Schaakrubrieken weekend 9 december 2017
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.
| Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Feest in Londen
Het was lang geleden dat Magnus Carlsen en Garry Kasparov tegen elkaar schaakten. In 2004 speelden ze in Reykjavik een vluggertje en twee rapidpartijen. Carlsen was toen dertien jaar. Dit jaar op woensdag 29 november speelden ze weer tegen elkaar, nu in Londen. Het was maar een luchthartig partijtje. Op de dag voor de jaarlijkse London Chess Classic is er altijd een evenement dat Pro-Biz heet. Een prof krijgt als partner een zakenman die voor dit voorrecht het schaken op Britse scholen financieel heeft gesteund. De twee doen om de beurt een zet. Het koppel Kasparov/Chapman (Terry Chapman is een sterke amateur) won van Carlsen/Flowers doordat Chris Flowers toen het zijn beurt was een stuk wegblunderde. In een verslag las ik dat Kasparovs traditionele gepijnigde grimassen soms werden afgewisseld door een vriendelijke glimlach. Misschien kwam het daardoor dat ik droomde dat ik een partij van Kasparov won. Zijn enige kans op tegenspel met Db6+ had ik bekwaam ontmanteld. Na de partij analyseerden we en aan het eind zei Kasparov met een berustende glimlach: „Het was geitenkaas.” Pas nadat ik wakker werd besefte ik dat hij met die opmerking had gerefereerd aan een uitspraak van Johan Cruijff: ‘Hun verdediging was geitenkaas.’ Het was feest in Londen. Een dag eerder was aangekondigd dat de tweekamp om het wereldkampioenschap in november 2018 in Londen wordt gespeeld en een dag later begon de London Chess Classic met Carlsen en het puikje van de schaakwereld, omlijst door allerlei andere mooie schaakevenementen. Helaas, de feestvreugde werd snel gedempt doordat in de eerste vijf ronden van de London Chess Classic slechts twee van de 25 partijen beslist werden. Daarom hieronder geen partij uit Londen, maar uit het kampioenschap van Rusland. Kramnik en Grisjtsjoek rusten op hun lauweren en Nepomniatsjtsji en Karjakin zijn in Londen, maar de jonge Russische garde kan er ook wat van.
Daniil Doebov – Sergey Volkov, Superliga Russisch kampioenschap, St. Petersburg 2017.
1. d4 d5 2. c4 c6 3. Pf3 Pf6 4. Pc3 a6 5. Dc2 b5 6. e4 dxc4 7. b3 Da5 8. Pd2 Een nieuwe zet. Vorig jaar had Volkov in een rapidpartij 8. Ld2 tegen zich gehad.
8…e5 9. dxe5 Pg4 10. Le2 Pxe5 11. 0-0 Le7 12. bxc4 Le6 Wit staat iets beter. 13. Pd5
15. Lb2 f6 16. f4 Pc4 17. Pxc4 bxc4 18. Kh1 Da4 19. Dd2 Lb4 20. Lc3 a5 21. e5 0-0 22. e6 Tc8 Misschien had zwart hier koelbloedig 22…Lc8 moeten spelen om met 23…Ld6 de d-pion te blokkeren. 23. a3 Lxc3 24. Dxc3 Db3 25. Dd4 Het voordeel na 25. exd7 Dxd7 was Doebov niet genoeg. 25…c3 26. Tfb1 a4 Zwart wil ook briljant spelen, met een dameoffer. Het is niet goed genoeg, maar na 26…Da4 27. exd7 (eindelijk zijn stuk terug) heeft wit ook groot voordeel. 27. Txb3 axb3 28. exd7 Pxd7 29. Lg4 b2 30. Tg1 Tcb8 31. Lf5 Txa3 32. Lb1 Tc8 33. Db4 Ta1 34. Db7 Tca8 35. d6 Wit moet nog oppassen. Na 35. Dxd7 Txb1 zou zwart in het voordeel zijn, omdat hij na 36. Txb1 c2 zelfs op slag zou winnen. 35…g6 36. Db3+ Zwart gaf op.
