Schaakrubrieken weekend 17 mei 2014
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Les van Ilya Smirin
Wie niet verliest, wint het toernooi. Die uitspraak wordt toegeschreven aan Tigran Petrosian en klinkt als een banaliteit, maar met dit devies is Petrosian wereldkampioen geworden.
Volgens zijn zoon Michail belde zijn vader tegen het eind van het kandidatentoernooi in Curaçao in 1962 naar huis om te zeggen dat hij al zijn volgende partijen remise wilde spelen. Volgens Michail was het omdat hij eigenlijk geen match om het wereldkampioenschap wilde spelen. Tigrans vrouw Rona probeerde hem vanuit Moskou tot strijdlust aan te vuren, maar mocht al blij zijn toen Tigran beloofde dat hij in ieder geval niet zou verliezen.
Paul Keres, die vier ronden voor het eind met Petrosian gelijk stond, was strijdlustiger en verloor een partij. Petrosian maakte die laatste vier partijen in Curaçao remise en werd daardoor uitdager van Botwinnik en een jaar later wereldkampioen.
Vorige week schreef ik dat Gata Kamsky, toen hij in het Amerikaanse kampioenschap in Saint Louis na vijf ronden nog maar één keer had gewonnen, zei dat er verwacht mocht worden dat iemand anders kampioen zou worden. Daarna speelde hij nog vijf remises en pas in de laatste ronde won hij een partij, waardoor hij een tiebreak mocht spelen met Varuzhan Akobian en Aleksander Lenderman. Die tiebreak won Kamsky ook. Op 2 juni wordt Kamsky 40 jaar en hij heeft eens gezegd dat hij zich tegen die tijd uit het schaken zou terugtrekken, maar nu hij voor de vijfde keer Amerikaans kampioen is geworden, heeft hij zich bedacht. Hij won het toernooi als een voorzichtige kruidenier die op de kleintjes let en daarom laat ik hier geen partij van hem zien, maar een die in maart werd gespeeld in het kampioenschap van Europa in Jerevan. Niet actueel, maar wel prachtig. Van de Israëliër Ilya Smirin kun je leren hoe het Koningsindisch moet worden gespeeld: groots en meeslepend.
Tigran Kotanjian – Ilya Smirin, EK Jerevan 2014
1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 Lg7 4. e4 d6 5. Pf3 0-0 6. Le2 Pbd7 7. 0-0 e5 8. Dc2 Ph5 9. Td1 Pf4 10. Lf1 c6 11. d5 cxd5 12. cxd5 Pf6 13. Pd2 Pg4 14. h3Een provocatie. Wit ziet het volgende stukoffer waarschijnlijk wel, maar denkt dat hij zwarts aanval af kan slaan. 14…Pxf2 15. Kxf2 Db6+ 16. Kg3 Dg1 Een vreemde stelling. Wits koning is in gevaar, maar zwarts dame ook. 17. Pe2 Ph5+ 18. Kf3 Dh2 19. Kf2 f5 20. Pf3 fxe4 21. Dxe4 Lxh3 22. Lf4 We zien de ene mooie zet na de andere. Het verbluffende 22. Df4 zou ook speelbaar zijn. 22…Dh1
23. Pg3 Wit had een betere zet, die moeilijk door te rekenen viel: 23. gxh3 Pxf4 24. Pxf4 Txf4 25. Dxf4 – wit geeft zijn dame – exf4 26. Lg2 – nu lijkt zwarts dame verloren te gaan – Ld4+ 27. Pxd4 Dh2 – zwarts dame is gered – 28. Td3 f3 29. Txf3 De5 en met toren en twee stukken tegen dame en pion staat wit wat beter. 23…Pxg3 24. Lxg3 Lf5 25. Da4 Beter was 25. Dh4 Dxh4 26. Lxh4 e4 met ongeveer gelijk spel. 25…e4 26. Lxd6 exf3 27. gxf3 Lc2 28. Le2 Lxd1 29. Txd1 Dh3 30. Lxf8 Dh2+ 31. Kf1 Lxf8 Materieel staat het gelijk, maar wits koning is niet veilig. 32. d6 Lxd6 33. Db3+ Kf8 34. De6 Dh1+ 35. Kf2 Dh4+ 36. Kg2 Dg5+ 37. Dg4 De5 38. f4 Df6 39. Dg5 Met 39. Dd7 kon wit nog goede tegenstand bieden. 39… Dxb2 40. Kf1 Te8 41. Lc4 Kg7 42. Dd5 Te3 43. Dd4+ Dxd4 44. Txd4 Tf3+ Wit gaf op. Zwart zou vervolgen met 44…Txf4 en wint dan het eindspel.
