Kortchnoi in de media (2)
Vorige week schreef ik over de eerste reacties op het overlijden van Viktor Kortchnoi en de eerste zaterdagrubrieken. Een paar latere reacties laat ik hier graag zien en enkele journalisten kwamen er een week later nog op terug.
NRC Handelsblad
In mijn overzicht van de dinsdagkranten (de dag na het overlijden) had ik de NRC onvermeld gelaten. Dat was omdat ik in NRC Next een artikel had gezien dat niet veel meer was dan het ANP-bericht. Artikelen van Hans Ree staan echter in NRC Handelsblad en die krant had maar liefst een hele pagina ingeruimd. Ree was zo vriendelijk mij de tekst toe te sturen. Een paar citaten:
“Hij werd de Verschrikkelijke genoemd. Voor een deel was dat omdat hij altijd op winst speelde en geen moeite hem teveel was. Als hij een toernooi kon winnen met twee punten voorsprong, deed hij er nog alles aan om het drie punten te laten worden.”
“Hij schreef vaak dat bepaalde schaakstellingen geschikt waren voor mensen met een moeilijke jeugd, en dan bedoelde hij niet zichzelf, maar mensen met wie hij een beetje de gek wilde steken. Maar weinig mensen hadden zo’n moeilijke jeugd als hij.”
“In 1977 mocht ik zijn secondant zijn bij de kandidatenmatch tegen Tigran Petrosian, die in Italië werd gespeeld in een geïsoleerd hotel op een bergtop. Viktor was officieel een volksvijand van de Sovjet-Unie geworden. In de trein naar Italië lazen we een brief van een andere Russische emigrant die hem waarschuwde dat vanuit een laboratorium in Moskou een straal op het schaakcentrum van zijn hersenen gericht kon worden. We lachten er om, maar nadat hij Petrosian had verslagen, merkte ik dat hij de radiozender op die berg opdracht had gegeven om als stoorzender te werken tegen de straling uit Moskou. Ik stond paf en vroeg hem of hij echt in die onzin geloofde. ‘Natuurlijk niet, maar misschien werkt het ook als je er niet in gelooft’, zei hij met zijn gierende schaterlach.”
In veel artikelen wordt geschreven over de vreemde gebeurtenissen tijdens de WK-match in 1978 tegen Karpov. Ree roept ook de WK-kandidatenmatch in 1977 tegen Spasski in herinnering. Spasski dacht dat Kortchnoi hem hypnotiseerde en trok zich tijdens de partijen terug in een achterkamertje. Hij kwam alleen op het podium om zijn zetten uit te voeren. Nadat Spasski een deel van zijn achterstand had ingelopen, ging Kortchnoi hetzelfde doen. De toeschouwers keken dus bijna continu naar een leeg podium waar, zoals Ree opmerkt, af en toe een schaker ‘als een weermannetje uit zijn huisje kwam’. Ja, voor aardige beeldspraak kun je wel bij Hans Ree terecht.
Ian Rogers
Op de Australische website Gardiner Chess schreef Ian Rogers een mooi verhaal. De confrontaties met het Sovjet-regime komen uitgebreid aan de orde. Zo vertelt hij dat toen Kortchnoi in 1971 een WK-kandidatenmatch moest spelen tegen Petrosjan, de autoriteiten aan beiden vroegen wat hun kansen tegen Fischer zouden zijn. Kortchnoi zei dat ze beiden kansloos zouden zijn. Petrosjan gaf zichzelf wel kansen. Kortchnoi kreeg daarop de opdracht van Petrosjan te verliezen. Dat gebeurde ook (5,5-4,5), maar of dat bewust was, is natuurlijk niet zeker.
In 1978 verloor Kortchnoi op de Filippijnen de befaamde WK-match tegen Karpov. Na de val van de Sovjet-Unie kocht Kortchnoi voor 400 dollar zijn KGB-dossier. Daarin las hij dat de geheime dienst een plan had om – als Kortchnoi de match zou winnen – hem nog op de Filippijnen te vermoorden.
Over hun onderlinge partijen schrijft Rogers dat die hem duidelijk hebben gemaakt dat er aspecten zijn van het schaakspel die hij nooit zal begrijpen.
Het hele verhaal is hier te lezen.
Telegraaf
Hans Böhm had voor zijn rubriek in de Telegraaf een week gewacht omdat zijn deadline een beetje vroeg ligt. Een week later heeft hij er een mooi en redelijk compleet verhaal van gemaakt. Ik schrijf ‘redelijk compleet’ omdat je bij Kortchnoi natuurlijk onmogelijk echt compleet kunt zijn. Net als Ree en Ligterink heeft Böhm hem ook vaak ontmoet en hij geeft zijn verhaal een paar persoonlijke tinten. Een paar citaten:
“Hij viel op door hard werken, verkoos doorrekenen boven intuïtie.”
“In 1975 speelden we in het Aljechin Memorial in Moskou. Viktor versloeg me, zoals hij altijd deed, maar ergens tussendoor stond hij totaal verloren. Dat was zijn handelsmerk: altijd op winst spelen, ongeacht de stelling. Hij hielp me bij de voorbereiding op enkele spelers en we werden schaakvrienden.”
“Tijdens een week trainingskamp voor onze Olympiadeploeg nam Viktor de leiding en ik herinner me vooral het door-analyseren, niet stoppen bij ‘wit staat beter’.”
Volkskrant
Als ik zeg dat Gert Ligterink een grote Kortchnoi-fan is, zal men zeggen: wie niet? Maar volgens mij heeft Ligterink ooit gezegd dat hij bij een partij Timman-Kortchnoi moeite had om te zeggen dat hij voor Timman was.
In de Volkskrant besteedde Ligterink voor de tweede keer op rij zijn rubriek aan Kortchnoi. Hij stipt kort de reactie aan van diverse wereldtoppers op het overlijden. Ligterink vertelt (zoals velen) dat Kasparov in 1983 van de Sovjet-autoriteiten niet naar Amerika mocht om een WK-kandidatenmatch tegen Kortchnoi te spelen. Kortchnoi had toen de overwinning mogen claimen, maar stond een match in Londen toe, die hij verloor. Ligterink citeert Kasparov, die schreef: “Toen ik hem wilde bedanken voor zijn genereuze gebaar, wilde Kortchnoi daar niets van weten. Hij gaf me geen cadeautje, hij wilde me verslaan.”
Zelf schreef ik ook een tweede rubriek over Kortchnoi, met name over zijn match tegen Karpov in 1974. Alle zaterdagrubrieken zijn hier op Schaaksite weer vanaf woensdag te lezen.