Schaken en Politiek
In deze vierde aflevering van Met andere ogen… 1. Raadselvader (vervolg) met 2. Reisgids voor Schaakliefhebbers en 3. Schaakprobleem (seriehelpmat) in een apart artikel.
Herfst 2018. De telefoon gaat in huize Kramnik. Vladimir neemt de telefoon op en de Russische Minister van Sport vertelt hem dat zijn aanvraag besproken en goedgekeurd is, ook door Poetin. ‘Je mag in januari 2019 meedoen in Wijk aan Zee. Over de secondant(en) die je zullen begeleiden moet nog een beslissing worden genomen. Ook hangt het er om of je de simultaan mag geven in het Nederlandse Huis van de Democratie.’ (De Torentje Schaak Simultaan is de traditionele Haagse ’afterparty’ van het Tata Steel Chess Tournament, waarbij oud-parlementariërs, Kamerleden, parlementair journalisten en parlementair medewerkers het in de Statenpassage van de Tweede Kamer opnemen tegen een van de grootmeesters uit het ‘Wimbledon van het schaken’.) De Russische minister vervolgt: ‘De Nederlandse Minister van Buitenlandse Zaken , Stef Blok, ligt nog dwars. Hij vertrouwt de zaak niet helemaal. Hij wacht op advies van zijn inlichtingendiensten. Ook heeft hij in overweging of er enkele (oud-)parlementariërs moeten worden uitgesloten van deelname aan deze simultaan. Vladimir, zodra je in Nederland aankomt krijg je nadere instructies van onze Ambassade in Den Haag. We gaan ervan uit dat je in Wijk aan Zee Carlsen van de troon stoot en wint.’
Jesse Klaver is mordicus tegen als er personen door de minister zouden worden uitgesloten en bereidt Kamervragen voor. Dit zou je reinste discriminatie zijn.
Zestig jaar geleden was staatsbemoeienis met de schaaksport usance en niet alleen in het Oostblok. Kunnen we ons dit anno 2019 nog voorstellen?
Berry Withuis leidt de persdienst van het Hoogovens Schaaktoernooi
In het vorige artikel kwam aan de orde dat Berry Withuis bij het VAS mocht blijven. De inval in Hongarije had hem en het VAS-bestuur in de problemen gebracht. Niet iedereen binnen het VAS was het eens over het aanblijven van Withuis en het bestuur trad af. Johan Hut schreef op onze site over het aftreden van de voorzitter van het VAS, de heer Vijvers, die ook al zijn andere VAS-functies neerlegde. Hij wilde niet actief blijven in besturen waarin ook de communist Berry Withuis zat.
In 1959 kreeg Berry Withuis de leiding over de persdienst van het Hoogovens Schaaktoernooi. Een memorabel moment nu precies zestig jaar geleden! Volgend jaar januari is het honderd jaar geleden dat Berry in Zutphen werd geboren.
Eind 1960 rees er een groot politiek probleem. Wat was er aan de hand?
Geweigerd gambiet van minister Joseph Luns, onthoudbare stelling voor schaakwereld
De Oostduister Wolfgang Uhlmann was uitgenodigd voor het interzonale toernooi in Berg en Dal en was in de veronderstelling dat zijn reispapieren in orde waren. Op 18 november 1960 stapten Uhlmann, zijn secondant Otto en de Pool Sliwa op Schiphol uit een Pools lijnvliegtuig. Ir. Van Steenis, voorzitter van de KNSB, wachtte hen op. Sliwa kwam langs de douane, Uhlmann en Otto werden naar de kamer van de commandant der marechaussee gebracht. Van Steenis mocht niet met hen mee. Druk telefonisch overleg volgde, ook met het ministerie van Buitenlandse Zaken. De uitkomst was dat ze met hetzelfde lijnvliegtuig terug moesten naar Oost-Duitsland. Minister Luns bleef bij zijn afspraken met de regering in Bonn. De deelnemers uit de Oostbloklanden verlieten allen uit protest het toernooi in Berg en Dal. Marcus Bakker, lid van de Tweede Kamer namens de CPN, stelde hierover vragen aan de regering De Quay. Dit was toch je reinste discriminatie. Het was de tijd van de Kouden Oorlog, de Cubacrisis en de strijd tussen Kennedy en Chroestsjov. Ook speelde het al of niet erkennen van de DDR-staat een belangrijke politieke rol.
