Eindspelfinesses 49: Ruimteoverwicht op de damevleugel in een toreneindspel

Krijgt u wel eens een eindspel op het bord in uw partijen? En was u tevreden over de afloop? Of knaagde er iets waarvan u later dacht: “Dat had ik anders kunnen spelen?”

Schaaksite biedt een eindspelrubriek aan waarin u uw kennis kunt opfrissen of eventueel uitbreiden. De internationale meesters Twan Burg en Herman Grooten zullen op frequente basis u proberen bij te praten over diverse eindspelfinesses.

Soms lijkt het alsof je tegenstander alleen maar op remise uit is. Hij probeert alles af te ruilen en doet niet eens de moeite om scherpe voortzettingen te overwegen. Dan is het fijn enige basiskennis van het eindspel en een oog voor details te hebben. In mijn partij in de Belgische competitie tegen Bruno Laurent kreeg ik een toreneindspel op het bord. Aanvankelijk probeerde ik een zwakte te maken door b5-b4 voor te bereiden, maar dit werd voorkomen. Vervolgens besloot ik zoveel mogelijk ruimte te pakken en de weg vrij te maken voor mijn centrumpionnen. Deze ruilde ik af tegen zijn c-pion zodat mijn toren zijn pionnen op de damevleugel kon ophalen. En doordat ik eerder in de partij ruimte had gepakt, won ik de wedren.

Laurent, Bruno – Burg, Twan

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. Lb5+ Ld7

Na 3..Pd7 en 3..Pc6 is het moeilijker voor wit alles af te ruilen, maar 3..Ld7 staat bekend als het meest solide.

4. Lxd7+ Dxd7 5. O-O Pf6 6. Te1 Pc6 7. c3 e6 8. d4 d5 9. e5 Pe4 10. Pbd2 Pxd2 11. Lxd2 Le7

Door het slaan op d4 uit te stellen heb ik een betere versie van de hoofdvariant, omdat hij de c-lijn niet kan benutten en ik een ruimte-overwicht op de damevleugel houdt.

12. dxc5

Hij geeft zijn centrumpion op om het centrum te openen.

12…Lxc5 13. Le3 Le7

Met pionnen op de zwarte kleur wil ik liever de lopers op het bord houden.

14. Dd3 Tc8

Ik wil graag mijn stukken ontwikkelen, maar hij wil misschien c4 doen om mijn centrumpion af te ruilen en na rokde zou Pg5 irritant zijn.

15. Tad1 Dc7 16. Lg5

Loperruil valt niet echt meer te voorkomen, maar ik win nu wel wat tempi.

16…Lxg5 17. Pxg5 h6 18. Pf3 O-O 19. De3 Da5

Lokt een verzwakking uit.

20. a3 Db5 21. De2

Stuurt ook op dameruil aan, er bestaat geen twijfel meer over het feit dat hij op remise uit is.

21…Dxe2 22. Txe2 b5

Ik speel direct mijn damevleugelpionnen op, om aldaar een ruimteoverwicht te creëren en met b5-b4 een verzwakking te maken.

23. Pd4 Pxd4 24. Txd4 a5 25. f4 Tc6 26. Kf2 Tb8

Mijn plan was om eventueel de torens te verdubbelen op de b-lijn en dan b4 te spelen, zodat na de ruil zijn b-pion zwak zou kunnen worden.

27. Te3

Dit voorkomt b4, omdat hij na b4 cxb4 axb4 de zet Tb3 achter de hand heeft.

27…Kf8

De koning erbij halen is erg nuttig in het eindspel. Ondertussen kan ik zien of hij nog plannen heeft vandaag. 27…b4? 28. cxb4 axb4 29. Tb3+=

28. Kf3 Ke7 29. Ted3

Omdat mijn oorspronkelijke plan met b4 niet echt goed meer is in deze stelling, moet ik een nieuw plan verzinnen. Tegelijkertijd moet ik rekenening houden met dat wit f5 kan spelen. Ik wil namelijk niet hij met zijn torens binnenkomt op de d-lijn.

29…Tf8

Ik wil zijn centrumpionnen aantasten. Dit ga ik doen door mijn f-pion af te ruilen tegen zijn e-pion en mijn g-pion tegen zijn f-pion. Vervolgens heeft mijn e-pion vrij baan.

30. h3 Tc4

Op dit veld heeft deze toren ook een prima invloed op het centrum. Wit ruilt deze torens liever niet, omdat ik dan met mijn b-pion terugneem en zijn pion op b2 een zorgenkindje wordt, terwijl ik mijn plannen nog steeds kan doorzetten.

31. Ke3 31. f5 f6! Zou problematisch voor hem zijn. Indien hij nu op e6 slaat win ik met aftrekschaak zijn toren.

31…f6 32. exf6+ Kxf6

Door met mijn koning te slaan, blijft de toren invloed hebben op de damevleugel. Als hij zich probeert vrij te breken met a4, is mijn toren er weer snel bij.

33. Td2 Ke7 34. Td1 Kd6

De koning neemt een centrale positie in, alvorens met g5 de f-pion wordt aangetast.

