Heuer-Dvoretsky revisited.
Vorig jaar op de clubavond van UVS probeerden 1900 speler Thomas Willemsen (niet te verwarren met IM Thomas Willemze) en ikzelf het ongelijk te bewijzen aan IM David Miedema tijdens de analyse van een eindspel toren+pion tegen loper+paard met pionnen op beide vleugels. Wij beweerden stellig dat de 2 stukken het makkelijk moesten houden, terwijl de meester andersom beweerde. Hoe erg we ook probeerden, de meester won steeds.
Hij legde uit dat de toren heel makkelijk en snel switched tussen 2 vleugels, iets wat 2 stukken langzamer kunnen en dat de toren makkelijker switched tussen kleuren wat een loper al helemaal niet kan en een paard ook weer langzamer kan. Een toren kan zo veel eleganter haast tegelijkertijd zowel een zwakte op de koningsvleugel als de damevleugel torpederen, sneller dan dat 2 stukken dat kunnen verdedigen. Verder kregen we de les van de meester dat in een middenspel de 2 stukken vaak beter zijn dan toren+pion, om de simpele reden dat er meer stukken op het bord zijn om aan te vallen. Het was voor mij wel een aha-momentje. Het is er zo ingepeperd dat 2 stukken te prefereren zijn boven een toren, maar dat ligt maar net aan alle overige omstandigheden natuurlijk.
Dus toen ik het artikel van IM Herman Grooten las over Dvoretsky, moest ik meteen aan die befaamde clubavond van UVS terug denken. Ik heb het dan over de tactische Heuer- Dvoretsky stelling. Om eerlijk te zijn, ik heb Dvoretsky’s beoogde oplossing van het g7-truukje totaal overzien wat je hier kunt vinden. Mijn kijk op de stelling werd gestuurd richting het aanvallen van zwaktes met de toren op dusdanige wijze dat de 2 stukken geen verdediging weten op te zetten. Na een tijdje puzzelen was ik blij de oplossing gevonden te hebben. Althans, dat dacht ik. Ten eerste kwam het g7-truukje als mokerslag bij me binnen en ten tweede werd mijn nevenoplossing niet gegeven. Benieuwd als ik was besloot ik de stelling in de computer te zetten waaruit bleek dat mijn visie correct is. Ik zeg opzettelijk niet ‘dat mijn oplossing correct is’, want de tegenstander kan af en toe afwijken van mijn plan, alleen dat blijkt allemaal even rampzalig.
Grappig genoeg dacht ik dat de oplossing was dat je a la Dvoretsky na heel veel vuurwerk en nuances richting een gewonnen pionnen eindspel moest gaan, maar nee, het was het simpele g7. 😉 Aan de andere kant laat Herman Grooten al zien dat Dvoretsky’s g7-truuk eigenlijk niet werkt, dus misschien is mijn behandelwijze nog wel sterker ook!