Minister Joseph Luns verliest tweede gambietpartij
Vlak voor de start van de 23ste editie van het Hoogovens Schaaktoernooi in 1961 eindigde Uhlmann als tweede achter Tal in een internationaal toernooi van Stockholm. Hij was uitgenodigd voor het Hoogovens Schaaktoernooi en iedereen ging er van uit dat zijn papieren nu wel in orde waren. Bij de opening van het toernooi was Uhlmann er niet. Zou hij nu wel of niet komen? Het toernooi ging gewoon van start en de partij van Uhlmann tegen Barenbregt werd uitgesteld. Piet Veldheer, de toernooileider, onderhield contacten met het Nederlands Consulaat in West-Berlijn en met Nederlandse instanties zoals het ministerie van Buitenlandse Zaken. Het reisdocument bleek gereed te liggen en Uhlmann mocht alsnog afreizen.
Dagblad De Waarheid berichtte eerst dat Uhlmann niet zou komen maar herstelde dit bericht snel en kopte:
Adenauer-Luns door de knieën, Uhlmann komt naar Beverwijk
(Konrad Adenauer was de eerste bondskanselier van de Bondsrepubliek Duitsland (West-Duitsland) en Joseph Luns was Minister van Buitenlandse zaken in verschillende Nederlandse kabinetten.)
Lex Jongsma schreef in 60 jaar Hoogovens Schaaktoernooi: ‘Ja, dat was Koude Oorlog. Perschef Withuis zat er wat ongemakkelijk tussen en straalde in zijn berichtgeving dan ook maar een naïeve, vrijwel engelachtige afstandelijkheid uit, zich slechts verheugende in andermans voorspoed.’
(Mogelijk dat hier een rol speelde dat Veldheer eerder op de hoogte was van de komst van Uhlmann dan Withuis.)
Een nieuw wereldrecord
In de periode van 17 december 1960 – 10 januari 1961 zijn er achttien simultaanvoorstellingen gehouden, steeds aan ongeveer 180 borden. Een nieuw wereldrecord op dit gebied, het vorige record werd een jaar eerder ook in ons land gevestigd. Gastgrootmeesters waren Olafsson, Larsen, Euwe en Donner met daarnaast een serie Nederlandse meesters en Nederlandse topspelers. En natuurlijk ook Berry Withuis. De volgende steden werden aangedaan: Amsterdam, Hilversum, Amstelveen, Leiden, Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Leeuwarden, Nijmegen, Den Bosch, Tilburg, Eindhoven, Heerlen, Geleen en Maastricht. Een lucratieve aangelegenheid voor de simultaangevers. Er waren meer inschrijvingen dan beschikbare plaatsen, een ongekende promotie voor de schaaksport in die tijd!
Michail Tal
In 1961 verscheen het boek Michail Tal geschreven door Hans Bouwmeester en Berry Withuis. In dit boek werden veel partijen van Tal geanalyseerd.
Kandidatentoernooi Curaçao 1962
Op de Antillen stond het jaar 1962 in het teken van het grote schaaktoernooi waar bepaald werd wie wereldkampioen Botwinnik mocht uitdagen. Er werden nieuwe postzegels uitgegeven, ontworpen door Eppo Doeve, en winkeletalages werden in de schaaksfeer gebracht. Men speelde ieder 28 partijen in een periode van twee maanden in tropische temperaturen. Tal moest zich tijdens het toernooi terugtrekken wegen gezondheidsproblemen. Hij werd opgenomen in een ziekenhuis.
Berry Withuis perschef
Alhoewel Berry na de oorlog niet meer naar het buitenland wilde reizen en een tijdje geen paspoort had liet hij zich bij uitzondering overhalen mee te gaan naar Curaçao en de rol van perschef op zich te nemen. Hij werd een belangrijke verbindingsschakel. In Raadselvader lezen we: ’Mijn moeder zou vanuit huis een dagelijks ’bulletin’ rondzenden met zijn naar het ANP getelexte verslagen’. Dat lukte haar met hulp van schakers als Donner en Orbaan.’