Een goede beheersing van het rapidschaak hoort erbij
Vaak is voorspeld dat het langzame spel op den duur vervangen zal worden door rapidschaak, waarbij de spelers ongeveer een half uur bedenktijd hebben. Zo ver is het nog niet, al is het evident dat een goede beheersing van het snelle spel belangrijker is geworden. In het recente verleden is driemaal een klassieke WK-match beslist in een barrage met rapidpartijen.
In die ontwikkeling past ook dat sinds 2015 jaarlijks een representatief toernooi om de Nederlandse rapidtitel plaatsvindt. Zeer representatief zelfs, want steeds was het deelnemersveld van het hoogste niveau. Anish Giri doet mee als hij geen andere verplichtingen heeft en ook Jan Timman, die afscheid heeft genomen van het ‘gewone’ NK, neemt de invitatie graag aan.
In Amstelveen was Giri afgelopen zondag in een achtkamp met uitsluitend grootmeesters de voor de hand liggende favoriet en mocht rapidspecialist Loek van Wely worden gezien als een gevaarlijke outsider. Het liep anders.
Jorden van Foreest liet opnieuw zien dat hij de laatste tijd goed op dreef is en veroverde de titel met een half punt voorsprong op Giri en Benjamin Bok. Geluk en pech horen bij rapidschaak. Van Foreest mocht klagen, toen hem tegen Jan Smeets in een remisestand een afschuwelijke blunder ontglipte. Hij kreeg het verloren halve punt met rente terug in zijn partij tegen Timman:
26 … P×f6! 27. L×f6 Db6!
Sterk spel. Er dreigt 28 … De3 mat en na 28. P×d5 D×b5 heeft zwart niets te duchten. Wit kan remise maken met 28. P×g6 D×f6 29. Pe7+ Kf8 30. Dg8+ K×e7 31. De8+ Kd6 32. Dc6+ Ke7 33. De8+ met eeuwig schaak, maar Van Foreest dacht dat er meer in zat.
28. Te1? Ld7?
Beide spelers dachten dat wit wint na 28 … T×f6 29. P×d5. In werkelijkheid wint zwart na de geniepige zet 29 … Te6! (30. P×b6 T×e1+ 31. Kd2 c1D+).
29. L×d7 D×f6 30. D×f6 T×f6 31. Le6+ Kh8 32. L×d5.
En wit won het eindspel bij de 55ste zet. Met opmerkelijk gemak versloeg Van Foreest zijn belangrijkste concurrent.
Van Foreest – Giri Amstelveen 2017
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Pc3 Pf6 4. Le2 d5 5. e×d5 P×d5 6. 0-0 P×c3 7. b×c3 e4 8. Pe1 Ld6 9. f3 f5 Dubieus. Na de ruil op e4 kan zwart niet meer kort rokeren. 10. f×e4 f×e4 11. Tb1 De7 12. d4 e×d3 13. c×d3 Ld7? Deze en de volgende zet veranderen een inferieure stand in een hopeloze. Ook na 13 … De5 14. Tf4! D×c3 15. Te4+ Pe7 16. Lb2 heeft wit prachtig spel. 14. T×b7 0-0-0 15. Tb2 La3
Er gebeurt van alles
We houden in deze rubriek van alles in de gaten, in binnen- en buitenland, maar het is iedere week weer keuzes maken tussen het grote zware werk van de ongeveer duizend grootmeesters en de dartele lichtvoetigheid van de overige schakers. Daarom dit keer geen terugblik op het Grand Prix toernooi op Palma de Mallorca (waar Anish Giri met 4 uit 9 uit de top tien valt en de laatste acht kandidaten voor het WK 2018 nu bekend zijn: Karjakin, Kramnik, Grichuk, Mamedyarov, Aronian, Caruana, So, Ding). Ook het lopende London Classic laten we even schieten (met Carlsen) want in de eerste twee ronden speelden alle tien spelers weinig opwindende remises. Het WK-senioren (boven 65 jaar) werd dit keer gewonnen door good old Jevgeni Sveshnikov (67 jaar) maar het wordt pas interessant als het record van Viktor Korchnoi wordt verbroken die op zijn 75e won. In Amstelveen werd het NK rapid (15 minuten per partij) gehouden. Degene die de minste fouten maakte werd de nieuwe kampioen: Jorden van Foreest.
