Jan Timman 65. Aflevering 5: Liefhebber van het paard

Niet veel mensen weten dat Jan Timman in 1982 tweede stond op de wereldranglijst. Hij had de ‘pech’ dat hij in die periode een groot kampioen, Anatoly Karpov, voor zich moest dulden. Toen Karpov zijn wereldtitel kwijtraakte aan Gary Kasparov was er zelfs een nog groter geweldenaar opgestaan.

Anatoly Karpov (foto Jos Sutmuller)

 

Gary Kasparov (foto Jos Sutmuller)

Timman heeft zijn weg naar de top veelvuldig beschreven in diverse tijdschriften en boeken. Daarvan was het revolutionaire Schaakbulletin zo’n beetje het eerste tijdschrift waar hij zijn ervaringen tijdens toernooien en analyses prijsgaf. Dit alles naar aanleiding van een advies van oud-wereldkampioen Mikhail Botwinnik.  Zoals in het vorige artikel van Johan Hut had Botwinnik ooit gezegd dat als je beter wilde worden je je analyses aan een groot publiek zou moeten voorleggen. De gedachte was dat er altijd wel iemand zou opstaan die een fout zou kunnen vinden in een analyse. Dat advies heeft Timman zich ter harte genomen. Bij mij prijkt nog altijd het Groot Analyseboek in mijn boekenkast. Daar wijdt Timman vaak bladzijden lang uit over een stelling waarvan hij de problematiek op zeer instructieve wijze verbaal uitlegt. Als opkomend speler heb ik indertijd veel gehad aan deze wijze van het doorgronden van de stellingsproblemen. In tegenstelling tot wat mijn collega in bovengenoemd stuk schrijft, weet ik dat er indertijd de nodige onnauwkeurigheden, omissies en zelfs pertinente foutjes werden gevonden.

IM Leon Pliester (helaas al overleden) gaf ooit een serie trainingen aan sterke clubschakers en dat deed hij grotendeels uit het Groot Analyseboek. Ik meen me te herinneren dat hij een hele lijst had opgesteld en ook aan Timman heeft gegeven.

Jan Timman (foto Jos Sutmuller)

 

Nog altijd gaat mijn voorkeur uit naar de verbalisering van de problematiek in analyses en ik weet bijna zeker dat mijn strategische inzicht mede door deze manier van presenteren aanzienlijk vooruit is gegaan hierdoor. De Amsterdamse IM, Gert-Jan de Boer, zei ooit dat onze generatie (met spelers zoals bijvoorbeeld IM Rudy Douven en IM Erik Hoeksema) – spelers die graag hun stukken mooi neerzetten en op hun pionnenstructuur letten – sterk beïnvloed is door Timman. Vandaar dat De Boer sprak over de Timman School.

 

Tussen de regels valt op dat Timman zich altijd een ware liefhebber is van het spel heeft getoond. Een speler die werkelijk intrinsiek gemotiveerd is en die zelfs na de pijnlijkste nederlaag altijd weer opstond om zich met hernieuwde kracht opnieuw te manifesteren. Hij kon vaak na een afschuwelijke blunder de volgende dag een geniale partij afleveren.

 

Zelf heb ik het genoegen gehad een paar maal de degens te mogen kruisen, waarvan slechts eenmaal in een gewone partij. Dat speciale gevoel heb ik beschreven in het artikel Gespot 36: Paarden met het hoofd naar achter. Een kleine passage uit dit artikel:

 

Als er iemand een liefhebber is, is het Jan Timman wel. Toen ik de eer had om voor het eerst tegen hem in een gewone partij te mogen aantreden (dat was in 1981 tijdens het Nederlands Kampioenschap, waarin ik debuteerde) viel me al meteen op hoe zorgvuldig hij zijn stukken neerzette. Daarbij zag ik ook hoe speciaal hij de paarden had staan. Ze keken allebei met het hoofd half schuin naar het centrum. Als de paarden elkaar door het centrum passeerden werd het hoofd als in een pirouette ook meegedraaid, zodat het paard weer naar het centrum kon kijken vanaf zijn nieuwe veld. In de partij werd ik helemaal onder de voet gelopen en toen de beslissing al was gevallen, voerde hij de volgende paardzet met een bijna satanisch genoegen uit. Ik zal nooit vergeten hoe het hoofd van het paard op e3 langzaam de andere kant op werd gedraaid toen Timman het van veld e3 terugtrok naar het schitterende veld f5. Daar bewaakte het paard de cruciale velden e3 en g3.