Etalageavontuur van Fischer
Bobby Fischer had het goed naar zijn zin in Willemstad (Curaçao) en het verhaal ging dat hij ergens een lieftallig donker meisjes zag bij het opmaken van een schaakdecor in de winkeletalage. Geïnteresseerd volgde Fischer haar werk totdat zij hem in de gaten kreeg. Zij vroeg hem of hij iets van schaken wist en of zij de schaakstukken goed had opgesteld. ‘Dat wist hij wel’, zei hij en het meisje begon hem van alles te vragen over schaken en het schaakspel. Totdat het Fischer ging vervelen en hij weg beende. Een half uur later werd er een boekje bezorgd bij het meisje in de winkel met de titel How to learn chess.
Onderwater schaken
Onderwater schaken werd toen al een bijzondere trekpleister. Hierbij moest ik direct denken aan de partij Böhm-Swinkels die ook onderwater is gespeeld in 2015. In 2018 vond het WK Onderwater schaken plaats in Groot-Brittannië.
Combine en vlagincident
De Sovjets wilden (moesten?) winnen maar dan moesten ze Bobby Fischer een kopje kleiner maken. De Sovjets hadden veel respect voor de schaker Fischer, hij had recent het interzonale toernooi in Stockholm met overmacht gewonnen waaraan ook Petrosian, Geller, Stein e.a. deelnamen.
Fischer beschuldigde de Sovjet-grootmeesters van samenzwering gelet op de vele onderlinge remises in Willemstad. Hadden zij instructies van hogerhand? Het mocht volgens Fischer nooit meer voorkomen dat vijf van de acht deelnemers aan een kandidatentoernooi Sovjets waren.
Halverwege het toernooi verscheen er een groot artikel in de Friese Koerier van een bijzondere medewerker (Berry Withuis?). Deze medewerker was ervan overtuigd dat er geen sprake was van een samenzwering tussen de Sovjets. Tot op de dag van vandaag is de vermeende combine een onderwerp van discussie. Een ruime meerderheid is er van overtuigd dat de combine heeft bestaan. Tot slot was er nog een klein vlagincident. De sikkel was niet goed weergegeven op een Sovjetvlag. Met enig fröbelwerk kon dit ter plaatse snel worden opgelost.
Twee toernooiboeken
In 1962 verscheen Candidates Chess Tournament van ‘De Persdienst’ (B.J. Withuis) uitgegeven door SISONA. In 2005 verscheen Curaçao 1962. The Battle Of Minds That Shook The Chessworld. Geschreven door Jan Timman en uitgegeven door New in Chess.
Schaaktelegram voor Chroesjtsjov
Eind 1962 was het weer raak. Averbach en Bronstein hadden zich plotseling afgemeld voor de simultaanvoorstellingen rond het Hoogovens Schaaktoernooi. De Leeuwarder Courant berichtte als volgt:
‘Sovjetpremier Nikita Chroesjtsjovs heeft bij de vele zorgen, die hem dagelijks kwellen, er een bij gekregen. Dr. Max Euwe en mr. W. Vroom (van V&D) hebben hem gisteren een telegram gezonden met het verzoek er toe te willen bijdragen dat de Russische grootmeesters J. Averbach en D. Bronstein aan de serie in Nederland te houden simultaanseances rond de jaarwisseling zullen deelnemen. De beide schakers, die in januari in het Hoogoventournooi zullen spelen, hadden voor de simultaan-toernee afgeschreven, hetgeen voor ongeveer 2000 Nederlandse schakers een grote teleurstelling zou betekenen. Met spanning wacht men in Amsterdam op het antwoord uit Moskou. Het is niet bekend of de heer Chroesjtsjov ter bespreking van deze kwestie de opperste Sovjet bijeen zal roepen.’
De netwerken draaiden op volle toeren. Euwe had goede contacten met Botwinnik en Withuis kon het internationale netwerk van de CPN inschakelen.
Al snel kwam het verlossende woord uit Moskou. Averbach en Bronstein zouden na afloop van het Hoogovens Schaaktoernooi nog tien dagen in Nederland mogen blijven. Op 9 februari 1963 werden zij in Rusland terug verwacht.