J. van Foreest – A. Giri
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Pc3 Pf6 4.Le2 d5 5.exd5 Pxd5 6.0-0 Pxc3 7.bxc3 e4 8.Pe1 Ld6 9.f3 f5 Zwart wil e4 handhaven vanwege Pe1. Natuurlijk was 9…Dh4 10.g3 Lxg3 11.hxg3 Dxg3+ met eeuwig schaak nu en ook later mogelijk. 10.fxe4 fxe4 11.Tb1 De7 12.d4 exd3 13.cxd3 Ld7? Wit krijgt de overhand. Na 13…De5 14.g3 Lh3 is alles nog mogelijk.
14.Txb7 0-0-0 15.Tb2 La3 16.d4! Tde8? Nu komen alle witte stukken los en is het gelijk uit. Alleen 16…Tdf8 biedt nog kleine overlevingskansen. 17.La6+ Kc8 18.Te2 Dd6 19.Lg5+ Pe7 20.Lc4 h6 21.Lh4 g5 22.Lg3 Dc6 23.Db3 Ld6 24.Pd3 Lxg3 25.hxg3 Pg6 26.Db8+ Lc8 27.Lb5 Dc3 28.Txe8+ Txe8 29.Lxe8 en zwart gaf op. Hij verliest teveel materiaal en er zit geen eeuwig schaak in. Jan Timman stond vele partijen totaal gewonnen maar blunderde keer op keer onder de constante tijdsdruk.
Eindstand 1.Van Foreest 5 2.Giri, Bok 4,5 4.Van Wely 4 5.Sokolov, Smeets 3 7.Van den Doel 2,5 8.Timman 1,5
De echte zware partij die ik dit keer wil voorschotelen komt uit het lopende Russisch kampioenschap. Dat was vroeger een soort van semi-WK. Maar volgens Rosstat, het officiële statistische bureau van de overheid, zijn er sinds 1990 zo’n achttien miljoen Russen geëmigreerd en daar zaten veel schakers tussen.
D. Dubov – S. Volkov
Daniil Dubov is een opkomende 21-jarige grootmeester en staat op de 58e plaats op de wereldranglijst. Sergey Volkov is 44 jaar, heeft al vele successen geboekt waaronder Russisch kampioen in 2000, maar valt inmiddels net buiten de top honderd. Een typisch gevecht uit de eerste ronde van de angry young man tegen de ervaren rot. 1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pf3 Pf6 4.Pc3 a6 5.Dc2 b5 6.e4!? Dat geeft de intentie waarmee deze partij gespeeld wordt duidelijk weer. Zwart kan een pion winnen met 6…b4 7.Pe2 Pxe4 8.Pg3 Pf6 en wit heeft compensatie evenals na 6…dxc4 7.b3 Da5 8.Pd2 e5 9.dxe5 Pg4 10.Le2 Pxe5 11.0-0 Le7 12.bxc4 Le6 Nu verwacht je 13.f4 Pxc4 14.Pxc4 Lxc4 15.Lxc4 bxc4 16.Pa4 en nadat c4 gevallen is heeft wit een mooi positioneel plusje. Maar wit wil meer: 13.Pd5! cxd5 14.cxd5 Ld7 15.Lb2 f6 16.f4 Pc4 17.Pxc4 bxc4 18.Kh1 Da4 19.Dd2 Lb4 20.Lc3 a5 21.e5 0-0 22.e6
Binnenkort komen we terug op het prachtige boek A World Of Chess, waarin wordt verteld dat in Oost-Europese dorpjes oude mensen het koninklijke spel beoefenen volgens oeroude eigen regels. En op dit moment speelt in Londen de wereldtop, onder wie vier deelnemers aan het komende Kandidatentoernooi. Trouwens, Vachier-Lagrave mag ten onrechte niet meedoen aan dat toernooi door stompzinnige reglementen. Dat overkwam Kramnik ook