Schaakrubrieken weekend 2 maart 2013
Schaaksite.nl is een site voor iedere geïnteresseerde in het schaken. Daarom mag aandacht voor de schaakrubrieken in de landelijke bladen niet ontbreken. Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het verschijnen van de veelal zaterdagse schaakrubrieken.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Zwitsers hebben geen honger
Toen er halverwege de dubbelrondige vierkamp die deze week in Zürich door Anand, Kramnik, Caruana en Gelfand werd gespeeld nog steeds geen beslissing was gevallen, opperde de Zwitserse commentator Yannick Pelletier voorzichtig dat veel mensen graag een winstpartij zouden zien.
Dat was een kolfje naar de hand van Boris Gelfand. „Waarom, waarom?”, vroeg hij pathetisch. „De partij is interessant. Het resultaat is alleen voor de statistiek. Ik heb gemerkt dat voor mensen die geïnteresseerd zijn en naar de partijen kijken, het resultaat niet veel uitmaakt. Maar veel mensen in de schaakwereld kijken alleen naar het resultaat en denken dat schaken vervelend is.’’
Gelfand had gelijk, maar Pelletier ook wel een beetje. Er is niets mis met remises, maar het moeten er niet te veel zijn.
Genna Sosonko was ook in Zürich. Wat zijn functie daar was weet ik niet precies, maar ik zag hem op een foto keuvelend met Gari Kasparov, die daar af en toe commentaar gaf. Je ziet Sosonko trouwens vaak op een foto als er ergens een belangrijk toernooi is waarbij een Rus is betrokken, en daarin lijkt hij op de figuur Zelig uit de gelijknamige film van Woody Allen, die ook overal opdook bij belangrijke historische gebeurtenissen, met het verschil dat Zelig steeds een andere gedaante aannam en Sosonko altijd zichzelf blijft, erudiet en geestig.
In een interview op de Russische site chess-news.ru sprak Sosonko over de rijke Zwitserse schaaktraditie en gaf hij antwoord op de vraag waarom er toch geen grote Zwitserse schakers zijn geweest. Hij citeerde de Rus Alexander Toloesj, een leermeester van Boris Spassky, die had gezegd dat iemand om goed te schaken arm, hongerig en boos moest zijn. Dat waren de Zwitsers niet.
Het deed denken aan de scène in de klassieke film The Third Man uit 1949 waarin Orson Welles, die de gewetenloze Harry Lime speelt, zegt: „In Italië hadden ze dertig jaar onder de Borgia’s oorlog, verschrikking, moord, bloedvergieten, maar ze brachten Michelangelo, Leonardo da Vinci en de Renaissance voort. In Zwitserland hadden ze broederliefde en vijfhonderd jaar democratie en vrede. En wat bracht dat voort? „De koekoeksklok.’’
Er valt wel wat tegenin te brengen, want onze grote Nederlandse schakers Euwe en Timman waren niet arm, hongerig of boos, maar wie weet, misschien hadden ze nog sterker gespeeld als ze dat wel waren geweest.
De topspelers in Zürich leden geen honger, en ook in de iets lagere regionen valt het wel mee. Afgelopen woensdag stonden de Oekraïner Pavel Eljanov en de Filippijn Wesley So aan het begin van de laatste ronde van een sterk open toernooi in Reykjavik samen bovenaan. Ze speelden in drie zetten remise tegen elkaar, waardoor de Egyptenaar Bassim Amin samen met hen op de eerste plaats kon komen. Voor de echte liefhebbers: de zetten waren 1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 d5.
Onze kampioen Anish Giri had met een overwinning in de laatste ronde ook de eerste plaats kunnen delen, maar dat lukte niet; hij werd vierde, samen met de Bulgaar Ivan Tsjeparinov.
