Plan voor scheiden regionale- en KNSB-competitie
Leden krijgen meer mogelijkheden
De 
bondsraad van 17 juni 2017 zal een besluit nemen over uitbreiding van de KNSB-competitie en het al dan niet scheiden van de regionale- en de KNSB-competitie. Het belangrijkste idee achter dit plan is dat verenigingsleden meer mogelijkheden krijgen om competitie te spelen.
In de huidige situatie is het zo dat teams vanuit de promotieklasse van een regionale bondscompetitie kunnen promoveren naar de 3e klasse KNSB. In diverse regionale bonden wordt de promotieklasse echter niet op zaterdag gespeeld zodat spelers na een eventuele promotie geconfronteerd worden met een andere speeldag. Ook is het nu zo dat spelers die in een lagere regionale klasse spelen veelal alleen op doordeweekse avonden competitie kunnen spelen terwijl ze wellicht liever op zaterdag zouden spelen.
Het voorstel is nu om promotie/degradatie tussen de regionale competities en de KNSB-competitie op te heffen. Zowel de regionale competitie als de KNSB-competitie wordt een op zichzelf staande competitie. Tegelijkertijd wordt de KNSB-competitie uitgebreid (al naar gelang de belangstelling) met een 4e en 5e klasse (etc.).
Verenigingen hebben de vrije keuze om teams in te schrijven voor de regionale competitie als ook voor de KNSB-competitie. Verenigingsleden krijgen zo ook de keuze om zich voor een zaterdag competitie (KNSB) en/of een doordeweekse competitie (regionaal) in te schrijven – sommige (klassen van) regionale competities worden nu al op weekenddagen gespeeld. Maar ze kunnen zich natuurlijk ook voor diverse teams en competities opgeven. Spelers die nu 3e klasse KNSB of hoger spelen zouden zich dus ook in kunnen gaan schrijven voor de regionale competitie.
De leden krijgen in dit plan meer mogelijkheden om te kiezen hoe, op welke speeldagen, en hoe vaak zij competitie willen spelen. De KNSB zal de competitie uitbreiden met zoveel mogelijk klassen als er belangstelling voor is. Daarbij wordt de indeling bepaald op niveau en zal die gericht zijn op het zoveel mogelijk beperken van de reisafstand. De regionale bonden kunnen hun huidige competitie handhaven of indien zij daarvoor kiezen experimenteren met andere competitievormen (de SBO heeft bijvoorbeeld al een goedlopende viertallen competitie). Voor regionale bonden is het niet langer nodig om beperkingen te stellen aan speelgerechtigheid vanwege deelname in een andere competitie.
Het plan is tot stand gekomen vanuit een vraag van regionale competitieleiders. De werkgroep van competitieleiders heeft daarop diverse keren gerapporteerd aan de bondsraad en de feedback van de bondsraad in het plan verwerkt. Een ledenpeiling via internet gaf in 2016 aan dat van de respondenten een ruime meerderheid voor uitbreiding van de competitiemogelijkheden was. Het besluit is nu aan de gedelegeerden in de bondsraad van 17 juni.
Hoe werkt nou precies de besluitvorming? Wie zijn de gedelegeerden? Hoeveel zijn er? Wat is hun taak eigenlijk precies? Is er uberhaupt ergens een uiteenzetting hoe de (democratische?) beslissingstructuur binnen onze schaakwereld werkt? In mijn geval betaal ik contributie, maar ik heb geen idee wat er met mijn geld gebeurt wat doorvloeit naar de onderbond en KNSB. Ook heb ik geen idee hoe ik als lid invloed kan uitoefenen op mogelijke beslissingen. Wie helpt mij verder.
