Carlsen ontsnapt in derde partij tweekamp
In de derde partij van de WK-tweekamp heeft Magnus Carlsen met wit moeten vechten voor remise. Vanuit een Reti kwam een Engelse stelling op het bord (of een omgekeerde Siciliaan eigenlijk). Zwart kreeg een prima stelling en het lukte Carlsen niet om het evenwicht te houden. Op zoek naar tegenspel offerde hij een pion. Anand had op dat moment het idee dat wit genoeg tegenspel had, terwijl de Noor wist dat hij voor remise aan het vechten was. In ieder geval durfde Anand in eerste instantie het pionoffer niet aan te nemen en nadat hij even later toch een pion voorkwam deed hij geen moeite om de pion te behouden, bang als hij was voor tegenspel van wit. Uiteindelijk kwam een eindspel met een miniem voordeel voor wit, dat doorgespeeld werd totdat alleen nog twee lopers op het bord stonden.
Anand had na afloop niet echt het idee dat hij iets gemist had, maar ik vermoed dat na er nog eens met de engine naar gekeken te hebben hij er anders over denkt. Carlsen was niet tevreden met zijn spel, maar kon niet of wilde niet aangeven wat hij precies verkeerd gedaan had. Wel gaf hij min of meer toe last te hebben van zenuwen (en het zou goed kunnen dat zijn spel daardoor negatief wordt beïnvloed). Over de organisatie was hij overigens zeer tevreden, "beter dan ik verwacht had zelfs."
Carlsen, Magnus – Anand, Viswanathan
Opvallend was dat Carlsen het idee had dat hij niet goed gespeeld had, en goed was weggekomen, terwijl Anand dacht dat wit genoeg tegenspel had. Carlsen gaf bij de persconferentie ook min of meer aan (nog) steeds last van zenuwen te hebben.
1. Nf3 d5 2. g3 g6
Tot zover volgen de spelers de eerste matchpartij. Carlsen wil blijkbaar zijn van tevoren vastgestelde strategie met wit (een rustige opzet) blijven volgen, terwijl Anand tevreden was met de uitkomst van de eerste partij, waarin met 3.Lg2 Lg7 4.d4 werd voortgezet.
3. c4 dxc4
Zwart had met 3…c6 gevolgd door Lg7, Pf6 de opzet van de eerste partij kunnen herhalen. Waarschijnlijk had Carlsen het dit keer niet met d4 gespeeld, maar met b3, zoals aanbevolen door Marin.
4. Qa4+ Nc6 5. Bg2 Bg7 6. Nc3 e5 7. Qxc4 Nge7 8. O-O O-O
Als je de witte dame op d1 zet en de kleuren verwisselt heb je een stelling uit de Draak, die ik (vooral in mijn jeugdjaren) meer dan honderd keer op het bord heb gehad. Ik was heel succesvol met een simpel plan: paard naar d5, pionnen naar c4, a4 en b3, toren naar a2, later vaak naar e2, en druk uitoefenen op de achtergebleven pion op e7 (nadat zwart op d5 sloeg en ik exd5 deed). In de partij komen deze elementen ook terug. De vraag is of de dame op c4 beter staat dan op d1. Ze staat enerzijds wat actiever, maar ook kwetsbaarder, zwart kan met Le6 een tempo winnen.
9. d3 h6
h3 is in de Draak waar ik het over had ook een normaalzet, maar dan vooral om Ld7, Dc8 en Lh3 te voorkomen. In dit geval is het mogelijk anticipatie op Dh4, naast dat het Pg5 of Lg5 eruit haalt.
10. Bd2
Liever wil wit b4 doen (of voorbereiden) in deze stelling, maar met de dame op c4 en het paard op c3 ongedekt is 10.b4 Le6 problematisch voor wit. 10.Dh4 kan overigens wel, 10… g5 11.Lxg5 is goed voor wit, dus zwart speelt dan 10…Pf5.
