De bloemen zijn er al, er moeten alleen nog kampioenen komen
Om een uitspraak van Tartakower aan te passen: de voortekenen zijn er al, er moet alleen nog gewonnen worden.
Kudelstaart, 10 mei 2014. In de grote zaal van dorpshuis ’t Podium is het om twaalf uur druk. Niet vanwege de beslissende schaakwedstrijd AAS – Caïssa-Eenhoorn, wel vanwege een gemeenschapsveiling ten bate van het verenigingsleven in het bij Aalsmeer gelegen dorp. En dus worden veel te verkopen kavels gevormd door bloemen. Rozen, orchideeën, boeketten en bossen. Een ideaal decor voor een kampioensfoto.
Enigszins verstopt in de ruimte achter de bar, aan een zijmuur, hangt een bijzonder , striptekeningachtig schilderij: ‘Banana boat’. De banana boat, bekend nagerecht, is een legende in de historie van HSV De Eenhoorn en nu dus ook bij Caïssa-Eenhoorn. Na afloop van een competitiewedstrijd gaan de spelers uit eten bij de plaatselijke Chinees en bestellen als laatste het in een aardewerk bootje geserveerd bananentoetje. Het brengt geluk voor de volgende wedstrijd. Eenmaal had Arne Moll trek in iets anders en verloor prompt zijn eerstvolgende bondspartij.
Eigenlijk kan het nu niet meer misgaan voor ons sterkste team. Na de geweldige, maar nipte thuisoverwinning op De Wijker Toren staat Caïssa-Eenhoorn voor het eerst deze competitie bovenaan. Eén punt meer dan de Beverwijkers die wel een hoger aantal bordpunten hebben. En een makkelijker tegenstander: het al gedegradeerde HSG. AAS moet minimaal gelijkspelen om zich te handhaven, maar in dat geval mogen onze jongens en Arlette ervan uitgaan dat zij dan op de tweede plaats zullen eindigen. In Kudelstaart is 4-4 niet genoeg, alleen winst telt.
De Alternatieve Aalsmeerse Schaakvereniging speelt zijn thuisduels normaliter in de Doopsgezinde Kerk in Aalsmeer. Maar die is deze zaterdag moeilijk bereikbaar vanwege een geraniummarkt en braderie, terwijl een koor uit het Amerikaanse Kansas in de kerk een concert geeft. AAS wijkt uit naar het Kudelstaartse dorpshuis, waar het vorig seizoen zijn bondswedstrijden afwerkte.
Een ruimte achterin het dorpshuis is beschikbaar voor schaakclub Aalsmeer dat in de promotieklasse NHSB speelt en ook op 10 mei zijn laatste competitieronde heeft. Maar niemand staat er bij stil dat dat in de vorm van een gezamenlijke ronde gebeurt. Negen promotieklassers zijn te gast bij de tiende: kampioen Aartswoud. En daarom moeten in Kudelstaart zestien spelers en de aimabele wedstrijdleider Theo Weijers plaatsnemen in de kleinste schaakzaal van Nederland.
Die meet pakweg vijf bij vier meter. Acht vierkante tafels staan er, voor de partijen. Aan een negende tafel zit de wedstrijdleider. Als hij aanwezig is, moet je je buik inhouden om te passeren. Zo krap is het. Ook moet de belangstellende supporter voorzichtig de deur openen. Want pal daarachter spelen Gilbert Vrancken en de achtste aas Henk Noordhoek. Als de deur te snel openzwaait, kun je de stukken van hun bord eraf tikken.
Ondertussen zijn alle schakers binnengekomen en de Hoornse begroetingen zijn allerhartelijkst. Het is snel duidelijk: ze hebben allemaal zin in een winstwedstrijd. Hier komt een homogeen team in actie.
Omdat er in het eerste uur geen beslissingen te verwachten zijn, kan ik nog even een rondje lopen. In een andere hoek achter de bar staan wat bekers van de klaverjasclub verstopt. Daarnaast hangt een fotocollage van ’t Kalende Pionnetje. Een schaakvereniging jazeker, maar van de 22 spelers hebben de meeste enkele keren per jaar een flinke kappersrekening. In het dorpshuis komen voorts de leden van biljartclub ’t Kromme Keutje en carnavalsvereniging De Pretpeurders samen. Jammer dat de schakers niet allitereren. ’t Pakkende Pionnetje had er mooi tussen gekund.
Terwijl een stuk of tien vrijwilligers van de gemeenschapsveiling al ver gevorderd zijn met het inrichten van de grote zaal voor het avondfeest, verlaat het eerste lachende gezicht de schaakzaal. Kopman Daan Zult heeft zijn eindsprint met succes beëindigd. Hij wint, pakt uit zijn laatste drie bondspartijen drie punten en komt uit op een mooie score van vijftig procent.
Ondertussen heeft het Hoornse supporterslegioen zich verdubbeld. Piet Aardenburg is gearriveerd. Kort erop zal ook Mark van Ojik de partijen op de voet volgen.
Zo’n drie kwartier later brengt AAS de stand op gelijke hoogte. Eigenlijk doet Caïssa-Eenhoorn dat zelf. Arne Moll biedt remise aan en geeft meteen een stuk weg. Een geplande ruil kan wegens mat achter de paaltjes niet doorgaan. Heeft hij een maand geleden geen banana boat besteld?
Weer vijf minuten later scoort Peter Doggers die het totaal uit zijn laatste vijf bondspartijen op vierenhalf punt brengt. ,,Mazzeltje’’, vindt onze tweede sprinter in de ploeg. ,,Afgedwongen mazzeltje’’, zegt tegenstander Marco de Groot heel sportief.
Twee punten binnen, nog tweeënhalf te gaan. Ineens melden Arlette van Weersel en Jerrel Thakoerdien zich bij hun teamgenoten. Ze brengen anderhalve punt aan goed nieuws mee. De remise van Jerrel ligt in de lijn der verwachtingen, de winst van Arlette is een plus met een hoofdletter P. Haar rechterhand is verpakt in een brace om de genezing van een blessure te bespoedigen. Ze zet en noteert er ook mee, maar geen zee is haar te hoog en manmoedig heeft ze aan het zesde bord plaatsgenomen. In een stelling met mogelijkheden geeft haar opponent Ad van den Berg op, al lijken er in de analyse toch wel remisemogelijkheden voor hem te zijn. Het punt staat al op het wedstrijdformulier.
Net voor half vijf voegt Henk-Jan Visser een halfje aan de reeks toe en brengt de stand op 2-4. Dan kijkt Gilbert Vrancken tegen een eindspel aan dat nauwelijks te verliezen is. Hij heeft een actieve loper die het tegen een passief paard opneemt. Maar de Hoornse koning staat ook beter en er kan misschien een vrijpion naar de overkant gebracht worden. Gilbert loert op winstkansen en besluit om de remise veilig te stellen.
CAÏSSA-EENHOORN IS KAMPIOEN.
Dat Martijn Monteban het onderspit moet delven tegen de sterkste aas en mede-FM’er Jeffrey van Vliet, zorgt voor een uitslag die past in het hele seizoen. Zeven wedstrijden gewonnen, waarvan vijf met kleine cijfers.
Ondertussen is de grote zaal voor de gemeenschapsveiling sfeervol ingericht. Het is al zes uur geweest, de vrijwilligers zijn naar huis om zich op te knappen voor de avond die twee uur later begint. Om weer met Tartakower te spreken: de bloemen zijn er al, er moeten alleen nog kampioenen komen.
En kijk, daar zijn ze.