Peng wint OKU
Het 41e open Kampioenschap van Utrecht is gewonnen door Zhaoqin Peng. Net als Yge Visser en Vladimir Epishin eindigde ze op 5 punten uit zes ronden, maar op basis van weerstandpunten ging de titel naar onze Schaaksitecollega, die hiermee ook het kampioenschap van de SGS behaalde. De vierde grootmeester die meedeed, Bogdan Lalic, eindigde een half punt achter het winnende trio.
Peng krijgt de beker van SGS-voorzitter Jeroen Schuil.
De kiem van de titel voor Peng werd al in de eerste ronde gelegd. Zowel haar tegenstander als die van Peter Lombaers (2280) kwamen niet opdagen en in plaats van een gratis punt kozen beide spelers ervoor tegen elkaar te spelen. De overwinning in die partij leverde Peng niet alleen extra zelfvertrouwen op, maar ook het verschil tussen haar en de andere vijfpunters (die gewoon tegen helft + x speelden) in weerstandpunten. Zoals het vaak gaat als je een toernooi wint, het zat Peng mee: ze kwam bijvoorbeeld in de vijfde ronde tegen Max Warmerdam goed weg. Daarnaast leek het er een tijdje op dat generatiegenoot Yge Visser het toernooi zou winnen. Die kwam in de vierde ronde ongedeeld aan de leiding door een overwinning op Hugo ten Hertog van de organiserende vereniging (en bekerwinnaar) Paul Keres. In die partij leek het na de opening erop dat zwart weggeblazen werd, maar uiteindelijk gebeurde er nog van alles voordat het punt naar de Friese grootmeester ging.
Met vier pionnen voor de kwaliteit staat wit natuurlijk gewonnen, maar Ten Hertog weet vanaf hier goed terug te vechten. 36… Tc1+ 37. Kh2 Pc5 38. Tb5 Tc4 39. b3 Tc3 40. b4? Pb3 41. Pf5?! Pd4!
Opeens blijkt de witte toren erg onhandig te staan.
42. Pe7 Pxb5 43. axb5 Kb6
Wit heeft nog steeds winstkansen met zijn vrijpionnen, maar zwart ook! Wit activeert nu zijn koning om de h-pion te ondersteunen en eventueel d6 op te halen. Zijn loper is wel een beetje een probleem…
44. Kg3 Kxb5 45. Kg4 Td7 46. Pc6 Tf7 47. h6 Tc1 48. Kg5?! Tg1!
Oeps! De witte loper staat aangevallen en kan niet weg. De koning wel, maar die had eigenlijk niet naar de h-lijn gewild. 49. Kh5 Tf6 50. h7 Th1+ 51. Kg5 Tf7 52. Lh5 Txh7
Nu de witte h-pion eraf is mag zwart inmiddels serieus op winst hopen, maar wit kan nog het andere plan proberen: d6 veroveren. Dat had zwart kunnen voorkomen door een keer Tf8 te spelen.
53. Lg6 Th8 54. g4 Tf1 55. Lf5 Tg8+ 56. Kf6 Txg4 57. Ke6
Nu heeft wit niet echt verliesgevaar meer, maar zwart moet nog wel remise kunnen maken. Slaan op f5 is op zich de makkelijkste manier.. als je het daarna goed speelt.
57… Txf5 58. exf5 e4 59. f6 e3 60. f7 Tf4 61. Pd4+
61… Kxb4? Het verkeerde veld! 61…Ka4/Kc4 was genoeg voor remise, of ook 61… Txd4 62. f8D Te4+ 63. Kxd6 e2 waarna wit remise moet maken: 64. Db8+ Ka4 65. Da7+ Kb3 66. Df2 e1D 67. Dxe1 Txe1 68. Kc7 Kxb4 69. d6 etc.
62. Pc2+ Kc5 63. Pxe3 Te4+ 64. Kd7 Tf4
Wellicht dacht Hugo dat wit hier zetten moet herhalen. Maar er zit een winst in:
65. Ke6 Te4+ 66. Kf5! Txe3 67. Kg4!
Promotie is niet te voorkomen. Zwart kan nog wel proberen met toren een pion een vesting te maken, maar het is theoretisch gewonnen voor wit omdat de zwarte koning niet bij de pion kan blijven.
67… Te5 68. f8D Kxd5 69. Dc8 Kd4 70. Kf4 Kd5 71. Da8+ Ke6 72. De8+ Kd5 73. Dc8 Kd4 74. Dc6
Zwart komt nu in tempodwang.
