Risk & Bluff in Chess – Vladimir Tukmakov
Vladimir Tukmakov was vroeger zelf een erg sterke speler, maar is tegenwoordig vooral bekend als coach van Anish Giri. Tussendoor schrijft hij blijkbaar ook boeken, waarbij de doelgroep hier clubschakers en hoger is. Een interessant onderwerp, waar niet veel over wordt geschreven.
Het begint met een hoofdstuk over, wie anders, Tal. Tal offert er rustig op los, regelmatig incorrect, maar wint vaak toch omdat de tegenstanders gewoon de fout in gaan. Af en toe is dat logisch, gezien de complexiteit van de stelling, maar soms ook verbazingwekkend:
Portisch – Tal Amsterdam 1964
Een ongetwijfeld legendarische partij van Tal, die ik nog niet kende. Wit is een heel sterke, solide en ‘correcte’ speler. Tal speelde hier ijskoud 25…h5!? Nu stond zwart al slecht maar dit gaat wel echt te ver… Portisch kan gewoon alles pakken, maar was blijkbaar toch nogal onder de indruk van de zetten van Tal, die door Tukmakov als ‘chess hooliganism’ worden beschreven. Even later stond het zo:
Tal heeft inmiddels het halve bord geofferd en staat totaal verloren. Logisch is, als je een toren en twee stukken voor staat, om dames te ruilen. Dd4 is het makkelijkst en ook direct afgelopen. Ook Pc2 wint op slag. Er volgde echter 31.Tf1?? Txa3?! 32.Dc1?! gxf3 33.Dxc6 Dxe2 34.Tg1 Kxg7 en wit had, ondanks zijn toren meer, zijn positie volkomen verpest. In hoge tijdnood mocht Portisch nog van geluk spreken dat hij met remise wegkwam na 35.Tae1 Dd2 36.Td1 De2 37.Tde1 Dd2.
Na nog wat van dit soort potjes vroeg ik me net af of Mr. T dan ook ging aanbevelen om á la Tal te gaan spelen. In de conclusie is hij duidelijk: “Don’t try this at home”. Verrassend na een tienTal voorbeelden maar wel verstandig. Hij beveelt vooral aan om bij je eigen stijl te blijven maar geeft ook aan dat dit ook een stijl is.
Andere hoofdstukken gaan over verrassingen in de opening (inclusief bluf), en het compliceren omdat de stelling rustig is, je meer rating hebt, je anders weggeschoven wordt, je toch totaal verloren staat, moet winnen, of het simpelweg niet kan laten. Dat compliceren is vaak middels een offer en lang niet altijd correct. Er worden een aantal voorbeelden gegeven per hoofdstuk en er wordt afgesloten met een conclusie. Die wel, zoals in het hoofdstuk van Tal, los kan staan van de voorbeelden maar vaak wel wijs en nuttig is.
In het begin was ik niet zo onder de indruk, want ik bladerde wat door het boek en trof daarin het volgende diagram aan:
Grischuk – Karjakin Moscow blitz playoff 2012
Met daarbij als vraag: "What is Black’s last chance in this position"?
WAT?!?!
Het antwoord is overigens een dolle toren, want zwart maakte op die manier remise in de uitvluggerfase en daarmee een originele prijs: een stuk land in de suburbs van Moskou.
Nu is dit ook wel weer een extreem voorbeeld en ook wat uit de context getrokken. Puur schaaktechnisch is het vrijwel onmogelijk om dit remise te maken, maar Tukmakov schetst vaak juist die context waarin dit soort gekke dingen kunnen gebeuren.
Nadat ik het boek in zijn geheel heb gelezen, moet ik echter toegeven dat dit het enige slechte voorbeeld is. In het algemeen zijn de voorbeelden die Tukmakov gebruikt uitstekend, van een mix van zowel klassieke als moderne partijen.
Mooi vind ik dat er een hoop herkenbare adviezen in staan, waarvan ik een aantal onbewust wel wist maar nooit expliciet had gelezen. Voorbeeldje, je speelt tegen een sterkere speler, je staat qua stelling en klok wat onder druk en ineens offert je tegenstander overtuigend een stuk, wat je had gemist. Het is dan belangrijk om niet in paniek te raken, of het maar gewoon te geloven. Juist rustig blijven en niet automatisch aannemen dat je nu dus verloren staat. Het kan ook gewoon een manier zijn om de druk op te voeren.