10…Nd4
Een nadeel van 10.Ld2 is dat wit niet met de standaardreactie Pd2 kan reageren. Slaan op d4, wat wit in de partij doet, gebeurt ook vaak genoeg, maar zwart krijgt wel twee statische voordelen zo: meer ruimte en de achtergebleven pion op e2.
11. Nxd4 exd4 12. Ne4
Wit kan op verschillende manieren proberen compensatie te vinden voor de statische nadelen. Druk tegen d4 is een optie, maar lijkt hier voorlopig niet relevant. Een goed getimed e3 met dynamisch spel kan, maar dat zal ook even duren, als het ooit lukt. Een derde mogelijkheid is druk tegen de zwarte damevleugel, dat lijkt het meest realistisch.
12…c6 13. Bb4
Behalve dat deze zet activiteit verhoogt, geeft deze ook een vluchtveld op d2 voor het paard (dat niet veel velden heeft). Een plan met b4-b5 (een soort minoriteitsaanval) is ook het overwegen waard, maar dat geeft wel veld c3 weg.
13…Be6 14. Qc1 Bd5 15. a4 b6
15…a5 ziet er logisch uit, om de droomketen a5-b6-c5-d4 te proberen te bereiken. Wit kan dan zijn paard naar c4 omspelen en paard tegen slechte loper proberen te claimen, maar die loper is niet zo slecht, en het paard minder goed dan het lijkt. Ondertussen heeft zwart dan zijn statische voordelen behouden en kan druk op e2 combineren met een koningsaanval.
16. Bxe7
Geeft het loperpaar op, maar c5 met tempowinst toelaten zou onverstandig zijn.
16…Qxe7 17. a5
Zo heeft wit toch wat spel op de damevleugel, de open a-lijn kan ooit van pas komen.
17…Rab8 18. Re1 Rfc8
Andere velden komen ook in aanmerking voor de toren, maar waarschijnlijk had Anand hier een eventueel c5-c4 (met of zonder pion op b5) in gedachten.
19. axb6 axb6 20. Qf4 Rd8 21. h4 Kh7 22. Nd2 Be5
22…Bxg2 23. Kxg2 c5 is ook niet gek, maar wit speelt 24.h5 waarna op e4 een sterk veld voor het paard onstaat.
23. Qg4 h5 24. Qh3 Be6
Anand wil voorlopig zijn loperpaar behouden.
25. Qh1
Wellicht vindt u de dame op h1 raar staan, maar kijk eens naar de positie van Carlsen tegen Karjakin eerder dit jaar in Wijk aan Zee:
25…c5
Maar er zijn natuurlijk verschillen: zo heeft hier zwart het loperpaar ipv wit, maar wit heeft wel de open a-lijn. Voor zwart is het echter makkelijker een plan te vinden: b5, c4 en c3. Wat moet wit doen?
26. Ne4 Kg7 27. Ng5
Dit ziet er wel logisch uit, het loperpaar van zwart afpakken en gaan voor een positie met ongelijke lopers. Zwart kan desondanks doorgaan met zijn plan.
27…b5 28. e3
Riskant, misschien zelfs een fout, maar het pakt goed uit. Het is ook niet zo makkelijk iets anders te verzinnen.
28…dxe3 29. Rxe3 Bd4
Anand gaf na afloop geen concrete reden om niet op b2 te slaan hier, hij dacht gewoon dat wit genoeg tegenspel had en bovendien wilde hij met weinig tijd op de klok het niet te tactisch maken. De computer wil wel op b2 slaan (doh) en geeft 29…Bxb2 30. Rae1 Rb6 31. Bd5 Bd4 32. Rxe6 fxe6 33. Rxe6 Qf8 34. Qg2 Rdd6 met duidelijk voordeel voor zwart.
30. Re2 c4 31. Nxe6+ fxe6 32. Be4 cxd3 33. Rd2
Wit staat een pion achter, maar hoopt een batterij op g6 te kunnen gaan richten.
