Schaakgeschiedenis in vogelvlucht 19: Mikhael Tal
Omdat het schaakspel een eeuwenoud spel is, dat naar schatting al 3000 jaar oud is, lijkt het mij gepast om een serie korte artikelen te presenteren, waarin de schaak¬geschiedenis voor het voetlicht wordt gebracht. In de vorige aflevering hebben we het gehad over Vassily Smyslov. In deze nieuwe aflevering zullen we het hebben over Mikhail Tal (1936 – 1992).
In een van de vorige afleveringen van deze serie over de schaakgeschiedenis hebben we het gehad over de Rus Mikhael Botwinnik (1911 – 1995) die, nadat hij de wereldtitel had veroverd, deze driemaal kwijtraakte aan een landgenoot.
Dat was in 1960 tegen de briljante en onberekenbare Mikhael Tal (1936 – 1992). Maar voor de tweede maal in zijn carrière bleek de verslagen wereldkampioen de meester van de voorbereiding want in de revanchematch slaagde hij er opnieuw in om zijn eigen zwaktes te lokaliseren en die van de tegenstander bloot te leggen. Voor de derde maal in zijn carrière werd Botwinnik tot wereldkampioen gekroond.
Ondertussen had Tal wel geschiedenis geschreven door als 24-jarige volkomen onverwacht wereldkampioen te worden. De “Tovenaar van Riga” zoals zijn bijnaam was, bleek een meester te zijn in het combinatiespel en door op het scherp van de snede te spelen bracht hij Botwinnik aan het wankelen. De correctheid van de offers werd achteraf wel eens ter discussie gesteld, maar tijdens een praktische partij bleek het voor veel spelers (te) moeilijk om adequaat te reageren op zijn wervelende aanvalsspel.
Heel fameus is het volgende dubieuze paardoffer dat hij bracht tegen Botwinnik, maar waarmee hij de solide wereldkampioen aan het wankelen bracht en de partij zelfs wist te winnen. Het geeft aan dat het Tal niet aan de nodige moed ontbrak om in zo’n belangrijke match op het scherp van de snede durfde te spelen.
Deze stelling is talloze keren afgedrukt. Tal gooit er pardoes een paard tegenaan. Nog wel tegen de wereldkampioen, die bekend stond als een uiterst solide speler. Maar de complicaties van dit offer werden Botwinnik, die ook niet al te veel tijd meer had, snel te veel.
Mikhail Tal is geboren in Letland maar hij begon al in het midden van de jaren ’50 aan een komeetachtige opmars naar de wereldtop. In 1957 en 1958 werd hij kampioen van de Sovjet-Unie en in dat laatste jaar won hij ook het Interzonale toernooi van Portoroz (Joegoslavië). Een jaar later won hij ook het kandidatentoernooi en verwierf zo het recht om Botwinnik om de wereldtitel te mogen uitdagen.
Tal sukkelde met zijn gezondheid (hij was een nierpatiënt) maar hij behoorde een tijd lang tot de wereldtop. In 1975 verscheen de Russische versie van zijn fantastische boek “The life and games of Mikhail Tal”. Het bijzondere aan dit boek is dat Tal de dubbelrol van interviewer en geïnterviewde op zich neemt en zo zijn eigen carrière doorneemt. Zijn ongezonde leefstijl leidde ertoe dat hij al op 56-jarige leeftijd stierf. In de volgende partij, die stamt uit zijn jeugdjaren, past hij zijn geliefde Benoni toe.
Botvinnik, Mikhail – Tal, Mihail
1. c4 Pf6 2. Pf3 g6 3. g3 Lg7 4. Lg2 O-O 5. d4 d6 6. Pc3 Pbd7 7. O-O e5 8. e4 c6 9. h3 Db6 10. d5 cxd5 11. cxd5 Pc5 12. Pe1 Ld7 13. Pd3 Pxd3 14. Dxd3 Tfc8 15. Tb1 Ph5 16. Le3 Db4 17. De2 Tc4 18. Tfc1 Tac8 19. Kh2 f5 20. exf5 Lxf5 21. Ta1
Deze stelling is talloze keren afgedrukt. Tal gooit er pardoes een paard tegenaan. Nog wel tegen de wereldkampioen, die bekend stond als een uiterst solide speler. Maar de complicaties van dit offer werden Botwinnik, die ook niet al te veel tijd meer had, snel te veel.
