Schaakrubrieken weekend 6 mei 2017
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
De foto van het jaar
Silvio Danailov, de manager van oud-wereldkampioen Veselin Topalov, noemde het de foto van het jaar. Die foto was genomen tijdens het Vugar Gashimov Memorial in de Azerbaidzjaanse stad Shamkir, dat eind vorige week werd gewonnen door de Azeri Shakhriar Mamedyarov. Je zag Topalov en Vladimir Kramnik tegenover elkaar aan een tafel. Naast Kramnik zat Mamedyarov. Topalov praatte met Mamedyarov, maar Kramnik luisterde en alle drie keken ze vriendelijk. Aan de korte kant van de tafel keken drie schakers en een ober naar het wonder dat Topalov en Kramnik vrijwillig aan dezelfde tafel zaten. Sinds hun WK-match in 2006 was het oorlog tussen hen. Vaak moesten ze wel samen door één deur om tegen elkaar te spelen, maar aan het bord gaven ze elkaar geen hand. Ze deden me op die foto denken aan mijn twee poezen, die in hun jeugd in elkaars armen hadden gelegen en later door ongelukkige omstandigheden vervallen waren tot vijandschap, blazen en klauwen. Toen zaten ze opeens, nog wat schuw en een eind uit elkaar, op dezelfde bank. Zou het weer goed komen? Ja, het kwam goed. Op de persconferentie na hun onderlinge remise in de derde ronde in Shamkir vroeg eregast Ljubomir Ljubojevic aan Kramnik en Topalov wat ze zouden doen als hun kinderen verliefd op elkaar zouden worden, en allebei zeiden ze toen dat ze zich er niet tegen zouden verzetten. Misschien was dat al een kleine toenadering. Mamedyarov won het toernooi en hij won ook zijn partijen tegen Kramnik en Wesley So, die met Topalov de tweede plaats deelden. Dat ik Mamedyarovs enige verliespartij laat zien is niet alleen omdat die mooi is, maar ook omdat het me de gelegenheid geeft om in de aantekening bij zwarts 14de zet iets nog mooiers mee te nemen, een fantastische winnende wandelkoning.
Radoslaw Wojtaszek – Sjakhriar Mamedyarov, Vugar Gashimov Memorial, Shamkir 2017
1. Pf3 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 d5 4. cxd5 Pxd5 5. Db3 Pb6 6. d4 Lg7 7. e4 Lg4 8. Lb5+ c6 9. Pg5 0-0 10. Le2 Lxe2 11. Pxe2 Pa6 12. Dh3 h6 13. Pf3 h5 14. Tg1 Pb4 In een mijnenveld begaat zwart een misstap. Een voorganger van hem faalde in een later stadium in Cheparinov – Sutovsky, Poikovsky 2013: 14…Pd7 15. e5 Pb4 16. g4 Pc2+ 17. Kf1 Pxe5 18. Pxe5 Lxe5 19. gxh5 Dc8 20. Tg4 Df5 21. dxe5 Tad8 22. hxg6 Td1+ (hier kon zwart zich redden met 22…fxg6) 23. Kg2 Pe1+ 24. Kg3 Df3+ 25. Kh4 Dxf2+ 26. Kg5 f6+ 27. Kh6 en wit stond gewonnen.
Giri en Van Foreest beleven hoogtepunt in Reykjavik
Heeft uw schakersleven dringend een injectie van zelfvertrouwen en speelplezier nodig? Volg het voorbeeld van Anish Giri en Jorden van Foreest en doe mee aan het jaarlijkse open toernooi in Reykjavik. De organisatie is voortreffelijk, de kwaliteit van het deelnemersveld biedt voor elk wat wils en bovenal: de IJslanders houden van schaken.
Voor Giri en Van Foreest was het toernooi het eerste hoogtepunt van 2017. Giri won de hoofdprijs met de mooie score van 8,5 uit 10, Van Foreest eindigde met een half punt minder op de gedeelde tweede plaats. Bij nader inzien was het door Giri gewonnen onderlinge duel uit de vierde ronde beslissend, al zou dat pas bij het opmaken van de eindbalans duidelijk worden. Giri was dringend toe aan een reeks winstpartijen na de toernooien in Wijk aan Zee en Sharjah, waarin overwinningen hem te vaak ontglipten. Na een goed begin met vier punten op rij leek het even de verkeerde kant uit te gaan, toen hij driemaal op remise bleef steken. Maar in de slotronden liep alles naar wens en versloeg hij op overtuigende wijze de Duitser Donchenko, de Georgiër Jobava en zijn secondant Erwin L’Ami, die twee jaar geleden het toernooi in Reykjavik won.