33…Qb4
De spelers werd ook gevraagd wat ze van 33….Tf8 (computeraanbeveling) vonden. Anand had het niet overwogen, hij dacht dat zelfs als wit f2 zou kwijtraken, wit genoeg tegenspel zou hebben.
34. Rad1 Bxb2 35. Qf3 Bf6 36. Rxd3 Rxd3 37. Rxd3 Rd8
Dit is een verpakt remiseaanbod. Na 37…Ld4 38.De2 zag Anand niet hoe hij verder moest komen, "de extra b-pion stelt niet zoveel voor want wit heeft b1 goed onder controle." Toch denk ik dat zwart kleine winstkansen heeft: niet na torenruil, maar wel als hij dames weet te ruilen. Maar ik kan me zijn beslissing wel voorstellen, er is nog steeds de latente dreiging van een batterij tegen g6.
38. Rxd8 Bxd8 39. Bd3
Nu kan zwart zijn pluspion echter niet behouden, b.v. 39…Le7 40.Db7.
39…Qd4 40. Bxb5 Qf6
Ergens hier bood Anand remise aan, maar Carlsen wilde (uit principe of omdat hij een ietsiepietsie beter staat) doorspelen. Maar Nijboer hield laatst in Griekenland dezelfde stelling zonder pion op e6 remise, met die pion erbij is het helemaal makkelijk.
41. Qb7+ Be7 42. Kg2 g5 43. hxg5 Qxg5 44. Bc4 h4 45. Qc7 hxg3 46. Qxg3
Ook dit is een verkapt remiseaanbod, maar Carlsen wil doorspelen tot de regels bepalen dat het remise is.
46…e5 47. Kf3 Qxg3+ 48. fxg3 Bc5 49. Ke4 Bd4 50. Kf5 Bf2 51. Kxe5 Bxg3+ 1/2-1/2
Foto’s gemaakt door Lennart Ootes.
Ik denk dat wit misschien voordeel vast kan houden door Dc1 en Lb4 om te draaien. Alhoewel zwart na 13.Dc1 waarschijnlijk 13…Pf5 speelt (en niet 13…Kh7 14.Lb4).
Carlsen moet maar eens stoppen met wit te spelen alsof hij zwart heeft met een tempo meer. Daarmee krijg je Anand niet onder druk. 2 d4! in plaats van 9 d3.
Je hebt het voordeel van de beginzet, als je daar niet genoeg energie in steekt is het voordeel snel vervlogen.
Carlsen is (meestal) niet iemand die bereid is een theoretisch gevecht om het openingsvoordeel aan te gaan. Liever krijgt hij een vechtstelling op het bord, waarna hij kan laten zien dat hij de betere schaker is.
Met 13.Dc1 Kh7 14.Lb4 Le6 15.Pc5 Lc8 16.Pe4 Le6 kan wit remise forceren, maar ik denk niet dat hij beter staat als hij die ontwijkt.
Ik heb tussen zet 20 en 30 het Live video commentaar van Judith Polgar en een Indiase schaakmeester gevolgd. En daar hadden ze het vooral over de Dame op h1. Dat was het grote probleem voor Carlsen samen met het oprukken van de pionnen op de damevleugel. Het verschil met de partij tussen Carlsen en Karjakin is dat Carlsen daar met Dh1 een paard aanviel, terwijl de dame hier door Anand naar toe werd gedreven. Ik vond het in deze partij meer een ontsnapping a la Houdini. Judith Polgar was ook hoogst verbaasd dat Anand niet Lb2x speelde, wat duidelijk winstkansen gaf.
Wim, je bedoelt waarschijnlijk Susan Polgar en GM R.B. Ramesh.
Het is inderdaad Susan. Ik had meer naar de partij gekeken. De zussen lijken wel op elkaar en hebben een zelfde stem en Engels accent.