22. gxf4 exf4
Pas na deze zet krijgt Tal de overhand. Met de tussenzet 23. a3! Db3 had wit zich op een slimme manier kunnen redden uit de toch wel netelige situatie. Hij mag namelijk ineens op a7 nemen: [23…Da5 24. Ld2 en dit is nogal een verschil met de partij.] 24. Lxa7 Zwart kan de loper niet insluiten met 24…b6 vanwege 25. Dd1! Dxb2 Dit staat gelijk aan een soort van dame-offer: [25…Dxd1?! 26. Txd1 en pion b6 hangt.] 26. Ta2! Dxc1 27. Dxc1 Txc3 28. Dd1 Le5 en hoewel zwart iets van compensatie heeft, zal hij het toch niet redden na bijvoorbeeld 29. f3
23…Dxb2?!
Ook Tal dreigt het overzicht te verliezen. Het inlassen van 23…Le5! 24. f3 en dan pas 24…Dxb2 was wel zo slim geweest. Zwart staat beter hier.
24. Tab1!
Weer een typische tussenzet waar Tal bekend om stond. Het is pure bluf om de tegenstander aan het wankelen te brengen. 24…Lxb1 25. Txb1 Dc2 26. Le4 zou inderdaad erg voordelig zijn voor wit, hoewel er nog iets aangetoond dient te worden hier.
25. Txb2?
Botwinnik heeft het niet meer.. . Wit had de zwarte opzet kunnen weerleggen met 25. Lxf3! want 25…Lxb1 26. Txb1 Dc2 27. Tc1 Df5 28. Lg4 De5+ 29. Dxe5 Lxe5+ 30. f4 loopt verkeerd af voor zwart.
25…fxe2 26. Tb3 Td4
Zwart staat een stuk achter, maar de pion op e2 en de formidabele activiteit van de zwarte stukken zorgt ervoor dat wit het niet bij elkaar kan houden.
27. Le1
27. Pxe2 Txd2 is ook gewonnen voor zwart.
27…Le5+ 28. Kg1
29. Pxe2 Txc1 30. Pxd4
Dit is het niet. 30. Pxc1 Td1 wint eveneens voor zwart.
30…Txe1+ 31. Lf1 Le4
32. Pe2 Le5 33. f4 Lf6 34. Txb7 Lxd5
Op 35. Txa7 had zwart uiteraard 35…Txe2! 36. Lxe2 Ld4+ gepland.
35…Lxa2 36. Txa7 Lc4 37. Ta8+ Kf7 38. Ta7+ Ke6 39. Ta3
Het is en het blijft verloren.
39…d5 40. Kf2 Lh4+ 41. Kg2 Kd6 42. Pg3 Lxg3 43. Lxc4 dxc4 44. Kxg3 Kd5 45. Ta7 c3 46. Tc7 Kd4 0-1
Birbrager, Isaak – Tal, Mihail
1. d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5 e6 4. Pc3 exd5 5. cxd5 d6 6. e4 g6 7. Pf3 Lg7 8. Ld3 O-O 9. O-O Pa610. Pd2
10. h3 Pc7 11. Te1
10…Pb4?! 11. Le2 Te8 12. a3 Pa6 13. Te1 Pc7 14. Dc2 Tb8 15. a4 b6 16. Pb5?!
16. Lf1 a6
16…a6 17. Pxc7 Dxc7 18. Ta2?! De7 19. f3 Ph5
19…b5⇆
20. Pf1 f5 21. Ld3 f4
Dit is de kat op het spek binden.
22…Ld4+! 23. Kh1
Wit verdedigt zich vooralsnog goed. Op 23. Kg2? volgt sterk 23…Dh4! en nu: 24. Te2 [24. De2 Lxg4 25. fxg4 f3+ 26. Dxf3 Tf8 en zwart komt binnen met zijn stukken.] 24…Lxg4! 25. fxg4 Dxg4+ met winst.
23…Dh4! 24. Te2
Zwart krijgt een sterke aanval hierdoor. Hier was 24…Lxg4! zonder meer het meest kansrijk geweest. Na 25. fxg4 f3 26. Te3 Dxg4 27. Df2 Pf4 gaat wit waarschijnlijk ten onder. Want op 28. Dxf3 volgt het fraaie 28…Pxd3!! (zie analysediagram)
25. gxh5 Dxf1#
25…Dxf3 26. Pd2!
Aanname van het stukoffer is veel te gevaarlijk. Een mogelijke variant is 26. gxh5 Lh3 27. Ta3 Txe4! 28. Lxa6 Le3 29. Tc3 b5! en zwart wint.
