Ongeslagen! (1)
Deze zomer speelde ik voor de derde keer achter elkaar in het Condigne Open kampioenschap van Nederland. De afgelopen twee jaar brachten wisselende successen: in 2015 won ik, maar in 2016 verloor ik in de laatste ronde van Erwin l’Ami waardoor ik zelfs buiten de prijzen viel. Dat had me dit jaar ook zomaar kunnen gebeuren! Dan had ik een andere kop moeten kiezen, en was het een slecht toernooi geweest, maar gelukkig herhaalde de geschiedenis zich niet dit jaar. Maar daarover later meer.
Mijn laatste ‘serieuze’ partij voor Dieren was op 7 mei, en het was dus even afwachten of ik wel scherp zou zijn in het begin. Dat was ik niet, sterker nog, in de eerste drie ronden misten al mijn tegenstanders een goede winstkans. Dat was me in Dieren (zover ik kan herinneren) nooit overgekomen, een stroeve start. De indeling in de eerste ronde was op zich gunstig, een Duitse FM van mijn leeftijd in plaats van een gevaarlijke jeugdspeler, maar hij bracht me zwaar in de problemen. Of ik mezelf misschien. In de stelling hieronder had ik niet zoveel tijd en ik nam een intuitief verkeerde beslissing.
26…Bxc4? Twee pionnen voor de kwaliteit, waaronder een vrijpion, dat leek me wel een goede deal. Helaas verlies ik de vrijpion al vrij snel. Na 26… Bb7! 27.cxd5 Rg8 zijn de kansen ongeveer gelijk. 27. Nxc4 dxc4 28. Bxa8 Rxa8 29. Qa6 c3 30. Qc4 Nf5 31. Rc1 Nd4 32. Qxc3
Helaas, en nu heb ik, behalve de pion, niets voor de kwaliteit. We speelden nog wat zetten tot de tijdcontrole.
32…Rd8 33. Rf1 h6 34. Rgg1 Qf7 35. Qb2 Kh7 36.Qg2 Nf5 37. Rd1 Rc8 38. Rc1 Rd8 39. Rgd1 Rg8 40. Qe4 h5
Wit staat materiaal voor en staat ook nog actief met al zijn zware stukken. Gelukkig nam hij hier een verkeerde beslissing.
41. Rg1?
Met dames op het bord is de stelling moeilijk te winnen voor wit, omdat hij zijn koning steeds beschut moet houden. Uiteindelijk kwam ik ook weg met eeuwig schaak. Wit had echter dameruil kunnen forceren: 41. Rc6! Rg6 42. Re1 Ng7 43. Rg1! en dan is de technische klus een stuk makkelijker.
41… Rxg1+ 42. Rxg1 Kh6 43. Re1 Ng7 44. Kg1 Qd7 45. Re2 Qd8 46. Kf1 Qd1+ 47. Kf2 Qd7 48. Ke1 Qd6 49. Rd2 Qc5 50. Qd4 Qc6 51. Re2 Qc1+ 52. Kf2 Qh1 53. Qf6+ Kh7 54. h4 Qh2+ 55.Ke1 Qg3+ 56. Kd2 Qa3 57. Ke1 Qg3+ 58. Kf1 Qf3+ 59. Rf2 Qh1+ 60. Ke2 Qe4+ 61.Kf1 Qh1+ 1/2-1/2
In de tweede ronde tegen Rembrandt Bruil was het ratingverschil groot (meer dan vijfhonderd punten) en had ik wit, toch stond ik na acht zetten al bijna verloren…
Wit staat een beetje krom hier. 8…Pd4 leek me al vervelend voor wit, maar na 9.c4 Pe3 10.Pa3 gaat dat nog net voor wit, al is het geen feest. Maar nog sterker was 8….Db6! geweest. Op 9.c4 komt Pxf4, dus moet wit 9.Lc1 spelen. Zwart kan dan met 9….g5! het witte centrum opblazen en dan stort de witte stelling in… Gelukkig speelde mijn jonge tegenstander het minder krachtig en na 8…e6 9.Pf3 Le7 10.c4 stond het weer ongeveer gelijk en won ik uiteindelijk.
Ook in de derde ronde had ik wit (tegen Max Warmerdam) en ik kreeg mijn voorbereiding op het bord, terwijl hij het allemaal zelf moest bedenken. Klinkt goed, maar ik was op een gegeven moment mijn voorbereiding vergeten en in plaats van een eindspel met een klein plusje kreeg ik deze meer middenspelachtige stelling waarin de positie van de witte koning een probleem kan opleveren. Ik had gezien dat 18…Pa6 een kansrijk kwaliteitsoffer zou zijn voor zwart. Zwart heeft nog beter: 18… Bh6+! 19. Kd1 a4! 20.Bxa4 (20. Bxb4 $2 axb3 21. a3 Bf5 is meteen mis) 20… Nxd5 21. Bxf8 Bxf8 22.Rxc8 Rxc8 23. Bb3 Bh6 $1 waarna zwart uiteindelijk een pion voor komt te staan. en goede winstkansen heeft. In de partij kwam ik na 18…Te8 uiteindelijk zelf een pion voor en wist ik die met enige moeite te verzilveren.
Pas in de vierde ronde speelde ik een redelijk gelijkmatige partij tegen mijn pupil Liam Vrolijk en het werd dan ook remise. En mijn partij in de vijfde ronde was gewoon goed, al had ik ook hier een beetje geluk. Mijn Turkse tegenstander (die een goed toernooi speelde en een IM-norm haalde) speelde (via zetverwisseling) de Versnelde Draak tegen mij, iets dat hij niet eerder had gedaan zover ik wist, en anders was me dat in de voorbereiding ontgaan. Maar toevallig was ik in de voorbereiding een aanbeveling tegengekomen tegen het systeem met 15…e6 en omdat ik dat zelf vaak gespeeld had was me dat opgevallen. En precies die aanbeveling kon ik spelen en het gaf me groot voordeel. Daarna moest ik nog even goed rekenen en het punt was binnen (zie analyse door Herman Grooten). En zo met een gedeelde eerste plek de rustdag in!
Over de rustdag en de rest van het toernooi meer in het volgende verslag.