Schaakrubrieken weekend 2 juni 2018
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Hyperactieve reuzen
In 1946 ging de negentienjarige Heintje Donner naar Groningen om de schaakreuzen te zien die daar aan het internationale toernooi meededen. Later schreef hij: „Daar zaten zij! Reuzen, die in een verblindend licht elkaar glimlachend om de oren slaan en op speelse wijze reusachtige rotsblokken naar beneden gooien in de huiverende menigte. Halfgoden, die in een oorverdovende stilte hun triomfen vieren met een feestmaal van mensenvlees. […] En toen zag ik Botwinnik! Kleiner dan de anderen misschien, nauwelijks 2.75 m, maar met het onbewogen gezicht van de man die alles gezien heeft en de banden geslecht heeft met het lijden van de uiteindelijke wereld.’’ Zal er ooit zo worden geschreven over de schaakreuzen van nu? Een van de redenen dat het onwaarschijnlijk is, is dat het in 1946 acht jaar geleden was dat de schaakreuzen bij elkaar waren, en dat de moderne hyperactieve reuzen bijna continu in actie zijn.
Het jaarlijkse Altibox-toernooi in de Noorse stad Stavanger heeft een simpel beleid: ze nodigen de eerste tien van de wereldranglijst uit. Het zou geweldig zijn als je het niet zo vaak zag. Soms lijkt het of alle toernooiorganisaties hetzelfde willen. Anish Giri is zevende op de ranglijst, maar toen de uitnodigingen rond werden gestuurd, was hij niet bij de top tien. Er was nog even sprake van dat hij toch mee mocht doen, omdat Sjachriar Mamedjarov verschrikkelijke kiespijn had, maar ik hoorde dat Giri niet op het laatste moment ingeschakeld wilde worden. Bovendien ging Mamedjarov naar de tandarts en liet hij weten dat hij weer een ijsje kon eten. Wie ijs kan eten, kan schaken. Na drie ronden waren er bij Altibox van de vijfien partijen maar twee gewonnen, beide door Magnus Carlsen. Het toernooi dreigde een beetje saai te worden. Maar hé, kijk, bij commentator Yasser Seirawan komt in zijn Hilversumse woning opeens zijn vrouw Yvette Nagel binnen met de boodschappen. Waarom pakt ze die niet even uit, zodat we kunnen zien wat ze die avond eten? Daar hebben de kijkers recht op, vind ik.
Magnus Carlsen – Levon Aronian, Stavanger 2018
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. 0-0 Pxe4 5. Te1 Het eeuwig draaiend wiel is weer terug in de 19de eeuw. Wits laatste zet werd meer dan een eeuw lang als volstrekt onschuldig beschouwd. 5…Pd6 6. Pxe5 Le7 7. Lf1 In de loop van de eerste match om het wereldkampioenschap, Steinitz-Zukertort 1886, koos Steinitz op het laatst voor de opstelling met Ld3, Pc3 en b3. 7…Pxe5 8. Txe5 0-0 9. d4 Lf6 10. Te1 Pf5 11. d5 Wit heeft ruimtevoordeel en Carlsen doet er wonderen mee. 11…Te8 12. Txe8+ Dxe8 13. Dd3 d6 14. Pd2 Lg5 Dit vond Carlsen slecht. Beter was 14…c6, om terug te vechten. 15. Pf3 Lxc1 16. Txc1 Ld7 17. Te1 Dd8 18. Dc4 g6 19. h3 Pg7 20. Te3 a5 21. a4 Pe8 22. Dd4 Pg7 23. g4 c6 24. c4 Pe8 Het ruimteoverwicht wordt drukkend en zwart weet niet goed waar hij zijn stukken neer moet zetten. 25. Df4 Kg7 26. Tb3 Tb8 27. Pg5
Partij in de viewer:
Werelds sterkste koffiehuisspeler
In 2006 leek een abrupt einde te komen aan de carrière van de toen 51-jarige Engelse grootmeester John Nunn. Tijdens een partij tegen Magnus Carlsen in het Belofte tegen Ervaring-toernooi in Amsterdam werd hij onwel, waarna bij medische controle bleek dat zijn bloeddruk veel te hoog was. De volgende dag beloofde Nunn plechtig dat hij nooit meer een toernooi zou spelen. Hoewel Nunns beste jaren voorbij waren, deed de aankondiging pijn. The Doctor, zoals hij vanwege zijn academische achtergrond wordt genoemd, speelde het spel zoals het publiek het graag ziet. Hij koos scherpe openingsvarianten en hij had een benijdenswaardige intuïtie voor offers die pas op langere termijn rendement opleverden. Een collega noemde hem eens ’s werelds sterkste koffiehuisspeler. Nunn was het van harte met hem eens. Hij hield zich aan zijn afscheidsbelofte tot het acht jaar later weer begon te kriebelen. Sinds 2014 speelt hij af en toe in wedstrijden van licht kaliber, zoals seniorenkampioenschappen of door oude vrienden georganiseerde weekendtoernooien. In 2017, vijftig jaar na zijn debuut in een nationaal juniorenkampioenschap, veroverde Nunn de Britse seniorentitel. Hoe onbelangrijk Nunns toernooien tegenwoordig ook zijn, nog altijd speel ik zijn partijen met genoegen na. Toen de eerste ronden van de maandag begonnen elitetienkamp in Stavanger weinig amusement boden, putte ik troost uit een avontuurlijke partij die the Doctor onlangs verloor in Basingstoke. James Jackson speelde in de stijl van zijn tegenstander.
