Begrijpelijk misverstand
“Wat wil je nou?”, vroeg ik Lucas van Foreest na afloop van zijn competitiepartij tegen Jan Willem van de Griendt afgelopen zaterdag.
“Ik wil winnen”, zei hij uit de grond van zijn hart en zo hoort het ook. Hij had ook kunnen zeggen: “Ik wil dansen op de Copa Cabana met naakte meisjes, luisterend naar de naam Lolitha, die verse, sappige vruchten in mijn mond stoppen en lieve geluidjes maken”.
Daar is ook niets mis mee maar dat bedoelde ik niet. Ik bedoelde dit:
“Wat wil je nou met wit? Waar wil je op spelen?”
Ga nou eens aan de andere kant van het bord zitten Lucas en kijk wat zwart allemaal kan doen. De druk op d3 opvoeren door torenverdubbeling of ruimte pakken op de koningsvleugel met h5, Lh6, f6, Kh7 of een combinatie van beide zaken. En altijd is daar de afwikkeling met Pd4. Die dreiging is sterker dan de uitvoering en daarom kwam je er nu nog goed mee weg (compliment voor je verdediging, daar niet van, begrijp me niet verkeerd) maar eigenlijk zou je precies deze stelling, met een aanvallende en een verdedigende partij, na de opening toch met verwisselde kleuren verwachten?
Ik ben overigens best nieuwsgierig naar wat nu feitelijk het beste speelplan is voor zwart. Wat denk jij Lucas?
Foto Mike Sijmons
best wel denigrerend als ik zeggen mag.
Nee, zeker niet denigrerend.
Dit artikel van Hans Bohm is natuurlijk een reactie op het uiterst vermakelijke verslag van de wedstrijd Sissa – En Passant van Richard Vedder, getiteld De Ballenbohm. Zoals zowel uit de context van Vedder’s artikel als ook al uit de titel van Bohm’s reactie "begrijpelijk misverstand" blijkt, is dit artikel helemaal niet denigrerend bedoeld.
(sorry dat ik het juiste accent op Bohm’s naam niet zo gauw kon vinden )
Dit artikel is niet alleen denigrerend, maar het is ook totaal overbodig. De titel incluis. Ik kan nu een mooie scheldkanonnade schrijven en erboven zetten "begrijpelijke reactie", maar dat maakt mijn reactie nog niet begrijpelijk.
Inderdaad overbodig. Als de zozeer overschatte Bohm per se van zich wil laten horen had het zo gekund: "Ik begrijp er niks van Lucas, leg me eens uit wat je van plan was, ik zie het niet".
Velen maken zich er schuldig aan, maar ik vind het ook altijd bijzonder ergerlijk wanneer toeschouwers net na afloop van een partij allerlei "wijze raad" geven en uitleggen hoe gespeeld had moeten worden. Liefst nog staand en met een biertje in de hand. Het doet er dan niet toe of die omstander gelijk heeft of niet – het is gewoon vervelend en hinderljk.
Ik begrijp de reactie van Hans Böhm wel. Je leest veel over talentvolle jeugdspelers (dat is fijn), dan zit je een keer naast zo’n jongen en dan zie en hoor je dat hij de stelling helemaal niet begrijpt. Je zou het wat breder kunnen trekken en je afvragen: wat leren jeugdschakers? Tactiek? Openingen? Maar snappen ze het ook? Deze keer krijgt Lucas de wind van voren, maar ik vind het onderwerp wel interessant.
Dit was de stelling na zet 37:
{fen} 3r1bk1/2q2p1p/1RP3p1/1QN1p3/1p6/6P1/5P1P/6K1 w – – 0 38,normaal,centrum,{/fen}
Die stelling wil iedere schaker wel met wit, toch?
In beide stellingen/diagrammen wil ik – ongeacht kleur – “dansen op de Copa Cabana met naakte meisjes, luisterend naar de naam Lolitha, die verse, sappige vruchten in mijn mond stoppen en lieve geluidjes maken”.
Op dit podium kom ik graag. Leuke goed geschreven anekdotes en fantastische schaakanalyses. Wat mij echter niet correct lijkt is de toonzetting en de structuur van het initiele stuk van Hans Bohm.
Op meerdere momenten gebruikt hij quotes en spreekt (uhh, schrijft!) hij Lucas van Foreest persoonlijk aan op een manier die inderdaad ook als aanvallend geinterpreteerd kan worden. Zeker met die laatste zin maakt hij zijn artikel zeer persoonlijk gericht. Deze vorm van communicatie kan gebruikt worden tussen goede bekenden of vrienden, maar zelfs dan (hoeft dat) niet op een publiek podium.
Ook niet onder de noemer van ‘iemand tot denken zetten’, ‘vrijheid van meningsuiting’, ‘alles met een vleugje humor’, ‘journalistieke onbevangenheid’ of wat daar niet al nog meer bij te verzinnen valt. Het is gewoonweg, in simpele woorden gesteld, ongepast.
Tot slot wil ik de kans niet onbenut laten om onder de noemer van ‘een koekje van eigen deeg’ me persoonlijk te richten aan Hans Bohm. Moest er nou echt (juist) deze foto van jou onder?