Onderdeurtje? Frankrijk is tegenwoordig topland
Het sterkste schaakland van WestEuropa? Geen twijfel mogelijk, dat is Frankrijk. Met één speler in de toptien van de wereldranglijst en vier in de topvijftig heeft het land tegenwoordig een grote voorsprong op voormalige superieuren als Engeland, Nederland en Duitsland.
De Franse opmars is opmerkelijk. Zo’n veertig jaar geleden was het land een onderdeurtje dat nauwelijks serieus genomen werd. Uit 1975 herinner ik me een door Nederland (zonder Jan Timman) met 12,5-3,5 gewonnen EK-Kwalificatiewedstrijd tegen Frankrijk. Na afloop dreven we de spot met Hans Ree, die tweemaal van een Franse amateur had verloren.
De veertigste plaats van Frankrijk op de Olympiades van weleer is een verre herinnering geworden. Tegenwoordig strijden de Franse grootmeesters in landenwedstrijden mee om de prijzen. Op de Olympiade is dat nog niet met succes bekroond, maar in het Europees kampioenschap wel. In de recente EK-toernooien won Frankrijk eenmaal een bronzen en
tweemaal een zilveren medaille. Het Franse kwartet uit de topvijftig bestaat uit Maxime Vachier Lagrave (MVL), Etienne Bacrot, Edouard Romain en Laurent Fressinet. De sterkste van de vier is de 23-jarige voormalige jeugdwereldkampioen Vachier Lagrave, die op de van dag tot dag bijgehouden internationale ratinglijst op de tiende plaats staat.
Vachier Lagrave speelde in de eerste helft van dit jaar om duistere redenen geen grote toernooien, maar daar komt binnenkort verandering in. In juli is hij met Anish Giri favoriet voor de eindzege in het jaarlijkse festival in Biel. MVL beperkte zich de afgelopen maanden tot optredens in teamwedstrijden in Italië en Engeland. In de finale van het
Italiaans clubkampioenschap won hij een prachtige partij van Alberto David, de enige Luxemburgse grootmeester.
David – Vachier Lagrave Condino 2014
1. Pf3 Pf6 2. c4 g6 3. b4 Lg7 4. Lb2 0-0 5. g3 c6 6. Pa3
Vaker in de praktijk getest, maar geen indrukwekkende zet. Het paard op b1 hoort op c3 of d2, niet op a3.
6 … Db6 7. Pc2 d6 8. Tb1
Wit moest rekening houden met 8 … Pg4 met de dubbele dreiging 9 … Dxf2+ en 9 … Lxb2.
8 … e5 9. Lg2 e4 10. Pfd4 a5 11.a3 axb4 12. axb4 Pbd7 13. 0-0 Te8 14. Lc3 Pe5 15. Pe3
Het is altijd een slecht teken als aan natuurlijke zetten nadelen kleven. Het liefst zou wit de pion op e4 aantasten met 15. d3. Hij zag ervan af vanwege het antwoord 15 … exd3 16. exd3 Lg4 17. Dd2 Ta2 met lastige druk van zwart.
15 … h5!
Inleiding tot een koningsaanval die op dit moment nog ver weg lijkt, maar zes zetten later met volle hevigheid losbarst.
16. Ta1 Txa1 17. Dxa1 h4 18. b5 hxg3
Mijn computer begrijpt deze stelling niet en beweert met grote stelligheid dat 18 … h3 de aangewezen zet is. Vachier
Lagrave zal er niet over hebben nagedacht. Hij wil de witte pionnenstructuur op de koningsvleugel verzwakken.