Jaap, hier vind je wat meer informatie over hoe de bondsraad werkt: www.schaakbond.nl/knsb/organisatie/bondsraad-1
Wat ik ervan begrijp (niet veel), is in het kort: als gewoon lid van een vereniging heb je stemrecht in die vereniging en kies je daarmee ook voor een verenigingsbestuur. Dat bestuur vaardigt een bestuurslid af naar de vergaderingen van de regionale bond, waarin de vereniging ook stemrecht heeft. Binnen de regionale bond wordt een afgevaardige aangewezen om zitting te nemen in de bondsraad. In die bondsraad worden in overleg met het bestuur van de KNSB besluiten genomen.
Met betrekking tot het voorstel om de regionale- en KNSB-competities te scheiden, vraag ik me af of dit niet langzamerhand het einde zal betekenen van de regionale bonden. Tot enkele jaren geleden was het mogelijk via het kampioenschap van een regionale bond, via de halve finale NK, door te dringen tot de finale van het Nederlands Kampioenschap. Deze mogelijkheid bestaat nu niet meer, waarmee m.i. een belangrijke verbinding tussen de regionale bonden en de KNSB is weggevallen. Als nu ook het promotierecht vanuit de regionale bondscompetitie naar de KNSB-competitie komt te vervallen, overeenkomstig het voorstel, verdwijnt er daarmee opnieuw een belangrijke verbinding.
Wat blijft er dan nog over? Voor zover ik het kan overzien, is straks de enige formele functie die de regionale bond nog over heeft t.o.v. de landelijke bond het innen en doorsluizen van de contributies. Maar die functie kan wellicht, zou je denken, toch ook op een directere en efficientere wijze worden uitgevoerd.
Als de KNSB alle competities zou organiseren, ook die competities die we nu regionale competities noemen, zou dit m.i. tot een kostenbesparing moeten leiden, zonder dat er minder geschaakt kan worden door de verenigingsleden. Nu worden immers door elke regionale bond dezelfde soort taken uitgevoerd, denk aan websites, competitiesystemen, administraties. De regionale bonden zijn ontstaan in de tijd dat dit soort zaken allemaal met pen en papier werden uitgevoerd. Nu we leven in het tijdperk van internet en computers zouden die taken eenvoudig centraal kunnen worden uitgevoerd door de KNSB, waarmee tegelijkertijd de behoefte aan regionale bonden komt te vervallen.
En kan iemand mij uitleggen waarom we niet op zondag spelen net als voetbal en andere sporten?
Limburg speelt van oudsher op zondag. Voor de Limburgse competitie zal dit de doodsteek zijn.
België speelt ook op zondag. In Duitsland komen zowel zaterdag als zondag voor, met ook nog verschillende aanvangstijden, van 11:00 tot 16:00 uur.
Laten we eens kijken wat dit voorstel betekent voor een kleine club als sc. Middelstum dat 16 leden telt en met 2 teams in de Nosbo speelt.
Hiervan komt er een uit in de promotieklasse en een in de tweede klasse, en dit met de aantekening dat Middelstum hoogstwaarschijnlijk geen team bij mekaar weet te sprokkelen dat op zaterdag kan spelen.
Zie hier de gevolgen:
Het promotierecht vervalt in de promotieklasse, terwijl het promotierecht nét als de kans op degradatie een element is dat onlosmakelijk verbonden is met een gezonde competitie. Als die ‘inzet’ er niet is, vervalt veel van de spanning én charme in teamwedstrijden.
Dat gemis poets je niet weg door te stellen dat het toch draait om een leuk potje te schaken..
Daarnaast wordt deze competitie geweld aangedaan wanneer KNSB-spelers zich hiervoor kunnen inschrijven waardoor een sportieve krachtmeting vrijwel ophoudt te bestaan.
In de praktijk zullen teams waarvan de club ook vertegenwoordigd is in de KNSB (in de regel de grotere clubs dus) worden bevoordeeld, waarmee de kleinere clubs -tot wellicht ontmoediging toe- verder gemarginaliseerd worden.