Zilveren Jubileumtoernooi
Het Hoogovens Schaaktoernooi in 1963 was een jubileumtoernooi met maar liefst 18 deelnemers. Het werd niet het sterkste toernooi. Botwinnik had afgezegd omdat zijn vriend Euwe niet meedeed en ook Petrosjan, Olafsson en Larsen kwamen niet. Donner werd de verrassende winnaar met 12 uit 17. Toernooileider Piet Veldheer nam afscheid en ook Ten Doeschate, de toenmalige directeur van Hoogovens.
Schakende ministers en politici
Ministers in binnen- en buitenland poseerden graag met het schaakspel of lieten weten ook wel eens een potje schaak te spelen. Uit de periode 1960-1965 een paar voorbeelden en anekdotes.
Minister-president Jo Cals
‘Tijdens de zomervakantie nemen enkele ministers, die niet met vakantie zijn, de honneurs waar. Minister president Jo Cals was de machtigste man. Naast minister president is hij ook minister van Financiën, Justitie, Binnenlandse Zaken, Defensie, Volkshuisvesting, Economische- en Sociale Zaken.
Maar toch zal premier Cals rustig in het Catshuis kunnen blijven zitten. Om een potje te schaken, dat doet hij graag. Er is in politieke kringen in Den Haag niets te doen maar dan ook helemaal niets. De begrotingen voor de Derde Dinsdag in september waren al klaar.’
Mr. H.J.K. Beernink
Mr. H.J.K. Beernink was in 1963 gemeentesecretaris in Rijswijk, Lid van de Tweede Kamer en voorzitter van de Christelijk-Historische Unie (CHU, nu CDA). In zijn studietijd kreeg hij de raad de B-richting te kiezen, maar zijn hart trok toch niet die kant uit. Dat hij de indruk maakte, aanleg voor wiskunde te hebben, kwam doordat hij veel uit zijn hoofd had geleerd, en hij zich voor puzzels interesseerde. Ook nu nog (1963) houdt hij van schaken; hij speelt in competitieverband voor een Rijswijkse schaakvereniging.
‘Politiek en schaken lijken in zoverre op elkaar dat de vraag of je moet aanvallen of verdedigen belangrijk is. Verder moet je in beide je verlies kunnen nemen. Mr. Beernink houdt veel van een partij snelschaak waarbij men verplicht elke zet binnen een aantal seconden moet doen. Ook de politiek vraagt soms om snelle beslissingen. Tot de belangrijkste eigenschappen van een politicus behoort verder naar zijn mening het in bedwang houden van zijn zenuwen en het voorkomen dat men emotioneel of kwaad wordt.’
David Ben Goerion, eerste minister-president van Israël
‘De wereld-schaakolympiade werd in 1964 Israël gehouden Minister-president David Ben Goerion was beschermheer van dit schaakevenement. Hij reikte o.m. de prijzen uit. Hij was zelf vroeger een goed schaker, maar tijdgebrek deed hem deze hobby opgeven. Toch bleef schaken zijn grote belangstelling houden! Een bekende foto van hem (zie hiernaast) is een schaakpartij spelend op een Israëlisch marineschip.’
Johan (Jopie) Adolf Pengel, President van Suriname
De grootste hobby van Jopie Pengel was schaken en dammen. Hij klom op in de Nationale Partij Suriname. Hij werkte gestaag aan zijn doel en gelijk zijn schaakmeesterschap wist hij dat geduld een schone zaak was. Van 1963-1969 was hij President van Suriname. Jaarlijks wordt nog het Johan Adolf Pengel straattoernooi gehouden voor schaken en dammen. Dit toernooi is populair bij de jeugd. Af en toe gaan Nederlandse schaaktrainers naar Suriname om schaakles te geven.
In 1963 verscheen er een groot artikel over hem in het blad Nieuw Suriname met de kop: ‘Eens word ik een groot man’.
