Vacature: murenbouwer gezocht

(Verslag van de wedstrijd Stukkenjagers – Venlo)

Je kunt er al een tijd niet omheen: de plannen van Trump om een muur te bouwen aan de Mexicaanse grens. En wie gaan daarvoor betalen? Inderdaad, de Mexicanen zelf. Het idee klonk al belachelijk en het is te vergelijken met de situatie dat je je tegenstander op een drankje trakteert als je die pot net hebt verloren. Dat doe je toch ook niet zo snel?

Nu Trump echter de touwtjes in handen heeft en niet met zijn eigen handen de muur gaat bouwen, is hij hard op zoek naar talentvolle murenbouwers. Het liefst blank en uit Amerika zelf. Nadat Arjen Lubachs video “America first, the Netherlands second” wereldwijd viral ging, kunnen we er echter niet omheen dat Nederland vanaf nu ook in de schijnwerpers staat bij Trump. Zodoende kwamen er twintig sollicitanten voor de vacature muurbouwer afgelopen zaterdag naar Tilburg. Via dit verslag zal ik een advies uitbrengen aan de zittende president van Amerika. Kijk, dat is nou de enige vergelijking die schakers en een president met elkaar hebben: ze voeren allebei zittend hun ambt uit.

Tijdens de wedstrijd Stukkenjagers – Venlo werd al snel duidelijk dat er voor de Stukkenjagers veel werk aan de winkel was. De Venlonaren probeerden namelijk de lage gemiddelde leeftijd van de Stukkenjagers te evenaren, waar ze nog best wel dichtbij kwamen. Dat Venlo niet te onderschatten was bleek maar weer die dag.

Aan bord 1 speelden twee wereldleiders tegen elkaar: Orlov tegen Grooten. Na een rustige opening offerde Herman opeens een stuk tegen twee pionnen. De compensatie zag er goed uit en de zwarte centrumpionnen hadden een stevige constructie. Ook al was Herman goed op weg om een degelijke, mobiele pionnenmuur te creëren, Orlov was daar niet van onder de indruk en zag het cement tussen de pionnenmassa al snel broos worden: een paar zetten later kwam de Rus met een tegenoffer. Hij sloopte het zwarte centrum en kreeg vele lijnen en actieve stukken ervoor terug. De stelling voor zwart leek lastig om te verdedigen, zie de analyse van Herman zelf:

Op het 2e bord ontstond een lang gevecht tussen Mark Haast en Henk van Gool. Gewoonlijk zette Mark met wit zijn favoriete Engelse stelling neer. Eerlijk gezegd heeft die stelling wel wat meer weg van een oude kerk waar Botwinnik zich in zijn nopjes zou voelen, dan een hoge muur waar zwart voor zou moeten vrezen. De zwartspeler speelde solide en na een tijd begon Van Gool een dikke zwarte muur op te zetten. Toch won Mark in het middenspel een pion, waarna er een stelling ontstond met twee torens en een witveldige loper voor ieder. De zwarte muur was stevig opgezet en leek eerst niet te kraken. Maar zoals het vaker gaat bij lopers van gelijke kleur, kon Mark zonder al te veel geweld een ingang in de muur vinden en uiteindelijk het punt binnenslepen.

Hiernaast mocht Bianca de Jong Muhren het opnemen tegen oud-Stukkenjager Maarten Strijbos. Dat Strijbos een keer met wit speelde was een complete verassing, en probeerde hierbij zijn nieuwe kwaliteiten te laten zien. Dit pakte voor hem goed uit, aangezien er een soort Rossolimo-achtige stelling ontstond. De muur van Bianca was dus wel te kraken en zo kon Venlo er een punt bijschrijven.

Strijbos, Maarten – de Jong Muhren, Bianca

Na zwarts laatste zet (… Pd7) volgde Tce1 en bleek de dame gevangen, waardoor zwart een stuk moest geven.

 

Stefan Beukema speelde een prima partij aan bord 4 tegen Rudi van Gool. De broer van Henk was minder goed in het opzetten van een zwarte muur, zo bleek. In een Winawer hield wit het actieve spel, maar Stefan zat wel opgescheept met geïsoleerde c-pionnen. En zonder cement is het lastig om iets met deze bouwsteentjes te doen. Het was te vergelijken met los zand, dat handig door Stefan werd gebruikt als zandkasteel voor zijn blote koning. In de complexe verwikkelingen daarna won Stefan een kwaliteit, maar daarvoor kreeg zwart wel alle koningsvleugelpionnen en een sterke witveldige loper die op de h1-a8 diagonaal alles in de gaten hield. Door een blunder van zwart was Stefan er echter als de kippen bij en profiteerde hij van zwarts achilleshiel, de pion op f7. Zwart gaf daarom meteen op.

Op bord 5 kon Lars Vereggen helaas geen ijzer breken. Zijn tegenstander zette hem helemaal vast en het was al snel duidelijk dat zwart niet echt veel kon doen. In zo’n stelling speel je met zwart tegen jezelf, omdat je geen enkele vorm van tegenspel hebt: een soort mentale muur. Wit zette rustig de duimschroeven verder aan en Lars kon niet anders doen dan zijn werk stilleggen.