Zijn mooiste zet speelde Giri tegen Donchenko:
Van Foreest liet zich niet ontmoedigen door de nederlaag in zijn eerste partij tegen Giri en sloot het toernooi af met een serie van 5 uit 6. In de voorlaatste ronde won hij een miniatuur tegen een talentvolle Amerikaanse jeugdspeler.
Van Foreest – Awonder Reykjavik 2017
1. e4 c6 2. d4 d5 3. e5 Lf5 4. Pf3 e6 5. Le2 c5 6. 0-0 Pc6 7. c3 Lg6 8. Le3 Db6 9. Pa3 Nu is de pionwinst 9 … Dxb2 onaantrekkelijk wegens 10. Pb5 Td8 11. dxc5, gevolgd door 12. Pd6+. Maar de volgende zet is nauwelijks beter. 9 … c4? 10. Pxc4! dxc4 11. d5 Lc5 Ook 11 … Dxb2 12. dxc6 bxc6 13. Lxc4 belooft weinig goeds.
12. 12. Lxc5 Dxc5 13. dxc6 Dxc6 14. Pd4 Da6 15. a4! Met als voornaamste dreiging 16. Pb5. Na 15 … Td8 speelt wit 16. a5 (dreigt 17. Da4+) 16 … Ld3 17. b4!, waarna zwarts dame in de knel zit. 15 … Db6 16. a5 Dxb2 17. Da4+ Kf8 18. Dxc4 Dd2 Zwarts eerste zorg was de dreigende damewinst met 19. Ta2.
Reykjavik
Degenen die erbij waren in 1972 hebben het virus gezien dat sindsdien de oorzaak is van de schaakkoorts op IJsland. Fischer-Spassky, de match van de twintigste eeuw: tientallen boeken zijn er over geschreven, die krachtmeting inspireerde filmmakers, kunstenaars en musici. Daarvoor had je alleen grootmeester Fridrik Olafsson maar daarna werd IJsland een sterk schaakland. Vanaf 1974 werd grootmeesters een vast inkomen uit de staatskas beloofd en die worst verhoogde het algemene enthousiasme en het gemiddelde niveau aanzienlijk. Olafsson werd FIDE-president van 1978-1982 en sindsdien hebben op dat eiland talrijke toernooien en evenementen plaatsgevonden. Toen Bobby Fischer als internationale paria in 2005 op IJsland wel gastvrij werd onthaald, haalde dat de wereldpers. Hij stierf in 2008 en zijn graf op Selfoss, 60 kilometer van Reykjavik, is een soort van bedevaart plek.
Reykjavik Open begon met een klein deelnemersveld in 1964 en is uitgegroeid tot een massatoernooi met meer dan 200 deelnemers in de laatste jaren. In 2015 won Erwin l’Ami en in 2017 deed de Nederlandse afvaardiging het weer bijzonder goed.
L’Ami deed weer mee om de hoofdprijzen maar verloor in de laatste ronde van Anish Giri en eindigde op een verdienstelijke 7/10. Jorden van Foreest scoorde uitstekend 8 punten (hij verloor alleen van Giri) en kwam op een gedeelde tweede plaats. Giri zelf won het toernooi verdiend met aantrekkelijk spel en een indrukwekkend eindresultaat van 8,5 punt. Omdat hij zo vaak in een extreem zwaar deelnemersveld zit, met louter toppers, wordt hem ten onrechte een hoog remisepercentage verweten. Maar dat ligt meer aan die tegenstand dan aan de intenties van Giri. Als het niveau ook maar even wat minder is blijkt dat hij de risico’s niet schuwt en lukt het allemaal net wel.
Zijn partij tegen grootmeester Alexander Donchenko uit Duitsland is een lust om na te spelen.
A. Donchenko – A. Giri
1.Pf3 d5 2.d4 e6 3.c4 c6 4.Dc2 Pf6 5.Pbd2 Pbd7 6.g3 Le7 7.Lg2 0-0 8.0-0 b6 9.e4 Lb7 10.e5 Pe8 11.cxd5 cxd5 De structuur, voortgekomen uit het Slavisch, heeft kenmerken van de doorschuifvariant van het Frans. Wit staat wat vrijer. 12.Te1 Tc8 13.Da4 Pc7 14.Lf1 De8 15.Kg2 Pb8?! Provocerend gespeeld. Normaal is 15…a6 16.Ld3 f6 17.exf6 ep Txf6 met interessant spel. Wit neemt de handschoen op. 16.Dxa7 La8 17.Dxb6 Pc6 18.Db3 f6 19.De3 Df7 20.exf6 Lxf6 21.Kg1 Tce8
Eerste tijdcontrole gehaald en zwart kan kiezen hoe hij het uit wil maken. 41.Da2 Pe3 42.Txe3 dxe3 43.Pxe4 Df7!!
