelijks in het spel gebracht worden.
21… cxb4 22. Pd2 Ld6
Met hard werken heeft wit een stelling bereikte waarin hij slechts een fractie beter staat. Zijn paard kan beter worden dan de zwarte loper, maar het ruimtenadeel speelt hem parten.
23. Txe8
[23. Tae1 Txe2 24. Kxe2 is ook allemaal slechts marginaal.]
23… Txe8 24. Pb3
Zo dwingt Anand nog een pion naar de verkeerde kleur.
24… c5 25. a3
Maar net nu je zou denken dat hij er eens even voor zou gaan zitten, geeft hij het remise. Dit kwam als een koude douche. Waarom knaagt Anand dit voor hem iets betere eindspel niet tot het eind af, al is het alleen maar om de tegenstander te dwingen nauwkeurig te blijven verdedigen, en om hem uit te putten. Of is de Indiër zelf vermoeid? Wil hij het bewust op de tiebreak laten aankomen? Verwacht hij de betere rapidspeler te zijn? Of is zijn zelfvertrouwen nog steeds heel broos? Vragen die allemaal pas beantwoord kunnen worden na afloop van deze match.
Een mogelijk vervolg had kunnen zijn: 25. a3 bxa3 Min of meer gedwongen. [25… Kb7?! 26. axb4 cxb4 27. Ta4 en de dubbele dreiging c4-c5 of Pxd4 levert wit pionwinst op.] 26. Txa3 Zwart moet nu een paar keer de enige zet doen om geen pion te verliezen: 26… Kb7 27. Ta5 Tc8 28. Tb5+ [Wit kan ook overwegen om zijn koning in het spel te brengen, maar het is duidelijk dat er inderdaad niet veel te halen valt in dit eindspel. Ook de vrije a-pion van zwart zal Anand niet bevallen hebben. Kortom: toch een terechte remise, maar opnieuw een teleurstelling. 28. g3] 28… Kc6 29. Pa5+ Kd7 en zwart houdt alles bij elkaar.
½ – ½
De analyse via de viewer:
Partij 11 zaterdag 26 mei
Partij 12 maandag 28 mei
Als de match in 6-6 eindigt, wordt op 30 mei de tiebreak (rapid) gespeeld.