Andrew Bonar Law, minister-president van Groot-Brittannië
In september 1962 verscheen er een groot artikel in het Algemeen Handelsblad over het 50-jarige schaakmeesterschap van Jacques Davidson. De jonge Davidson vestigde zich in London waar hij zijn carrière als schaakprofessional begon. Hij gaf bij voorbeeld schaakles aan adellijke Engelsen voor 2 guineas per keer, niet gek voor die tijd. Hij mocht er niet om vragen, want dan mocht je niet meer terugkomen. Onder zijn leerlingen bevond zich ook Andrew Bonar Law, die later minsister-president van Groot-Brittannië werd. Bonar Law was een verwoed schaker en schaakliefhebber. In zijn jonge jaren was hij een bekende schaker in Glasgow en van 1910-1923 was hij lid van de City of London Chess Club.
Edward Winter deed uitgebreid onderzoek naar de schaker Bonar Law.
Mr. Donner (de vader van Jan Hein Donner)
‘Ter gelegenheid van haar 40-jarig bestaan in 1964 hield de NCRV in hotel „De Witte Brug” een receptie. Tussen de vele in het zwart gestoken functionarissen en bezoekers zagen we o.a. mr. Jonkman, dagsluiter Van den Bosch, Willem Vogt, Niftrik en minister Bot in druk gesprek met de oud-president van de Hoge Raad mr. Donner, die toen hij abusievelijk door iemand met professor werd aangesproken zei: „Ik heb wel twee zoons die professor zijn en een die kan schaken, maar zelf ben ik het niet.” De Telegraaf, november 1964
Kampioenschap van parlementariërs 2019
Tijdens het Tata Steel Chess Tournament spelen de (oud)-parlementariërs weer om het kampioenschap. Trouwe deelnemers zijn o.m. Jan Nagel, Sytze Faber, Dick Dolman, Gerrit Valk. Dit toernooi verdient het dat er meer actieve Eerste en Tweede Kamerleden meedoen. We laten ons verrassen deze maand!
Torentjesschaak 2019
Na het toernooi neemt Vladimir Kramnik het op tegen politici tijdens het Torentjesschaak in de Statenpassage van de Tweede Kamer in Den Haag.
Dat boek over Curacao 1962 van Withuis / Sisona, eigenlijk een verzameling losbladige bulletins, heb ik in het Nederlands. Daarin geen vermelding van Fischers beschuldigingen. Fischer heeft dat hele toernooi nooit hoger dan de vierde plaats gestaan, (begon slecht, pas na 12 ronden op plaats 5, pas na 17 ronden op plaats 4) wat het vermoeden wekt dat hij ook zonder Russische combine dit toernooi niet had gewonnen.
Als je tweede wordt omdat nummer één door zijn vriendjes is “geholpen” met expres verloren partijen heb je een argument, maar als vierde eindigen met drie volle punten achterstand op nummer drie? Dan heb je toch echt drie betere schakers boven je staan, zelfs al spelen die expres onderling alles remise.
Het is waar dat Fischer het kandidatentoernooi in Curacao met twee nederlagen tegen Benkö en Geller begon en niet zo overtuigend speelde, maar de drie Sovjetschakers aan de top: Petrosian, Keres en Geller maakten het wel erg bont. Onderling werd alles remise, meestal voor de 20e zet en in de laatste, de 4e cyclus in ronde 24,25 en 26, waren die remises na 18, 14 en 15 zetten beklonken. Voor Keres en Geller was er toen echt nog wel de mogelijkheid om het kandidatentoernooi te winnen, als ze Petrosian versloegen. Vooral de remise in 14 zetten tussen Petrosian en Keres drie rondes voor het einde, toen ze nog samen bovenaan stonden, wijst in de richting van een combine. En dan krijg je wel de indruk dat ze zich spaarden voor Fischer, die ook nog de pech had ze na elkaar te treffen.
Veel leuke informatie over schakende politici en andere zaken. Ik herinner me die affaire rond Uhlmann nog uit de krant. Toch zie ik daardoor ook iets wat ik wil verbeteren. Begin 1961 was Tal nog altijd wereldkampioen na een enerverende WK-match tegen Botwinnik het jaar daarvoor. Er was wel een toernooi in Stockholm rond de jaarwisseling van 1960 op 1961, maar dat was dus geen zonetoernooi. Tal won zoals gezegd dat toernooi voor Uhlmann, dus dat is wel juist. Maar voor het overige was voor de Sovjet schakers hun nationale kampioenschap het zonetoernooi.
