Giri ook niet langs Nakamura
De tweede ronde van de Londen Classic heeft helaas wederom geen overwinning van onze landgenoot Anish Giri opgeleverd. In zijn witpartij tegen de Amerikaan Hikaru Nakamura stond hij steeds wat prettiger, maar helaas bleek het voordeel niet genoeg om dat om te zetten in iets concreets.
Er vielen vandaag maar liefst drie beslissingen. Viswanathan Anand won in no-time van Maxime Vachier-Lagrave, Wesley So was Michael Adams de baas en Veselin Topalov werd in een krankzinnige partij geklopt door Fabiano Caruana. Van de truc die Anand er tegen MVL in vlocht, straks een diagram!
Terug naar de partij van Giri die wij dit toernooi op de voet zullen volgen. Zijn voorkeur in de 1. d4-openingen om zijn loper naar g2 te ontwikkelen is algemeen bekend. Tegenstander Nakamura had daarom een systeempje voorbereid waarvan hij het vermoeden kon hebben dat Giri dat niet voor deze partij verwachtte. De Amerikaan bedient zich normaal van Konings-Indischachtige of Grünfeld-Indische stellingen maar hij koos ditmaal voor een snel … c7-c5. Daarmee wilde hij het spel in de banen van de Benoni leiden, maar daarin ging Giri niet mee. Hij liet op d4 ruilen waarna er een stelling op het bord kwam die lijkt op iets als de Versnelde Draak. Omdat beide spelers niet genegen waren de meest gespeelde voortzettingen op het bord te brengen, waren zij al op zet 8 uit de theorie.
Giri koos bewust voor een snelle dameruil omdat hij daarmee op een klein maar duurzaam voordeeltje kon spelen.
De vraag rijst echter of hij niet beter dit soort vroegtijdige ruilen uit zijn spel kan bannen. Wil hij ooit een gooi doen naar de wereldtitel zal hij vroeg of laat bewust moeten kiezen voor stellingen met meer complicaties. Valt hem dit te verwijten tegen een speler van het kaliber van Nakamura? De man die erom bekend staat dat hij fantastisch kan rekenen en hoogst originele invallen heeft. Ik denk van niet. Giri hield hem de hele partij in de tang en de Amerikaan moest heel omzichtig en inventief verdedigen om niet nog meer in het nadeel te geraken. Maar toen hij er in geslaagd was om zijn problemen op te lossen, restte er voor Giri niets beters dan zich te verzoenen met een zetherhaling.
Giri, Anish – Nakamura, Hikaru
1. d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. g3 Lg7 4. Lg2 O-O
- c4 c5
Geen zet die Nakamura vaak speelt. Sterker nog: ik heb er zelfs geen partij mee kunnen vinden van hem in deze stelling. De twee voortzettingen waar de Amerikaan vaker voor kiest zijn 5…d6 5…d5
- Pc3
Giri kiest voor een variant die iets weg heeft van de versnelde Draak. Ook dat is een stelling waar Nakamura niet zo vertrouwd mee is. 6. d5 is een overgang naar een Benoni. 6…e6 [ of naar een variant van het Wolgagambiet als zwart zou kiezen voor 6…b5]
6…cxd4 7. Dxd4
Opmerkelijk gespeeld door Giri. 7. Pxd4 is hier de meest gespeelde zet.
7…Da5
Ik weet niet of Nakamura op de hoogte was van die partij, maar misschien wilde hij de actie met Dd4-h4 bij voorbaat al ontkrachten. 7…Pc6 8. Dh4 Da5 kwam o.a. voor in een partij Giri-Bacrot, 2013. Een curieuze partij die onze landgenoot overigens verloor.
- O-O 8…Dh5
De Amerikaan heeft zo zijn eigen, eigenwijze opvattingen. In elk geval zijn de spelers nu op onbekend terrein. 8…Pc6 9. Dh4 Dh5 zou op een zetverwisseling neerkomen.
- De5
Waarom zo snel de dames ruilen? Giri heeft vermoedelijk een soort Catalaans-achtig eindspel op het oog waarin zijn loper op g2 veel sterker is dan die van zwart op c8. En misschien heeft hij ook wel gelijk dat hij hiermee een aardige drukstelling krijgt. Je zou toch zeggen dat een van de bedoelingen van wits opzet met Dxd4 is om snel zijn dameloper te ontwikkelen om daarna Dd4-d2 te kunnen spelen. Dat kan bijvoorbeeld met 9. Lg5 Ook in aanmerking komt m.i. 9. h3 om de positie van de zwarte dame wat in diskrediet te brengen.