Ivan Tsjeparinov – Pavel Eljanov, Reykjavik Open 2013
1. d4 d5 2. c4 c6 3. Pf3 Pf6 4. Pc3 a6 5. a4 e6 6. g3 dxc4 7. Lg2 c5 8. 0-0 cxd4 9. Pxd4 Deze stelling werd ook bereikt in Kramnik – McShane, Londen 2012, waar zwart nu 9…Pbd7 speelde. Kramnik won toen een mooie partij. 9…Le7 10. a5 0-0 11. Pc2 Dc7 12. Le3 Ld7 13. Lb6 Dc8 14. Pe3 Lb5 15. Tc1 Pfd7 Een enigszins onnatuurlijke zet, maar er zit een bijzonder idee achter. 16. Pa4 Lg5 Eerst wordt door de dreiging 17…Lxe3 een verzwakking uitgelokt. 17. f4 Pxb6 En dit is het begin van een gedurfde actie waar zwart een hele toren in steekt. 18. Pxb6 Dc5 19. Tf3 Een moeilijke keus. 19. Kf2 was ook mogelijk en de simpelste manier van spelen was afzien van materieel voordeel met het bescheiden 19. fxg5. Na 19…Dxe3+ 20. Kh1 moet zwart dan kiezen tussen een dubieus kwaliteitsoffer of de akelige zet 20…Ta7. 19…Lf6 20. Pxa8 Td8 21. De1 Een andere onoverzichtelijke mogelijkheid was 21. Db3 met het idee 21…Pc6 22. Da3. 21…Pc6 22. Pb6 Ld4 23. Kf2 Wit klampt zich aan zijn materiaal vast, maar hij had beter alles terug kunnen geven met 23. Pxc4 Lxc4 24. Kf1 Lxe3 25. Txc4 Dxc4 26. Txe3 met een ongeveer gelijke stelling waarin wits pluspion niet belangrijk is.
23…e5 Met de vreselijke dreiging 24…e4. De situatie is opeens kritiek voor wit geworden. 24. b4 Hij geeft een pion om zwarts paard even af te leiden. 24…Pxb4 25. fxe5 Pc6 26. Dd2 Dit was wits laatste kans om 26. Pxc4 te spelen, hoewel het veel minder goed zou zijn dan drie zetten geleden. Na 26…Lxc4 27. Kf1 Lxe3 28. Txc4 Dxc4 29. Txe3 staat zwart duidelijk beter. 26…c3 27. Dc2 Pxe5 Nu stort wits stelling ineen. 28. Df5 g6 29. Df4 Te8 30. Pbd5 Dxd5 31. Kf1 Pxf3 Wit gaf op. Na 32. Lxf3 kan zwart op allerlei manieren winnen, maar de krachtigste zet is dan 32…Lxe2+.
Kostbare ratingpunten
In de carrière van een jonge, steeds sterker wordende topspeler komt een moment waarop hij de open toernooien vaarwel zegt. Zijn ratingpunten zijn zo kostbaar geworden dat het te riskant is ze op het spel te zetten in partijen tegen veel zwakkere tegenstanders. Onder de elitegrootmeesters van dit moment is Vassili lvantsjoek de enige die geen last heeft van deze zuinigheid. Hij houdt meer van schaken dan van ratingpunten.
Omdat ook Anish Giri zijn ratingpunten koestert alsof het de familiejuwelen zijn, verbaasde het mij dat hij zich had ingeschreven voor het jaarlijkse Reykjavik open. Giri’s laatste ervaring met een open toernooi was vorig jaar tijdens het EK in Plovdiv een klein drama. Hij bleef na een slechte start steken in het verkeerde deel van de ranglijst en verloor 22 punten.
Misschien heeft Giri zich laten inspireren door Fabiano Çaruana, die vorig jaar door een glansrijke zege in het Reykjavik open zo geïnspireerd raakte dat hij daarna van het ene succes naar het andere snelde. Giri deed het in Reykjavik heel wat beter dan in Plovdiv. Na vijf winstpartijen en vier remises stond hij voor de laatste ronde op de gedeelde derde plaats. Omdat hij tegen sterke tegenstanders speelde, bleef zijn rating ruimschoots intact.
Spannend was de partij die Giri in de negende ronde won van Erwin L’Ami, die tot dan gelijke tred met gehouden.
Girl – L’Ami Reykjavik 2013
1. Pf3 d5 2. c4 c6 3. d4 Pf6 4. Pc3 a6 5. e3 b5 6. b3 Lf5 7. Ld3 e6 8. 0-0 Pbd7
Om controle over het belangrijke veld e4 te houden, laat zwart een dubbelpion toe. Na ruil van de lopers op d3 moet hij steeds rekening houden met de zet e3-e4.