Bonden die b.v. vechtsporten vertegenwoordigen, hebben ooit besloten om gewichtsklassen in te voeren waarmee dit soort wanverhoudingen worden voorkomen.
En dat is natuurlijk ook een kerntaak van een sportbond. Een kerntaak bovendien die óók in een pilotfase van 2 jaar in acht genomen dient te worden!
Diezelfde competitie loopt ook nog eens ernstig het risico om uitgekleed te worden wanneer ‘natuurlijke’ tegenstanders -zowel qua speelsterkte als regio- besluiten om op zaterdagen te gaan spelen.
Eén en ander zal ongetwijfeld spelers doen afhaken, en mogelijk zélfs hele clubs die onredelijk hard getroffen worden wanneer dit voorstel werkelijkheid wordt.
En hoe ondenkbaar is het eigenlijk wel wanneer zo`n club in de regio op zoek gaat naar clubs die dezelfde frustratie ervaren en besluiten de KNSB te laten voor wat ze is om zelf een externe doordeweekse competitie op poten te zetten?
De voorstanders van dit rigoureuze voorstel leunen vooral op de resultaten van een mooi-weer-enquete, waarvan je je ook nog mag afvragen hoe representatief die is geweest.
De aanname dat KNSB-spelers relatief oververtegenwoordigd zijn geweest (en er ja tegen hebben gezegd), lijkt mij niet bijzonder gewaagd, want voor hen geldt dat zij het credo van dit voorstel “meer mogelijkheden om te schaken” onverkort kunnen onderschrijven zonder het gelag te betalen, zoals dat in het voorbeeld hierboven voor een club als sc. Middelstum nadrukkelijk wél het geval is.
En een mens is nu eenmaal geneigd om minder lang na te denken over voorstellen die hem direct aanspreken dan over die welke hij twijfelachtig acht..
In de tussentijdse rapporten die de werkgroep heeft gepubliceerd, wordt voor zover ik heb waargenomen volkomen voorbijgegaan aan de nadelen die uitvoering van het voorstel opleveren in vergelijk met de huidige gang van zaken in de promotieklassen.
Het doet mij bij mekaar toch denken aan een iemand die zich doodstaart op zijn voorgenomen doel, en zich weigert te bekommeren om de prijs..
Fred, ik snap niet dat een club die “hoogstwaarschijnlijk geen team bij mekaar weet te sprokkelen dat op zaterdag kan spelen” toch zoveel belang hecht aan het kunnen promoveren naar een competitie die op zaterdag gespeeld wordt. Dat klinkt tegenstrijdig.
Ik speel KNSB bij een team uit de NBSB, waar al sinds mensenheugenis alle klassen op zaterdag spelen. De NBSB heeft daarnaast ook een avondcompetitie, te spelen op clubavonden, waar je desgewenst ook voor een andere club mag uitkomen dan op zaterdag. Voor mij persoonlijk heeft een eventuele verandering dus geen invloed.
Ik een simpele vraag: welk probleem wordt met dit plan opgelost? Als je team de promotieklasse wint, maar niet op zaterdag wil spelen, ben je toch niet verplicht om in de KNSB te gaan spelen? En onderbonden kunnen toch zelf beslissen of ze, net als de NBSB, op zaterdag hun competitie gaan spelen?
De Machiavelli in me ziet dit plan als een opmaat om de onderbonden irrelevant te maken.
Een probleem dat opgelost wordt is dat clubs die vlak bij elkaar in de buurt bestaan maar toevallig net in een andere onderbond, nu nooit tegen elkaar ingedeeld kunnen worden.
Het gaat er natuurlijk ondubbelzinnig om dat het promotierecht vervalt in de promotieklasse. (What`s in a name…)
Zoals het er nu voor staat hebben we echt geen uitzicht om dat recht te verwerven en zijn we al blij dat we ons vege lijf hebben weten te redden in ons debuutseizoen.