al eens (hij is er nu wel bij). Het kan tegenwoordig zo maar gebeuren dat je in een toernooi of een bondswedstrijd denkt: huh, ik heb geen tegenstander, maar dan blijkt dat de tegenstander zich verschuild achter de stukken aan de overkant. Hierover las ik een artikel in het Engelse schaakblad CHESS (www.chess.co.uk). Het verhaal had als titel: How to lose to a nine year old. Het was slechts een van de interessante items uit dit maandelijkse schaakblad. Dit blad heeft altijd veel te bieden, het slaat geen aspect over. Zo herbeleven we in het decembernummer mooie partijen uit belangrijke toernooien zoals het Europese Kampioenschap voor landenteams (waarin zowel de Nederlandse heren als de dames in actie kwamen). In het nummer staat een leuk verslag van een simultaan die Carlsen gaf in Singapore. Dat verhaal wordt gevolgd door een komisch artikel van Charles Higgie: How not to organise a simul – iedere organisator van simultaans moet dit verhaal lezen. Natuurlijk zijn ook de traditionele rubrieken weer het lezen waard, zoals de in moeilijkheidsgraad oplopende diagrammen die de lezer moet oplossen; en de rubriek van Daniel King, waarin de lezer ook zelf zetten moet vinden – al blijft het lastig niet even stiekem bij de antwoorden te kijken.
In het januarinummer zullen vast veel mooie partijen van de bovengenoemde Chess Classic in Londen besproken worden. Alle reden dus om eens op de site te kijken. Iets anders: Blijft Carlsen nog lang wereldkampioen of zitten er gevaarlijke uitdagers aan te komen. Misschien komt het gevaar wel uit China. Bijvoorbeeld de man die onlangs de zogenaamde Chinese Onsterfelijke speelde:
Ding Liren–Jinshi Bai (die wit had): 1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.Pf3 0-0 5.Lg5 c5 6.e3 cxd 7.Dxd4 Pc6 8.Dd3 h6 9.Lh4 d5 10.Td1 g5 11.Lg3 Pe4 12.Pd2 Pc5. Niets wijst nu nog op de storm die ieder ogenblik los gaat barsten, al is zwart wel duidelijk agressiever: 13.Dc2 d4 14.Pf3 e5 15.Pxe5 Wit heeft niets in de gaten, want zwart kan toch niet op d4 slaan … 15…dxc3!! 16.Txd8 (wit neemt de wapens op) cxb2+ 17. Ke2? Hier was Td2 Td8 19.Pf3 Lg4 20.a3 Lxd2+ 21. Pxd2 Txd2 22.Kxd2 het beste geweest. 17..Txd8 18.Dxb2 Pa4 19.Dc2 Pc3+ 20.Kf3 Td4!! Dreigt g4 mat en exd4 leidt tot Pxe4+. 21. h3 h5 22.Lh2 (gaatje voor de koning) g4+ 23.Kg3 Td2! 24.Db3 Pe4+ 25.Kh4 Le7+ 26. Kxh5 Kg7 27.Lf4 Lf5 – de laatste artillerie op c8 en a8 komt in actie – 28.Lh6+ Kh7 29.Dxb7 Txf2 dreigt Pg3 mat 30.Lg5 Th8 31.Pxf7, wanhoop, Lg6+ 32.Kxg4 Pe5+ en 0-1 met als mooiste variant 33.Kh4 Kg7+ 35.Pxh8 Lxg5 mat, 2 lopers en 2 paarden zetten mat.
Probleem 2660 is een tweezet van Zappas.