9. Lxf5 exf5 10. Pe5 Ld6 11. f4 Tc8 12.Df3b4
Meer in aanmerking komt 12 Lb4. Het witte paard staat niet slecht op a4.
13. Pa4 Pe4
Nu is zwarts koning veroordeeld tot een verblijf in het midden van het bord. Zwart had weinig keus, na 13
0-0 wit een pion met 14. cxd5 cxd5 l5.Pxd7Pxd7(15… Dxd7 16. Pb6) 16. Dxd5.
14. Pxd7 Kxd7 15. a3 a5 16. Pc5+
Een goed idee, maar misschien niet het goede moment. Sterker lijkt eerst 16. axb4 axb4 17. Lb2 en pas daarna de paardsprong naar c5.
16… Lxc5
Uiteraard neemt zwart met de loper. Het paard op e4 houdt zijn stelling bijeen.
17. dxc5 Ke6
Deze avontuurlijke zet vraagt (te) veel van de zwarte stelling. Sterker is 17… Df6 18. Ta2 dxc4 19. axb4 c3!, waarna de pion op c3 zwart voldoende tegenkansen biedt.
18. axb4 axb4 19. Td1 Ta8 20. Lb2 Txa1 21. Lxa1 f6 22. cxd5+ cxd5 23. Ld4
Wit staat beter, maar nog lang niet gewonnen. Het paard op e4 maakt het lastig toegangswegen naar de zwarte koning te openen.
23 … Dd7 24. Tal Db5 25. g4
25 … h5?
Een andere pionzet op de koningsvleugel lag meer voor de hand. Na 25 … g6 26. gxf5+ gxf5
27. Dg2 Tc8 kan wit niet goed verder komen. Na 28. Ta7 Dd3 moet de witte toren terug naar a1.
26. gxf5+ Kxf5 27. Ta7 Th7
Lelijk, maar noodzakelijk. De inval 27 … Dd3 leidt tot niets na 28. Txg7 Dbl+ 29. Kg2 Dc2+ 30. Khl Dbl+ 31. Tgl.
28. Le5
Te inventief. Gemakkelijker is 28. Td7! Ke6 29. Dh3+ f5 30. Txd5! Kxd5 31. Dxf5+ Kc6 32. Dc8+ Kd5 33. Dg8+ Kc6 34. De8+ met damewinst.
28 … Dxc5 29. Dh3+ Kg6 30. Tc7 Da5
Hierna is zwart kansloos. Na 30 Db6 31. f5+ Kh6 32. Lf4+ g5 33. fxg6+ Kxg6 heeft wit niet beter dan de afwikkeling naar een eindspel met een pion meer met 34. Txh7 Kxh7 35. Dxh5+ Kg7 36. Dxd5.
31. f5+ Kh6 32. Lf4+ g5 33. fxg6+ Kxg6 34. Dg2+ Pg5 35. Tel!
Met zwarts dame op b6 zou deze essentiële zet vanwege 35 Dxe3+ niet mogelijk zijn geweest.
35 … Kf7 36. Lxg5 fxg5 37. Dg3 Tg7 38. De5 Kg6 39. Tc6+ Kh7 40. Df5+
Zwart geeft op.
Volle agenda
Er zijn op dit moment zware, serieuze toernooien gaande of net afgelopen: in Zürich, Reykjavik en Capelle La Grande. En precies vandaag is ook het traditionele marathon-snelschaaktoernooi in Dordrecht met vijf minuten per speler per partij, waar tussen de 200 deelnemers ook Jan Timman, Loek van Wely, Ivan Sokolov en Robin van Kampen snel zitten te schuiven. Dan was er nog voor de liefhebbers een schaakcomputertoernooi op Free Internet Chess Server (FICS). De mens functioneert daar slechts als bedienend personeel. Kortom, een volle agenda.