Middelstum is een van de weinige clubs die door de jaren heen het hoofd heeft weten te bieden aan ledenverlies. Dat stemt optimistisch.
Stel nu eens dat zich een paar 1800 -1900 spelers zouden melden, in dat geval kunnen we vast al serieus meedingen om dat kampioenschap.
En ik stel me daar echt geen achtste wereldwonder bij voor hè? Een kampioenschap zou ook nog eens voor extra ledenaanwas kunnen zorgen..
En natuurlijk wordt bij een groeiende club de kans groter dat je wél in staat bent om een team op te stellen dat op zaterdagen wil spelen.
In elk geval is dat een perspectief wat ik me niet graag op voorhand ontnomen zie worden.
En dit natuurlijk nog even los van mijn opmerkingen mbt een gezonde competitie en promotierecht.
Ik houd van schaakromantiek en vind het altijd erg spannend en leuk als je iets hebt om voor te strijden. dat naast het gezellige er ook een competitieverband ligt waar je in kunt uitblinken. Het “verdienen” van een plaats in de KNSB competitie , de heilige graal , als je eerste wordt in de promotie klasse vind ik ontzettend mooi. Ook als je het niet haalt, en net op bord punten 2de of derde wordt, heerlijke drama. Hoe anders is dat als je van klasse 5 KNSB naar klasse 4 KNSB gaat en alles in één groep zit
Ik speel bij de NBSB en kan mij ook erg vinden in het commentaar van Ludo Tolhuizen.
uit de inventarisatie is gebleken dat de focus op de KNSB gelegd wordt, terwijl dat juist bij de onder bonden hoort waarom externe competitie spelen op je clubavond? en niet één van de twee dagen in het weekend, ( 7 x per jaar) dan kun je altijd nog bepalen als je dat niet wilt om avondcompetitie te spelen. en heb je ook meer diversiteit in je competitie, en ook ruimte op je eigen clubavonden. Om niet alleen interne competitie wedstrijden te houden, maar ook beker/rapid/toernooi avonden , en niet te vergeten een aantal lesavonden op verschillende niveaus, wat ook meer leden kan trekken.
in dit geval zijn er dus alleen maar positieve kanten, een win-win situatie.
gr
bazman
Voor de meeste clubschakers zal gelden dat een thuiswedstrijd van een team een meerwaarde op een clubavond heeft!
Zo heb ik dat tenminste altijd opgevat, maar harde cijfers heb ik er niet van.
En het doet de verbondenheid tussen teams van dezelfde club alvast geen kwaad wanneer ze getuige zijn van elkaars optreden dunkt me.
Het zal verder ook niet iedere club gegeven zijn om hun speellokaal 3 a 4 keer per jaar op een geprikte zaterdag, zelfs maar te kúnnen huren…
Een goede en logische beslissing van de KNSB (als het allemaal doorgaat tenminste). Hier in Brabant zal er niet veel veranderen, maar ik ben heel benieuwd met hoeveel teams de andere onderbonden in gaan schrijven.
Enige “probleem” blijft de zondag. Je zou theoretisch nog een derde competitie in kunnen voeren, maar dat zal niet werken. Je zou Limburg de mogelijkheid kunnen geven om hun wedstrijden op zondag te blijven houden.
Overigens denk ik dat binnen 5 jaar de onderbonden niet meer bestaan. Zo is het b.v. in het basketball ook gegaan. Maar dat hoeft niet erg te zijn.
Ik zie geen toegevoegde waarde. Je kunt al kiezen tussen spelen op een doordeweekse avond of op zaterdag met daarbij als keuze op zaterdag tussen regionaal (bijv. NBSB) of KNSB. Er zijn in diverse regio’s ook al viertallencompetities, dus iedereen kan net zoveel spelen als hij wil.
Ik verwacht dan ook niet dat er in totaliteit méér mensen competitie gaan spelen. Als er mensen kiezen om op zaterdag te gaan spelen ipv door de weeks verwacht ik dat dit ten koste zal gaan van de eigen clubavond of deelname aan een doordeweekse competitie. Kannibalisme dus.