26…De3 27. Pf1 Df3 28. Pd2
Weer typisch Tal. Het heel onverwacht en spectaculair dame-offer. Het blijkt evenwel incorrect te zijn…
Zwart had ook 28…Dh3 kunnen spelen omdat hij na 29. gxh5 Dxh5 mooie compensatie heeft voor het stuk. Maar de neiging van Tal om zich in het hol van de leeuw te begeven, maakt hem juist zo bijzonder.
29. Pxf3 Lxf3
30. h4
Psakhis in zijn boek “Advanced chess Tactics” geeft 30. b3 Txe4 31. Lxe4 Te8 32. Dc4 Txe4 33. h4 Le5 34. Dxa6 Te1+ 35. Kh2 Txc1∞ met onduidelijk spel. Pas in zijn latere jaren vond Tal de verdediging 30. Ld2 hetgeen waarschijnlijk niet het beste is. De bedoeling om met Lc3 te proberen de sterke zwartveldige loper af te ruilen, stelt de zwarte aanpak in een ander daglicht. Met moderne engines kunnen we tegenwoordig aantonen dat 30. Ta3! vermoedelijk de beste verdediging is. Na bijvoorbeeld 30…Te5 31. h4 Tf8 32. Kh2 Lxg2 33. Kxg2 blijft het evenwel nog altijd niet gemakkelijk, hoewel wit objectief gezien de betere kansen heeft.
30…Tf8
Wit grijpt mis, maar valt hem dat te verwijten. Het is een uiterst moeilijke stelling met ongelijk materiaal, waar Tal meestal als een vis in het water was. De juiste zet was 31. b3 om de tweede rij open te maken. 31…Tbe8 [31…Pg3+ levert dan niets op na 32. Kh2+-] 32. Kh2 Lxg2 33. Dxg2 f3 en zwart kan door blijven rommelen.
31…Pg3+! 32. Kh2 Lxg2 33. Kxg2 Pxe2 34. Dxe2
Er is niets fatsoenlijks meer.
34…f3+ 35. Dxf3 Txf3 36. Kxf3 Tf8+ 37. Kg3 Le5+ 38. Kg2 Lf4
En wit gaf het op. Het resterende toreneindspel is kansloos voor hem.
0-1
Reshevsky, Samuel Herman – Tal, Mihail
1. d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5 e6 4. Pc3 exd5 5. cxd5 d6 6. e4 g6 7. Lb5+ Pbd7 8. f4 Lg7 9. Pf3 O-O 10. O-O a6 11. Ld3 Te8 12. a4 c4 13. Lc2 Pc5 14. e5 Pg4 15. h3 Ph6 16. Le3 Pd7 17. g4 dxe5 18. fxe5 Pxe5 19. Pxe5 Txe5
Verwaarloost zijn verdediging. Na 20. Lf4 was er niet zoveel aan de hand, hoewel zwart met 20…Dh4! ook de overhand zal kunnen krijgen.
20…Tg5 21. Lxg7
Het goede idee in de verkeerde uitvoering. Met 21…Lxg4! had zwart onmiddellijk kunnen winnen. 22. Dd4 [22. hxg4 Txg4+ 23. Kf2 Dh4+ 24. Ke2 Tg2+ is analoog aan de partij.] [22. Lxh6 Lxd1+ 23. Lxg5 Dxg5+ en wit komt teveel materiaal achter.] 22…Lxh3+ 23. Kf2 Tg2+ gaat helemaal mis voor wit.
22. hxg4 Lxg4?
Het is natuurlijk een vluggertje, maar dit had hem de kop kunnen kosten. Opnieuw was 22…Txg4+ de aangewezen zet. Hoewel wit nu na 23. Dxg4! Lxg4 24. Lf6 en wit heeft alles onder controle.
23. Dd4 Lh3+ 24. Kf2 Tg2+
25. Kf3?
Noodzakelijk was 25. Ke1! Txc2 26. Lh6 f6 27. Pe4 en wit wint.
25…Dg5 26. Df4 Dh5+?!
26…Dxf4+ 27. Kxf4 Txc2 is onduidelijk.
27. Ke3 Te8+
Nu trekt zwart aan het langste eind. Wit kon de buit veilig stellen met 28. Le4! f5 29. Kd4 en hier heeft zwart niet genoeg. Maar ga dat maar eens vinden in een blitzpartij…
28…Tg4 29. Lf6 Lxf1 30. Txf1 Txf4+ 31. Txf4 Dh2 32. Te4 Df2+ 33. Kxc4 Tc8+ 34. Kb3 Dxf6 0-1
Van Wim Weehuizen ontving ik een artikeltje uit de krant van Orbaan, die destijds deze partij ook analyseerde. Een leuke aanvulling!