19. hxg3 Peg4 20. Pdc2
Hier mist wit een kans. Na eerst 20. bxc6 bxc6 en pas nu 21. Pdc2 kan hij zich verdedigen. De switch van de zwarte dame naar de koningsvleugel met 21 … Dc5 kan wit dan beantwoorden met 22. Da5.
20 … Dc5! 21. Pxg4 Pxg4
Nu is wit in nood. Het antwoord op de volgende zet ligt voor de hand en de poging de gevaren te bezweren met 22. Pe3 leidt tot een miserabel eindspel na 22 … Lxc3
23. Dxc3 cxb5 24. cxb5 Dxc3 25.bxc3 Pxe3 26. fxe3 d5. 22. Lxg7 Dh5! 23. Tb1 Dh2+ 24. Kf1 Pe5!
Met de dodelijke dreiging 25 … Lh3.
25. g4
Een creatieve poging. Speelt zwart achteloos 25 … Lxg4?, dan redt wit zich met 26. Lxe5 (met aanval op de dame op h2) 26 … Txe5 27. Tb3.
25 … Pf3!
Maar deze krachtzet maakt aan alles een eind.
26. exf3 exf3 27. Lxf3 Lxg4
Wit geeft op.
Timman terug in Zweden
Zweden is een prima schaakland met veel aantrekkelijke toernooien. Jan Timman speelt er al vanaf zijn jeugd en in het traditionele Sigeman-toernooi in Malmö doet hij voor de elfde keer mee! Het leeftijdsverschil met de andere deelnemers wordt almaar groter maar nog altijd speelt Timman om te winnen. Dit toernooi is een gesloten zeskamp en in 2014 deden mee: Laurent Fressinet (Fra) Elo 2711, Ludwig Hammer (Noo) 2640, Jan Timman 2620 en de Zweden Nils Grandelius 2590, Erik Blomqvist 2490 en Axel Smith 2480.
Axel Smith is een Zweedse Internationaal Meester, 28 jaar, die met zijn boek Pump up your rating (New in Chess 25 euro) ingaat op het verbeteren van speelsterkte. Niet alleen de voorbereiding van openingen en het bestuderen van eindspelen, ook de psychologische aspecten komen aan bod. Hij is zelf het bewijs van de kracht van zijn aanpak, hard en gestructureerd werken, want zijn rating steeg in twee jaar 360 punten en hij zit nu tegen de grootmeestertitel aan.
J. Timman – A. Smith
1.c4 c6 2.Pf3 d5 3.g3 Lg4 4.Lg2 e6 5.0-0 Pf6 6.b3 Pb-d7 7.Lb2 Ld6 8.d3 0-0 9.Pa3 h6 10.Pc2 e5 11.h3 Le6 12.e4 dxe4 13.dxe4 Dc7 14.De2 a5 15.Ta-d1 Tf-e8 16.Ph4
Ambitieus, de normale voortzetting is verdubbeling van de torens met als mogelijk vervolg 16.Td2 a4 17.Tf-d1 Le7 18.b4 met gelijke kansen.
16…a4 17.b4 b5 18.cxb5 cxb5 19.Pa3 Lxb4 20.Pxb5 Db6
21.Lc3?
Hierna staan de witte stukken elkaar in de weg en pakt zwart het initiatief. Met 21.La3 Lxa3 22.Pxa3 Te-c8 23.Td3 Ta-b8 24.Pf5 Lxf5 25.exf5 Db2 26.Te3 Dxe2 27.Txe2 Tc3 28.Te3 Txe3 29.fxe3 Tb2 30.Tf2 is er niets aan de hand.
21…Lf8! 22.Ld2 Te-c8 23.Le3 Da6 24.Tc1 Ta-b8 25.Txc8 Txc8 26.Tc1
Wit verliest hoe dan ook een pion en daarmee de partij.