74… Td5 75. Kf3 Tf5+ 76. Kg4 Tc5 (76… Td5 77. Kf4 of 76… Tf6 77. Kg5 helpen niet.) 77. Dxd6+ Kc4 78. Kf4 Td5 79. Dc6+ Tc5 80. De6+ Kb4 81. Ke4 Kb5 82. Kd4 Tc6 83. De8 Kb6 84. Db8+ Ka6 85. Kd5 Tb6 86. Da8+ Kb5 87. Da3 Tb7 88. Db3+ Ka6 89. Da4+ Kb6 90. Kd6 Tb8 91. Db4+ Ka7 92. Da5+ Kb7 93. Kd7 1-0
Op zondagochtend mocht Visser met zwart tegen Epishin, waarbij een overwinning hem een punt voorsprong op het veld zou geven. De Rus heeft 150 ratingpunten meer, maar op het bord bleek daar niets van, integendeel, hij werd helemaal overspeeld. Het afmaken lukte echter niet…
Een onaangename stelling voor wit. Zwart heeft een mooi veld op e5 en kan op het juiste moment g4 spelen. De volgende onontwikkelingszet helpt niet.
25. Tf1?
De toren staat beter op d1 dan op f1 en dan koning beter op g1 en dan h1, bijvoorbeeld omdat offeren op h3 dan niet werkt in de volgende variant: 25. Kg1 h5 26. Pd3 g4 27. Pxe5 Lxe5 28. Lxe5 dxe5 29. Db2 g3 30. h3 Lxh3? 31. gxh3 Dxh3 32. Lf1 25… h5 26. Tc2 g4! 27. Dxf4 Pxf3 28. gxf3 Lxb2 29. Dg3 Dxg3 30. hxg3 gxf3 31. Ld1 Le5
Pion meer en loperpaar, de rest zou niet zo moeilijk meer moeten zijn. Maar vanaf hier begint Epishin stug tegen te stribbelen.
32. Pd3 Lg4 33. Kh2 Tde8 34. c5 dxc5 35. Txc5 Ld6 36. Tc4 Te7 37. a3 Lc7 38. Td4 Lb6 39. Pc5 Te5 40. Tc4 Lxc5
Te vroeg denk ik, het was nog niet nodig om te ruilen.
41. bxc5 Kg7 42. Kg1 Td8?!
Toreneindspelen worden heus wel eens gewonnen door dezen en genen, maar de remisemarge blijkt hier in ieder geval een stuk groter te worden.
43. Lxf3 Td3 44. Kg2 Txa3 45. Lxg4 hxg4 46. Tf4 Ta2+ 47. Kg1 Ta5 48. Td4
Daar heb je het al, tegenkansen.
48… Te7
Er zat iets slims in: 48… Ta1+ 49. Kf2 Ta2+ 50. Ke3 Ta3+ en als wit nu naar f2 gaat pakt zwart op c5 met tempowinst, en anders op g3 met ver gevorderde vrijpion.
49. Tf5 b6 50. e5 Txc5 51. Txg4+ Kh8?
Nu kan wit remise door zetherhaling forceren. Na 51…Kh6 was de strijd verder gegaan.
52. Th5+ Th7 53. Thg5 De toren op h7 moet van de h-lijn weg, waarna wit weer schaak kan geven op de h-lijn en terug. 1/2-1/2
Na deze teleurstelling besloot Visser in de laatste ronde niet alles te gokken en met een snelle remise tegen Lalic verzekerde hij zich van toernooiwinst. Epishin kwam tegen Diepenveen heel slecht te staan, wist wonderbaarlijk genoeg een eindspel van toren-pion tegen loper-pion te bereiken en met hulp van de tegenstander dat zelfs te winnen. Maar terug naar de heldin van dit verhaal, onze killer queen. Zij was door een bye op zaterdagavond op 3 uit 4 gekomen en mocht in de vijfde ronde tegen de Nederlands kampioen bij de C-jeugd, Max Warmerdam.
Wit kan hier meteen 19.b4 spelen of het voorbereiden. Liever doe je het laatste, maar heb je daar tijd voor? Dat hangt af van de volgende tactische verwikkelingen.
19. a3 b5 20. b4 cxb4 21. axb4 bxc4 22. Lxa7 Tb7 23. Lf2 Db8
Raakt wit hier niet gewoon een pion kwijt? Ja, maar wit kan doen alsof het de bedoeling was.
