Schaakrubrieken weekend 29 juli 2017
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Hans Ree
Kramniks grote bak- en braadwerk
Toen Aaron Nimzowitsch in 1927 in New York verloor van Milan Vidmar, die behalve een sterk schaker hoogleraar in de elektrotechniek was aan de universiteit van Ljubljana, barstte hij uit: „Waarom blijf je niet bij je transformatoren? Wil je het leven van ons professionals verpesten?” Die twee konden over het algemeen goed met elkaar opschieten, maar ze waren erg verschillend. Nimzowitsch was de theoreticus die door zijn diepe gedachten en de spot van sommige concurrenten mager en wantrouwend was geworden. Vidmar ziet er op foto’s gemoedelijk gevuld uit en was als schaker een handige practicus. Waar het Nimzowitsch om ging, was dat er voor Vidmar minder op het spel stond. Voor Nimzowitsch leek New York 1927 een evenement dat zijn levensloop zou bepalen. Vidmar kon weer terug naar zijn transformatoren. Ik dacht aan die oude ongelijke strijd toen ik las dat Magnus Carlsen in september meedoet aan het World Cup-toernooi in Georgië. Iedereen was blij toen hij dat bekend maakte, behalve waarschijnlijk zijn concurrenten. Er is een hoog prijzengeld in de World Cup, meer dan anderhalf miljoen dollar voor 128 deelnemers, maar voor de topschakers is het toch vooral een kwalificatiewedstrijd op de weg naar de tweekamp om het wereldkampioenschap tegen Carlsen. Voor Carlsen zelf staat er bij de World Cup veel minder op het spel. Hij speelt daar voor de eer en om het geld, en kan zonder eigen risico proberen om zijn gevaarlijkste concurrenten voor het WK alvast uit te schakelen. Wie zou ik het liefst tegen Carlsen een WK-match zien spelen? Ik hoop dat het Giri wordt of anders Vladimir Kramnik. In het recente toernooi in Dortmund ging het matig met Kramnik, maar zijn overwinning in de laatste ronde was wel weer het grote bak-en braadwerk dat we van hem kennen en liefhebben. `
Vladimir Kramnik-Matthias Bluebaum, Dortmund 2017
1. Pf3 d5 2. g3 Lg4 3. Lg2 e6 4. 0-0 Pf6 5. d3 Le7 6. h3 Lh5 7. c4 c6 8. Db3 Dc8 9. g4 Lg6 10. cxd5 cxd5 11. Lf4 Pc6 12. Pc3 0- 0 13. Tac1 Dd7 14. Pe5 Pxe5 15. Lxe5 h5 16. g5 Pe8 17. f4
Hij denkt al aan het volgende kwaliteitsoffer. 17…Lc5+ 18. d4 Lb6 19. f5 Anders is Le5 in moeilijkheden. 19…Lxf5 20. Txf5 exf5 21. Pxd5 De6 22. Kh1 Td8 23. Df3 Kramnik dacht lang over 23. g6, waarna er mooie varianten zijn zoals 23…fxg6 24. Tc8 of 23…Pd6 24. Pf6+, maar na 23…Pf6 heeft wit weinig. 23…g6 24. e3 Kh7 Na 24…Td7 gevolgd door 25…Ld8 is het nog de vraag of wit genoeg aanval heeft voor de geofferde kwaliteit. 25. Pf4 De7 26. Dg3 Lc7 27. Txc7 Hij vervolgt zijn avontuur met een tweede kwaliteitsoffer. 27…Pxc7 28. Lf6 Db4 29. Pxh5 gxh5 Veiliger was 29…Pe8 30. Lxd8 gxh5. 30. g6+ Kg8 Na 30…fxg6 31. Dxc7+ gaat zwart mat. 31. Dg5 Dreigt 32. Dh6 en mat.
Tegen Navara vlamt Morozevitsj als in zijn beste jaren
Acht jaar geleden eindigde Alexander Morozevitsj in het Tatatoernooi op de gedeelde laatste plaats, waarna hij tot verdriet van zijn trouwe fans niet opnieuw een uitnodiging ontving. De rating van de publiekslieveling, die in 2008 op de tweede plaats van de wereldranglijst stond, is niet hoog genoeg meer en bovendien wekt Morozevitsj de indruk dat klassieke toernooien hem minder interesseren dan vroeger. De laatste jaren speelt hij bij voorkeur rapid- of blitzschaak.