26…Txc1 27.Lxc1 Lxa2 28.Dxa2 Dxb5 29.Lf1 Db3 30.Dxb3 axb3 31.Lc4 Pxe4 32.Lxb3 Lc5 33.Kg2 Pxf2 34.Lc2 e4 35.Pf5 Pe5 36.Kf1 Pe-d3 37.Ld2 Pxh3 38.Ke2 Pg1+ 39.Kf1 Ph3 40.Lc3 f6
Tijdnood gehaald (na 40.Ke2 wint onder andere 40…h5). Timman had kunnen opgeven maar speelt door tot het allerlaatste valletje
41.Ke2 Kh7 42.Lxd3 exd3+ 43.Kxd3 g6 44.Ph4 f5 45.Le5 Pg5 46.Kc4 Lf2 47.Kd5 Pe4 48.Ke6 Lxg3 49.Lxg3 Pxg3 50.Kf7 g5 51.Pg6 h5
De (enige) winnende zet, nu pas gaf wit op. In een kort toernooi van slechts vijf ronden weegt zo’n verlies zwaar. Timman behield zijn kansen door winst in de volgende ronde.
N. Grandelius – J. Timman
Nils Grandelius is een 20-jarige grootmeester die in 2011 Europees kampioen was. Om wat bij te verdienen is hij trainer van nog jongere Zweedse schakers
1.e4 c6 2.d4 d5 3.e5 Lf5 4.h4 h6 5.g4 Ld7 6.Pc3 e6 7.Le3 Db6 8.Pg-e2 c5
Waarmee deze Caro-Kann verdediging overgaat in structuren van het Frans.
9.Dd2 Pc6 10.0-0-0 Da5 11.dxc5 Pxe5 12.Pd4 Pxg4 13.Pb3 Dd8 14.Lf4 Pg-e7 15.De2 Pf6 16.Pb5 Lxb5 17.Dxb5 Dd7 18.Pa5 Pg6 19.Lh2?
Waarom niet Lg3 waarna het interessant wordt: 19.Lg3 a6 20.Db6 Tc8 21.c6 Txc6 22.Pxc6 Dxc6 23.Dxc6 bxc6 24.Lxa6 Pe4 en beide partijen hebben kansen.
19…a6 20.Db6 Dc8 21.b4 Le7 22.Dxb7 Dxb7 23.Pxb7
Wit heeft te snel zijn geofferde pion terug gewonnen waardoor zwart het betere van het spel heeft zoals snel zal blijken.
23…Pe4 24.h5 Lg5+ 25.Kb2 Pxf2! 26.Lxa6!?
Gevaarlijk, want wit krijgt een trio vrijpionnen. Toch biedt 26.Tb1 Pxh1 27.hxg6 0-0 28.Pd6 f5 29.c6 meer spel.
26…Pxd1+ 27.Txd1 Lf6+ 28.Kb3 Le5!
Zwart moet oppassen: 28…Ph4 29.Lb5+ Kf8 30.Ld6+ Le7 31.a4 en in de pionnenrace hoeft wit niet bang te zijn.
29.Pd6+ Ke7 30.hxg6 Lxh2 31.Pxf7
De laatste kans lag in 31.Lb7 fxg6 32.Lxa8 Txa8 33.Pb5 en er kan nog veel fout gaan. Nu laat zwart niet meer los.
32…Th-b8 33.Le2 Ta5! 34.c6 Tc5 35.c4 Txc6 36.cxd5 exd5 37.Lh5 Tb-c8 38.Td3 Tc4 39.Th3 Lf4 40.a3 d4 41.Ka4 Tc3 42.Th4 Ta8+ 43.Kb5 Tb8+ 44.Ka4 Lc1 45.b5 Ta8+
en zonder het komend mat af te wachten gaf wit op.
Slotstand Sigeman 2014
1.Fressinet 3,5 2.Smith 3 3.Timman, Grandelius 2,5 5.Hammer 2 6.Blomqvist 1,5
Willen we meer of minder offers zien in de na te spelen schaakpartijen? Het antwoord laat zich raden en zal weinig aangiftes opleveren. Helaas is Tal ons ontvallen maar zijn partijen zitten inmiddels allemaal in de Cloud.