Nunn-Jackson Basingstoke 2018
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lc4 Pf6 4. Pg5 Een verfrissende openingskeus in een tijd waarin de topspelers zich plegen te verschuilen achter een betonnen muur.
5 …d5 5. exd5 Pa5 6. Lb5+ c6 7. dxc6 bxc6 8. Le2 h6 9. Pf3 e4 10. Pe5 Ld6 11. d4 exd3 12. Pxd3 0-0 13. 0-0 Dc7 14. g3 c5 15. Lf3 Tb8 16. Pc3 Pc6 17. Pf4 Pd4 18. Pcd5 De sprong van het andere paard, 18. Pfd5, ontneemt zwart de mogelijkheid die hij bij de 19de zet heeft. 18 … Dd8 19. Lg2 Lxf4! 20. Lxf4 Txb2 21. Lc7
24 … Lf5 25. De3 Txc2 26. Lxd4 cxd4 27. De5 Lh3 28. Tfd1 Na 28. Tfe1 d3 is zwarts d-pion te gevaarlijk.
28 …Tc8 29. Dh5 Pxd1 30. Dxh3? Zwarts moed wordt maximaal beloond. Na 30. Txd1 Tc1 31. De2 Txd1+ 32. Txd1 d3 33. f3 Lf5 34. g4 Lg6 35. f4 Le4 36. De1 kan wit vechten voor remise. 30 …Pxf2 31. Dd7 d3 32. Tf1 d2 Wit geeft op.
Partij in de viewer:
Super de Luxe toptoernooi
Als de formule voor een tienkamp is dat de eerste tien spelers op de wereldranglijst worden uitgenodigd, dan kom je toch vanzelf op deze titel? Het Altibox-toernooi in Stavanger, Noorwegen, heeft sinds 2013 deze allerhoogste ambitie en dat heeft natuurlijk alles te maken met onze wereldkampioen sinds 2013 Magnus Carlsen. De sponsor zit in de multi-media-branche in Noorwegen en Denemarken. Carlsen wordt al jaren live gevolgd op zijn schaakreizen over de wereld; bij bijvoorbeeld het TataSteel-toernooi speelt hij altijd aan dezelfde tafel die mooi is uitgelicht en dat is bij andere evenementen niet anders. De overige deelnemers zijn dit jaar: Caruana (2), Mamedyarov (3), Ding (4), Vachier-Lagrave (6), Karjakin (7), So (9), Nakamura (10), Aronian (12) en Anand (14). Voorwaar een indrukwekkend gezelschap waarbij alleen een kniesoor zal wijzen op het ontbreken van Kramnik (5) en Giri (8). De toptien wisselt natuurlijk iets na ieder toernooi dus helemaal zeker is men nooit bij het versturen van de uitnodigingen een half jaartje voor dato.
In de eerste ronde stond gelijk de krachtmeting op het programma tussen de twee spelers die in november om de wereldtitel zullen strijden. Beiden willen imponeren: voor de bühne, voor de fans maar zeker ook voor het zelfvertrouwen.