Het snelle spel gaat hem voortreffelijk af. In 2016 won Morozevitsj voor de achtste keer het blitzkampioenschap van Moskou, een toernooi met een lange traditie dat ondanks het ontbreken van geldprijzen elk jaar vele toppers trekt. Hij is op jacht naar het record van Michail Tal, aan wie tienmaal de samovar voor de winnaar werd uitgereikt. In de Zwitserse stad Biel, waar de toelatingseisen minder hoog zijn dan in Wijk aan Zee, speelt Morozevitsj weer eens een ouderwets toernooi.
De rentree verloopt minder voorspoedig dan velen hadden gehoopt, al is de amusementswaarde van zijn spel onveranderd hoog. Op de eerste dag bleek een stukoffer uit de losse pols tegen ex-wereldkampioene Yifan Hou te speculatief en in de vierde ronde werd Morozevitsj platgewalst door de Fransman Etienne Bacrot. Maar hij kan het nog steeds. Tegen de Tsjech David Navara was hij op dreef als in zijn beste jaren.
Navara – Morozevitsj Biel 2017
1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. g3 c5 4. d5 Lg7 5. Lg2 0-0 6. Pf3 e6 7. Pc3 exd5 8. cxd5 d6 9. 0-0 Te8 10. Lf4 Pa6 11. Te1 Lf5 12. Ph4
In combinatie met de volgende zet is dit niet de oplossing van het tellingsprobleem. Bekend is 12.Pd2 Ph5 13. e4 Pxf4 14. gxf4, al betwijfel ik of Genna Sosonko,
expert bij uitstek in deze openingsvariant, zo zou spelen. 12 … Ld7 13. e4 Na 13. Lxd6 komt 13 … Db6. 13 … c4! 14. Dd2 Pc5 15. Lxd6 Pd3 16. Pf3 Hierna is redding nauwelijks meer mogelijk. In aanmerking komt het kwaliteitsoffer 16. Lf1 Pxe1 17. Txe1. 16 … Pg4! 17. Te2 Db6
Helaas gaat 18. La3 niet wegens 18 … Lh6 19. Dc2 Pdxf2 (20. Txf2 Pxf2 21. Dxf2? Le3). 18 … Dxb2 19. Dxb2 Pxb2 20. Tc1 De laatste kans om het zwart enigszins moeilijk te maken is 20.e5 Pd3 21. Tb1. 20 … Pd3 21. Tcc2 Pb4 22. Tc1 Lxc3 23. Txc3 Pxd5
Dit eindspel is hopeloos voor wit: een pion achter en een oprukkende zwarte pionnenwals.
24. Tc1 Pxf4 25. gxf4 b5 26. Td2 Lc6 27. h3 Pf6 28. Td6 Te6 29. Txe6 fxe6 30. Pd4 Tc8 31. e5 Lxg2 32. Kxg2 Pd5 33. Kf3
De wereldranglijst
Mensen houden van lijstjes. Daarom hebben we wereldrecords en vele Grand Prixs en worden spandoeken omhoog gehouden met GOAT (Greatest Of All Time). Er worden van tijd tot tijd prestaties vergeleken uit verschillende tijden onder totaal andere omstandigheden. Hachelijke pogingen die dan leiden tot zinloze conclusies als ‘Cassius Clay/Bobby Fischer/Johan Cruyff is de allerbeste’ en dan komt er altijd achteraan ‘als hij nu had geleefd’. De criteria om tot die conclusies te komen blijven arbitrair: is een korte hemelbestormende carrière meer waard dan tien jaar aan de top; weegt grote overmacht zwaarder dan langdurige hegemonie; is een wereldrecord beter dan pakweg twintig toernooioverwinningen? Veel hangt af van degene die het lijstje maakt en die heeft zijn of haar eigen arbitraire voorkeuren.
