Timman wint de match met klein verschil
De match tussen Timman en Van Foreest werd toch nog heel spannend. Nadat Timman de derde en vierde partij gewonnen had, dreigde een voortijdige beslissing, maar Van Foreest hield de spanning erin door de vijfde partij zeer overtuigend te winnen. Alles kwam dus aan op de laatste partij. Daarin wisselden de kansen nogal (net als bij de eerste twee partijen) en allebei de spelers misten kansen op groot of zelfs winnend voordeel. Zelfs de slotstelling was nog spannend, Timman had de mogelijkheid om een gunstig eindspel te bereiken, maar koos voor de zekerheid van het aannemen van het remiseaanbod van zijn tegenstander. Zo verliest de jongste Nederlandse grootmeester na eerder tegen auteur dezes in Groningen met 3.5-2.5 verloren te hebben weer een match met het kleinst mogelijke verschil. Waarschijnlijk kunnen beide spelers wel vrede met de uitslag hebben.
Van Foreest had zoals gezegd dus al eerder kansen gehad om een partij te winnen, maar in de vijfde partij liet hij eindelijk niet meer los. De opening (Open Spaans) was goed voorbereid door hem; na een onnauwkeurigheid van Timman bleef de zwarte koning in het midden staan en zijn stukken stonden ook niet echt lekker. De jonge Groninger bleef ondertussen krachtig spelen en al op zet dertig moest Timman opgeven.
Jorden van Foreest -Jan Timman
1.e4 e5
Op zich had Timman geen reden om af te wijken van de vierde partij, maar waarschijnlijk had hij van tevoren al bedacht om ook een keer het Open Spaans te spelen. Daar had Van Foreest weinig tot geen ervaring mee, maar hij had het wel goed bekeken, dus achteraf was het toch geen goede keuze van Timman.
2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0-0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.Le3
Iets minder gebruikelijk dan 9.c3 of 9.Pbd2, maar niet ongevaarlijk. De loper kijkt naar c5, waar zwart een gat heeft (en ook vaak een stuk neerzet).
9…Le7 10.c3 Pc5 11.Lc2 Pd7
Dit had Timman al twee keer eerder op het bord gehad. Zwart wint nu pion e5 (ook na 12.Lf4 g5).
12.Pd4
Mensen die er niet van houden een pion achter te staan kunnen 12.Te1 Pdxe5 13.Pxe5 Pxe5 14.Ld4 spelen zoals in Adams-Timman, London 2008.
12…Pdxe5 13.Pxe6
En als je zo snel mogelijk alles wilt ruilen speel je 13.f4 Pc4 14.Pxc6 Pxe3 15.Pxd8 Pxd1 16.Pxe6 Pe3 17.Pxc7+ Kd7 18.Pxa8 Pxc2 19.Pd2 Lc5+ 20.Kh1 Pxa1 21.Txa1 Txa8 zoals in de kandidatenmatch Tal-Timman uit 1985. Winst kun je dan niet verwachten met wit.
13…fxe6 14.Pd2
Dit is gevaarlijker voor zwart dan wat de Muur uit Riga speelde. Vooral de loper op c2 is heel vervelend, zwart moet steeds oppassen voor Dh5. Ook Jan-Willem de Jong wist dit met zwart niet te verdedigen.
14…Lf6
In deze partij zal de koning van Timman niet rokeren. 14…0-0 was de keuze van De Jong tegen Swierc in Wijk aan Zee 2011, maar na 15.f4 Pg6 16.Pb3 Ld6 17.Dh5 Pce7 18.Pc5 Lxc5 19.Lxc5 stond wit heerlijk met zijn lopers.
15.f4 Pf7
Ergens hier gaat het mis met zwart. Misschien 15…Pd7 om na 16.Dg4 De7 te doen.
16.Dg4 Dc8
Na 16…De7 17.Pb3 mist zwart een paard op d7 (of iets wat c5 dekt). Na 17…0-0 18.Lc5 Pd6 19.Tae1 Tae8 20.Dh3 staat wit dan goed, maar de partij is geen verbetering.