 

Grooten, Herman – Timman, Jan H

Hier speelde zwart het sierlijke

25…Pf5+! 26. Kf2

om zo de koning helemaal klem te zetten op f2. Het paard staat fantastisch op dit veld en het is duidelijk dat wit dit niet lang droog houdt.

26…Dh2+ 27. Ke1 Dg1+ 28. Kd2 Pd4 29. Dd1 Df2+

Het is geforceerd mat en daarom gaf wit het op. 29…Df2+ 30. Kc3 Pb5+ 31. Kc4 Dd4#

0-1

 

Hoewel een speler van het kaliber Timman natuurlijk van alle markten thuis is, viel me zijn voorkeur voor paarden op. In zijn openingskeuzes kon hij veelal gebruik maken van zijn voorliefde om met paarden te mogen manoeuvreren in half-open of gesloten stellingen. In het Nimzo-Indisch heeft hij vele prachtige dingen laten zien waarin zijn paarden de hoofdrol spelen. Een enkel voorbeeld:

 

Pinter, J. – Timman, J.

De witspeler heeft een paar zetten geleden a2-a4 gespeeld. De Hongaar heeft zich daarbij niet gerealiseerd dat hij met deze zet een afschuwelijke fout heeft begaan. Timman ruilde vervolgens alle zware stukken af om dit eindspel in te gaan. Zo kan hij zijn strategie laten zegevieren.

29…a5!

Op deze manier fixeert zwart de pion op a4 en daar gaat hij met zijn paard op af. Het zijn overigens de pionnen a4 en c4 die kwetsbaar zijn.

  1. Ke2 Pc8 31. Kd3 Pb6
  1. h4 Pxa4

Er dreigt nu ook nog … Pb2+ gevolgd door … Pxc4.

  1. Lc1

Anders volgt … Pb2+ en Pxc4.

33…Pb6 34. g4 Kf7 35. Ld2 a4 36. Lc1

Zwart moet nog een belangrijke taak vervullen om de winst veilig te stellen: het op slot doen van de koningsvleugel zodat hij zijn handen vrij heeft om met de koning aan de andere kant binnen te dringen.

36…Kf6! 37. La3

Het is nog even de vraag hoe zwart de winst zou hebben binnengehaald na 37. h5 De beste mogelijkheid lijkt mij 37…Pd7 38. Kc2 Kf7 39. g5 Anders zou er simpel … Pf6 en Pxg4 volgen. 39…hxg5 40. Lxg5 Pf6 en zwart wint sowieso een extra pion.

37…g5!

Dat heeft Timman knap gezien. Wit wordt tot een verklaring gedwongen.

  1. h5 Ke7 39. Lc1 Pd7

Het paard wil graag naar f6. Niet alleen om offers op g5 uit de stelling te halen, maar ook om de pionnen op e4 en g4 onder schot te nemen.

  1. Ke2 Pf6 41. Kf3 Kd7

Omdat de witte koning op f3 moet blijven (anders valt een van de pionnen op e4 of g4) loopt de zwarte koning ongehinderd naar de damevleugel waar hij via … b7-b5 binnen kan komen. Pinter gaf zich daarom gewonnen omdat er geen enkele manier is om zich tegen bovengenoemd plan te verdedigen. Een mogelijk gevolg: 41…Kd7 42. Lb2 Kc7 43. Lc1 Kb6 44. Lb2 Ka5 45. La3 b5 46. cxb5 Kxb5 47. Lb2 Kc4  (zie analysediagram)

en het is duidelijk dat wit geen schijn van kans heeft.

0-1

Voor een volledige bespreking van deze modelpartij verwijs ik graag naar mijn rubriek: Juweeltjes 3: Pinter-Timman.

Zijn voorkeur voor het paard komt ook tot uiting in zijn boek ‘De kracht van het paard’. Daarin geeft hij diverse fraaie staaltjes waarin de paardpartij het wint van de speler met de loper.

