Herinneringen aan Joop van Oosterom
Nadat ik had vernomen dat Joop van Oosterom was overleden, gingen mijn gedachten onmiddellijk uit naar de tijd dat ik hem even persoonlijk heb mogen meemaken. Als speler van het succesvolle team van de Eindhovense Schaakvereniging werd ik op een gegeven moment benaderd om voor HSG te gaan spelen. Dat hoefde ik niet onbezoldigd te doen, daar werd voor gezorgd. Part of the deal was dat ik ook in de interne competitie zou meedraaien. Ook daar kreeg ik een vergoeding voor. Moest ik wel op donderdagen van Eindhoven naar Hilversum. Vanwege de files die toen veelvuldiger op de A2 stonden, ging ik vrij vroeg van huis en ik kwam ook regelmatig laat thuis. Het werd soms heel laat als er dichte mist was en ik stapvoets moest rijden. Maar de partijen die ik daar tegen sterke spelers mochten spelen, hebben mij mede gevormd als schaker.
HSG zat in die jaren in de eerste klasse van de KNSB en men vond het van belang om het eerste team naar de hoofdklasse te brengen. Dat was in het seizoen 1986-87. Toen speelde ik met HSG in de eerste klasse en met de score van 5 uit 9 heb ik een klein steentje bijgedragen aan de latere promotie. Joop van Oosterom maakte deel uit van dat team. Navraag bij mijn collega Johan Hut leverde op dat Van Oosterom dat seizoen slechts één partij heeft meegespeeld. Dat heeft kennelijk wel indruk gemaakt want ik herinner me dat hij graag en op een geanimeerde wijze meedeed met de analyses na afloop van de partijen. Het team was behoorlijk sterk, in elk geval te sterk voor de eerste klasse. Het kon eigenlijk niet anders dan dat dit team kampioen ging worden en dat werd het ook. Omdat de donderdagen mij toch een beetje opbraken, heb ik na een jaar alweer afscheid genomen, maar dat deed ik met pijn in het hart, een ervaring rijker geworden.
In de periode daarna ging ik weer naar de Eindhovense Schaakvereniging en een tijdje daarna kreeg ik een aanbod van De Variant in Breda waar ik zo’n zeven jaar lid van geweest.
Ondertussen was ik als hoofd- en eindredacteur van het mede door mij opgerichte weekblad Schaaknieuws bijna fulltime hiermee bezig. Het aantal abonnees schommelde toen al geruime tijd rond de 1800 en dat was net genoeg om het break even point te halen. Afhankelijk van de nodige vrijwilligers en enthousiaste schaakstudenten, slaagden we er elke week in een nummer uit te brengen. Maar was voortdurend op de tenen lopen en een paar keer luidde ik in het redactionele voorwoord de noodklok.
Het was daarom een zeer aangename verrassing om plotseling een telefoontje uit Monaco te ontvangen. Het was Joop van Oosterom zelf die mij even wilde spreken. Hij was abonnee van Schaaknieuws en hij vond het leuk om elke week een blad in de bus te ontvangen met daarin de verslaggeving van het schaken in Nederland (en over Nederlanders in het buitenland) van de week ervoor. Hij had ook het ‘luiden van de noodklok’ meegekregen en hij vroeg recht voor zijn raap wat ik dacht dat er nodig was om het blad uit de (financiële) gevarenzone te halen. Ik heb toen even wat bedenktijd gevraagd maar eigenlijk was er binnen de redactie al een idee gevormd, dat echter met onze bescheiden middelen niet te betalen was. Nu Van Oosterom ons iets aanbood, konden we de stoute schoenen aantrekken. Niet al te lang daarna belde ik terug naar Monaco en legde hem het idee voor. Om het blad bij een groter publiek onder de aandacht te brengen, leek het ons zinvol om een bijzonder (en dubbeldik) nummer samen te stellen dat we heel graag aan alle leden van de KNSB zouden willen aanbieden. Het ging destijds om zo’n 25.000 leden. De schaakbond was genegen om mee te werken aan deze actie en zou ons 25.000 geadresseerde stickers aanleveren. De kosten van het samenstellen van deze special, het drukken en de portkosten hiervan leverde een aanzienlijk bedrag op. Daar draaide Van Oosterom zijn hand niet voor om.
