Pathena Rotterdam verliest op de valreep van SISSA.
De spanning was groot. SISSA en Pathena Rotterdam gingen beide voor de winst om uit de degradatiezone te komen. Twee jeugdige teams traden aan en toonden daarmee de ontwikkeling in het topschaak. Niet veel gelouterde (groot)meesters en daarvoor in de plaats aanstormend talent. De strijd ging lange tijd gelijk op, met continu Sissa aan de goede kant van de prognose. Na wisseling van kansen en gemiste mogelijkheden aan diverse borden was de spanning bij 4-4 om te snijden.
De borden 1 en 9 zouden de beslissing moeten brengen. Aan het eerste bord had Pathena R.dam, na een stevige partij, de beste kans op winst, terwijl aan 9 een remise toreneindspel op het bord stond met kleine winstkans voor Sissa. Plots was het over. Bord 1 zag geen kans te ontvluchten uit aanval en berustte in eeuwig schaak en het toreneindspel werd na onnauwkeurigheid van de onze keurig door de Groninger gewonnen. Aldus een teleurstellende 5 ½- 4 ½ nederlaag.
Langs de borden:
1. Alik Tikranian en J van Foreest (wit) speelden een degelijke partij. Het ging gelijk op tot Alik een vrijpion kreeg op de damevleugel met sterk bezette open lijnen. Zijn koning stond wat ongemakkelijk en de pionnenstructuur zag er niet gezond uit. Toch kwam hij steeds beter te staan en rond de 40e zet had hij door eerder de vrijpion op te spelen winnend voordeel kunnen krijgen. Om niet onder de voet te worden gelopen offerde wit een stuk voor aanval. Dit bleek uiteindelijk net voldoende voor remise.
2. Vitaly Kunin (wit) en K Lambrechts zetten de partij rustig op. Wit had wat ruimteoverwicht en voerde de druk op. Zwart overzag na Ta4? het offer op f5, waarna hij een kwaliteit verloor. De rest was techniek.
3. Rini Kuijf en N Lubbe (wit) deden elkaar geen kwaad in een Slavische partij. Totdat Rini in gelijke stand te optimistisch zijn stelling beoordeelde en actief voortzette, waar voorzichtigheid was geboden. Hij won de dame en een pion voor twee torens, echter het witte paard beschermde alle vitale velden rond de koning, waardoor uiteindelijk nog een stuk en de partij werd ingeleverd.
4. Roby Kevlishvili (wit) en L van Foreest deden elkaar geen kwaad. De opzet aan beide zijden was voorzichtig. Wit toog met de K. vleugelpionnen ten aanval, echter na goede verdediging en een vastgelopen stelling werd de vrede getekend.
5. Martin Martens tegen Maatman bleef in evenwicht. Geen van beiden kreeg de kans het initiatief te grijpen, waarna het halfje werd bijgeschreven.
6. Bruno Carlier (wit) deed tegen P ten Vergert in een Siciliaan goede zaken. Het middenspel gaf wit een goede pionnenstelling, aanval en goed gepositioneerde stukken. Lang kon zwart keepen, tot op een gegeven moment pionverlies niet te voorkomen was. Dat liet Bruno niet meer glippen.
7. Johan Quist en F Rietman (wit) vonden nieuwe wegen in het versnelde fianchetto van de Siciliaan. Johan verloor een pion echter met voldoende compensatie. Nadat het kleinood terug veroverd was, zag geen van beiden nog heil in verder zwoegen.
8. Marijn den Hartog (wit) kreeg van Van Assendelft een Najdorf te bestrijden. Hij deed dit te actief met aanstormende pionnen op de K. vleugel. Toen dit niet doorsloeg was de zwarte stelling in het centrum dusdanig verbeterd dat wit vrijwel direct de vlag moest strijken. Analyse moet uitwijzen of wit ergens een kans heeft laten liggen.
9. Anna-Maja Kazarian kreeg van G Knol (wit) een pionoffer in de Fransman voorgeschoteld, zoals dat ook in de doorschuifvariant met Ld3 plaats vindt. De opening had met 14 h6 in Anna-Maja’s voordeel beslecht kunnen worden, waarna zwart een gezonde plus heeft. Door f5 kreeg zwart te veel zwakke velden, verloor de pion en moest vechten om in leven te blijven. Na afwikkeling bleef een houdbaar toren eindspel over met twee tegen één pion op dezelfde vleugel. Zoals gemeld ging het helaas toch nog mis.
10. Michiel Besseling (wit) kreeg “zijn” Slavisch door R Rietveld op het bord. Dat bleek geen voordeel. Zwart kwam geen moment in de problemen en was degene die op meer mocht hopen. Zover kwam het niet.