Johan Hut
Verjonging zet door in Nederland
Het Nederlandse team is aan het verjongen, schreef ik een maand geleden op deze plaats. Dat is niet helemaal hetzelfde als dat de Nederlandse top aan het verjongen is. Zo staat Loek van Wely nog steeds tweede op de Nederlandse ranglijst, maar was hij bij het Europees kampioenschap tot veler verbazing non-playing captain van het Nederlandse team. Afgelopen zondag werd in Amstelveen het NCE-toernooi gespeeld om het officieuze rapidkampioenschap van Nederland. Bedenktijd per persoon was vijftien minuten per partij plus tien seconden per zet. Voor een partij van 40 zetten betekent dat bijna 22 minuten. Men moet deze spelvorm niet ver waarderen onder het klassieke spel met twee uur bedenktijd voor de eerste 40 zetten. Het rapidschaak is in de mode, tot op het allerhoogste wereldniveau. De krachtsverhoudingen zijn niet heel anders dan bij het klassieke spel. Bovendien waren de prijzengelden zondag niet kinderachtig. Voor de hoogste drie spelers lag er 1500, 1000 en 600 euro klaar en dat is heel aardig op één dag, ook op het hoogste Nederlandse niveau.
Dat hoogste niveau was zeer goed vertegenwoordigd. In de achtkamp was Jan Timman op papier de zwakste speler, dat zegt alles. Verjonging, daarmee begon dit verhaal. De jongste drie spelers eindigden op de eerste drie plaatsen. Jorden van Foreest werd kampioen, wat vooral verrassend was omdat Anish Giri er ook bij was. Die deelde de tweede plaats met Benjamin Bok. Achter hen eindigden Loek van Wely, Ivan Sokolov, Jan Smeets, Erik van den Doel en Jan Timman. Dit serieuze rapidtoernooi is een nieuw teken dat de generatie rond de twintig jaar bezig is de macht te grijpen. De grote kwalificatiegroep werd gewonnen door Lucas van Foreest, jongere broer van Jorden. Ook hij komt eraan.
Jorden van Foreest versloeg Giri, Van Wely, Sokolov en Timman, speelde remise tegen Bok en Van den Doel en verloor van Smeets. Giri ging vooral zelf de fout in, maar zonder fout van de tegenstander kun je niet winnen. De score van Van Foreest is zonder meer indrukwekkend. Tegen Van Wely, winnaar van vorig jaar, speelde hij een goede partij.
Van Foreest-Van Wely
1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.g3 Pc6 4.Lg2 Pf6 5.De2 d5 6.exd5 Pxd5 7.0-0 Le7 8.Td1 Dit is eerder gespeeld, maar gebruikelijk kun je het niet noemen. 8…Pd4 9.Pxd4 cxd4 10.c4 Pb4 11.d3 Pc6 12.b3 0-0 13.La3 a5 14.Lxe7 Dxe7 15.Pd2 a4 16.Pf3 Td8 17.Pe5 Ld7 18.Pxd7 Txd7 19.bxa4 Txa4 20.Tdb1 Pb4 21.h4 h6 22.Dd2 Pa6 23.Tb5 Pc5 24.Td1 f5 Tot nu toe waren de bedoelingen wederzijds onduidelijk. Met deze zet geeft zwart wit op e6 een enorm aanvalspunt. 25.De1 Kh7 Hier had zwart het beste 25…e5 kunnen spelen. Die kans krijgt hij niet meer. 26.De5 Pa6 27.Te1 Pb4 28.Lh3
29.Dxe6 Dxe6 30.Txe6 g6
31.h5 Pxd3 Ook 30…gxh5 32.Lxf5+ is rampzalig. 32.Txg6 Tf7 33.Lxf5 Pc1 34.Te5 Txa2 35.Tg5+ Txf5 36.Te7+ Kh8 37.Txf5 Kg8 38.Te8+ Kg7 39.Tef8
Zwart geeft het op.
De zwarte toren kan twee lijnen afsluiten, zodat de zwarte koning vluchtvelden krijgt. Dit kan door 1. … Tg5 waardoor veld f4 vluchtveld wordt, en door 1. … Tg3, waardoor de velden d3 en e3 vluchtvelden worden. In de definitie van thema C gaat het om de twee lijnen naar een verschillend vluchtveld van de zwarte koning. Evenals andere voorbeelden van thema C werkt ook dit probleem met een belangrijke batterij, te weten de loper-torenbatterij op de diagonaal a8-e4.