Als u alle artikelen nog eens wilt teruglezen, kunt u op het volgende “Overzicht schaakgeschiedenis in vogelvlucht” klikken.
(Geraadpleegde bron o.a. “Geschiedenis van het schaakspel” door Silbermann/Unzicker en Wikipedia. Deze serie is lange tijd geleden verschenen in het Eindhovens Dagblad. Inmiddels zijn deze artikelen aangepast en verder uitgebreid.)
Zoveel moois, maar een persoonlijke favoriet is Tal-Smyslov, 8e ronde Caro-Kann uit Bled 1959, natuurlijk weer met een gewaagd stukoffer. Wat ik heb van die partijanalyse heb overgehouden is hoezeer wit telkens weer de ‘verkeerde’ opstelling van de zwarte stukken benut. Op dat thema bijzonder instructief.
[pgn eo=t pd=https://www.schaaksite.nl/wp-content/uploads/2018/03/tal_smyslov_1959.pgn][/pgn]
In het toernooiboek van grootmeesters Gligoric en Ragozin wordt bij de 17e zet een versterking voor Smyslov vermeld, die door Bronstein is gegeven. In plaats van 17. ……Da2x houdt 17…… Lf6 de aanval van Tal zodanig tegen dat die in remise had moeten berusten. Onlangs heb ik een aantal partijen van Tal bekeken en meestal zitten de stellingen vol offers en zijn die daardoor heel scherp en ingewikkeld. Hij zei eens: Ik neem mijn tegenstander mee in een donker woud (van varianten) en daar komt hij niet meer levend uit.
Van Wim Weehuizen ontving ik een artikeltje uit de krant van Orbaan, die destijds deze partij ook analyseerde. Een leuke aanvulling, die ik zojuist in het artikel erbij geplaatst heb!
Wij waren als jonge schakers zeer geïnteresseerd in de W.K. matches tussen Tal en Botwinnik en reden in de middagpauze vanuit school langs de vitrines van het Eindhovens Dagblad om de partijen te bekijken. Jammer genoeg volgde Tal niet het dringende advies van de artsen om de revanchematch uit te stellen en daarom speelde hij in 1961 onder zijn niveau. In 1962 speelde hij in het kandidatentoernooi op Curacao, maar moest zich na 7 van de 28 rondes vanwege zijn gezondheid terugtrekken. In 1965 wist hij wel de finale van de kandidatenmatches te bereiken door overwinningen op Portisch en Larsen, maar in de finale tegen Spasski verloor hij de laatste drie partijen en daarmee de match. Een partij tegen Portisch met een mooi torenoffer van Tal vind je in deze link. www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1113164
Tal heeft een boek geschreven over de door hem gewonnen match in 1960. Volgens ex-boekverkoper Rogier van Egmond zei Botwinnik daarover: “Voor mijn revanchematch heb ik veel aan dat boek gehad. Nu begrijp ik nog beter hoe Tal denkt.”
Of dat een grap was en of hij het echt gezegd heeft, weet ik natuurlijk niet. Maar het is geen gekke opmerking.
Tal heeft inderdaad een boek geschreven over de periode 1949-1961, maar waarschijnlijk is dat pas na de revanchematch uitgegeven, want die was in maart 1961.
Sein Lebenswerk: Band 1: 1949-1961 von V Kirillow (Herausgeber), Michail Tal (Autor)
Correctie: dat boek van de WK match 1960 geschreven door Tal is er wel degelijk, dus kan Botwinnik dat best gezegd hebben. Het boek is te krijgen via de boekwinkel.
Tal was a prolific and highly respected chess writer, penning a number of books, and serving as editor of the Latvian chess magazine Šahs (“Chess”) from 1960 to 1970. His books are renowned for the detailed narrative of his thinking during the games. American Grandmaster Andrew Soltis reviewed his book on the world championship match as “simply the best book written about a world championship match by a contestant. That shouldn’t be a surprise because Tal was the finest writer to become world champion”
Ik heb het matchboek uit 1960, uiteraard een Engelstalige versie. In het voorwoord staat wel dat Tal het in september 1960 heeft geschreven. In het Russisch, neem ik aan.
Na de revanchematch schreef Botwinnik een matchboek. Heb ik ook in het Engels.
Nog een correctie: Tal speelde in Curacao 21 van de 28 rondes. Hij miste door ziekenhuisopname de laatste 7 rondes. Dus het was net omgekeerd!