Met een kruispenning wordt het vonnis voltrokken. Dit was de enige verliespartij van Donchenko, de complicaties vanuit de diagramstelling waren hem simpelweg te machtig. De live-volgers van deze partij op internet waren vol lof over de strijdvaardigheid van Giri. Met zijn eindscore is Anish Giri weer opgeklommen naar de elfde plaats op de actuele wereldranglijst. Het is te hopen dat het zoet van de overwinning hem inspireert om zelfs op hoger niveau risico’s te nemen.
Het is een opening die al werd gespeeld in de roerige tijden toen het schaken vooral een zaak was van edelen die elkaar soms met het schaakbord de hersens probeerden in te slaan. En omdat de eerste theorie vooral werd ontwikkeld in Italië heet de zet 3.Lc4 (na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 ) nog steeds de Italiaanse Opening. Het was vooral een opening voor agressieve witspelers die zich het liefst zo snel mogelijk aan de zwarte pion f7 wilden vergrijpen maar in de 21e eeuw hebben de theoretici andere wegen ingeslagen zoals blijkt in het boek van de heren Müller en Souleidis Winning with the Slow (but Venomous) Italian met een voorwoord van Giri en dan begrijpt u wel dat dit op remise kan uitlopen. Maar het woord Venomous (giftig) geeft wel aan dat men de mogelijkheden van wit niet moet onderschatten ook al speelt zij of hij na 3..Pf6 de ‘laffe’ zet 4.d3. Het boek wil de speler op clubniveau een alternatief bieden voor de Spaanse zet 3.Lb5 waarna men een tsunami van varianten moet kennen om mee te kunnen doen. Deze vorm van de Italiaan is dus meer strategisch dan tactisch maar de loper staat niet voor niets te dreigen op c4 en als op het juiste moment het damepaard naar de koningsvleugel verhuist, wordt het spannend, dit alles uiteraard toegelicht met partijen en fragmenten. De lezer kan ook via oefenstof controleren of het allemaal begrepen is, een echt leerboek dus voor de clubspeler hoewel tegenwoordig ook de gerenommeerde grootmeesters niet terugdeinzen voor een Italiaan met c3 en d3. Het boek is verschenen bij New in Chess en kost € 27,95. Hoe interessant de openingsvarianten in dit boek ook zijn, persoonlijk hoop ik altijd dat mijn tegenstander na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3. Lc4 zo moedig is om Lc5 te spelen wat de mogelijkheid geeft tot het heerlijke Evans Gambiet, uitgevonden door zeekapitein William Davies Evans zo rond 1825, tijdens een van zijn ongetwijfeld saaie reizen op een postboot. In de tweede helft van de 19e eeuw was deze opening zeer populair, zowel bij wit als bij de zwartspelers die hoopten het ongelijk van deze zet te bewijzen. Dat lukte in ieder geval niet in de partij Anderssen-Dufresne, zeg maar zoiets als Carlsen-Giri, maar dan rond 1850. 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3. Lc4 Lc5 4.b4 tegenwoordig voorzien we deze zet niet meer van een uitroepteken. 4..Lxb4 de zwartspeler die dit gambiet weigert, dient een speelverbod van minstens een jaar te krijgen 5.c3 La5 6.d4 cxd 7.0-0 d3 Eén van de pogingen wit op een dwaalspoor te brengen. 8.Db3 Df6 9.e5 Dg6 10.Te1 Pge7 11.La3 b5 ook zwart kan offeren 12.Dxb5 Tb8 13.Da4 Lb6 14.Pbd2 Lb7 15.Pe4 Df5 een vreemde manoeuvre, tempoverlies 16.Lxd3 Dh5 17. Pf6† gxf 18.exf Tg8 zowaar een dreiging van zwart (Dxf3) 19. Tad1 wit negeert dit Dxf3 zwart ruikt de winst echter 20.Txe7† Pxe7 (Kd8 21.Txd7†) 21.Dxd7† Kxd7 22.Lf5† Ke8 23.Ld7† Kd8 (of f8) 24.Lxe7 mat. Een echte Evanspartij tussen heren van stand die ook de volledige combinatie toelieten inclusief het mat.
Probleem 2629 is een tweezet van Millyniemi:Wit:
Anish Giri creatief bezig in Reykjavik
Het Reykjavik Open is een enorm succes geworden voor de Nederlanders. Anish Giri won het toernooi met zeven overwinningen en drie remises, Jorden van Foreest werd gedeeld tweede.