24. Kh1 Txb4 25. Txb4 Dxb4 26. Tb1 Da3 27. Tb7
27…Pfxd5? Het idee van deze zet is goed, de uitvoering niet. Toen ik de partij online naspeelde zag ik niet wat er mis was met 27…Tc8, en dat is inderdaad niet slecht, maar nog beter is 27… Pb5! waarna zwart een gezonde pion voorblijft omdat 28. Pxb5 Dxf3 29. gxf3 Txe2 niet kan voor wit.
28. Ta7!
Vast gemist door zwart. Deze zet had na 27…Pb5 niet gekund.
28… Db2?
28… Ta8 29. Txa3 Txa3 30. Le1 Le6 is materieel gezien voor zwart ook slecht, maar toch niet zo makkelijk voor wit vanwege de bijna eeuwige penning van Pc3.
29. Pxd5 Pb5 30. Txd7 Dxc2
Hier kan zwart nog hopen op zijn c-pion, ware het niet dat wit geforceerd kan winnen:
31. Pf6+! Lxf6 32. Dd5+ Kh8 33. Df7 Met ondekbaar mat. 1-0
In de laatste ronde was er een leuke indeling (al weet ik niet of de betrokkenen dat zelf ook zo ervoeren). Twee leden van het damesolympiadeteam speelden tegen elkaar om de kans op toernooiwinst. Het verschil in rating tussen Peng en Anne Haast is inmiddels klein. In het algemeen kun je stellen dat Anne tactisch beter is, terwijl Peng positioneel beter is en in eindspelen. In de onderlinge partijen gaat het dus niet alleen om een goede stelling uit de opening te krijgen, maar ook het type stelling waarin je goed bent. Dat lukte Peng dit keer beter en dat leverde succes op.
Anne Haast – Zhaoqin Peng
1. e4 e6 2. d4 d5 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 Le7 5. e5 Pfd7 6. h4 Pc6
Dit is misschien wel het meest positionele antwoord op de Aljechin-Chatard. Het is een beetje rare zet omdat zwart het in principe van c5 moet hebben in het Frans, maar dat kan misschien later nog een keer en f6 is ook een plan. Het heeft ook het voordeel dat het minder bekend is.
7. Pf3 Pb6 8. g3
Een nieuw plan hier. In de doorschuif doen ze dat ook wel eens, de loper fianchetteren. Hij moet toch ergens staan, en weliswaar doet hij niet zoveel op g2, maar … nou ja, eigenlijk blijkt de rest van de partij een lijdensweg voor de witveldige loper.
8… Ld7 9. Lg2 h6 10. Le3
Dit is ook geen gelukkig veld.
10… Pc4 11. b3 Pxe3 12. fxe3 Lb4 13. Dd3 De7 14. a3 Lxc3+ 15. Dxc3 f6 16. b4 a6
Het is nog steeds wel een spannende stelling. Hier besluit Haast echter om dames te ruilen, wat op zich al niet ongunstig voor zwart is, maar het levert ook een stellingstype op waarin Peng zich beter thuisvoelt.
17. Dd3 fxe5 18. Dg6+ Df7 19. Dxf7+ Kxf7 20. dxe5 Ke7
Zwart staat beter vanwege de betere pionnenstructuur. De loper op d7 is slecht, maar die kan via e8-g6 of b5 actief worden.
21. O-O g5!? 22. hxg5 hxg5 23. e4 d4 24. Pxg5?
Dit faalt tactisch. Na 24. Tfd1 g4 25. Pxd4 Pxe5 valt het allemaal nog wel mee voor wit.
24… Tag8 25. Tf7+? Ke8 26. Th7 Txh7 27. Pxh7 Txg3 28. Kf2 Tc3 29. Ta2 Pxe5
Het resultaat van de verwikkelingen is dat zwart een pion meer heeft en bovendien veel meer activiteit. De rest is niet moeilijk meer.
30. Pg5 Pg4+ 31. Ke2 Tg3 32. Lh1 Lb5+ 33. Kd2 Pf2 34. Pxe6 Lc4
Peng wist hier dat ze zou gaan winnen en was benieuwd wat er op het concurrerende bord gebeurde.
35. Pxc7+ Kd8 36. Ta1 Kxc7 37. a4 Th3 0-1
Tenslotte nog een liedje voor de kampioen:
(De foto’s zijn gemaakt door Edith van Putten.)
Fijn om Yge weer te zien schaken!