Om los te komen van willekeur, hanteert de schaakwereld het Elo-systeem, uitgevonden door de Amerikaanse wiskundige professor Arpad Elo, 1903-1992. Iedere partij die onder officiële omstandigheden is verspeeld, telt mee voor de Elo-ranglijst. De onderverdeling loopt van 1000 (absolute beginner) tot 2900 (de bovengrens die nog net niet gehaald is). Als je wilt weten hoe sterk iemand schaakt vraag je simpelweg naar zijn rating. De actuele lijst is: 1.Carlsen 2822 2.Kramnik 2812 3.So 2810 4.Aronian 2809 5.Caruana 2807 6.Mamedyarov 2800
Wereldkampioen Magnus Carlsen heeft de hoogste Elo-rating sinds 2010, met als top 2882 in 2014. Maar de actuele lijst geeft al aan dat zijn hegemonie tanende is. Vladimir Kramnik zit hem op de hielen en hij zou met een goede score in het vorige week geëindigde Sparkassen-toernooi te Dortmund die toppositie kunnen overnemen. In de allereerste ronde werd dat streven in de kiem gesmoord.
V. Kramnik – V. Fedoseev
Vladimir Fedoseev is een 22-jarige Russische grootmeester met Elo 2730. 1.e4 c6 2.d4 d5 3.exd5 cxd5 4.Ld3 Pc6 5.c3 Dc7De ruilvariant van de Caro-Kann is een goede manier om uit de gepointeerde openingssystemen te komen met behoud van spel. Een mooi voorbeeld uit 1970 Fischer-Petrosjan: 5…Pf6 6.Lf4 Lg4 7.Db3 Pa5 8.Da4+ Ld7 9.Dc2 e6 10.Pf3 Db6 11.a4 Tc8 12.Pbd2 Pc6 13.Db1 Ph5 14.Le3 h6 15.Pe5 Pf6 16.h3 Ld6 17.0-0 Kf8 18.f4 Le8 19.Lf2 Dc7 20.Lh4 Pg8 21.f5 Pxe5 22.dxe5 Lxe5 23.fxe6 Lf6 24.exf7 Lxf7 25.Pf3 Lxh4 26.Pxh4 Pf6 27.Pg6+ Lxg6 28.Lxg6 Ke7 29.Df5 Kd8 30.Tae1 Dc5+ 31.Kh1 Tf8 32.De5 Tc7 33.b4 Dc6 34.c4 dxc4 35.Lf5 Tff7 36.Td1+ Tfd7 37.Lxd7 Txd7 38.Db8+ Ke7 39.Tde1+ zwart geeft op. 6.Pa3 a6 7.Pc2 Pf6 8.h3 e6 9.Pf3 b5 10.0-0 Lb7 11.Te1 Ld6 12.Lg5 Pe4?! Zwart offert liever een pion dan dat hij Lxf6 toelaat. Na 13.Lxe4 dxe4 14.Txe4 bieden de actieve zwarte lopers compensatie. Daarom creëert wit ook spel op de damevleugel. 13.a4 bxa4 14.c4!? Je voelt de winstwil van Kramnik: hij gooit alles op algehele stellingsaanval omdat hij beter ontwikkeld is. De tekstzet is echter niet goed en geeft juist zwart spel. Na normale voortzettingen als 14.Txa4 of 14.Lxe4 of 14.Lh4 heeft wit een klein plusje. 14…Pxg5! Je moet het maar durven, natuurlijk volgt er een witte aanval op de koningsstelling van zwart maar die slaat niet door. 15.Pxg5 dxc4 16.Lxc4 Pd8! Verstandige verdedigingszet. Natuurlijk was ook 16…0-0 mogelijk maar dan hangt er iets in de lucht met al die stukken op de koning (Dh5).17.Pe3 Lf4
Een schaakgrootmeester schijnt eens tijdens een interview gezegd te hebben: ‘Een dag niet geschaakt, een dag niet geleefd.’ Nu zal een ander het schaken vervangen door het maken van een sudoku en ik ken zelfs iemand vrij goed die het allebei doet, maar hoe dan ook, Andrew Soltis, gerenommeerd schaakboeken-schrijver, heeft gemeend bovenstaand probleem handen en voeten te moeten geven in een fraai boek met als titel 365 Chess Master Lessons, uitgegeven bij Batsford (www.pavillionbooks.com, prijs € 23,95).