9…Dxe5 10. Pxe5 Pc6 11. Pd3
Iets dergelijks heeft hij dus voor ogen.
11…b6 12. Lg5
12…La6
Een thematische voortzetting is hier 12…Lb7 om na 13. Tac1 bijvoorbeeld verder te gaan met 13…Pa5 daarmee poogt zwart die sterke Catalaanse loper te ruilen, maar de gevolgen hiervan zijn bijna desastreus voor zwart: 14. Lxb7 Pxb7 15. Pd5! Tae8 16. Tfd1 en wit heeft de stelling die hij graag wil hebben. Zwart kan geen vin verroeren.
- b3 h6 14. Ld2 Tac8 15. Tac1 Tfd8 16. Tfd1 e6
Zwart moet koste wat het kost veld d5 dekken, want anders zou wit t.z.t. een paard op d5 planten, waarna zwart opnieuw onder een onaangename druk gebukt gaat. Het nadeel hiervan is natuurlijk wel dat hij veld d6 verzwakt.
- Lf4
Giri kiest er terecht voor om zich te richten op veld d6. Na 17. e4 zou er een zogenaamde ‘egelopstelling’ op het bord komen die niet per definitie heel slecht voor zwart hoeft te zijn na 17…d6
17…Pe8
Enigszins behoudend gespeeld. De ‘bevrijdende’ mogelijkheid 17…d5 zou zwart in de problemen kunnen brengen. Na 18. cxd5 dient zwart zich heel inventief te verdedigen met 18…Pd4! [ Foutief is hier 18…Pxd5? wegens 19. Pxd5 exd5 (zie analysediagram)
- Txc6! Txc6 21. Pb4 met materiaalwinst.] 19. Kf1 En dat is niet bepaald een fijne zet om te doen. [ Wit kan het op zijn beurt ook fout doen want nu is 19. dxe6? een misrekening: 19…Txc3! 20. Txc3 Pxe2+ en zwart wint.] 19…Pxd5 20. Pxd5 exd5 Dit zou een stelling kunnen zijn waar Giri op zinspeelt: de tegenstander wordt nu opgezadeld met een geïsoleerde pion. Toch heeft zwart hier weinig problemen. Zijn stukken staan zo actief dat er geen vuiltje aan de lucht is voor hem. Bijvoorbeeld: 21. Txc8 Txc8 22. Lxd5 Te8 23. e4 Pb5! gevolgd door …Pc3.
- h4 Lf8 19. Pe5
Zo opent hij de lange diagonaal voor Lg2 maar het nadeel is dat er weer wat stukken van het bord gaan waardoor het toch allemaal wat ‘dun’ wordt om op winst te spelen. Het opvoeren van de druk over de d-lijn met 19. Td2 lijkt mij ook een uitstekend mogelijkheid. Wit heeft de touwtjes toch stevig in handen.
19…Pxe5 20. Lxe5 Lg7 21. Lxg7 Kxg7 22. a4
Een goede zet. Brengt niet alleen a4-a5 in de stelling maar onder omstandigheden de mogelijkheid Pc3-b5.
22…g5
Een wat frivole zet, want het is de vraag of zwart hierop vooruit gaat. Kennelijk wil hij de mogelijkheid f2-f4 uit de stelling halen. Het is telkens de vraag of zwart zich niet los kan werken ten koste van een pion. Maar ik kan me voorstellen dat ‘Naka’ nauwelijks gekeken heeft naar de varianten met 22…d5 23. cxd5 Hier heeft zwart een interessante voortzetting: 23…Tc7 24. e4 [ 24. dxe6? Txc3!] 24…Tdc8 25. Pa2 Txc1 26. Txc1 Txc1+ 27. Pxc1 exd5 28. exd5 Kf6 en pion d5 is zo zwak dat wit hier geen zaken mee kan doen.
- hxg5 23…hxg5 24. e3
Wit heeft nog altijd de iets betere pionnenstructuur en de wat actievere stukken. Hij staat onmiskenbaar beter maar hoe moet hij progressie boeken?
24…Pf6 25. Td6 Kf8 26. Tcd1
26…Tc5
Een slim zetje. Hij ontmoedigt wit om op a4-a5 aan te sturen, hetgeen toch een van de belangrijkste plannen is.
- Pa2!?
Wit dreigt ineens Pa2-b4-c6xa7.
27…Lc8 28. Pb4
Opnieuw de dreiging Pc6 met pionwinst.