Opvallend vond ik de erg bekende partij:
Kramnik-Leko WK-match in 2004
Hier speelde Kramnik, nog steeds in zijn voorbereiding, snel 23.Df2? en verloor. Het is algemeen bekend dat Kramnik hier het slachtoffer werd van zijn eigen voorbereiding in combinatie met het horizoneffect van zijn computer. Op dit moment was het nog niet te laat om na te denken en dan had hij wel 23.Dd1 gevonden, met remise. Niet zo handig van Kramnik dus, is een beetje het algemene beeld dat er heerst over deze partij. Tukmakov heeft er echter een andere mening bij.
Leko was al een tijdje out-of-book, terwijl Kramnik alles voorbereid had. Volgens Tukmakov deed Kramnik het enig juiste, door snel zijn voorbereiding te spelen, zijn tegenstander geen tijd of hoop te geven om bij te komen. Hij kan zichzelf niks verwijten, juist omdat hij de druk maximaal hield. Een interessante visie op de gebeurtenissen!
Zoals ik hierboven al schreef, is er ook een hoofdstuk over must-win-situaties. Hierbij wordt ook niet aanbevolen om er maar op los te offeren, maar het vooral bij je eigen stijl te houden. Maar als je riskant gaat doen, ga er ook vol voor. Het herinnert me aan een partij van mezelf, een decennium geleden:
Souleidis – Swinkels Mallorca 2006
Ik moest hier winnen voor een IM-norm. Na een rustige opening wil wit op f4 gaan ruilen, waarna er niet zo veel aan de hand is, en ook erg weinig winstkansen overblijven. Gezien de situatie besloot ik hier met 21…g5! 22.Pxf4, gxf4 23. Dxh5+, Kg7 de h-pion te offeren voor wat aanval. Objectief niet zo goed, maar praktisch wel. Mijn tegenstander was niet bedacht op deze plotselinge verandering van de stelling en verloor snel.
Al met al een erg interessant boek en zeker een aanrader!
Kramnik heeft van die mislukte computervoorbereiding wel iets geleerd. In een interview zei hij een tijdje geleden dat hij, als hij een nieuw idee had in een opening, hij beslist niet de computer wilde raadplegen.
Dank voor de recensie was al benieuwd naar het boek.
Wat aanvullende info:
Portisch was niet “slechts” een heel sterke grootmeester, hij was wereldtop. Speelde bv al kandidaten-matches tegen Tal het jaar erna (verloor wel kansloos partij 2 en 4 zijn daar echte klassiekers), Vijftien jaar later – in 1980 was hij nog nummer 3 van de wereld op 43-jarige leeftijd. In NIC-magazine 2014/1 staat een artikel van Marin over zijn stijl.
In de slotfase van het fragment Portisch-Tal verwachte de Hongaar elk ogenblik dat Tal op zou geven en raakte zo van zijn stuk. Een en ander valt te lezen in Life and Games Of Mikhail Tal (p 242).
De Kramnik-Leko partij valt ook terug te vinden in Tukmakov’s Modern Chess Preparation. Daar ligt het accent meer op het feit dat de engines het gevoel voor gevaar wegnemen. Tukmakov schrijft daar (enigszins cryptisch) dat in dit geval, hoewel er tot op een punt veel goed voorwerk door de computer was gedaan, “de schuld toch weer bij de menselijke factor lag, net als in de goede oude tijd." (p. 132)
Zie uit naar volgende recensies!
De gevaren van het uitschakelen van de intuitie door het gebruiken van computeranalyses kwam ook aan bod op mijn blog: schaken-brabo.blogspot.be/2012/06/schaakintuitie.html
In mijn blogartikel schaken-brabo.blogspot.be/2012/02/shirovs-briljante-lh3.html vermeld ik een prachtig stukoffer van Robin die zeker past bij bovenstaand onderwerp.
Ik was indertijd erg onder de indruk van het paardoffer van Tal in de 6e partij van zijn WK-match tegen Botwinnik in 1960. Constant Orbaan had het over een verbijsterend stukoffer, waarna Botwinnik overspeeld werd.
En verder: "Het meest imponerende van deze grandioze partij was misschien nog wel de snelheid, waarmee Tal speelde; na de tijdcontrole bij de 40e zet had hij nog een zee van bedenktijd over!"
In deze tijd denk je dan dat de schaker het allemaal al via de schaakcomputer op het bord heeft gehad, maar in die tijd volgde Tal gewoon zijn schaakintuïtie.