M. Carlsen–F. Caruan
1.e4 e5 2.Lc4 Pf6 3.d3 c6 4.Pf3 d5 5.Lb3 Lb4+ 6.Ld2 Lxd2 7.Pbxd2 a5 8.c3 Pbd7 9.exd5 cxd5 10.0-0 0-0 11.Te1 Te8 12.Pf1 b5 De opening is achter de rug, Carlsen heeft zijn stijl getrouw geen voordeel met wit verkregen maar heeft wel een vechtstelling. Andere kampioenen zouden ontevreden zijn met dat resultaat, Carlsen niet. 13.a4 b4 14.cxb4 axb4 15.Pe3 Lb7
Carlsen nam dus vanaf de start al de leiding in dit grootmeesterlijke veld en deze overwinning, waarbij zwart zonder echte fouten te maken werd weggespeeld, zal alle seinen op rood zetten bij de toekomstige uitdager.
Partij in de viewer:
We beginnen dit keer eens met een partij voor de afwisseling. Bloemlezingen met de mooiste partijen uit de geschiedenis kennen vaak maar weinig remise-partijen, hoewel die soms echte thrillers kunnen zijn. Hoe dan ook, sommige ‘deskundigen’ beschouwen de zo genoemde partij als een van de mooiste ooit gespeeld – Ik ken wel betere, maar toch:
Keres-Alekhine
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 d6 5.c4 Ld7 6.Pc3 g6 7.d4 Lg7 8.Le3 Pf6 9.dxe dxe 10.Lc5 Ph5 Keres stelde later voor 10..Lf8! 11.Lxf8 Kxf8 12.0-0 Kg7 als betere verdediging 11.Pd5 Pf4 12.Pxf4 exf4 13.e5 g5 Zwart vertrouwt 13..Pxe5 14.De2 niet maar na 14..Lxa4 15.Pxe5 f3 16.Pxf3 kan Kd7. Nu komt 14.Dd5 Lf8 15.Lxf8 Txf8 16.0-0-0 De7 17.Lxc6 Lxc6 18.Dd3 Ld7 om de lange rokade mogelijk te maken 19.Pxg5 0-0-0 20.Pf3 f6? hier moest Lh3 en 21..Lxg2 om stand te houden. 21.exf6 Txf6 22.The1 Db4? overziet het beslissende 23.Dxd7+ 1-0. Deze partij stond in het altijd boeiende schaakblad Chess, waarin natuurlijk ook verslagen over de belangrijkste toernooien van de laatste tijd staan, zoals de Candidates. Maar: er was natuurlijk meer, zoals Baden-Baden en het kampioenschap van de VS. En laten we ook de dames niet vergeten met hun WK, een Chinees onderonsje dat terecht werd gewonnen door Ju, die titelhoudster Tan onttroonde. Natuurlijk bevat Chess ook de gebruikelijke rubrieken zoals ‘Find the winning moves’ en ‘How good is your chess’. Ook de schaakhistorie wordt behandeld, zoals de net genoemde partij. Dit soort bladen waren er al in 1837 met the Philidorian, met als ondertitel Magazine of chess and other scientific games. Overigens was Frankrijk nog een jaar eerder met La Palamède. Deze wijsheid ontlenen we aan een nieuw boek van McFarlandpub.com dat door Tim Harding als Handboek voor schaakhistorici is uitgebracht met als titel British Chess Literature to 1914. Iedereen die iets weet van de fascinatie van de Engelsen voor ‘The Great War’ begrijpt deze titel (ISBN 978-1-4766-6839-0, € 46). De boeken van McFarland zijn duur, maar men kan er dan ook een eventuele indringer mee uitschakelen.
Vooral het gedeelte The golden age of Chess Columns vond ik leuk, over de tijd waarin geen enkele krant – zelfs het plaatselijke sufferdje niet – het zich kon veroorloven geen schaakrubriek te hebben. Kom daar nu eens om, zelfs in Engeland. Harding is ook in vorige boeken een boeiende auteur gebleken, zo ook hier. Hij geeft ook een definitie van wat nu eigenlijk een schaakrubriek werd genoemd en de koper van het boek moet maar beoordelen hoe het met de rubriek in deze krant gesteld is. Zoals de titel al aangeeft, gaat het ook over de boeken die tot 1914 zijn verschenen, waarbij de verzamelaars het water in de mond loopt. Uiteraard vind je ook partijen in het boek, zoals dat hoort in een boek over schaken. De belangrijk rol van Staunton (inderdaad, de man van de stukken) bij de opmars van het schaken en de organisatie daarvan komt natuurlijk uitgebreid aan de orde. Een zeer waardevol historisch onderzoek met dank aan Eurospan.