@Wijnand
Schakers houden van complottheorieën. Ik heb maar oppervlakkig kennis genomen van de gebeurtenissen op Curaçao en de verhalen daarna. De een meldde dat Averbach, een secondant, (half) had bekend en de ander wees naar de laatste ronde waar het nog helemaal mis had kunnen gaan, m.a.w. een slecht uitgevoerd plan. Anderen meldden dat de vijf Sovjets geen eenheid vormden, Tal en Kortsjnoi namen weer een aparte plaats in. Kortom het blijft de gemoederen bezig houden.
Uitkomst was dat de FIDE het systeem wel wijzigde.
@wimw,
Het eerste was inderdaad het internationale toernooi in Stockholm. Heb ik aangepast. Bedankt.In het eerste kwartaal 1962 werd het internationale zonetoernooi in Stockholm gespeeld. Twee Sovjets hadden zich al geplaatst en er moest gestreden worden om nog 6 plaatsen. Dit leverde nog drie plaatsen op voor de Sovjets meer mocht niet en Stein moest daarom op de reservebank.
@Wijnand Ik heb dat kandidatentoernooi van 1962 in Curacao toen als middelbare scholier in de krant gevolgd. Tal speelde van het begin af aan niet goed, herstelde zich niet en moest zich vanwege ziekte voor de 4e cyclus van 7 partijen terugtrekken. Ik herinner me ook nog dat Korchnoi halverwege het toernooi terugviel en als ik dat opzoek, zie ik dat hij achtereenvolgens van Tal, Geller, Petrosian en Keres heeft verloren. Ik ga daarbij echter niet van opzet uit.
Ik vond een artikel op Internet dat jouw gezichtspunt bevestigt dat Fischer niet sterk genoeg speelde om het kandidatentoernooi te winnen. Er was veel van hem verwacht, omdat hij het Interzonale Toernooi in Stockholm eerder dat jaar met 2,5 punt voorsprong op Petrosian en Geller had gewonnen. Het artikel veronderstelt echter wel een combine tussen Petrosian, Geller en Keres. In dat opzicht had Fischer hoogstwaarschijnlijk wel gelijk en gingen we over op kandidatenmatches.
en.chessbase.com/post/the-candidates-tournaments-1959-and-1962
Wat er ook zij van die complotten (niet zo vreemd in die Koude Oorlogstijd…), leuk is wel dat (de 19 jaar oude!) Fischer de zieke Tal in het ziekenhuis opzocht. Een geste die door Tal zeer gewaardeerd werd.
Net zoals Karpov Kasparov opzocht toen die laatste was opgepakt. Gelukkig zijn schakers ook gewoon mensen :-).
Toen Fischer in de gevangenis werd gezet (in Japan, als ik het me goed herinner) zei Spasski: geef me een schaakbord en ik zoek hem in zijn cel op. Reactie van Fischer: “Ik wil geen Spasski in mijn cel, ik wil een lekker wijf.”
@ Duijzer
Mooie foto:
Het verhaal gaat dat Tal en Fischer goed met elkaar omgingen. Was Fischer de enige schaker die bij Tal op bezoek ging in het ziekenhuis?
Een prachtige foto! Tal en Fischer hebben maar 11 keer een klassieke partij tegen elkaar gespeeld. Dat was in de periode 1958-1962. In het kandidatentoernooi van 1959 in Bled won Tal alle vier partijen van Fischer, maar twee jaar later in 1961 won Fischer van Tal in een toernooi in Bled en werd tweede achter Tal. Op Curacao won Fischer nog een keer van Tal door hem met een slecht paard tegen een goede loper op te zadelen. En daarna niets meer, ook al schaakten ze nog samen tien jaar op topniveau. www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1008413
Ik heb inderdaad gelezen dat Fischer de enige was die Tal op zijn ziekbed opzocht. Leuk is dit verhaal op de website van Oud Zuylen-Utrecht met die andere overwinning van Fischer op Tal in Bled 1961. De vier overwinningen van Tal op Fischer in het kandidatentoernooi in Bled en andere Joegoslavische steden zijn op You Tube te bekijken. oudzuylenutrecht.nl/fischer-tal-1961/