17.Lc5! h5 18.Dh3 Le7 19.Pb3 Ld6 20.Tae1 Th6
Wit heeft alles ontwikkeld, de zwarte koning staat in het midden en komt er niet uit, wat wil wit dus doen? Lijnen openen, zou je zeggen. Dat is echter niet zo makkelijk. Maar er zit nog iets anders in de stelling. De toren op h6 moet zowel h5 als e6 dekken. Als je die dus kunt verjagen, win je een pion. En daarom is een verrassende terugtocht hier goed:
21.Le3!
Dreigt 22.f5
21…Tf6 22.Pd4 Pcd8 23.Dxh5
Nu staat het materieel weer gelijk terwijl wit nog steeds alle voordelen van zijn stelling heeft.
23…c5 24.Pf3 Dc7 25.Lg6 Kd7 26.Dh7 Kc8 27.Dxg7
En nu staat wit zelfs een pion voor. De zwarte stukken staat ondertussen nog steeds niet harmonieus.
27…De7 28.f5 Df8
Als je verloren staat wil het wel eens gebeuren dat je niet meer zo scherp rekent. Timman geeft hier niet zomaar een toren weg, maar er zit wel een lek in de combinatie.
29.Dxf6 Le7
De witte dame heeft geen velden meer…
30.Lh6
maar nu blijft wit na 30…Pxh6 31.Dxf8 een kwaliteit en een paar pionnen voor. Nog leuker was overigens de zwarte loper pennen met 30.Lxc5!. Voor het resultaat maakt het niet uit. 1-0
(foto gemaakt door Harry Gielen)
Dat geeft de burger moed, en Jorden ook. Tegen mij had hij de laatste matchpartij met zwart gewonnen, dus tegen Timman moest dat ook kunnen. Het lukte hem een spannende stelling op het bord te laten krijgen waarbij drie resultaten mogelijk waren. Op zet 25 miste Jorden een grote kans, daarna kreeg Timman op verschillende momenten grote kansen, maar samen besloten ze hun kansen niet waar te nemen en zo was remise een logisch resultaat.
Jan Timman – Jorden van Foreest
1.Pf3 d6 2.d4 Pf6
Een uitnodiging om Konings-Indisch te spelen! Timman gaat er niet op in.
3.g3 g6 4.b3 Lg7 5.Lb2 a5!?
Een interessante poging om de stelling ongebalanceerd te krijgen (en op die manier een grotere kans op winst). De zet is overigens wel vaker gespeeld, o.a. (lang geleden) door Olafsson en Alina l’Ami.
6.Lg2 a4 7.0-0 0-0 8.c4 c5
In dezelfde stijl verder!
9.d5
De solide Hongaar Ribli speelde hier ooit tegen Bologan 9.Pa3 (we zullen zo zien waarom). Na 9…Pc6 10.Pb5 Pe4 11.e3 axb3 12.axb3 Txa1 13.Lxa1 Da5 stond zwart ok, maar wit nog steeds solide.
9…a3!?
Weer een interessante zet, die een schijnoffer inhoudt.
10.Pxa3 Pxd5! 11.Lxg7 Kxg7 12.cxd5 Txa3
Nu heeft zwart een iets betere pionnenstelling volgens de groepjesregel en ook een halfopen a-lijn, maar wit staat iets voor in ontwikkeling.
13.Dd2 Ta8 14.Db2+ Kg8 15.h4
Wit probeert zijn ontwikkelingsvoorsprong in een koningsaanval om te zetten.
15…Pd7 16.h5 Pf6
17.hxg6
17.h6 is ook interessant. Enerzijds heeft wit dan niet de open h-lijn, maar het is wel irritant voor zwart dat het paard gepend staat en een plan met e4-e5 kan goed voor wit zijn.
17…hxg6 18.Pg5 Db6 19.Lf3 Ld7 20.Kg2 Kg7
Zwart is op tijd om de h-lijn te opponeren, maar ook hier is een plan met e4-e5 kansrijk voor wit.
21.e4 c4!?
Weer een interessante zet, al vraag ik me af of Jorden door had dat het een pionoffer is.
22.Tae1?!