Partij in de viewer:
Probleem 2683 is een zgn. miniatuur van Loyd:
Mooie zege voor grillige Sipke Ernst
Welke schaker nam als enige deel aan de laatste tien edities van het Nederlands kampioenschap? Als je deze vraag onverwachts zou stellen, zou menigeen op Erwin l‘Ami gokken. Hij nam deel aan veertien van de laatste vijftien NK’s, maar miste dat van 2009. Het antwoord op de quizvraag is Sipke Ernst. Sinds 1998 speelde hij vijftien NK’s, waaronder de laatste tien. In die tien jaar werd hij maar liefst drie keer laatste, maar ook drie keer gedeeld derde. In 2010 werd hij ongedeeld derde, achter Jan Smeets en Anish Giri, voor Loek van Wely en Erwin l’Ami. Vorig jaar boekte hij zijn beste resultaat, Ernst won het kampioenschap samen met Van Wely. Hij verloor echter de barrage van snelschaakpartijen, zodat hij als nummer twee in de boeken kwam. Zo grillig als zijn NK’s waren, zo grillig is zijn hele carrière. Ernst, geboren in 1979 en grootmeester sinds 2006, staat niet bekend als winnaar van toernooien. Toch won hij er een aantal, waaronder het sterke open toernooi in Hoogeveen in 2010 en 2011, beide keren gedeeld. Een tienkamp in Groningen won hij in 2001 en 2005. Een groot en fameus resultaat was zijn tweede plaats in de C-groep van het Corus-toernooi in Wijk aan Zee in 2004, waar hij tien uit dertien scoorde en alleen de toen nog kleine Magnus Carlsen moest laten voorgaan. Ernst studeerde enige tijd psychologie, maar stapte over naar Nederlandse taal en cultuur, waarin hij zijn masters degree haalde. Op zijn website www.sipkeernst.com profileert hij zich momenteel nadrukkelijk als schaaktrainer. Met Pinksteren won Ernst het Limburg Open in Maastricht, samen met zeven anderen. Op basis van de tiebreakscore werd hij tot winnaar uitgeroepen. Zijn leukste partij speelde hij tegen de actieve jongeling Thomas Beerdsen.
Ernst-Beerdsen
1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 b6 4.g3 Lb7 5.Lg2 Le7 6.Pc3 Pe4 7.Ld2 Lf6 8.0-0 0-0 9.Te1 Pxd2 10.Dxd2 d6 11.e4 g6 12.Tad1 Lg7 13.e5 Pd7 14.Df4 dxe5 15.dxe5 De7 16.Pd4 Lxg2 17.Kxg2 Wit heeft een duidelijk ruimteoverwicht, maar nog geen aanknopingspunten. 17…Dc5 18.Pf3 Dc6 19.Pe4 Tad8 20.b4 a6 21.Kg1 h6 Misschien kan zwart met die verzwakking beter even wachten tot die echt nodig is. 22.h4 Da8 23.Pf6+ Lxf6 Niet fijn om die loper te verliezen. 23…Pxf6 24.exf6 Lh8 had nog wel gekund, omdat Dxh6 nog niet kan. Anderzijds, wat moet de loper op h8? Wit staat al heel goed. 24.exf6 Kh7
Partij in de viewer:
Er zijn veel composities gemaakt waarin de wittelijnenthematiek in de tweezet is verwerkt. De thematiek heeft zich in de loop der tijd verder verdiept en nog steeds worden er originele ideeën aan toegevoegd.
Combinaties van lijnopeningen naar velden rondom de zwarte koning; zwart en wit die daarna zorgen voor lijnsluitingen naar die velden in combinatie met weer nieuwe lijnopeningen, kunnen op diverse manieren in bepaalde schema’s vallen. De thema’s zijn dus heel ingewikkeld te noemen. Ze worden interessant als ze met voorbeelden worden verduidelijkt. Thema D is in de vorige schaakrubriek behandeld. Bij het nieuwe thema, ,E, staan twee vluchtvelden in een witte lijn eenmaal gedekt. Wit gaat mat geven door die lijn te interfereren. Wit moet er dan wel zorgen dat beide vluchtvelden rond de koning gedekt zijn. Eén vluchtveld wordt gedekt door lijnopening van wit bij de matzet, de andere ontstaat door lijnopening van een witte lijn door zwart als hij iets speelt tegen de dreiging.
Ik zou, bij dat tweede diagram van Böhm, op Dxb4 liever met Dxb4 antwoorden dan met d5-d4!
Gelukkig kun je de partij direct naspelen… maar het is niet eens een fout diagram.