28…Te8 29. Pd3 Ta5 Hier verwachtte ik 29…Tc7 waarna het ook niet duidelijk is hoe wit verder moet komen. Hij moet soms zelfs oppassen dat zwart niet … Kf8-e7 gevolgd door … Pf6-d5 een kwaliteit gaat ophalen. Vermoedelijk is 30. e4 een goede zet omdat wit dan met e4-e5 zijn tegenstander de duimschroeven kan aandraaien. Na 30…Pg4 31. e5 f6 lijkt zwart zich wel adequaat te kunnen verdedigen.
- Pb2
Dekt a4 zodat b3-b4 mogelijk wordt. Nu is 30. e4 niet zoveel bijzonders na 30…Ke7 31. e5 Pg4 en wit verliest zelfs een pion hoewel er daarna nog wel iets aan de hand is: 32. Td4 Pxe5 33. b4! Pxd3 34. bxa5 Pc5 35. axb6 axb6 Wit heeft een kwaliteit tegen een pion, maar de structuur is nu beter voor zwart. De winstkansen lijken heel klein voor wit.
30…Tc5 31. Pd3 31…Ta5 32. Pb2 Tc5
- T6d2
Giri wil geen remise, hij speelt inderdaad op winst.
33…g4
Zo haalt zwart de zet f2-f4 rigoureus uit de stelling. Het nadeel kan zijn dat g4 zwak wordt.
- Pd3 Tc7
De toren is weer op de zevende rij geland en daarmee bereidt zwart de ontwikkeling van zijn ellendige loper voor. Die van g2 oefent nog steeds onaangename druk uit.
- Pe5 Ke7
- a5!?
Eindelijk dan het plan. Op 36. Td4 heeft zwart 36…Tg8
36…bxa5
Zo wordt zwarts pionnenstelling dan wel iets verzwakt maar daar staat tegenover dat hij nu zijn loper kan ruilen.
37. Ta2 Lb7 38. Txa5 Lxg2 39. Kxg2 Tb8
Er zit een grapje in de stelling na 39…d6 want wit heeft plotseling 40. Txa7 maar gek genoeg levert het weinig op: 40…Txa7 41. Pc6+ Kd7 42. Pxa7 De zwarte stelling blijkt ondanks het pionverlies nog altijd moeilijk in te nemen. Bijvoorbeeld 42…Tb8 43. Pb5 Pe4 en hoe zou wit echt verder kunnen komen. Een nieuw grapje met 44. Pxd6 Pxd6 45. c5 Txb3 46. Txd6+ Ke7 levert een toreneindspel op dat vermoedelijk ook in remise zal eindigen.
- Ta3
- Tb1 om mogelijkerwijs met b3-b4 te gaan werken, kan het ook niet zijn. Zwart heeft diverse manieren op gelijkspel af te dwingen.
40…Tc5 41. Pd3 Tc7 42. Pe5
Hij verzoent zich met een puntendeling. Hier is ook 42. Tda1 helemaal geen echte optie. Na 42…Pe4 43. Txa7 Txa7 44. Txa7 Txb3 45. Pe5 Pc5 46. Tc7 heeft zwart 46…Kd6 met remise.
42…Tc5 43. Pd3 Tc7 ½ – ½
Anand, Viswanathan – Vachier-Lagrave, Maxime
In deze stelling is er voor beide spelers niet zoveel aan de hand, maar de Fransman verrekent zich vreselijk.
28…Td1+?!
Al niet de beste maar nog altijd moet zwart zich staande kunnen houden. 28…Pxe4 29. Txe4 Tdc6 lijkt ongeveel gelijk na 30. Te7 T6c7
- Ka2 Te8?
Maar dit is een afschuwelijke zet.
- Lf3 Txe2 31. Lxe2
Wat bezielt hem om deze toren te ruilen?
31…Tc1
Een totaal nutteloze pion om te gaan winnen. Relatief beter is 31…Td7 maar na 32. Lf3 krijgt wit met zijn sterke lopers de stelling in zijn greep. Zwart kan de koning nauwelijks naar het centrum spelen, terwijl wit met zijn damevleugelpionnen onweerstaanbaar zal oprukken.
- Lf3 Txc2
En hier volgt een bekend type tactisch trucje.
- Lxb7!
Opgegeven. Na 33. Lxb7 Pxb7 34. a6 loopt de witte a-pion ongehinderd naar dame.
1-0
Gelukkig hebben we Vishy nog voor veel leuke partijen!
“(..) waarna er een variant van de Versnelde Draak op het bord kwam”
Hoe kan deze stelling uit de Versnelde Draak ontstaan? Dan moet wit e4-e2 spelen?
Klopt helemaal, het is geen Versnelde Draak. Het heeft er wel iets van weg, de tekst is aangepast.