Zoals ik vorige week al schreef, speelde Giri nu eens niet tussen spelers uit de top tien van de wereld. Volgens de Elo-statistieken moest hij het toernooi dan ook winnen. Het is echter niet juist zijn toernooizege op die manier te relativeren. Voor spelers die gewend zijn aan gesloten toernooien met bekende tegenstanders, is het vaak lastig een open toernooi te spelen. Pas een halve dag van tevoren weet je wie je tegenstander is in de volgende ronde. Iemand als Sergei Tiviakov is daar juist heel goed in en kan in open toernooien tegen iets zwakkere tegenstanders soms enorm uithalen. Maar er zijn ook toppers die tegen de iets minderen de ene remise na de andere spelen.
En laten we het eens over remises hebben. Zo veel speelt Giri er op topniveau, zou hij een niveautje lager wel partijen kunnen winnen? Dat heeft hij best wel eens laten zien, maar we zien hem niet veel meer op dat tweede niveau. De zeven overwinningen in tien partijen zijn heel verheugend. Ook mooi is dat ze niet alleen tot stand kwamen door superioriteit, maar ook door gedurfd en creatief aanvalsspel. Een mooi voorbeeld is zijn overwinning op Alexander Donchenko, een jonge Duitse grootmeester die nog niet zo bekend is en van wie Giri misschien niet wist hoe hij hem het beste kon aanpakken. Maar in deze tijd van perfecte voorbereiding moet dat natuurlijk ook nog gewoon kunnen. Onbevangen aan de partij beginnen en een meesterwerk neerzetten.
Donchenko-Giri
1.Pf3 d5 2.d4 e6 3.c4 c6 4.Dc2 Pf6 5.Pbd2 Pbd7 6.g3 Le7 7.Lg2 0-0 8.0-0 b6 9.e4 Lb7 10.e5 Pe8 11.cxd5 cxd5 12.Te1 Tc8 13.Da4 Pc7 14.Lf1
Wit kan de pion nog niet nemen, want na 14.Dxa7 Lc6 is de dame al gevangen en volgt Ta8. 14…De8 15.Kg2 Pb8 16.Dxa7 Maar nu wel en moet Giri laten zien wat het idee erachter is. 16…La8 17.Dxb6 Pc6 18.Db3 f6 Het draait om het grote verschil in activiteit tussen de witte en zwarte stukken. Zwart hoopt ook dat door het opblazen van het centrum La8 een gigant wordt in de richting van de witte koning. Er gaat ook nog een tijd overheen voordat de a- en b-pion eventueel vooruit zullen komen, wits enige troef.
19.De3 Df7 20.exf6 Lxf6 21.Kg1 Tce8 22.Df4
43…Df7! Wit geeft het op. Een kruispenning heet dit. Lxa8 faalt op Dxa2 en na 44.Lxf7 Lxe4+ 45.Kg1 e2+ wordt wit mat gezet.
Voor beginners A7316
Voor gevorderden B7316
De tweede tweezet van het schaakprobleem uit het winterpuzzelboek van het RD heeft veel verleidingen. Het probleem is gemaakt door de Servische grootmeester Marjan Kovacevic.
Op de tweede lijn staat de loper van e2 en pion f2 in een zogenaamde halfbatterij. Als een van die stukken uit de lijn g2-d2 gaat, vormt het stuk dat blijft staan met de toren een batterij. Een batterij kan dan door aftrekschaak mat geven. De verleidingen en de oplossing worden gespeeld door de loper en pion f2, en steeds is de dreiging 2. Pb3 mat, omdat veld e2 extra is verdedigd. Als wit 1. f4? probeert, dan komt er na 1. ….Pc5 2. Lf3 mat. Zwart weerlegt deze verleiding met 1. ….Pf2!, 2. Dg5 mat is onmogelijk geworden.
De tweede verleiding is 1. Ld3? Op 1. …Pc5 komt nu een ander mat: 2. f3. Zwart weerlegt nu met 1. ….La4 en 2 Dd5 lukt niet meer. De derde verleiding is 1. Lf3? Nu komt er op 1. …Pc5 2. fxg3 mat, wat weer een nieuw mat is. Ook 1. Lg4? leidt niet tot een oplossing. Op 1. …Pc5 komt weer 2. f3 mat. Zwart weerlegt met 1. …gxf2! De vijfde verleiding is 1. fxg3? Op 1. …Pc5 is 2. Lf3 weer mat. Zwart weerlegt met 1. …Txg3! De sleutelzet is 1. f3! Er dreigt 2. Pb3 mat. Op 1. …Pc5 komt voor de vierde maal een nieuwe matzet 2. Ld3 mat. De andere parades zijn 1. …Pf2 2. Dg5 mat en 1. …La4 2. Dd5 mat. De (verleidings-)sleutelzetten Lf3, Ld3, f3 en fxg3 komen ook als matzet voor na 1. …Pc5.
De derde tweezet is van de Duitse grootmeester Franz Pachl.