Tijmen Kampman kwam aan bord 6 goed uit de startblokken en kreeg prima spel in een omgekeerde Siciliaanse Draak. Echter, nadat hij zijn initiële plan niet uitvoerde, kreeg zwart actief spel. Er resulteerde een toreneindspel, waarin wit twee verbonden vrijpionnen had. Dat zag er in eerste instantie zeer goed uit voor wit, maar schijn bedroog op dat moment: De zwarte koning kon de twee pionnen makkelijk blokkeren en aan de andere kant kwam er een onhoudbare lawine aan die Tijmen niet kon stoppen.

 

Kampman-Nent

 

Uit climax-overwegingen sla ik nu een bord over en ga ik naar mijn eigen bord 8, waar ik mocht aantreden tegen Carsten Fehmer. Na de opening vernam ik een openingsfout van mijn tegenstander en won daardoor een gezonde pion. Echter, mijn tegenstander speelde daarna best goed, wat resulteerde in een eindspel toren met loper tegen toren met paard. Dit eindspel was nog steeds beter voor wit, maar de remisekansen leken hierbij ook groter. Uiteindelijk gaf mijn tegenstander het punt weg door in de volgende stelling een onreglementaire zet te spelen:

 

Bijlsma-Fehmer na 39.Txa7+

In bovenstaande stelling speelde mijn tegenstander 39…Td6+, wat natuurlijk niet mag. Ik zette de klok stil en zwart stak meteen zijn hand naar mij uit. Ik was echter nog verbaasd over de onreglementaire zet en ik dacht dat zwart opgaf omdat hij alleen maar een onreglementaire zet had gespeeld. De wedstrijdleider kwam erbij en stelde de klok opnieuw in. Opnieuw stak mijn tegenstander zijn hand uit, en ik had nog steeds niet door dat je bij een onreglementaire zet het stuk waarmee je gezet hebt, ook aangeraakt hebt en dus met dat stuk moet spelen, wanneer de stelling weer is teruggezet. Hierdoor verliest zwart meteen zijn toren, aangezien hij zijn toren ertussen moet plaatsen. Ineens snapte ik het en nam ik voor de 3e keer toch maar de hand aan, een punt binnenslepend voor de Stukkenjagers.

Aan bord 9 speelde Mart met zwart tegen Thomas Neuer. Door een onnauwkeurigheid van wit in de opening kreeg zwart prima spel. De stelling bleef echter gesloten en de partij werd nooit echt spannend. De zwarte dame ging nog op pionnenroof, maar wit had genoeg tegenspel om zelf ook binnen te komen op de 7e rij. Het gelijke eindspel dat zou kunnen ontstaan werd vermeden en werd er terecht het punt verdeeld.

Op het laatste bord mocht Henk-Jan optreden tegen jeugdtalent Siem van Dael. Toch een beetje een spannend bord, aangezien jeugdspelers op die leeftijd uiterst gevaarlijk kunnen zijn. Als jeugdspeler heb ik dat ook meegemaakt: de underdog zijn in KNSB-partijen en dan de oudere tegenstander flink in de pan hakken. Dit keer was Henk-Jan misschien wel de underdog, gezien de hogere rating van Siem. Henk-Jan nam meteen het initiatief en stond eigenlijk na twaalf zetten gewonnen. De winstvariant was niet zo makkelijk te vinden, en zwart wist zich er handig uit te wurmen. Uiteindelijk ontstond er een toreneindspel die voor beide kleuren niet te winnen was.

 

HJ Beukema – Van Dael

 

De laatste partij spelende was die van Anne tegen Thijmen Smith, die recentelijk terugkwam uit Zuid-Korea. Anne had na een tamme witte opening ruimtevoordeel gekregen en zette dat om in een kansrijke stelling. Misschien had er wat meer ingezeten voor zwart, maar er ontstond een eindspel van toren tegen twee stukken, waarin wit goed moest verdedigen om niet te verliezen. Echter, de witte vrijpion werd erg gevaarlijk en Anne liet deze opzettelijk promoveren. Zo ontstond er een interessante materiaalverhouding: een witte dame tegen het zwarte leger van loper, paard en twee pionnen. Materiaal gezien beter voor wit, maar in dit eindspel was het zwart die op winst speelde. Helaas is de dame toch een sterk stuk en verloor Anne eens stuk door een dubbele aanval. Het uithoudingsvermogen van wit werd hierbij beloond en kon Venlo het winnende punt erbij schrijven. Eindstand 4-6.

Na onze nederlaag zou ik president Trump van harte aanraden om alle Venlonaren in te huren als murenbouwers. Dan komen we ze in ieder geval het volgende KNSB-seizoen niet meer tegen in de 1e klasse. Misschien kunnen we dan volgend seizoen wel een keer kampioen worden. Succes verzekerd. It’s true.

 

 

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.