Het regionale schaken wordt dus opgeofferd en dat is jammer, vooral omdat deze vaak al goed georganiseerd is (in elk geval in de HSB). Het antwoord op de vraag of een toename op de zaterdag blijvend zal zijn is waarschijnlijk nee. Net zoals bij fusies is er een tijdelijke groei, gevolgd door een afname om diverse redenen.
Zie standpunt regionale bond:
Algemene Vergadering SGS (3 mei 2017)
Beste dames en heren bestuursleden van de bij de SGS aangesloten schaakverenigingen,
Zoals bekend hebben wij gisteren in Amersfoort tijdens onze voorjaars Algemene Vergadering gesproken over het standpunt van de SGS inzake het in de Bondsraad van 17 juni aanstaande voorliggende voorstel tot scheiding van de competities.
Allereerst moet het mij van het hart dat ik ietwat teleurgesteld ben door de opkomst gisteravond. Van de 106 te verdelen stemmen waren slechts 54 aanwezig. Dat is net de helft. Meer dan de helft van de verenigingen kwam niet opdagen, waarbij ook een aantal niet de moeite had genomen zich af te melden.
Omdat het een agendapunt betreft dat de kern van onze activiteiten, namelijk de externe competitie, raakt, wil ik langs deze weg toch graag nogmaals de conclusies en beleidsbeslissingen/beleidsvoornemens van de SGS op een rijtje zetten. Dit doe ik zowel in deze mail als met een integrale weergave op onze SGS website.
In het voortraject is aan alle verenigingen nogmaals uitgelegd hoe het door de werkgroep geformuleerde voorstel tot stand is gekomen. Bij de bij de uitnodiging gevoegde bescheiden was onder andere een tijdspad opgenomen.
Ook was hierin de beantwoording van vragen die door diverse regionale bonden in een eerder stadium waren gesteld opgenomen. Tot slot bevatte de meegezonden bescheiden een puntsgewijze aanduiding van het voorliggende besluit.
Tijdens onze bijeenkomst van gisteravond werd al snel duidelijk dat deze verschillende documenten, verspreid en gebundeld door het Bondsbureau en integraal aan de SGS verenigingen doorgezonden, niet één duidelijk voorstel presenteerden. De verschillende voorwaarden stonden soms her en der. Hierdoor ontstond een levendige discussie.
Uiteindelijk werd duidelijk dat er op 17 juni aanstaande gestemd gaat worden over een proefperiode van twee jaar (in te gaan in het seizoen 2018-2019), waarbij teams zich kunnen aanmelden voor de zaterdagcompetitie en worden ingedeeld op basis van gemiddelde rating/sterkte en reisafstand. Om überhaupt te starten, dienen zich minimaal 80 teams aan te melden.
Door bijna alle SGS verenigingen werd aangegeven dat men sceptisch staat tegenover het harde “ja” of “nee”, zonder dat er criteria gesteld lijken te zijn voor het welslagen van de proefperiode. Zo zien een aantal verenigingen eigenlijk nog steeds graag (zoals ook al besproken in de twee SGS bijeenkomsten in het voorjaar van 2016) dat er een vorm van promotie en degradatie blijft bestaan tijdens de proefperiode. Dit is echter geen haalbare kaart gebleken, zo moest ik ook gisteravond weer herhalen.
Veel verenigingen gaven daarnaast aan blij te zijn met het visiestuk, zoals door het SGS bestuur opgesteld. Hierin gaan wij in op de uitgangspunten van de SGS competitie vanaf 2018-2019. Zo zullen de eindstanden van 2017-2018 als basis dienen, mocht de proefperiode op een mislukking uitdraaien. Ook moet er gekeken worden naar ratinggrenzen en invallersproblematiek.