In Zürich wordt een dubbelrondige vierkamp gehouden met de toptienspelers Viswanathan Anand, Vladimir Kramnik, Boris Gelfand en Fiabiano Caruana. De loting bestond uit snelschaakpartijtjes waar opmerkelijk genoeg Carauna het beste in bleek. De filmpjes die op internet te zien zijn van dit toernooi, zijn de slechtste uitvoering van wat er van te maken is. Je ziet mensen zetten of denken of praten, maar geen idee waarom, waarover of waarmee. Het is goed voor Anand om zijn machine te smeren voor de komende WK-tweekamp in november. Zijn vaste secondant, de Deense grootmeester Peter Heine Nielsen, heeft zich gevoegd bij het team van Magnus Carlsen, de gedoodverfde uitdager. Als Carlsen het kandidatentoernooi wint, dat in maart in Londen van start gaat, dan ligt het voor de hand dat de Scandinaviërs blijven samenwerken. Anand zal dus met nieuwe wapens moeten komen, want Nielsen kent al zijn bestaande strijdmethodes. In Zürich wordt veel afgetast, alle partijen uit de eerste drie ronden eindigden, weliswaar na lange strijd, in remise. Anand had de beste kansen.
F. Caruana – V. Anand, na 53…Df1xh3
Wit staat twee pionnen achter en 54.Kxc4 Dxf3 helpt niet. Ik schatte de kansen van zwart tijdens de partij hoog in maar dat is toch niet terecht. Wit heeft actieve stukken en veld f5 is een mooi invalsveld voor het paard.
54.Pd5 Dg3 55.Pe3 Df2 56.Kc3 Pf6 57.Pf5+ Kh7 58.Db7 De1+ 59.Kxc4 De6+ 60.Kd3 Pd5
Dit was een moment voor 60…h5, alleen houdt wit ook dan stand na 61.Pd4 De8 62.gxh5 Pxh5 63.De4+ en er blijft te weinig materiaal over.
61.Pd4 Pf4+ 62.Kd2 Da2+ 63.Ke3 Da3+ 64.Kf2 Da2+ 65.Ke3 met remise. In de derde ronde gebeurde er iets vreemds. Anand zat tegenover zijn laatste uitdager, Gelfand, en beiden speelden fris van de lever:
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.h3 e6 7.g4 d5 8.exd5 Pxd5 9.P4-e2 h5 10.g5 Ld6 11.Pxd5 exd5 12.Lg2 0-0 13.0-0 Pc6 14.Dxd5 Le6?
Dat is toch raar, zwart kan een pion winnen en zijn ontwikkeling vervolgen met 14…Lxh3! waarna meer materiaal geruild zal worden en de stelling volledig in evenwicht is. Nu komt wit beter te staan.
15.Df3 Te8 16.Le3 Lc4 17.Tf-e1 Pb4 18.Ta-c1 Le5 19.Pc3 Lxc3 20.bxc3 Ld5 21.Dxh5 Lxg2
Wit heeft hier keuzes. Velen zouden voor 22.cxb4 gaan waarna wit twee pionnen meer heeft en een normale pionnen structuur. Anand ging voor 22.Kxg2 Dd5+ 23.Kg1 Pc6 24.Te-d1 Dxa2 25.g6 fxg6 26.Dxg6
en hier had zwart met 26…Pe5 27.Dg3 Df7 een gelijkwaardige stelling kunnen krijgen. Hij deed het anders, waarna hij nog wat moest oppassen maar we zitten al weer binnen de remisemarge.
26…Df7 27.Dxf7+ Kxf7 28.Tb1 b5 29.c4 b4 30.c3 bxc3 31.Tb-c1 Te-d8 32.Txd8 Txd8 33.Txc3 a5 34.Kf1 Ke6 35.Ke2 Th8 36.Lb6 Th4 37.Te3+ Kf5 38.Ta3 Txc4 39.Lxa5 Pxa5 40.Txa5 Kf6
en toch weer remise. Je krijgt het gevoel dat Carlsen meer had gehaald uit beide stellingen. Wellicht is dat de juiste waarschuwing op het juiste moment voor Anand. Hij kan bij de volgende WK-tweekamp niet meer vanuit zijn lauweren opereren. Op de helft van het toernooi staan alle spelers op de gedeelde eerste plaats.