Persoonlijk had ik uit nostalgische overwegingen het nog leuker gevonden als scheurkalender, want dat zou vele herinneringen opgeroepen hebben aan de dagen van olim. Maar dit heeft natuurlijk het voordeel dat men het boek volgend jaar weer kan gebruiken en bij het klimmen der jaren wordt het steeds leuker, omdat men inmiddels alle antwoorden op de gestelde vragen vergeten is. Per dag kan de lezer één of meer partijen naspelen en per bladzijde komt er een vraag, soms zelfs twee gezien de meer dan 400 antwoorden achterin. Het zijn korte partijtjes (anders kunnen ze niet op één pagina) maar ze worden wel grondig geanalyseerd. Ook heeft elke dag een eigen thema en in het hele jaar komt alles voorbij wat in de bagage van de clubspeler thuishoort.
Al die honderden miniaturen zijn natuurlijk meestal van subtoppers, want tussen grootmeesters komen ze minder vaak voor. Maar omdat dit boek vooral leuk is voor de huisschaker en de clubspeler maakt dat echt niet zo veel uit. Ik ga niet zeuren over een schrikkeljaar, ga gewoon door, de dagen hebben geen datum.
Dat soms ook toppers binnen twintig zetten weer naar moeder de vrouw kunnen, bewijst deze partij: Portisch-Bronstein uit 1969, zoiets als nu Aronian-Kramnik. Bij de partij is het thema: als je het initiatief hebt, kan het nuttig zijn defensief sterke stukken van de tegenstander af te ruilen, zeker als hij nog niet ontwikkeld is: 1.d4 d5 2.c4 c5!? Bronstein hield wel van reuring op het bord. 3.cxd (ook mogelijk is 3.Pf3 dxc 4.Pc3 cxd 5.Dxd4 Dxd4 6.Pxd4 met compensatie) 3..Pf6 4.e4!? ook Portisch liet zich graag provoceren. 4..Pxe4 5.dxc Pxc5 6.Pf3 e6 7.Pc3 exd 8.Dxd5! De7† Als zwart de dames ruilt is hij na Pxd5 in de problemen 9.Le3 Pc6 10.Lb5 Ld7 11.0-0 Pe6 wit is riant ontwikkeld en handhaaft zijn initiatief met 12.Pe5 Pxe5 13.Dxe5 Lxb5 14.Pxb5 a6 15.Tad1! ontwikkelen bovenal, tenslotte staan op de zwarte koningsvleugel twee stukken in de slaapstand 15..Td8 16.Lb6! Het zal bijna-wereldkampioen Bronstein (gelijkspel tegen Botwinnik in de WK-match) niet vaak zijn
overkomen dat hij zo wordt opgebracht. 16..Txd1 17.Txd1 f6 het helpt allemaal niet zoveel 18.Df5 g6 19.Pc7† Kf7 (19.. Pxc7 20.Dc8†) 20.Dd5 1-0. Het paard is niet meer te redden na wit’s zet Te1. De bijbehorende vraag was: Wat had wit op de 18e zet ook kunnen doen? Wie het antwoord wil weten schaffe zich het boek aan.
Probleem 2641 is een tweezet van Vladimirov:
Stefan Kuipers gaat in Leiden uit zijn dak
Zelden was er zo’n blije toernooiwinnaar te zien als vorige week in Leiden. Natuurlijk, iedere toernooiwinnaar is blij, maar Stefan Kuipers stond nog net niet te dansen op tafel. Iedereen moest weten hoe opgetogen hij was. Zoals tegen een sportredacteur van het Leidsch Dagblad: “Ik heb nog nooit een toernooi op dit niveau gewonnen. Ik ben hier dan ook zonder verwachting naartoe gekomen. En dan gebeurt dit. Onwijs vet.” Hij had gewoon een van de grote Nederlandse zomertoernooien gewonnen, merkte hij terecht op. Het Leiden Chess Tournament lijkt wel eens het ondergeschoven kindje, als je kijkt naar de aandacht in de schaakmedia, maar dat is onterecht. Met deze keer zes grootmeesters hoort het gewoon helemaal thuis in het rijtje Amsterdam-Leiden-Dieren-Vlissingen, met tussendoor de grote weekendtoernooien in Hilversum en Haarlem. In Leiden zitten er vaak wat exotische namen tussen, co-winnaar Sundar Shyam uit India zal bij weinig mensen een belletje doen rinkelen. Maar het toernooi, nu voor de elfde keer gehouden, is al jarenlang sterk bezet. Kuipers relativeerde zijn overwinning ook, hij had wat geluk met de indeling, had niet het sterkst denkbare programma gehad. Bovendien hadden de vijf tegenstanders die hij had verslagen remisekansen gemist. Dat laatste is onterechte bescheidenheid, kansen moet je nou eenmaal grijpen. De 27-jarige meester, die is opgeleid in de befaamde jeugd van Apeldoorn en nu met dameskampioen Anne Haast in Tilburg woont, sprak ook op Facebook van “niet te geloven” en “dit pakken ze me nooit meer af”. Hij is de eerste niet-grootmeester die dit toernooi won, ook dat kon hij nauwelijks bevatten. Laten we maar gewoon zijn belangrijkste partij bekijken, die uit de vierde ronde tegen Shyam die hem uiteindelijk de toernooizege opleverde.
