Puzzels uit Leiden

Bij het Leiden Chess Tournament zijn tot nu toe drie ronden gespeeld. Twee grootmeesters zijn die zonder kleerscheuren doorgekomen: De Britse grootmeester David Howell en LSG-speler Predrag Nikolic. Meest verrassende naam in de achtervolgende groep met 2.5 punten is Bert van der Marel, die na een verwachte overwinning in de eerste ronde tegen twee IM’s anderhalf punt wist te halen. Uit een partij van hem en uit nog zeven andere partijen heb ik acht stellingen geselecteerd waarin u mag proberen de beste voortzetting te vinden.

1) 21.cxb3 Pxa2 verliest een stuk, daarom had de witspeelster haar hoop gevestigd op 21.Pxb4 Nu is het een kwestie van rekenen en tellen. Kunt u dat ook?

2) De witspeler wist deze partij te winnen, maar dat was niet gebeurd als zwart hier iets slims had gedaan. Wat?

3) Deze partij leek een regelmatige overwinning voor de zwartspeler, behalve dat wit hier een grote kans miste. Wat?

4) Kan wit met succes iets offeren hier?

5) De zwager van de toernooidirecteur is goed gestart. In de derde ronde versloeg hij Merijn van Delft en een ronde ervoor had hij een gunstig eindspel bereikt tegen LSG-talent Arthur Pijpers. Wit staat een pion voor en kan nog een tweede pion winnen. Maar wat is de beste manier, 41.Lc6 of 41.Lc8?

6) Hoe wint wit?

7) Is slaan op f6 goed?



8) Tijd voor een typisch Siciliaans offer.

1 Reactie

  1. Avatar
    Frits Fritschy 28 juli 2015

    Betreft Jongste-Sorensen:

    Na de partij vroeg ik David wat hij na 17… Tg8 had gedaan. Hij kwam met het fraaie 18 Te3 gxf5 19 Dh5 De8 20 Lg7+! en mat. Maar zwart kan nog 19… Le2!? proberen. Na 20 Bg7+? Kxg7 21 Df7+ Kh6 22 Th3+ Kg5 is er zo te zien geen mat. Daarentegen is 20 Dxe2 waarschijnlijk toch wel erg goed voor wit, bijvoorbeeld 20… De8 21 Df3 Td8 22 Df5 Dg6 23 Lg5+ Kg7 24 Dxg4 fxg5 25 Tf3 en wit heeft drie pionnen voor de kleine kwaliteit.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.