Het summum is voor velen nog altijd Tal-Koblenz,ruim 50 jaar geleden, ondanks eindeloze analyses.
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 Pc6 6. Lg5 e6 7. Dd2 Le7 8. 0-0-0 0-0 Een echte Siciliaan:wie komt het eerst op welke vleugel.
9. Pb3 Db6 10.f3 a6 11.g4 Td8 wit stormt al op de koningsvleugel, zwart zoekt tegenspel in het centrum 12. Le3 Dc7 13.h4 b514.g5 Pd7 15.g6 hxg de h-lijn komt open 16.h5 gxh 17. Txh5 Pf6 18. Th1 om daarna Dh2 te kunnen spelen d5 verhindert dit.
19.e5 offer nr 2 Pxe5 20. Lf4 Ld6 21. Dh2 wit heeft twee pionnen geofferd voor de aanval maar slaat die ook door? Kf8 22. Dh8+ Pg8 Zoals zo vaak als Tal offert vindt de tegenstander de goede zet niet, Ke7 was goed geweest bv 23. Dxg7 Tg8 24. Dh6 Pd3+. Nu komt 23. Th7 f5 24. Lh6 kan nu allemaal! Td7 25. Lxb5! offer nr 3 Tf7 (duizelingwekkende varianten na 25..Pg6) 26. Tg1 nu is Pg6 verhinderd Ta7 dekt nogmaals g7 27. Pd4 Pg4 ook Koblenz slaat aan het offeren om de loper op e5 te krijgen 28.fxg Le5 maar die had toch beter op f4 kunnen gaan om loperruil af te dwingen. 29. Pc6 Lxc3 30. Le3 d4 nu verdedigt de zwarte loper g7 niet meer dus 31. Thg1 (dreigt Dxh8+ enz.) Td7 32. Lg5 axb5 dan toch maar 33. T1h6 dreigt weer vreselijke dingen d2 loper dekt weer g7 dus 34.bxc d2+ 35. Kd1 Dxc6 plots heeft zwart niet alleen materiaal meer maar dreigt ook mat maar 36. Tf6+ Tf7 37. Dxg7+ met volgend mat.
Wie na deze partij hijgt naar nog meer Tal wordt op haar/zijn wenken bediend door Quality Chess met een schitterend boek vol prachtige partijen en analyses Tibor Karolyi Mikhail Tal’s best games 1 1949-1959 The magic of youth (isbn 978-1-907982-77-4) De “1” in de titel geeft hoop en inderdaad, er gaan nog twee delen komen en alle fans van het naspelen van de wonderbaarlijke partijen van Tal loopt dus het water in het gebittenbakje.
Karolyi vertelt veel over het leven van de jonge Tal met talrijke anekdotes en schitterende analyses. Hoogtepunt is voor mij de analyse van het eindspel van de partij Spassky – Tal, je krijgt er haast tranen van in je ogen. Spassky zelf in ieder geval wel, toen hij na de 73e zet moest opgeven barstte hij in snikken uit.
De partij bezorgde Tal voor de 2e keer achter elkaar het kampioenschap van de USSR, een titel die men toen hoger moest inschatten dan de wereldtitel. Het boek van meer dan 400 pagina’s bevat 69 partijen en de laatste is bepaald niet de minste: de legendarische overwinning van Tal (Bled 1959) op niemand minder van Bobby Fischer die na 52 zetten ondanks de witte stukken de koning moest omleggen. Een hoogtepunt in het fonds van Quality Chess en wie kijkt op www.qualitychess.co.uk ziet dat er nog meer moois aankomt.
Ook de boeken over de carrière van Judit Polgar zijn de moeite waard en natuurlijk alle meer specialistische openingsboeken.
Het probleem van vandaag is een 3-zet van Akerblom:
En de sleutelzet van probleem 2476 was 1. Pe1!
Hoe verder in een goede stelling?
