Leo Jansen draagt schaakerfenis over aan drie schaakvrienden
Leo Jansen (1928) is de man achter de geboorte en eerste verspreiding van de schaakopening `De Leeuw’, die tot buiten de landsgrenzen bekend is geraakt. Het erelid van schaakclub Dordrecht en Schaakvereniging Sliedrecht heeft besloten om zijn schaakerfenis over te dragen aan drie schaakvrienden: Jerry van Rekom, Ton Slagboom en Hans Berrevoets.
“We vinden het een hele eer, dat Leo die voor zo’n grote betekenis is geweest voor de schaaksport, hiervoor heeft willen tekenen. Jerry van Rekom, Ton Slagboom en ik vinden het ook een voorrecht, dat Leo deze stap heeft willen zetten in onze richting”, aldus woordvoerder Hans Berrevoets. Hij vindt dat de schaakerfenis van Leo Jansen een belangrijk middel is om de denksport toekomst bestendig te maken. “De schaaksport moet hard aan de weg blijven timmeren om als denksport, die levenslang mee gaat, zichtbaar te blijven.”
Op dinsdag 29 december jongstleden werd de overdracht een feit. De oud-rector zette als eerste zijn handtekening onder het overdrachtsdocument. “Ik ben ontzettend blij met deze stap. Mijn doel is altijd geweest om het schaken als wereldwijde sport toekomst bestendig te maken door de ontwikkeling van een opening, die door mensen van alle niveaus en alle leeftijden te spelen is”, zegt de bedenker van de oorspronkelijk Jansensysteem genoemde opening. In 1997 kwam in nauwe samenwerking met medeauteur Jerry van Rekom de eerste druk uit van `De Leeuw, hét zwarte wapen’. In 2009 kwam de vierde druk uit en inmiddels kent `De Leeuw’ ook twee Engelse edities, maar ook heeft `De Witte Leeuw’ het levenslicht gezien.
“Natuurlijk zijn we trots op dit resultaat”, geeft de oud-leerling van Jansen Jerry van Rekom aan: “Dat amateurs zo succesvol kunnen zijn met een schaakboek is natuurlijk ongekend, maar vooral de enorme positieve reacties van heel veel schakers van over de gehele wereld hebben ons goed gedaan.”
Ook schaakvriend Ton Slagboom, die zich vooral ingezet heeft om het systeem te promoten en uit te dragen, geeft aan dat het goed is dat de overdracht plaats heeft gevonden: “Zo blijft het levenswerk van Leo voortbestaan en kan de schaakwereld bekend blijven met het unieke systeem. Tevens kan het Leo een stukje rust geven.”
De overdracht betekent ook dat ‘De Leeuw’ voort zal blijven bestaan, zoals schaakpromotor Berrevoets als volgt aangeeft: “Ik had al levenslang met ‘De Leeuw’, maar nu zeker. In de komende jaren zullen we dan ook op gepaste wijze aandacht gaan geven aan enkele historische gebeurtenissen die met het systeem van Leo Jansen te maken hebben. Denk daarbij bijvoorbeeld de datum van 14 januari 2017. Op die dag is het precies 50 jaar geleden dat Leo Jansen ‘zijn’ systeem voor het eerst speelde in Dordrecht. We gaan zeker wat doen met die datum en de plaats waar Leo Jansen ook tegen Jan Timman speelde, de partij die Cees Buddingh’ in het gedicht `Bij een vroegere partij van Jan Timman’ heeft verwerkt.”
Met de overdracht zal `De Leeuw’ dus voorlopig blijven brullen…
Wat ik in dit verhaal mis, is waaruit die erfenis feitelijk bestaat.
Ik neem aan met name het auteursrecht op de boeken(reeks) De zwarte en witte leeuw (NL en ENG) en de morele verplichting om de opening levend te houden en te blijven promoten.
Jan Willem Duijzer heeft gelijk. Dit is ook passend met de erfgenamen overeen gekomen. Het blijft zeker leuk om een opening, die is geboren in de KNSB competitie van een niet titelhouder, meer dan een herinnering te laten zijn.
Ik vind ook dat de schaaksport moet blijven zoeken naar mogelijkheden op onder de aandacht te blijven. De Leeuw blijft in elk geval brullen