In het Franse Capelle la Grande doen 220 schakers mee, waarvan 75 grootmeesters en 55 meesters. Die Open toernooien worden alsmaar sterker en sterker en zijn dus een prachtig oefenterrein. Nederland wordt vertegenwoordigd door elf spelers. Wij wensen hen plezier en succes. Volgende week komen we terug op Reykjavik, waar de rood-wit-blauwe naambordjes op de tafels kwamen te staan van elf spelers, waaronder de grootmeesters Anish Giri, Erwin l’Ami, Ivan Sokolov (die natuurlijk ook volop meedraaiden in de prijzenpot) en de meesters David Miedema en Robert Ris en de vrouwen-meester Arlette van Weersel.
Bij oplichterij denkt men onwillekeurig aan de vastgoedsector of de financiële wereld maar niet aan de bezigheid die mensheid zich uitgedacht heeft tot ontspanning en vermaak: de sport. Helaas, sinds deze ook in de klauwen van de mammon is geraakt komen daar alle menselijke ondeugden tot volle ontplooiing. En hoe zit het bij de schakers?
Welnu, dat zijn net mensen en dus komen we steeds meer berichten tegen van overmatig toiletbezoek (bij mijn club overheerst de hoge leeftijd dus u snapt het al) en ook de technische hulpmiddelen bewijzen kwalijke diensten. Zo was er pas een matige schaker op een toernooi die achter elkaar 4 sterke grootmeesters versloeg. De organisatoren vertrouwden het niet en onderzochten kleding en pen maar er werd niets gevonden. Zijn prestatie was relatief de beste van een schaker ooit. En de wetenschap bevestigt dat via een chip in het oor alle informatie kan worden doorgegeven. Het was ook opvallend dat deze man verloor toen de zetten niet meer gelijktijdig werden doorgegeven op het net.
Het zal een ieder duidelijk zijn dat de organisatoren van het ND-schaaktoernooi zich nu al beraden op passende maatregelen. Nu een partijtje dat ik toevallig zag in een tien jaar oud schaakblad: Deep Sengupta met wit tegen Nakamura. Deep was ten tijde van de partij 13 jaar maar wel jeugdwereldkampioen. Nakamura was toen slechts één jaar ouder en gold ook als veelbelovend. Deep is nu al een grootmeester in geboorteland India maar “echte “wereldkampioen zal hij niet meer worden. Nakamura is inmiddels doorgestoten naar de wereldtop. 1.e4 c5 2. Pf3 d6 3.d4 cxd 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Lg5 e6 Alles overbekend 7. Dd2 Le7 8. f3 Pbd7 9. 0-0-0 Dc7 10.g4 0-0 11.h4 b5 het bekende beeld: welke aanval slaat door, wit op de konings- en zwart op de damevleugel. 12. Lxf6 Pxf6 13.g5 Pd7 14.h5 b4 15.Pb1 Pc5 16. De3 Lb7 17. Td2 Da5 18.g6 Deep gaat rustig door met de aanval maar onderschat de tactische kant van de stelling: Lg5! 19.f4 (Dxg5 Pd3+) 20.gxh7+ Kh8 Daar staat de majesteit prima 21. Lg2 Dxa2 22. Tg1 Tac8 De zwarte aanval wordt dreigender 23.e5 Riskant Lxg2 24. Tdxg2? Verkeerde toren,nu dezelfde grap als bij zet 18: 24.. Lxf4 en fini 25. Dxf4 Pd3+ 0-1.
In de serie Schaakbladen vestig ik graag weer uw aandacht op het blad KARL, das kulturelle Schachmagazin, dat ieder kwartaal verschijnt en dan een bepaald thema heeft waarvan men alle voorbeelden kan vinden op www.karlonline.org. Natuurlijk ook wat schaaknieuws en een enkele partij maar het gaat vooral om de historische en culturele informatie bij het thema. Zo komt bij het nummer over Tsjechië met als titel Van Steinitz bis Navara zelfs de onverkwikkelijke geschiedenis van het Sudetenland ter sprake en het antisemitisme dat de talrijke Joodse schakers soms ondervonden in de Donaumonarchie die in 1918 uit elkaar spatte zoals later de USSR. In ieder geval voor een ieder die geïnteresseerd is in de cultuur en geschiedenis van het schaken is KARL een absolute must.