Voor het weekblad Schaaknieuws, waar ik zelf zo’n 6 jaar eindredacteur van was, bracht ik ooit een partijfragment voor het voetlicht dat mij vervulde met de bijzondere schoonheid van de manoeuvres van een paard. Hoewel bij nader inzien de hele afwikkeling niet vlekkeloos blijkt te zijn, herinner ik me dat ik met stijgende verbazing naar het demonstratiebord stond te kijken. Een wit paard ‘danste’ als het ware door de zwarte stelling heen. Dit paard werkt aan het eind eendrachtig samen met een ander paard dat landt op een veld dat tweemaal gedekt is. De associatie met een elfje dat door een mijnenveld danst kwam toen in mij op en ik schreef daar destijds een lofzang over. Ik kan niet laten die hier opnieuw te presenteren.

 

Timman – Hübner, Wijk aan Zee 1982.

In deze stelling beginnen de witte paarden aan een opmerkelijke zegetocht.

  1. Pb6?!

Op het eerste gezicht een vreemde zet. Het paard gaat naar links, terwijl het rechts op het bord wil eindigen! De zet moet echter een vraagteken krijgen, het uitroepteken is voor de diepe gedachte die er achter zat. Natuurlijk faalt 37. Txg8?? op 37…Dxb2#

37…Txg2?

Een fout. Wanhopig probeert zwart de druk te verlichten. De tekstzet lijkt gedwongen, want de zwarte dame dreigt van de lange diagonaal verjaagd te worden, waarna de toren op g8 gaat hangen. Maar hij blijkt veel beter te hebben. Na de foutieve ruil in de partij wordt veld f8 danig verzwakt en dat blijkt straks de beslissende factor te zijn. Met de tegenwoordige computers kan snel worden gevonden dat zwart hier 37…Dxb2+!! had moeten spelen. 38. Txb2 Txg1+ 39. Ka2  (zie analysediagram)

waarna zwart de witte dame op kunstige wijze kan insluiten met 39…Td1!  40. Dxd1 faalt dan op [ Ook 40. De2 helpt natuurlijk niet vanwege 40…Pc3+ 41. Kb3 Pxe2 en zwart wint.] 40…Pc3+ 41. Kb3 Pxd1 en wit verliest een tweede pion en daarmee ook de partij. 42. Te2 Tc3+ 43. Ka2 Pxe3

  1. Txg2 Tc7

Wat moet hij anders? De toren hing op c4 en Pd7 is een lelijke dreiging.

  1. Pd7!

Het elfje doet een stap in het mijnenveld. Maar zoals een elfje betaamt heeft zij geen last van explosieven.

39…De7

Het hoogtepunt van de partij. Bij zwart lijkt alles op dit moment onder controle hoewel het er natuurlijk heel wankel uitziet. Uiteraard mag 40. Dxe4+?? niet vanwege 40…Dxe4+ met schaak! Wit heeft dus geen tijd voor Pf8 mat! Op 40. Pf8+ kan zwart zich nog krampachtig verdedigen met 40…Dxf8 41. Dxe4+ f5. Maar Timman heeft een prachtige zet in petto die een onmiddellijk einde maakt aan de partij. Ook na het relatief betere 39…Txd7 staat zwart overigens verloren.

  1. Pe6!!

En daar is het tweede elfje. De lichtvoetigheid waarmee beide elfjes door het mijnenveld dansen heeft het afweergeschut ongedaan gemaakt. Deze fraaie slotstelling op het demonstratiebord bleef de halve middag staan, waardoor de schaakliefhebbers in de zaal er ongetwijfeld – net als ik – van genoten zullen hebben… Zwart gaf het op omdat hij na 40. Pe6!! fxe6 [ terwijl ook 40…Txd7 mat gaat na 41. Dxe4+ f5 42. Dxf5#] 41. Dxe4# mat staat.

Het is overigens niet zo vreemd dat er nog een winst voor wit inziet die ook heel fraai is. Namelijk met 40. Pf6+ Lxf6 41. Pd5 De5 42. Pxf6+ Dxf6 43. Dxe4+ en nu moet zwart de dame inleveren om niet mat te gaan. 43…Dg6 maar het is uiteraard afgelopen na [ Na 43…Kh8 44. De8+ Kh7 45. Dg8# is het dan ook echt mat.] 44. Txg6 met winst.

1-0

 

 

 

 

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.