Een les uit het verleden
In de afgelopen Olympiade werd mijn oog getrokken naar een eindspel van onze Anna-Maja Kazarian, dat vermoedelijk bij de meeste mensen in de vergetelheid zal zijn geraakt. Het ging om het slot van de partij Cosma – Kazarian uit de derde ronde van ons damesteam tegen Roemenië. Het was eigenlijk het enige lichtpuntje in een wedstrijd waarin de onzen flink klop kregen. Anna-Maja hield een lastig eindspel remise. Wat was er dan zo bijzonder dat ik nu hierop terug wil komen? Vergelijkt u eens de volgende diagrammen met elkaar:
Het eerste is uit bovengenoemde partij Cosma – Kazarian, het tweede is uit een partij Kotov – Pachman, Venetië 1950.
Ik heb die partij als trainingsstelling in mijn archief zitten, als voorbeeld hoe wit bepaalde voordelen uit een minderheidsaanval kan halen. Deze stelling komt voort uit de Ruilvariant van het Klassiek Damegambiet en veel strategen willen graag bewijzen dat zij een dergelijk voordeel in winst kunnen omzetten. Het is bijzonder leerzaam om te zien hoe Kotov te werk gaat.
Wit staat beter op basis van de volgende kenmerken:
- Hij heeft een mooie aaneengesloten pionnenformatie, zwart twee groepjes pionnen.
- Zwart heeft een zwakke pion op c6 die moeilijk op te lossen valt.
- De witte stukken staan bijzonder actief, de zwarte daarentegen zijn uitermate passief
- Zwart heeft de zogenaamde goede loper, maar die doet niets. Het paard is voorlopig beter vanwege de steunpunten in het centrum die het heeft.
- Wit bepaalt de overgang naar andere eindspelen (bijvoorbeeld een toreneindspel zoals in de partij gebeurt, maar soms kan hij ook kiezen van paard tegen loper of zelfs een pionneneindspel als dat gunstig voor hem is).
- g4!
Deze zet is nodig om reële winstkansen te krijgen. Kotov wil graag de zwakke pion op h7 fixeren.
43…Ke6
Na 43…c5 heft zwart weliswaar zijn zwakte op c6 maar hij verliest een pion na 44. dxc5 Lxc5 45. Ta5 Ld6 46. Txd5 en wit heeft in elk geval een pion meer waarna het een onaangename verdediging wordt voor zwart. 43…Kg5 44. h3 h5 45. f4+ Kh4 46. Kg2 Te7 [ 46…hxg4 47. Th8#] 47. Pe1! Txe3 48. Pf3+ Txf3 49. Kxf3+- 43…Tb7 44. Ta6 Tc7 45. h4
- Kg2 Tb7 45. Te8+ Te7 46. Th8
46…f6
Dit is een prettige extra verzwakking.
- h4 Tb7 48. Kf3 Tf7 49. Te8+ Te7 50. Td8
Wit deelt wat plaagstootjes uit.
50…Ta7
- Pc5+!
Ineens kiest wit voor het toreneindspel dat op dit moment gunstig lijkt.
51…Ke7 52. Tc8 Lxc5 53. dxc5 Kd7 54. Th8
Hier zie je hoe belangrijk het was om pion h7 te fixeren.
54…Ke6 55. Td8 Ke7 56. Td6 Ta6
Zwart staat nu volkomen passief en wit gaat op zijn gemak werken aan het activeren van zijn koning.
- g5!
Hiermee legt hij niet alleen h7 min of meer vast en hij creëert een ingang op e5 voor zijn koning.
57…fxg5 58. hxg5 Kf7 59. Kg3 Ke7 60. f3 Ta3 61. Kf4 Ta4+ 62. Ke5 Ta3
Zwart doet wanhopig zijn best om actief te worden.
- Txc6 Txe3+ 64. Kxd5
64…Td3+ Het alternatief 64…Txf3 helpt ook niet: 65. Tc7+ Kd8 66. Txh7 en deze stelling valt niet te verdedigen door zwart.
- Ke4
- Ke5 Te3+ 66. Kf4 Tc3 67. Tc7+ Ke6 68. Kg4 lijkt ook erg kansrijk voor wit.
65…Tc3 66. f4 Tc1 67. Tc7+
67…Kd8?
Een blunder. Zwart had natuurlijk naar “boven” gemoeten. Beter is 67…Ke6 maar ook dan wint wit na 68. Kd4 [ Niet 68. Txh7 Txc5 69. Tg7 Tc4+ 70. Kf3 Tc6 71. Txg6+ want hier heeft zwart een geweldige pattruc: 71…Kf5!! en zwart forceert remise.] 68…Td1+ 69. Kc4 Tf1 70. Tc6+! [ Niet 70. Kb5?! Txf4 71. c6 Tg4 72. Kb6 Tb4+ 73. Kc5 en zwart zal wel met remise ontsnappen.] 70…Ke7 71. Tf6 en wit heeft alle kans om dit te winnen.
- Txh7 Txc5 69. Tf7!
Zwart kan niet voorkomen dat pion g6 verloren gaat.
1-0
Met deze kennis en inzichten in het achterhoofd kunnen we nu het fragment in de actuele partij van Anna-Maja bekijken.
Cosma, Elena-Luminita – Kazarian, Anna-Maja
- Ta1
Wit activeert haar toren. Maar als ze haar klassieken had gekend, had ze hier en op een van de volgende zetten 38. g4! moeten spelen. Om pion h7 te fixeren dus.
38…Tc7
Ook Anna-Maja heeft het voorbeeld vermoedelijk niet eerder gezien. Gezien het voorafgaande beseffen we nu dat 38…h5! had gemoeten!
- g4!
Nu speelt ze hem wel.
39…Kf6 40. Kf3 Ke6 41. Ta8 f6
De gelijkenis met Kotov-Pachman is treffend.
- Th8
Misschien is 42. h4 veel nauwkeuriger.
42…Ta7 Had ze hier 42…g5 moeten spelen om h3-h4 te verhinderen?
- Te8+ Ook nu komt 43. h4 sterk in aanmerking.
43…Kd7 44. Tg8 Ke6 45. Th8
45…g5!
Dat heeft Anna-Maja uitstekend gezien! Ik denk dat de winstkansen nu min of meer verkeken zijn.
- Kg2 Ta3 47. Pe1 Ta7 48. Pf3 c5!
Zo heft ze in elk geval een zwakte op.
- dxc5 Lxc5 50. Tc8 Kd6 51. Td8+ Td7 52. Tc8 Tc7 53. Td8+ Td7 54. Tc8 Tc7 55. Td8+
En hier staakte wit haar winstpogingen.
½ – ½
Erg leerzaam!
Ja, het geeft eigenlijk aan hoeveel een schaker moet weten om van alle markten thuis te zijn. Het valt Anna-Maja niet te verwijten dat zij op deze leeftijd niet op de hoogte is van iets dergelijks.