Kuipers-Shyam
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.d3 d6 6.c3 g6 7.0-0 Lg7 8.Pbd2 0-0 9.Te1 Te8 10.h3 h6 11.Pf1 b5 12.Lc2 d5 13.De2 Le6 14.a4 b4 15.P1d2 Tb8 16.a5 b3 Zwart wil loper en paard voor een toren krijgen, maar vergist zich in de consequenties. 17.Lxb3 dxe4 18.dxe4
Enige tijd geleden kwam ik een grappige en mooie miniatuur uit 1880 tegen van een Engelse meester, James Henry Blackburne. Deze meester stond bekend om zijn spectaculaire schaaksimultaans. Terecht mag gezegd worden dat van die partijen de stukken eraf vlogen. De volgende partij werd met zwart gespeeld door Blackburne tegen een anoniem gebleven schaker. Een verbluffend partijverloop.
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lc4 Lc5 4. Lxf7+? (De witspeler toont durf met dit offer.) 4. … Kxf7 5. Pxe5+ Pxe5 6. Dh5+ g6 7. Dxe5 d6! (Blackburne pakt de brutaliteit van de anonieme schaker aan, door een toren cadeau te doen.) 8. Dxh8 Dh4 9. 0–0 Pf6 10. c3 (Als wit nu straks d4 kan spelen, is er weinig aan de hand. Zwart is hem echter te slim af.) 10. … Pg4 11. h3 Lxf2+ 12. Kh1 Lf5!
Dat de miniatuur, of de korte partij, ook in 2017 nog springlevend is, ondervond ik onlangs tijdens het open Kampioenschap van de Drechtsteden. Met een zet korter, en met veel minder geweld dan in de vorige partij, ging de niet-anonieme schaker ten onder. Een partij met een duidelijk thema.
A. van Dieën – H. Prins
1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pf3 b6 4. g3 Lb7 5. Lg2 d5 6. Pe5 Dc8 7. 0-0 c6 8. cxd5 exd5 9. Pc3 Pbd7 10. e4!
Maar we herinneren ons ook nog de blijdschap van Dimitri toen hij Nederlands kampioen werd. Daar zijn geloof ik zelfs beelden van!
Ik denk dat Carlsen in de eerste plaats de World Cup wil winnen, want die staat nog niet in zijn prijzenkast. Hij kan ook niet zomaar zijn gevaarlijkste tegenstanders voor de WK-match uitschakelen. Twee schakers worden op grond van hun gemiddelde rating over 2017 geplaatst voor het kandidatentoernooi 2018 en er is ook nog een schaker met een rating boven 2725 die genomineerd wordt door de FIDE. En als Carlsen de World Cup wint of tweede wordt, dan kan de schaker, die hij in de halve finale verslaat zich toch nog plaatsen voor het kandidatentoernooi door de verliezerstweekamp te winnen. Maar als Carlsen voor de halve finale Giri verslaat, dan doet die naar alle waarschijnlijkheid niet mee aan het kandidatentoernooi, tenzij hij de wild card krijgt. Dat is echter zeer de vraag, want meestal gaat dat naar het land dat het kandidatentoernooi organiseert.