35. T1d2 g5 36. fxg5 hxg5 37. Tf2

Met een remiseaanbod. Met weinig tijd en mogelijke afwisselingen moet ik hier wel even de goede beslissingen maken. En goed beseffen wat een pionneneindspel zou betekenen. Als je een pionneneindspel inschat kun je zomaar verliezen, en daarom zijn ze ook zo belangrijk.

37…Txf2 38. Kxf2

38…a4 38…e5 Dit ligt meer voor de hand, maar ik schatte het pionneneindspel in als remise. 39. Txc4 bxc4 40. a4! Later zal blijken waarom deze zet zo nuttig is. 40…d4 41. cxd4 exd4 42. g3 Ke5 43. Ke2 d3+ 44. Kd2 Ke4 45. h4 gxh4 46. gxh4 Kf4 47. b3 (zie analysediagram)

Doordat ik zelf geen a4 heb kunnen spelen, kan hij mijn pionnen afruilen met b3. Vervolgens ben ik er nog net snel genoeg bij om remise te maken. 47…cxb3 48. Kxd3 Kg4 49. Kc3 Kxh4 50. Kxb3 Kg5 51. Kc4 Kf6 52. Kb5 Ke7 53. Kxa5 Kd7 54. Kb6 Kc8=

39. g3

39. Txc4 Misschien is dit ook remise, dankzij een vesting. 39…bxc4 40. g3 e5 41. Ke3 Ke6 42. Kd2 d4 43. cxd4 exd4 44. Ke2 Kd5 45. Kd2 Ke4 46. Ke2 d3+ 47. Kd2 Kf3 48. h4 gxh4 49. gxh4 Kg4 50. Kc3 Kxh4 51. b3! (zie analysediagram)

Ook hier maakt deze zet remise. Als ik met de a-pion sla kan zijn a-pion doorlopen, terwijl zijn koning mijn 3 vrijpionnen in bedwang houdt, en als ik met de c-pion sla heeft hij een vesting. 51…cxb3 [51…axb3 52. a4 Kg3 53. a5 Kf2 54. a6 Ke2 55. a7 d2 56. a8=D d1=D 57. De4+=] 52. Kxd3 Door de gedekte vrijpion lijkt het misschien dat zwart kan winnen, maar het is een vesting. 52…Kg3 53. Kc3 Kf3 54. Kb2 Ke3 55. Kc1 Kd3 56. Kb2 Kd2 57. Kb1 Kc3 58. Kc1 b2+ 59. Kb1 Kb3 Pat

39…e5 40. Td3 40. Txc4!? Het pionneneindspel durfde hij blijkbaar niet aan.

40…Tc8 41. Tf3

Een kritiek moment. Als ik afwacht kan hij met Tf5 en g4 zijn stelling verbeteren, terwijl ik nu ook de mogelijkheid heb met d4 de c-lijn te openen voor mijn toren.

41…d4 41…Th8 Om de koning naar g2 te lokken alvorens d4 te spelen was ook een goede optie.

42. cxd4 Tc2+ 43. Ke3 Txb2 44. Tf5 Tb3+ 45. Ke4 Txa3

Ik besluit al mijn pionnen te offeren om met mijn damevleugelpionnen door te kunnen lopen. Deze zijn sneller dan zijn koningsvleugelpionnen en het is al erg lastig voor hem om deze tegen te houden.

46. dxe5+ Ke7

Zodat ik voor de pion en in de buurt van zijn toren sta.

47. Txg5 47. Tf6 b4 48. Tb6 b3 49. Tb7+ Kd8 50. Kd5 Ta1

47…b4

48. Kd5?!

Hij is niet snel genoeg om de e-pion naar de overkant te brengen of de zwarte koning het lastig te maken. 48. Kd4 Het was raadzaam zo snel mogelijk richting mijn pionnen te gaan. 48…b3 49. Kc3 Ta2 50. Tg7+ Ke6 51. Tb7 Kxe5 52. Tb5+ Kd6 Door het erbij halen van de koning heeft zwart nog steeds goede winstkansen. Een voorbeeld: 53. g4 Kc6 54. Tb8 Th2 55. Tb4 Tc2+ 56. Kd3 Ta2 57. Kc3 Kc5 58. Tc4+ Kb5 59. Tb4+ Ka5 60. Tb8 Tc2+ 61. Kd3 a3 62. Txb3 a2 63. Ta3+ Kb4 (zie analysediagram)

64. Ta7 Tc3+ 65. Kd4 Ta3 66. Tb7+ Ka4 67. Kc4 Tc3+!

48…b3 49. Tg7+ Kf8 50. Tb7 Ta1 51. e6 51. Tb8+ Schaakjes geven heeft geen zin, want ik kan naar zijn toren toe lopen. 51…Ke7 52. Tb7+ Kd8 53. Tb8+ Kc7

51…a3!

De vrijpionnen zijn niet beide meer te stoppen.

52. Tb8+

52. e7+ Kf7! Houdt de e-pion tegen, terwijl zijn koning niet naar e6 kan.

52. Txb3 Td1+ 53. Ke5 a2 En de a-pion promoveert.

52…Ke7 53. Tb7+ Kf6

Mijn koning loopt uit de schaakjes na Tf7+ Kg6. Hij kan niet voorkomen dat mijn vrijpionnen spoedig promoveren.

0-1

De partij via de viewer:

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.