Sterker nog, hij zei meteen iets in de trant van: “maar als iemand dat mooie nummer op zijn deurmat vindt, wat is dan zijn drijfveer om abonnee van Schaaknieuws te worden? Daar moet een cadeautje bij als iemand daadwerkelijk voor een jaar intekent”. Dat was de spijker op zijn kop, maar wat moest dat cadeautje dan wel worden? Daar had Joop ook meteen een antwoord op. Hij zei: we hebben hier dat prachtige (rapid/blindschaak) toernooi dat genoemd is naar mijn dochter Melody Amber. Jullie sturen een delegatie hier naartoe en stellen een mooi toernooiboek samen. Dat boek moet in kleurendruk en hardcover uitgebracht worden. Als iemand zich abonneert op Schaaknieuws, ontvangt hij dat boek gratis erbij!
Ik weet nog dat ik helemaal stil viel aan de telefoon. “Ben je er nog?” vroeg hij. Ik stamelde dat ik stil viel vanwege de omvang een dergelijk genereus aanbod. Ik wist niet hoe ik hem kon bedanken hiervoor. Hij antwoordde dat we er gewoon voor moesten zorgen dat zowel het toernooiboek als het speciale nummer er picobello uit moest gaan zien. We hebben toen zo snel als we konden een planning opgesteld waarbij alles tot in de puntjes geregeld zou worden. Het boek kwam er, het speciale nummer ook. En de actie werd een daverend succes. Meer dan 800 mensen werden in één klap abonnee van Schaaknieuws. Daardoor werd de belangrijkste crisis van het blad in een ommezien afgewend. Het legde het blad geen windeieren. Want een tijdje daarna was er ook een andere miljonair, Bessel Kok, die ons een steuntje in de rug wilde geven.
Hem kende ik van de schaakvereniging Anderlecht uit Brussel waar ik al tijden lid van was. Kok sponsorde de club al een tijdje. Ik werd door hem ‘ontboden’ in het Sheraton hotel in Antwerpen waar hij mij ook een genereus aanbod deed. Of we belangstelling hadden om alle grootmeesters die lid waren van de GMA (de Grandmaster Association) die hij samen met Timman had opgericht ook het blad wilden toesturen. Hij zou alle abonnementen betalen, zeker voor een paar jaar. Ik wist niet wat ik hoorde en stond opnieuw met mijn mond vol tanden. Het enige wat ik kon uitbrengen was, behalve mijn dankwoord, of het geen bezwaar was dat de meesten geen Nederlands konden…
Hij bulderde van het lachen. Die grootmeesters zijn alleen geïnteresseerd in zetjes en daar staat jullie blad vol van. Ik wist niet hoe snel ik moest wegkomen met deze ‘deal’ in mijn achterzak.
Het toernooiboek van Monaco werd de volgende loot aan de stam van de inmiddels al een tijdlang opererende stichting, die in het leven was geroepen om als uitgeverij te gaan fungeren. Eerder al had Schaaknieuws de opdracht, om van de fameuze Interpolistoernooien een toernooiboek samen te stellen, glorieus volbracht. Maar dat Joop van Oosterom ons met zijn genereuze giften het blad over dat ‘dooie punt’ had weten heen te helpen, is een herinnering die ik altijd zal blijven koesteren. Vandaar dat het ook voor mij een enorme schok was dat hij plotseling was overleden.
Ik heb er nooit wat van meegekregen dat Schaaknieuws in zwaar weer zat. Wat je niet weet, kun je ook niks mee doen natuurlijk.
Wat ik me afvraag is hoe in die pre-internet tijd de marketing inelkaar stak. Kan me ook niks herinneren op de club dat er gesprekken over gingen. Dus hoe trachtte Schaaknieuws nieuwe abonnees te werven?