En de oplossing van 2412 was 1.g3!
Een grootmeester van dertien jaar
In 1958 werd Bobby Fischer grootmeester op vijftienjarige leeftijd. Dat was een sensatie. Het duurde ruim dertig jaar voordat dit record werd verbroken, door Judit Polgar. Dat was in 1991, zij was ook vijftien, maar een paar maanden jonger.
Drie jaar later volgde Peter Leko op z’n veertiende. Op de lijst van jongste grootmeesters in de geschiedenis staan deze drie grootheden momenteel op de plaatsen 35, 32 en 14. Wil je nu bijzonder zijn, dan moet je grootmeester worden op je dertiende. Sergei Karjakin werd het op z’n twaalfde, vijf spelers op hun dertiende. Een van hen is Wei Yi uit China, hij boekte vorige week zijn beslissende resultaat voor de grootmeestertitel in een open toernooi in Reykjavik.
De Chinees was op dat moment dertien jaar, acht maanden en 23 dagen, waarmee hij de jongste grootmeester is van dit moment en op de vierde plaats staat van jongste grootmeesters aller tijden. Behalve Karjakin waren ook Parimarjan Negi en Magnus Carlsen jonger bij het behalen van de titel, al scheelde dat maar een paar maanden. Op IJsland won Wei Yi onder anderen van Maxime Vachier-Lagrave, een wereldtopper uit Frankrijk. Die staat dertiende op de lijst, hij werd grootmeester toen hij veertien was. De nieuwe jonge grootmeester werd geïnterviewd voor de toernooisite. Op de vraag wie zijn favoriete schaker was, antwoordde hij: “Magnus Carlsen.” Op de vraag waarom: “Omdat hij zo sterk is.”
Niet erg diepzinnig, maar goed, hij is dan wel grootmeester maar ook nog gewoon een jongen van dertien.
In 1999, toen de twaalfjarige Daniël Stellwagen begon met het vestigen van Nederlandse leeftijdsrecords, werd zijn trainer Cor van Wijgerden geïnterviewd voor het bondsblad. De Oekraïner Ruslan Ponomariov was toen met veertien jaar de jongste grootmeester ter wereld. Van Wijgerden: “Ponomariov heeft al vanaf zijn negende een vaste trainer, bij wie hij in huis woont en die hem dagelijks traint. In Nederland zou dat maatschappelijk niet worden geaccepteerd.” Nederlanders zullen de records niet gaan verbreken en waarschijnlijk heeft Van Wijgerden gelijk: dat willen we ook niet.
Elf Nederlanders waren in hetzelfde toernooi in Reykjavik actief, waaronder drie topschakers, twee subtoppers en zes toeristen. Anish Giri, Ivan Sokolov en Erwin l’Ami mochten hopen op een plaats bovenin. Giri deed het het beste, hij eindigde met 7,5 uit 10 op de gedeelde vierde plaats. Goed gedaan, maar ook weer geen resultaat dat met grote letters op zijn palmares zal worden bijgeschreven. Hij deelde die plaats met velen, onder wie Sokolov, maar die had aanmerkelijk zwakkere tegenstanders gehad. L’Ami eindigde een half punt lager, enigszins in de anonimiteit. Belangrijk was daarbij de onderlinge partij tussen de twee Nederlanders in de voorlaatste ronde.
Giri-l’Ami
1.Pf3 d5 2.c4 c6 3.d4 Pf6 4.Pc3 a6 5.e3 b5 6.b3 Lf5 7.Ld3 e6 8.0-0 Pbd7 9.Lxf5 exf5
Als je alleen naar de overgebleven lopers en de pionnenstructuur kijkt, dan staat zwart veel beter. Maar er staat nog veel te veel om het bord om daar waarde aan te hechten.
10.Pe5 Ld6 11.f4 Tc8 12.Df3 b4 13.Pa4 Pe4 14.Pxd7 Kxd7
Noodgedwongen, maar de koning loopt geen gevaar.
15.a3 a5 16.Pc5+ Lxc5 17.dxc5 Ke6
Een opmerkelijke zet, maar aangezien het zwarte paard oppermachtig is ten opzichte van de witte loper lijkt de koning ook hier veilig te staan. Provocatief is het wel.