Wit heeft twee verleidingen met de dame. De witte dame wil op d5 mat gaan geven. Dit kan als zij naar c5 gaat. Nu kan na 1. … Tg5 de loper-torenbatterij gehanteerd worden, de toren valt die batterij niet meer aan. Het afvuurstuk van de batterij, toren c6, gaat nu het vluchtveld f4 dekken met 2. Tf6 mat. Zwart weerlegt echter de verleiding 1. Dc5? met 1. … Tg3! De witte toren van c6 wil graag afvuren, maar kan de velden d3 en e3 niet dekken door Tc3, omdat de witte dame in de weg staat.
De andere verleiding is 1. Dd6?, die faalt op 1. … Tg5!, nu kan toren c6 niet naar f6 door die dame. Op 1. … Tg3 komt 2. Tc3 mat. De oplossing is 1. Da5! Een mooie sleutelzet, want de dame kan zomaar genomen worden. Op 1. … Lxa5 komt het mooie batterijmat 2. Tc8 mat. Na 1. Da5! dreigt er 2. Dd5 mat, op 1. …Tg5 komt 2. Tf6 mat en op 1. …Tg3 komt 2. Tc3 mat.
In het RD-winterpuzzelnummer, dat vorige week is bezorgd, is de traditionele schaakpuzzel opgenomen. Een oproep aan iedereen om weer mee te doen!
Toch even een opmerking ten aanzien van het artikel van Hans Böhm over het Russisch kampioenschap. Vroeger werd het kampioenschap van de Sovjet Unie als het sterkste toernooi ter wereld gezien. Daarin speelden ook grootmeesters uit o.a. Estland, Letland, Armenië en de Oekraïne mee, die nu hun eigen kampioenschap hebben. Ik noem een paar zeer sterke grootmeesters die het Sovjet kampioenschap wonnen: Pal Keres (3x), Michael Tal (6x), Tigran Petrosian (3x) en Leonid Stein (3x). Zij wonnen over de periode 1947-1978 bijna de helft van de titels. Voor een lijst van de Russische kampioenen, met naast Karpov en Polugejevski veel onbekende namen, verwijs ik naar de link. en.wikipedia.org/wiki/Russian_Chess_Championship#RSFSR
Het Russisch kampioenschap (RSFSR) is een heel ander kampioenschap dan het prestigieuze “algehele” kampioenschap van de Sovjet-Unie.
Altijd mooi om zomaar al deze rubrieken op je digitale deurmat te vinden, waarvoor dank aan de auteurs en schaaksite! Dit keer wel 2 kanttekeningen.
1) Hans Ree schrijft nostalgisch dat er sinds 2004 niet meer gespeeld was tussen Carlsen en Kasparov en dat dit nu in een aparte schaakvariant (2 tegen 2) in 2017 weer het geval was in de LCC. Dit klopt niet. In St. Louis in de toernooien van schaak mecenas Rex Sinquefield zijn er de afgelopen jaren diverse ‘lolschaak’ varianten geweest waarin Carlsen en Kasparov al dan niet 2 tegen 2, al dan niet in team tegen team, de degens hebben gekruist.
2) Bab Wilders refererende aan het kandidatentoernooi: “Trouwens, Vachier-Lagrave mag ten onrechte niet meedoen aan dat toernooi door stompzinnige reglementen.” Zonder verdere motivatie is dit een beetje een losse flodder. Waar is het onrecht dan? MVL had diverse kansen om zich te plaatsen en dit is hem niet gelukt, jammer, maar zo werkt het, het is nu eenmaal dringen aan de top. Wat is er dan stompzinnig aan het reglement? Het was voor iedereen van te voren duidelijk. En als je zulke makkelijke kreten de ether in gooit, vertel er dan minimaal bij wat er volgens jou beter zou kunnen.
Meerdere krantenrubrieken verslaan het NK rapid. Volgens mij heb ik hierover op schaaksite niets gelezen, uitgezonderd een aankondiging.
Zie uitgebreide discussie op utrechtschaak.nl
Dan moet je dus ver zoeken, op Utrechtschaak. De discussie kwam erop neer dat de toernooisite niet geweldig was. Mijn rubriek schreef ik twee dagen later en toen stonden er inmiddels eindstand en partijen op, dus daar kon ik wat mee. Op Schaaksite reageren we graag sneller en dat was moeilijk.
