Top-40 Nederlandse schakers. 19: Jan Smeets

Als kind won hij alles wat er te winnen was, als jong-volwassene werd hij twee keer kampioen van Nederland, maar Jan Smeets besloot ook al heel jong dat er belangrijker zaken waren dan schaken.

Jan Smeets in 2016. Foto: Harry Gielen.

Jan Smeets (geboren 5 april 1985) werd Nederlands kampioen in de leeftijdscategorieën zeven, acht, negen, tien, twaalf en veertien jaar. In 2002 behaalde hij vijf meesternormen binnen acht maanden (voor de titel zijn er maar drie nodig), in 2003 drie grootmeesternormen binnen een halfjaar. Met achttien jaar was hij daarmee tijdelijk de jongste Nederlandse grootmeester aller tijden. Op het wereldjeugdkampioenschap werd Smeets vijfde in de categorie tot en met achttien jaar en vervolgens vijfde in de oudste categorie.

 

Nederlands kampioen

In 2005, dus niet eens heel jong, debuteerde Smeets op het Nederlands kampioenschap, waar hij vijftig procent scoorde. Toen had hij al succes geboekt in Wijk aan Zee, waar hij in de B-groep tweede werd achter Karjakin.

Van de volgende acht NK’s was hij er zeven keer bij. In 2008 werd hij verrassend kampioen, voor Reinderman, Stellwagen en Tiviakov. Twee jaar later werd hij opnieuw eerste. Nu liet hij titelverdediger Giri achter zich, alsmede Van Wely. Dat mag je het grootste succes uit zijn carrière noemen. Na dat kampioenschap stond Smeets eenmalig eerste op de Nederlandse Elo-lijst. Dat hele jaar bleef hij in de top honderd van de wereld staan, met plaats 66 als hoogste.

Na beide titels speelde hij aan het tweede bord van het Olympiadeteam, achter Van Wely. Hij scoorde niet goed, maar in 2012 revancheerde hij zich met 7,5 uit 10 aan bord vier. Dat jaar was voor Smeets een topjaar. Hij werd (met velen) gedeeld tweede op het Europees kampioenschap en won het Open kampioenschap van Nederland in Dieren.

Op het Nederlands kampioenschap speelde Smeets na zijn tweede titel slecht. Drie jaar lang eindigde hij onder de vijftig procent en daarna was hij er nooit meer bij.

Jan Smeets in 2015. Foto: Frans Peeters.

 

Frivool

Jan Smeets is een enorm talent, maar dat is iedereen in deze top-40. Herman Grooten noemde hem in 2005 het mooiste voorbeeld van wat je met de Stappenmethode kon bereiken. “Hij is tactisch fantastisch onderlegd en heeft het eindspel en positiespel langzaam onder de knie gekregen. Openingen waren nooit zijn sterkste punt, maar dat bleek dus ook niet nodig te zijn om de top te halen.” Openingen werden wel een sterk punt van hem, maar dan dankzij computervoorbereiding. Met zijn vriend Erwin l’Ami werd hij bekend als ‘plugger’, die openingen tot in de puntjes voorbereidde. Mede daardoor hield hij bij zijn debuut in de hoofdgroep van het Corus-toernooi in 2009 tien wereldtoppers op remise.

Toch heeft Jan Smeets ook iets frivools. Na de laatste ronde van het NK 2008 zei hij: “Na de veertigste zet ging ik een colaatje halen, keek ik eens op de andere borden en dacht: ik ben nog steeds Nederlands kampioen aan het worden.” Hij ging economie studeren, de resultaten werden minder en hij wekt niet de indruk dat hij dat erg vindt.

Ik zet hem op 19. Of Jan Smeets meer had kunnen bereiken, zullen we waarschijnlijk nooit weten. Hij probeert het niet en een maatschappelijke carrière is ook mooi.

17 …

18 …

19 Jan Smeets

20 Nico Cortlever

21 Hans Bouwmeester

22 Coen Zuidema

23 Frans Kuijpers

24 Dirk van Foreest

25 Gert Ligterink

26 Erik van den Doel

27 Jorden van Foreest

28 Kick Langeweg

29 Daniel Stellwagen

30 Eddie Scholl

31 Henri Weenink

32 Robin van Kampen

33 Hans Böhm

34 Rini Kuijf

35 Hoan Liong Tan

36 Haije Kramer

37 Daniël Noteboom

38 Norman van Lennep

39 Rudy Douven

40 Rob Hartoch

 

Als u linksboven in het scherm klikt op ‘top 40’, kunt u langs alle voorgaande afleveringen scrollen.

 

De top-40 is niet gebaseerd op ratings en titels, maar op de positie en prestaties van Nederlandse schakers ten opzichte van hun tijdgenoten, nationaal en internationaal.

 

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.