22.Th1 Th8 23.Txh8 Txh8 24.e5 dxe5 25.Dxe5 Dd6 26.Dxd6 exd6 27.bxc4 is de manier waarop wit een pion had kunnen winnen. Als zwart paardruil kan vermijden (27… Te8) heeft hij wel compensatie. Toch had wit hier voor moeten gaan. 22…c3 23.Dxc3 Txa2
Nu is Lb5 een vervelende dreiging, omdat Tf1 pion f2 moet blijven dekken. Wit kan het voorkomen met 24.Le2, maar dat is geen zet die hij wil doen.
24.e5 dxe5 25.Dxe5
25…Te8?
25…Lb5 wint dus materiaal, bijvoorbeeld 26.Le2 Lxe2 27.Txe2 Txe2 28.Dxe2 Dxb3 met groot voordeel voor zwart.
26.Te3 e6?
Het paard op f6 staat al een tijdje gepend, maar met de pion op e7 is dat niet zo erg. Maar dan moet je die wel daar laten staan!
27.Df4?
Maar als wit zijn dame van de lange diagonaal zet is dat probleem er niet meer. Na 27.dxe6 Lxe6 28.Dc3 staat ook de loper op e6 gepend en kan Lf5 (om Pe4) dus niet. Ook 28…Ld7 29.Txe8 Lxe8 30.Pe4 wint voor wit. Zwart moet dus maar de loper op e6 laten staan, maar dan kan wit (als hij wil) pakken op e6, waarna wit paard tegen loper plus betere pionnenstructuur heeft.
27…exd5
Dat is een pion.
28.Tfe1
28…Txe3?
De toren op e3 stond gepend (Txe8? Dxf2 en mat) dus er was geen reden om ‘m te slaan. Bovendien is 28…Td2 sterk: er dreigt dan Td4 en de witte dame heeft geen velden meer!
29.Txe3 Tb2?
29…Td2 is nu minder effectief, wit heeft veld e5 nog voor zijn dame (bepaald geen slecht veld). Maar met die zet was wel de witte dreiging voorkomen.
30.g4?
30.Pxf7! was hier winnend. Als zwart het paard neemt gaat het mat: 30…Kxf7 31.Lxd5+ Kg7 32.Te7+ maar als hij niet neemt is hij een heel belangrijke verdedigende pion kwijt.
30…Dc5? 31.De5?
Alweer was 31.Pxf7 winnend.
31…Tc2 32.b4 Dc7
32…Dxb4 33.Pxf7! Lxg4! was spannend geweest, maar remise is dan de meest waarschijnlijke uitkomst.
33.Dxc7 Txc7 34.Te7 Tc6
Niet de meest handige zet, maar het remiseaanbod was wel handig. Wit komt een pion voor als hij op nu op d5 pakt. Vanwege het uitgedunde materiaal heeft zwart goede remisekansen, maar wit loopt weinig risico. Maar Timman wilde waarschijnlijk er (de spanning, de onzekerheid) vanaf zijn en matchwinst veiligstellen. ½-½
Tal – Timman 1985 was geen kandidatenmatch, maar een play-off nadat ze in het kandidatentoernooi gelijk waren geëindigd. De inzet was een plaats in de kandidatenmatches. In die matches werd Timman uitgeschakeld door Joesoepov, die als bijnaam "De Muur" had. Tal werd volgens mij "De Tovenaar uit Riga" genoemd, en niet "De Muur uit Riga".
Tal was inderdaad de ‘Tovenaar van Riga’, later kreeg Shirov een soortgelijke benaming. Ik dacht dat Yusupov de ‘Muur van de Oeral’ werd genoemd, maar dat weet ik niet zeker.
Je weet toch wel iets van Tal uit de jaren ’70 en ’80, Richard?
Dimitri, bedoel je dat Tal in de jaren zeventig eens heel lang ongeslagen bleef? Volgens mij meer dan honderd partijen.
Hij is inderdaad wereldrecordhouder ongeslagen blijven. En de nummer twee.
Dat kandidatentoernooi van 1985 was in Montpellier en de play-off over 6 partijen tussen Timman en Tal ook. Er was toen nog geen tie-break met rapid en blitz, waarmee tegenwoordig alles in sneltreintempo wordt beslist.
In 1988 nam Tal revanche door een match in Hilversum tegen Timman met 3 1/2- 2 1/2 te winnen.