Je hebt een toren op een open lijn gezet, of een paard op een zwak veld van de tegenstander, of je hebt een vrijpion gecreëerd en je weet dat het goed is, maar hoe ga je dan verder? Over die vraag is bij New in Chess een mooi boek verschenen onder de titel ‘Chess training for post-beginners’. De titel suggereert dat het bedoeld is als vervolg op het leren van de spelregels, maar dat is zeker niet waar. Het is een leerzaam boek voor ‘gewone clubschakers’ die wel snappen wanneer een positie goed of slecht is, maar nog wat training kunnen gebruiken om van de algemene wijsheden te profiteren.
Het boek bevat vooral middenspelposities, maar ik geef hier twee eindspelen. Wanneer is een paard sterker dan een loper en wanneer andersom?
Zaburev-Alexandrov, Moskou 1915
Bij een (deels) vastgelegde pionnenstelling is een loper in het nadeel als hij op de kleur staat van zijn eigen pionnen. Hij kan ze weliswaar dekken, maar aanvallend kan hij niets.
1.Kf2 Ke7 2.Ke3 Kd8 3.Kd4 Kc7 4.Kc5
Nu kan de zwarte koning niet meer zetten, want anders verovert de witte koning (met hulp van het paard) de a- of de e-pion. Zwart blijft echter met zijn loper die pionnen dekken. Om te winnen, moet wit eerst nog een zwarte zwakte creëren op de koningsvleugel.
4…Lc8 5.Pb4 Lb7 6.g3 Lc8 7.Pd3 Ld7 8.Pf4 g6
Anders lokt wit dit met Ph5 toch wel uit.
9.Ph3 h6 10.Pf4 g5 11.Ph5 Le8 12.Pf6 Lf7 13.Pg4 h5 14.Pe3 Lg6 15.h4
Nu wordt ook hier de zwarte pion vastgelegd op een wit veld, de kleur van zijn loper. Zwart kon dit niet voorkomen, want na 14…h4 15.gxh4 gxh4 16.Pg2 h3 17.Pf4 was de pion direct verloren gegaan.
15…gxh4 16.gxh4 Le4
Als wit nu zijn paard op f4 kan zetten, wint hij. Het mooie van dit eindspel is, dat omdat de zwakke loper niets kan uitrichten, wit eindeloos de tijd heeft. Het lukt altijd wel een keer om op f4 te komen.
17.Pf1 Ld3 18.Pd2 Le2 19.Pb3 Lg4 20.Pd4 Lh3 21.Pe2 Lf5 22.Pf4 Lg4 23.b4
Zwart geeft het op. Wit gaat een pion veroveren en daarna ook vrij snel een tweede.
Topalov-Kharlov, Tripoli 2004
Eerst weer een algemene wijsheid. Als het spel zich op twee vleugels afspeelt, en de pionnen zijn niet vastgelegd, is de loper sterker dan het paard. De loper kan immers snel van de ene naar de andere kant. Dit voorbeeld is wel moeilijker dan het vorige.
1.Ke3 Kf7 2.g4 Pe6 3.Ke4 Pc5+ 4.Kd5 Pd7 5.g5 Pb6+ 6.Kd4 Pa4 7.La1 Pb6 8.c5 Pc8 9.Ke4 c6 10.Lf6
De cruciale zet. Het paard is nu aan banden gelegd, want het pionneneindspel na 10…Pe7 11.Lxe7 Kxe7 12.Ke5 is simpel gewonnen voor wit.
10…b5 11.Ld8 Ke6 12.h6
Dreigt 13.g6 hxg6 14.h7, dus zwart moet wel terug.
12…Kf7 13.Kf5 a5 14.Lxa5
Zwart geeft het op. Misschien wilde hij zijn paard nog bevrijden naar het mooie veld g6 (of d5), maar na 14…Pe7+ 15.Ke5 is dat een kansloze missie.
Het boek bevat uitleg over wat positionele sterkten en zwakten zijn en geeft vervolgens vooral veel voorbeelden. Het is geschreven door de Oekraïnse ervaren trainer Yaroslav Srokovski, is Engelstalig en kost 19,95 euro. Meer informatie: www.newinchess.com.