Ondanks dat utrechtschaak.nl het drukste Nederlandstalige forum is van Nederland, is de IT dusdanig verouderd dat er helaas geen link te geven valt. Je moet echt klikken op ‘forum’ en dan terug scrollen naar het NCE NK Rapid topic. Niet echt van deze tijd, maar laten we het houden op nostalgische programmering.
Mijn conclusie van dat topic: De mogelijkheid ligt er voor organisator Ris om bij de volgende editie gebruik te maken van de gratis diensten door schaaksite aangeboden voor verslaggeving. Ik had het idee dat het gesprek de richting opging dat de organisator daar van uitging, zonder dit concreet af te spreken. Puntje bij paaltje was er dus geen snelle verslaggeving.
CNE/NCE. Bla. Nostalgische programmering. Eerste alinea kan beter vervangen worden link:
utrechtschaak.nl/pda_disc.aspx?id=3303
Mijn punt t.a.v. het huidig Russisch kampioenschap was juist dat het niet te vergelijken is met het kampioenschap van de Sovjet Unie, omdat daar veel meer grootmeesters uit de wereldtop aan meededen. Hans Böhm maakte daarover een m.i. verkeerde opmerking. Toch is het huidige Russisch kampioenschap wel sterker dan dat van de Russische federatie, omdat de Russische wereldtoppers geen ander kampioenshap meer kennen sinds het einde van de Sovjet Unie. Gisteren is de wereldtopper Svidler voor de achtste keer Russisch kampioen geworden, wat ook leuk is voor het komende TATA toernooi, want daar doet hij aan mee.
Voor WimW:
Je komt er nu al voor de tweede keer op terug maar het punt blijft onduidelijk. Als er wordt gesteld: ‘een Russisch kampioenschap is, voor en na 1990, een soort van semi-WK’, dan begrijp je met een beetje goede wil wat de boodschap is: Rusland is een uitzonderlijk sterk schaakland. Dat geldt zelfs als dat eens zo grote rijk is teruggebracht tot het huidige Rusland.
Je schrijft dat, ‘naast Karpov en Poloegajevski, veel onbekende namen kampioen zijn geweest’.
Onbekend is hier relatief.
Wat betreft die geëmigreerde Russische schakers sinds 1990: Kasparov, Gelfand, Joesoepov, Sokolov, Gulko, Giri, ……
In de jaren ’60 en ’70 van de vorig eeuw werd het kampioenschap van de Sovjet Unie het sterkst bezette schaaktoernooi van de wereld genoemd, omdat er zoveel (ex) wereldkampioenen en andere wereldtoppers aan meededen. Ik zie dat echt niet terug in het huidige Russisch kampioenschap. Maar Hans Böhm heeft wel gelijk dat er veel schakers uit Rusland geëmigreerd zijn. Dat gebeurde ook al in de Sovjet tijd. Maar Kasparov, die in Azerbeidjan werd geboren, kwam uit voor de Sovjet Unie en Rusland en volgens mijn informatie is hij nog steeds Rus.
Wikepedia:
Na zijn schaakloopbaan in 2005 werd Kasparov politiek actief in Rusland met een sterke anti-Poetinvisie. In 2013 vluchtte hij naar de Verenigde Staten. Hij werd voorzitter van het Bestuur en de Internationale Raad van de Human Rights Foundation (HRF)[1]. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie was hij automatisch Russisch staatsburger geworden, maar in maart 2014 liet hij zich naturaliseren tot Kroaat.[2] Kasparovs voornaam wordt in de Nederlandstalige schaakliteratuur ook wel gespeld als ‘Gary’ en ‘Garry’.
Dank voor de informatie. Ik heb dat op de Engelse Wikipedia niet zien staan.
In de rubriek van het Reformatorisch Dagblad wordt de RD-winterpuzzel aangekondigd. Deze puzzel zal volgende week in deze rubriek worden geplaatst.