Henk van Lingen zal hierin het voortouw nemen, uiteraard in overleg met de SGS verenigingen.
Nadat iedereen in de gelegenheid was gesteld om zijn/haar visie, twijfels, opmerkingen en vragen te uiten, werd (na een koffiebreak) gestemd over het standpunt van de SGS ten aanzien van dit voorstel.
De uitkomst hiervan was dat de helft van de aanwezige verenigingen (27 stemmen) voor het voorstel stemde. Twee verenigingen stemden tegen en ongeveer 40% onthield zich van stemming (blanco).
De onthoudende verenigingen hebben in een stemverklaring (en ook na afloop tijdens de naborrel) aangegeven waarom zij dit hebben gedaan. Zij hechten eraan een signaal af te geven aan het SGS bestuur en daarmee aan de Bondsraad. Ik heb aangegeven dit signaal zeker op te pakken. In de Bondsraad zal ik dan ook kritisch (blijven) kijken naar de implementatie van de scheiding der competities. Vragen over criteria (wanneer is de proefperiode wel of niet geslaagd?) zal ik blijven stellen. In de Bondsraad wordt een nieuwe werkgroep ingesteld die voor de invoering en monitoring moet zorgen. Ook bij de leden (waarin onder andere Colijn Wakkee zal plaatsnemen) zal ik aandringen op het zo snel mogelijk formuleren van criteria.
Met deze toezeggingen werd de avond uiteindelijk in goede harmonie afgesloten.
Met vriendelijke groet,
Jeroen Schuil
(voorzitter SGS)
www.sgs-schaakbond.nl/?p=3396
Is ergens de volledige tekst van het voorstel te vinden? Het bovenstaande lijkt meer op een beschrijving van het voorstel, maar niet het voorstel zelf. Ik lees bijvoorbeeld de volgende tekst, die vragen oproept:
Het voorstel is nu om promotie/degradatie tussen de regionale competities en de KNSB-competitie op te heffen. Zowel de regionale competitie als de KNSB-competitie wordt een op zichzelf staande competitie. Tegelijkertijd wordt de KNSB-competitie uitgebreid (al naar gelang de belangstelling) met een 4e en 5e klasse (etc.).
Dit bestaat uit twee onderdelen:
1. Opheffen promotie/degradatie tussen regionale competities en de KNSB-competitie.
2. Uitbreiding KNSB-competitie met een 4e klasse en mogelijk een 5e klasse.
Mijn vraag is of deze onderdelen ook apart kunnen worden aangenomen dan wel verworpen. Dit geeft dan de volgende mogelijkheden:
A. Opheffen promotie/degradatie, maar geen uitbreiding met een 4e klasse.
B. Opheffen promotie/degradatie, en ook uitbreiding met een 4e klasse.
C. Handhaven promotie/degradatie, en geen uitbreiding met 4e klasse.
D. Handhaven promotie/degradatie, maar wel uitbreiding met een 4e klasse.
Mogelijkheid C. komt overeen met de huidige situatie; het gehele voorstel wordt dan verworpen.
Mogelijkheid B. komt overeen met de beoogde situatie; het gehele voorstel wordt dan aangenomen.
Maar zijn A. en/of D. ook mogelijke uitkomsten van de bondsraad op 17 juni?
Zie ingepakt bestand met diverse stukken. we.tl/tUto9brsjN
Kees, bedankt. De vragen die ik had, worden niet expliciet beantwoord door de concrete tekst van het voorstel. Zoals ik het interpreteer, is A. wel een mogelijke uitkomst, maar D. niet.
Mogelijkheid A. treedt op wanneer op 17 juni het voorstel wordt aangenomen, maar er vervolgens in de praktijk geen of onvoldoende teams zich aanmelden voor de 4e klasse. Er zal dan dus geen 4e klasse zijn, maar wel de scheiding van de KNSB- en regionale competitie, zonder promotie/degradatie.