Voor beginners A6410 Wit aan zet moet beslist wat doen?
|
Voor gevorderden B6410 Zwart aan zet gaat verder met?
|
De jeugdige Wesley So uit de Filippijnen heeft de afgelopen weken het Capablanca Memorial gewonnen. De Cubaan Capablanca was wereldkampioen schaken van 1921 tot 1927. Het in de Cubaanse hoofdstad Havana gespeelde toernooi had een sterke groep van zes grootmeesters, die een dubbele ronde speelden. De 20-jarige So haalde 6,5 punt uit tien partijen, gevolgd door de twee Cubaanse grootmeesters Bruzon met 5,5 punt en Dominquez met 5 punten. De Hongaarse grootmeester Almasi en de Spaanse grootmeester Vallery Pons deelden de vierde en vijfde plaats met 4,5 punt. De Oekraïense wereldtopper Ivantsjoek had zijn toernooi niet en was laatste met 4 punten.
Een mooie overwinning behaalde So met wit op Dominquez.
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Le3 Pg4 7.Lc1 Pf6 8.f3 e5 9.Pb3 Le6 10.Le3 h5 11.Pd5 Lxd5 12.exd5 Pbd7 13.Dd2 g6 14.Le2 Dc7 15.Tc1 Lg7 16.0-0 0-0 17.c4 b6 18.Pa1! (Een niet alledaagse zet van een paard naar een hoek. De bedoeling is het paard via c2 om te spelen naar c6.) 18. … Kh7 19.h3 (So verandert zijn plan. 19. Pc2 wordt aanbevolen door computers.) 19. … Pg8 20.g4 Dd8 21.gxh5 Dh4 22.hxg6+ fxg6 23.Ld3 Lh6! (Dit was de bedoeling van het zwarte plan. De stelling is in evenwicht.) 24.Tf2 (24. Kh2 is iets nauwkeuriger.) 24. .. Lxe3 25.Dxe3 Pe7 26.Tg2 Pf5?! (26. …Kg7 27. Pb3 Tf4 28. Pd2 Th8 ziet er aanzienlijk beter uit voor zwart.) 27.Lxf5 Txf5 28.Pb3 Kg7 29.Pd2 Dxh3? (Dit kost zwart belangrijke tempi. Beter is 39. …Th8.) 30.Kf2 Taf8?
Dominquez had hier met het pionoffer 30. …e4! moeten komen, het vervolg 31.Dxe4 Pe5! heeft goede remisekansen.
31.Tcg1 T8f6 32.Ke2 e4? (Dit goede idee had twee zetten eerder moeten worden uitgevoerd.) 33.Pxe4 Txf3 34.Txg6+ Txg6 35.Txg6+! Kxg6 36.Dxf3 Dxf3+ 37.Kxf3 Pe5+ 38.Kf4 Pxc4 39.b3 Pe5 40.Pxd6 (En wit heeft een eenvoudig gewonnen eindspel. So speelt de partij met vaste hand uit.) 40. …Pd3+ 41.Ke4 Pc1 42.Ke5 Pd3+ 43.Kd4 Pc1 44.Pc8 Kf7 45.Ke5 Ke8 46.Ke6 Kd8 47.d6 Pd3 48.Pxb6 Pf4+ 49.Kf5 Pe2 50.Ke6 Pf4+ 51.Kf6 Pe2 52.d7 Pc3 53.Ke6 Pb5 54.Pa4 Pc7+ 55.Kd6 Pb5+ 56.Kc6 Pd4+ 57.Kd5 Pb5 58.Pc5 Kc7 59.Ke6 Pd4+ 60.Ke7 Pf5+ 61.Ke6 Pd4+ 62.Kf7 Pf5 63.Kf6 Pe3 64.Ke6 1-0.
Wesley So klom met het resultaat in dit toernooi naar de vijftiende plaats op de wereldranglijst. Op laatste ranglijsten van de jeugd onder de 20 jaar was hij steevast tweede van de wereld, achter Giri. Op de algemene wereldranglijst staat Giri net een plaatsje hoger. We zullen nog veel horen van deze twee superjeugdtalenten.