18.axb4 axb4 19.Td1 Ta8 20.Lb2 Txa1 21.Lxa1 f6 22.cxd5+ cxd5 23.Ld4 Dd7 24.Ta1 Db5 25.g4 h5 26.gxf5+ Kxf5 27.Ta7 Th7
28.Le5
Een gekke zet. De loper mag niet genomen worden, na 28…fxe5 29.fxe5+ bevindt de zwarte koning zich in een mijnenveld. Maar wat is de betekenis van Le5? Ook meteen Dh3 was hier goed geweest, toch blijkt Le5 straks iets toe te voegen.
28…Dxc5 29.Dh3+ Kg6 30.Tc7 Da5 31.f5+ Kh6 32.Lf4+
Dit had Giri in de diagramstelling dus al gezien, daarom moest de loper naar e5.
32…g5
Na 32…Pg5 33.Df1 (dreigt h4) 33…g6 34.Tc6 gaat het ook mis voor zwart.
33.fxg6+ Kxg6 34.Dg2+ Pg5 35.Tc1 Kf7 36.Lxg5 fxg5
37.Dg3
Een mooie stille zet. De witte koning is veilig en zwart kan bijna niet anders dan in een matnet belanden.
37…Tg7 38.De5 Kg6 39.Tc6+ Kh7 40.Df5+
Zwart geeft het op.
Voor beginners A6033 Zwart aan zet wint,hoe?
|
Voor gevorderden B6033 Zwart aan zet wint, hoe?
|
Het is al geen nieuws meer, maar het verbaast toch altijd weer. Grootmeesters in het schaken blijken steeds jonger worden. Al is het dan geen record, de 13-jarige Chinese Wei Yi werd deze week grootmeester. In het Reykjavik Open Tournament versloeg hij de Franse supergrootmeester Vachier Lagrave en staat daardoor – voor het spelen van de laatste ronde – op een gedeelde vierde plaats.
Wei Yi is niet de jongste grootmeester aller tijden, dat was de Russische Karjakin, die dit resultaat behaalde toen hij twaalf jaar en zeven maanden was. De huidige beste schaker van de wereld, Magnus Carlsen was drie maanden jonger toen hij tot grootmeester werd benoemd.
Wei Yi – Vachier Lagrave
1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 d6 4.0-0 Ld7 5.Te1 Pf6 6.c3 a6 7.Lf1 Lg4 8.d4 cxd4 9.cxd4 e5 10.d5 Pd4 11.Le3 Pxf3+ 12.gxf3 Ld7 13.a4 Ph5N 14.Db3 g5?! (Zie diagram 1. De Frans topgrootmeester wil de Chinees met deze zet oprollen door een riskante aanval op te zetten via de g-lijn.) 15.Dxb7! (De 13-jarige stoort zich niet aan de regel om niet op b7 een pion te slaan met de dame, ook al lijkt het goed.) 15…Tg8 16.Pd2 g4 17.fxg4 (De Fransman heft twee pionnen geofferd voor de aanval. Het lijkt erop dat de reus de dwerg oprolt, maar de jonge Chinees houdt het hoofd koel.) 17…Tb8 18.Dxa6 Txg4+ 19.Kh1 f5 20.exf5 Txb2 21.Le2 Pf6 22.Pc4! (Mooi positioneel spel, bindt ook stukken van zwart voor de verdediging van d6.) 22. .. Txe2 (Lijkt heel sterk, maar de kracht van de zet verbleekt.) 23.Txe2 Lxf5 24.f3 Tg6 25.Tg1 Kf7 26.Txg6 hxg6 27.Lg5! Le7 (zie diagram 2) 28.Lxf6! (Heel goed gezien. Dit lever teen pion op voor wit.) 28. …Kxf6 29.Pxe5 (Maakt gebruik van het gepend komen staan van pion d6.) 29…Db8 30.Pg4+ Kg5 31.Txe7 Db1+ 32.Kg2 Ld3 33.Da7. Zwart geeft op. Na 33. …Df1+ 34. Kg3 is zwart snel mat na 35. h4+ of 35. Dg3+.